7
Inbedrijfstelling
Voor het bijvullen de slang met water vullen.
Daarmee wordt voorkomen, dat lucht in het
verwarmingswater binnendringt.
V Als de druk niet constant blijft: verwarmingsinstallatie
en indien nodig expansievat op lekkage controleren.
V Als de druk niet constant blijft: cv-installatie en indien
nodig expansievat op lekkage controleren.
Spanning op toestel zetten
V Sluit de netspanning op de warmtepomp aan.
De regelunit meet de fasevolgorde om te voorkomen dat
de compressor in de verkeerde richting draait. Wordt een
Warmtepomp starten
V Druk op de aan/uitschakelaar van het bedieningspa-
neel.
Als de pomp niet start, drukt u op „info" om te zien wat
de oorzaak is.
V Controleer of de bedrijfsstatus van de warmtepomp
correspondeert met de informatie op het scherm.
Bedrijfstemperaturen bron/cv controleren
Nadat het toestel 10 minuten heeft gedraaid, de tempera-
turen op de verwarmings- en bronvloeistofzijde controle-
ren:
– Het temperatuurverschil tussen de cv-aanvoer en
cv-retour bedraagt ca. 7 ... 10 K (°C).
– Het temperatuurverschil tussen de bron-aanvoer en
bron-retour bedraagt ca. 2 ... 5 K (°C).
Raadpleeg de bronleverancier voor het aanbevolen tem-
peratuurverschil van de bron.
Bij een te klein temperatuurverschil:
V Stel de cv-pomp (P2) op een lagere capaciteit in of ver-
laag de flow over het broncircuit door middel van het in-
regelventiel.
Bij een te groot temperatuurverschil:
V Stel de cv-pomp (P2) op een hogere capaciteit in of
verhoog de flow over het broncircuit door middel van
het inregelventiel.
Let op: Om het toestel zo energiezuinig mo-
gelijk en goed op de gebruiker afgestemd te
krijgen, moet de regeling van de warmte-
pomp juist worden ingesteld.
Kijkglas controleren
V Controleer in het kijkglas of de luchtbellen na de eerste
opstartminuut verdwijnen.
Als voortdurend luchtbellen aanwezig zijn, terwijl de
warmtepomp draait, duidt dit op een storing. Dit wordt
waarschijnlijk veroorzaakt door lucht in de collectorslang
of een te laag koudemiddelniveau.
Nefit B.V. • http://www.nefit.nl
50
alarmmelding voor onjuiste fasevolgorde weergegeven,
schakel dan de voeding naar de warmtepomp uit en ver-
wissel de twee fasen.
t
- t
HV
HR
P2
10 K
P3 (
)
9 K
P2
7 K
P3 (
)
6 K
P2
0 K
Fig. 54
P2
Cv-pomp
P3
Broncircuit
t
Temperatuur bron-retour (GT11)
SA
t
Temperatuur bron-aanvoer (GT10)
SE
t
Temperatuur cv-aanvoer (GT8)
HV
t
Temperatuur voor cv-retour (GT9)
HR
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
Installatie-instructie • Nefit Auris E OS • uitgave 08/2011
t
- t
SE
SA
P3
5 K
3 K
2 K
P3
6 720 614 593-51.1TD