5
Installatie
Plaatsing, aansluiting van de voedingsspan-
ning en inbedrijfstelling mogen alleen door
een door de energieleverancier erkende in-
stallateur worden uitgevoerd.
5.1
Opstellingsplaats kiezen
De ruimte waarin het toestel wordt geplaatst mag niet in
de buurt van ruimten die gevoelig zijn voor lawaai (bijv.
een slaapkamer) liggen. Het geluidsniveau van het toestel
kan in sommige gevallen als hinderlijk worden ervaren.
V Plaats de warmtepomp op een vaste ondergrond, bij
voorkeur een betonnen vloer of een betonnen funda-
ment.
5.2
Toestel plaatsen
V Verwijder de verpakking, let op de aanwijzingen op de
verpakking en let op het bijgeleverde bevestigingsma-
teriaal.
V Pak de meegeleverde toebehoren uit.
V Monteer de meegeleverde stelvoeten en plaats het
toestel waterpas.
5.3
Bronzijdig aansluiten
Houd bij het selecteren van de appendages
rekening met de maximale werkdruk en de sa-
menstelling van de vloeistof in het broncir-
cuit.
5.3.1
Installatie en vullen
Het installeren van het toestel en het vullen
van het broncircuit moet door een erkende
installateur worden uitgevoerd.
Neem hierover contact op met Nefit.
5.3.2
Ontluchter monteren
Om bedrijfsstoringen door luchtbellen te voorkomen,
moet op de hoogste plaats in de bron-retourleiding een
ontluchter worden gemonteerd (
V Monteer een ontluchter.
5.3.3
Afsluiter met filter monteren
De meegeleverde afsluiter (R 1") voor het broncircuit
(
figuur 11, pos. 3) moet zo dicht mogelijk in de bron-
aanvoerleiding van het toestel worden gemonteerd.
V Monteer de afsluiter met filter (R 1").
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
Installatie-instructie • Nefit Auris E OS • uitgave 08/2011
figuur 11, pos. 2).
Installatie
5
Nefit B.V. • http://www.nefit.nl
15