Inhoudsopgave
Advertenties
2. Oorspronkelijke instellingen van de printer configureren
De printer verbinden met een draadloos netwerk
1.
Selecteer de draadloze LAN-verbinding.
1. Druk op [OK] wanneer het menu [Netwerk] is gemarkeerd
2. Selecteer [Draadloos LAN]
2.
Selecteer de verbindingsmethode.
SSID/Wachtwoord
Zoek in het netwerk en selecteer de bestemming van de verbinding.
1. Druk op [OK].
2. Zoek naar een draadloos LAN en selecteer een router (toegangspunt) uit de lijst.
Druk op [Details] om [Netwerknaam] en [Coderingsmethode] weer te geven.
Druk op [Handmatig] om de netwerkinstellingen als [Netwerknaam],
[Coderingsmethode] en [Wachtwoord] handmatig op te geven.
3. Als u een router (toegangspunt) wilt selecteren die met een sleutelpictogram wordt
aangeduid, voert u het wachtwoord in dat voor de router (toegangspunt) is
opgegeven.
4. Wanneer een bericht wordt weergegeven dat de instellingen voor het draadloze LAN
zijn voltooid, drukt u op [Afsluiten].
Druktoets-methode
Gebruik de druktoetsmethode om verbinding met een router (toegangspunt) te maken.
1. Druk op [OK].
2. Druk op [Starten].
3. Houd de druktoets op een router (toegangspunt) ingedrukt tot er verbinding met de
printer is gemaakt.
4. Wanneer een bericht wordt weergegeven dat een verbinding met het draadloze LAN
is gemaakt, drukt u op [Afsluiten].
14
Druk op [OK]
Druk op [OK]
Advertenties
Inhoudsopgave
