nl
6.4.4
Mobiele natte opstelling
5
4
3
2
Fig. 5: Natte opstelling, transportabel
6.4.5
Niveauregeling
6.4.6
Droogloopbeveiliging
18
- Geen schuurplekken of knikken.
- Kabeluiteinde niet in het medium dompelen.
- Let op de buigradii.
▶
Pomp geïnstalleerd, elektrische aansluiting tot stand brengen.
Pompvoet (apart als toebehoren verkrijgbaar) op de pomp monteren. Met de pompvoet kan
de pomp op een willekeurige plaats worden opgesteld. Aan de perszijde wordt een
drukslang aangesloten.
•
Om inzakken bij een zachte ondergrond te voorkomen, moet een harde grondplaat op
de opstelplaats worden gebruikt.
•
Indien de pomp langere tijd op dezelfde locatie wordt gebruikt, moet de pompvoet wor-
den vastgezet op de vloer. Daarmee worden trillingen verminderd en wordt voor een
rustige werking gezorgd.
6
1
Pompvoet
2
Bochtstuk met slangaansluiting of vaste Storzkoppeling
3
Storz-slangkoppeling
S1
4
Drukslang
S2, S3
5
Hijsmiddel
6
Bevestigingspunt
OFF!
S*
Bedrijfssituatie niet-ondergedompeld: Neem informatie op het typeplaatje in
acht!
1
✓
Opstellingsplaats voorbereid.
✓
Pompvoet gemonteerd.
✓
Persaansluiting voorbereid: Slangaansluiting of storzkoppeling gemonteerd.
✓
Zachte ondergrond: stevige grondplaat aanwezig.
1.
Hijsmiddel met een schakel aan het bevestigingspunt van de pomp bevestigen.
2.
Pomp optillen en op de werklocatie neerzetten.
3.
Plaats de pomp op een vaste ondergrond. Voorkom inzakken!
4.
De pomp borgen tegen weglopen en omvallen: Monteer de pompvoet op de vloer.
5.
Installeer de drukslang en bevestig deze vakkundig op de voorgeschreven plaats (bijv.
uitstroom).
6.
Installeer de aansluitkabel op een vakkundige wijze. VOORZICHTIG! Voorkom beschadi-
ging van de aansluitkabel!
- Geen schuurplekken of knikken.
- Kabeluiteinde niet in het medium dompelen.
- Let op de buigradii.
▶
Pomp geïnstalleerd, elektrische aansluiting tot stand brengen.
Voor een niveau-afhankelijke besturing van de pomp is de niveauregeling niet inbegrepen.
De droogloopbeveiliging voorkomt dat de pomp zonder medium in bedrijf is en lucht in het
hydraulisch systeem binnendringt. Daartoe wordt door een externe besturing gecontro-
leerd of het peil hoger is dan het minimumpeil. Als het minimumpeil is bereikt, wordt de
pomp uitgeschakeld. Daarnaast worden, afhankelijk van de besturing, een optisch en een
akoestisch alarm geactiveerd.
De droogloopbeveiliging kan als extra meetpunt in aanwezige besturingen worden geïnte-
greerd. Als alternatief kan de droogloopbeveiliging ook als enige uitschakelinrichting func-
GEVAAR
Er bestaat explosiegevaar bij onjuiste installatie!
Wanneer de niveauregeling zich binnen een explosieve zone bevindt,
moeten de signaalgevers via een scheidingsrelais voor explosies of een
zenerbarrière worden aangesloten. Bij onjuiste installatie bestaat explo-
siegevaar! Laat de aansluiting door een elektromonteur uitvoeren.
Inbouw- en bedieningsvoorschriften • Wilo-Rexa PRO-S • Ed.01/2022-03