Scannen (voor gebruikers van een USB-
12
kabel)
De scantoets gebruiken
Opmerking
Zie Netwerkscannen (voor netwerkgebruikers) uu pagina 223 als u de SCAN-toets of Scannen wilt
gebruiken terwijl u op een netwerk bent aangesloten.
U kunt
(SCAN) op het bedieningspaneel of Scannen op het aanraakschermgebruiken om
documenten rechtstreeks naar uw tekstverwerkings-, grafische of e-mailprogramma of naar een map op uw
computer te scannen.
Voordat u
(SCAN) of Scannen kunt gebruiken, moet u de Brother MFL-Pro Suite installeren en de
machine aansluiten op uw computer. Als u de MFL-Pro-suite hebt geïnstalleerd vanaf de meegeleverde
installatie-cd-rom, zijn de juiste drivers en ControlCenter4 of ControlCenter2 geïnstalleerd. Als u scant met
(SCAN) of Scannen wordt uitgegaan van de configuratie op het scherm Scaninstellingen apparaat
van ControlCenter4 of het tabblad Bedieningsknop Apparaat van ControlCenter2. (Voor Windows
raadpleegt u De instellingen van de toets Scannen configureren uu pagina 82 voor Startmodus of De
instellingen van de toets Scannen configureren uu pagina 96 voor Geavanceerde modus. Zie SCANNEN
uu pagina 181 voor Macintosh.) Zie ControlCenter4 uu pagina 70 of ControlCenter2 uu pagina 179 voor
meer informatie over het configureren van de scaninstellingen van de ControlCenter4- of ControlCenter2-
knoppen en over het starten van de gewenste toepassing met
(SCAN) of Scannen.
12
12
®
12
206