Inhoud Belangrijke informatie#ii Aansprakelijkheidsbeperking#ii Waarschuwingen en disclaimers met betrekking tot de producten#iii Adviserende berichten#iii Inleiding#1 Productenreeks#1 Bedieningsmodi#1 Signaalgever- en doormeldvertragingen#2 Overzicht centrale#3 Gebruikersinterface van centrales voor twee en vier groepen#3 Gebruikersinterface van centrales voor acht groepen#4 Bediening en indicatie-LED's#6 Hoorbare indicatoren#11 Overzicht van statusmeldingen#12 Bediening van de centrale#17 Gebruikersniveaus#17...
Belangrijke informatie Aansprakelijkheidsbeperking In overeenstemming met de toepasbare wetgeving zal Carrier in geen geval aansprakelijk zijn voor enige winstderving of verlies van zakelijke mogelijkheden, verlies van gebruik, bedrijfsonderbreking, verlies van gegevens, of enige andere indirecte, bijzondere, incidentele of gevolgschade hetzij op basis van contract, onrechtmatige daden, productaansprakelijkheid, of anderszins.
Waarschuwingen en disclaimers met betrekking tot de producten DEZE PRODUCTEN ZIJN BEDOELD VOOR VERKOOP AAN EN INSTALLATIE DOOR GEKWALIFICEERDE BEROEPSKRACHTEN. CARRIER FIRE & SECURITY B.V. GEVEN GEEN GARANTIE DAT EEN PERSOON OF ENTITEIT DIE DIENS PRODUCTEN AANSCHAFT, WAARONDER “GEAUTORISEERDE DEALERS” OF "GEAUTORISEERDE WEDERVERKOPERS", OP DE JUISTE WIJZE ZIJN OPGELEID OF VOLDOENDE ERVARING HEBBEN OM PRODUCTEN MET BETREKKING TOT BRAND EN BEVEILIGING OP DE JUISTE WIJZE TE INSTALLEREN.
Inleiding Dit is de bedieningshandleiding voor de KFP-CF-serie brandmeldcentrales. Lees deze instructies en alle verwante documentatie volledig door voordat u dit product in gebruik neemt. Productenreeks Hieronder vindt u de modellen van de KFP-CF-serie. Tabel 1: KFP-CF-serie modellen Model Beschrijving KFP-CF2 Centrale voor twee groepen KFP-CF4...
Signaalgever- en doormeldvertragingen De signaalgever- en doormeldvertragingen zijn niet voor alle bedieningsmodi beschikbaar. In onderstaande tabel vindt u de vertragingen die voor elke bedieningsmodus beschikbaar zijn. Tabel 3: Signaalgever- en doormeldvertragingen Bedieningsmodus Signaalgevers Doormelding Uitgebreide vertraging vertraging doormeldvertraging EN 54-2 EN 54-2 ontruimen EN 54-2 Scandinavië...
Overzicht centrale Dit onderwerp biedt een inleiding in de gebruikersinterface van de centrale, de bedieningselementen en de indicatie-LED's. Gebruikersinterface van centrales voor twee en vier groepen Afbeelding 1: Gebruikersinterface van centrales voor twee en vier groepen 1. Groepenknoppen en LED's (Z1, Z2, enz.) 12.
Gebruikersinterface van centrales voor acht groepen Afbeelding 2: Gebruikersinterface van centrales voor acht groepen 1. Groepenknoppen en LED's (Z1, Z2, enz.) 12. Configuratiebedieningselementen 2. Indicatie-LED Voeding 13. Knop en indicatie-LED Herstel 3. Indicatie-LED Algemene storing 14. Knop en indicatie-LED Stop zoemer 4.
Pagina 11
Tabel 4: Regionale varianten van interfaceknoppen en indicatie-LED's Item EN 54 NEN 2535 NBN S 21-100 Signaalgevers Besturingsapparaat Signaalgevers vertraging vertraging Storing/Uit/Test ontruiming Gereserveerd Storingsmelding Gereserveerd Storing/Uitgeschakeld Signaalgevers Signaalgevers aan/stop Ontruiming aan/stop aan/stop Doormelding Doormelding vertraging Waarschuwing signaalgevers vertraging vertraging Doormelding Doormelding AAN/BEV Waarschuwingssignaalgevers...
Bediening en indicatie-LED's In de volgende tabel vindt u een overzicht van de bedieningselementen en indicatie-LED's van de centrale. De itemnummers verwijzen naar Afbeelding 1 op pagina 3 en Afbeelding 2 op pagina 4. Het is mogelijk dat de hier beschreven bedieningsfuncties niet voor alle gebruikers beschikbaar zijn.
Pagina 13
Item Bedienings- Kleur Beschrijving element/Indicatie- indicatie- Knop en indicatie- Geel Schakelt signaalgevers uit of test signaalgevers LED Signaalgevers (wanneer deze tegelijk met de Algemene knop Storing/Uit/Test Gedeelte uit of de Algemene knop Test wordt — of — ingedrukt). Ontruiming Een knipperende indicatie-LED geeft een storing Storing/Uit/Test en van de signaalgevers of de indicatie-LED voor...
Pagina 14
Item Bedienings- Kleur Beschrijving element/Indicatie- indicatie- Indicatie-LED Geel Geeft aan dat er in een geïnstalleerde Uitbreiding I/U uitbreidingskaart een storing is opgetreden of dat Storing/Uit een geïnstalleerde uitbreidingsmodule uitgeschakeld is. Een knipperende indicatie-LED geeft een storing in een uitbreidingskaart aan. Als de indicatie-LED continu brandt, geeft dit aan dat er een uitbreidingskaart is uitgeschakeld.
Pagina 15
Item Bedienings- Kleur Beschrijving element/Indicatie- indicatie- Knop en indicatie- Geel Schakelt de zoemer van de centrale uit en LED Stop zoemer bevestigt alle huidige gebeurtenissen. Als de indicatie-LED continu brandt, geeft dit aan dat alle huidige gebeurtenissen bevestigd zijn. Knop en indicatie- Rood De rode indicatie-LED geeft aan wat er gebeurt LED Signaalgevers...
Pagina 16
Item Bedienings- Kleur Beschrijving element/Indicatie- indicatie- Indicatie-LED Uit Geel Geeft aan de voeding van de centrale ervoor bedrijf zorgt dat groepen en ingangen voor branddetectie buiten bedrijf zijn. Andere systeemfuncties blijven in bedrijf (waaronder activering van het netwerk en van de netwerkuitgang).
Item Bedienings- Kleur Beschrijving element/Indicatie- indicatie- Doormelding Geel Geeft aan dat er een storing in de Storing/Uit/Test doormeldapparatuur is. De doormeldapparatuur is knop en indicatie- uitgeschakeld of wordt getest. Een knipperende indicatie-LED geeft een storing — of — aan. Als de indicatie-LED continu brandt, geeft dit aan dat de functie is uitgeschakeld of wordt Waarschuwing getest.
Overzicht van statusmeldingen Dit gedeelte bevat een overzicht van de standaardstatusmeldingen van de centrale. Stand-by (normale status) Stand-by, of normale status, wordt als volgt aangegeven: • Indicatie-LED Voeding: Continu aan. • Indicatie-LED Signaalgeversvertraging of evacuatiesignaalgeversvertraging: Continu aan indien een signaalgevers- of evacuatiesignaalgeversvertraging geactiveerd werd.
Voor bediening van NBN S 21-100 zijn extra indicatoren: • Indicatie-LED Evacuatiesignaalgeversvertraging: Continu aan indien een evacuatiesignaalgeversvertraging geactiveerd is. Knippert terwijl de vertraging geactiveerd is. Brandt continu als de evacuatiesignaalgevers zijn geactiveerd (geluid klinkt). • Waarschuwingsvertraging indicatie-LED: Knippert langzaam als een waarschuwingssignaalgever geactiveerd is (aan het aftellen).
Indicatie storing in de batterijvoeding en/of batterijzekering: • Indicatie-LED Algemene storing: Knipperend. • Indicatie-LED Storing voeding: Knipperend. • Zoemer centrale: Klinkt met een onderbroken toon. Indicatie Aardfout • Indicatie-LED Algemene storing: Knipperend. • Indicatie-LED Aardfout: Continu aan. • Zoemer centrale: Klinkt met een onderbroken toon. Opmerking: Neem contact op met uw installatie- of onderhoudsbedrijf om de oorzaak van alle storingen te onderzoeken.
Pagina 21
Uitgeschakelde storingsmelding wordt als volgt aangegeven: • Indicatie-LED Algemeen uit: Continu aan. • Indicatie-LED Storingsmelding: Continu aan geel. • Zoemer centrale: Uit. Test Een groep die getest wordt, wordt als volgt aangegeven: • Indicatie-LED Algemene test: Continu aan. • Corresponderende LED-indicatie Groep: Continu aan geel. •...
Pagina 22
Uit bedrijf Het controlepaneel is uit bedrijf wanneer er onvoldoende of geen netspanning of accustroom is. Groeps- en ingangsdetectie is niet actier, maar de rest van het systeem is ingeschakeld. In deze toestand kan de centrale netwerkgebeurtenissen ontvangen welke de uitgangen activeert. Uit bedrijf wordt als volgt aangegeven: •...
Bediening van de centrale Gebruikersniveaus Voor uw veiligheid zijn de toegangsmogelijkheden van enkele functies van dit product met toegangsniveaus beperkt. De toegangsprivileges voor elk toegangsniveau worden hieronder beschreven. Openbare gebruiker Het algemene gebruikersniveau is het standaard gebruikersniveau. Op dit niveau zijn basis bedieningshandelingen mogelijk, zoals het reageren op een brandalarm of storingswaarschuwing van de centrale.
Algemeen gebruikersniveau bewerking Algemeen gebruikersniveaubewerkingen zijn bewerkingen die door elke gebruiker kunnen worden uitgevoerd. Er is geen wachtwoord vereist om handelingen op dit niveau uit te voeren. Met een algemeen niveaubewerking kunt u: • Een systeemgebeurtenis bevestigen en de zoemer van de centrale stoppen •...
Pagina 25
Een actieve doormeldingsvertraging onderbreken (of waarschuwingsvertraging voor NBN S 21-100) Als een doormeldingsvertraging (of waarschuwingsvertraging voor NBN S 21-100) ingeschakeld en actief is, druk dan op de knop Doormelding AAN (of de knop Waarschuwing aan/stop voor NBN S 21-100) of de knop Doormelding vertraging (of knop Waarschuwingsvertraging voor NBN S 21-100) om de vertraging onmiddellijk te annuleren en de doormelding de activeren (of waarschuwing voor NBN S 21-100).
Alleen lokale aanduidingen weergeven Voor centrales in een brandmeldnetwerk en met herhaal paneel functionaliteit, wordt een aanduiding geactiveerd als de functie is geactiveerd voor een centrale die in het netwerk is herhaald. Voor meldergroepindicaties die algemeen zijn in het brandmeldnetwerk, is het niet nodig om dit te herhalen voor andere centrales en hun meldgroepindicaties weer te geven.
Operator-niveaubewerking Het operator-niveau is beveiligd met een wachtwoord en gereserveerd voor geautoriseerde gebruikers die een training in het gebruik van de centrale hebben gevolgd voor de bediening en onderhoud ervan. Het standaard operator- gebruikerswachtwoord is 2222. De taken die in onderwerp “Algemeen gebruikersniveau bewerking” op pagina 18 zijn opgenomen, vindt u ook op toegangsniveau 2.
Centrale opnieuw instellen Opmerking: Onderzoek alle alarmen en systeemstoringen voordat u de centrale opnieuw instelt. Als u de centrale wilt herstellen en alle huidige systeemgebeurtenissen wissen, drukt u op de knop Herstel. Systeemgebeurtenissen die nog niet zijn verholpen, blijven gemarkeerd nadat het herstelproces is voltooid. Signaalgevers (of ontruiming voor NBN S 21-100) stoppen of opnieuw starten Als u de signaalgevers (of ontruiming voor NBN S 21-100) wilt stoppen, drukt u...
Signaalgevers starten in ontruimingsmodus Als de centrale is geconfigureerd in de EN 54-2 ontruimingsmodus, kunnen signaalgevers worden gestart zonder een brandalarm door op de knop Signaalgever aan/uit te drukken. Als de centrale is geconfigureerd in NBN S 21-100, kunnen ontruimingssignalen worden gestart zonder een brandalarm door op de knop Ontruiming aan/uit te drukken.
Schakel een geconfigureerde uitgebreide doormeldvertraging (verkenningstijd) in of uit Als dit zodanig geconfigureerd is, wordt de uitgebreide doormeldvertraging op hetzelfde moment in- of uitgeschakeld als de standaard doormeldvertraging. In bedieningsmodus NEN 2535 wordt de uitgebreide waarschuwingsvertraging de actieve vertraging wanneer de signaalgevers worden gestopt (door op de toets Signaalgevers aan/stop te drukken) en blijven uit wanneer de standaard waarschuwingsvertragingstijd verstreken is.
Als er in een andere groep die niet getest wordt een brandalarm afgaat, reageert het controlepaneel zoals in de configuratieinstellingen is vastgelegd op de alarmgebeurtenis. Opmerking: U kunt de zoemer en signaalgevers van de centrale zodanig configureren dat ze niet klinken wanneer er in een geteste groep een alarm wordt geactiveerd.
Als er een brandalarm afgaat, sluit het controlepaneel de test af en reageert het zoals in de configuratieinstellingen is vastgelegd voor een alarm. Signaalgevers (of ontruiming voor NBN S 21-100) inschakelen of uitschakelen Voor het uitschakelen van signaalgevers (of ontruiming voor NBN S 21-100) drukt u op de Algemene knop Gedeelte uit en vervolgens op de knop Signaalgever Storing/Uit/Test (of de knop Ontruiming Storing/Uit/Test voor NBN S 21-100).
Pagina 33
Doormelding (of waarschuwing voor NBN S 21-100) in- of uitschakelen Voor het uitschakelen van doormelding (of waarschuwing voor NBN S 21-100) drukt u op de Algemene knop Gedeelte uit en vervolgens op de knop Doormelding AAN/BEVESTIGD (of de knop Waarschuwing aan/uit voor NBN S 21-100).
Onderhoud Voer de volgende onderhoudstaken uit om ervoor te zorgen dat uw brandalarmsysteem correct functioneert en voldoet aan alle vereiste Europese regelgeving en lokale regels. Opmerking: Zorg voordat u tests uitvoert ervoor dat de doormelding (indien geconfigureerd) uitgeschakeld is of dat de brandweer van de tests op de hoogte is gesteld.
Informatie over regelgeving Europese normen voor brandbesturings- en brandmeldapparatuur Deze brandmeldpanelen zijn ontworpen volgens de Europese normen EN 54-2, EN 54-4, BS 5839-1, NBN S 21-100 en NEN 2535. Daarnaast voldoen alle modellen aan de volgende optionele eisen uit de norm EN 54-2: Tabel 7: Optionele vereisten EN 54-2 Optie...
Pagina 36
EN 54-13 Europese compatibiliteitsevaluatie van systeemonderdelen Deze centrales maken deel uit van een gecertificeerd systeem zoals omschreven door de EN 54-13-norm bij een installatie en configuratie voor EN 54-13- bediening, zoals beschreven door de fabrikant in de overeenkomende installatiedocumentatie. Neem contact op met uw installatie- of onderhoudsbedrijf om te bepalen of uw brandmeldsysteem voldoet aan deze norm.
Europese regelgeving voor de constructie van producten Dit gedeelte geeft een samenvatting van de aangegeven prestaties conform de Verordening Bouwproducten (EU) 305/2011 en Gedelegeerde Verordeningen (EU) 157/2014 en (EU) 574/2014. Zie de Prestatieverklaring van het product voor gedetailleerde informatie (beschikbaar op firesecurityproducts.com). Overeenstemming Aangemelde instanties 0370...