SECTIE 10: STABILITEIT EN REACTIVITEIT
STABILITEIT: stabiel.
INCOMPATIBILITEIT MET ANDERE MATERIALEN: sterke oxidatiemiddelen
GEVAARLIJKE POLYMERISATIE: treedt niet op
GEVAARLIJKE DECOMPOSITIEPRODUCTEN: tijdens een brand kunnen
giftige gassen ontstaan door thermische decompositie of verbranding.
SECTIE 11: TOXICOLOGISCHE INFORMATIE
Dit materiaal werd door Xerox Corporation geëvalueerd. De onderstaande
toxicologische gegevens zijn gebaseerd op de testresultaten van vergelijkbare
toners.
Oraal LD
: >5 g/kg (ratten), praktisch niet-giftig
50
Huidaanraking LD
Inhalering LC
: >5 mg/l (ratten, 4 uur blootgesteld), praktisch niet-giftig
50
Inhalering LC
: >20 mg/l (ratten, berekend op blootstelling van 1 uur),
50
niet-giftig volgens DOT
Oogirritatie: geen irriterende stof.
Sensibilisatie huid: geen sensibiliserende stof.
huidirritatie: geen irriterende stof.
Menselijke huid: geen irritatie, geen sensibilisatie
Mutageniciteit: geen mutageniciteit ontdekt bij Ames-analyse
Carcinogenen: niet aanwezig
Extra informatie: Het resultaat van een door Xerox gesponsorde studie voor
chronische inhalatie van toner wijst erop dat er zich bij het laagste
blootstellingniveau (1 mg/m
longen van ratten. Dit niveau is het meest relevante voor mogelijke
blootstelling bij mensen. Een zeer lichte mate van fibrose werd vastgesteld bij
25 procent van de proefdieren bij het middelste blootstellingniveau (4 mg/m
Bij het hoogste niveau (16 mg/m
proefdieren. Deze resultaten worden toegeschreven aan "overbelasting van de
longen", een algemene reactie als gedurende lange tijd zeer veel stof in de
longen wordt opgenomen. Om te voldoen aan het EPA-testprotocol, werd de
studie uitgevoerd met een speciale soort testtoner. Deze testtoner kan tien keer
beter worden ingeademd dan de commerciële Xerox-toner. Deze toner kan niet
functioneel worden gebruikt in Xerox-apparatuur.
SECTIE 12: ECOLOGISCHE GEGEVENS
Aquatisch LC
: > 1000 mg/l (elrits/rivierforel) niet-giftig.
50
Gebruikershandleiding
: >5 g/kg (konijnen), praktisch niet-giftig
50
3
) geen veranderingen hebben voorgedaan in de
3
) trad een lichte mate van fibrose op bij alle
3
).
83