binnen terug, tot er een U-vormige bocht in de con-
denswaterafvoertrechter overblijft.
▶
Plaats de binnenliggende verwarmingsdraad zodanig,
dat de lus (4) concentrisch ten opzichte van het gat in
de bodemplaat ligt.
▶
Gebruik een grindbed onder het product, om het con-
denswater af te voeren.
Voorwaarde: Uitvoering met afvoerleiding
▶
Monteer de condenswaterafvoertrechter (3) en de
adapter (2) uit de bijverpakking.
▶
Sluit de afvoerleiding op de adapter en een regenpijp
aan. Let daarbij op voldoende afschot.
▶
Schuif de verwarmingsdraad (1) van binnen door de
condensafvoertrechter en de adapter in de afvoerlei-
ding.
▶
Plaats de binnenliggende verwarmingsdraad zodanig,
dat de lus (4) concentrisch ten opzichte van het gat in
de bodemplaat ligt.
▶
Wanneer het om een regio met bodembevriezing gaat,
dan installeert u een elektrische hulpverwarming voor
de afvoerleiding.
Geldigheid: Montage op een plat dak
Voorwaarde: Uitvoering zonder afvoerleiding
▶
Monteer de condenswaterafvoertrechter (3) uit de
bijverpakking.
▶
Schuif de verwarmingsdraad (1) van binnen door de
condensafvoertrechter naar buiten.
▶
Plaats de binnenliggende verwarmingsdraad zodanig,
dat de lus (4) concentrisch ten opzichte van het gat in
de bodemplaat ligt.
▶
Gebruik het plat dak om het condenswater af te voe-
ren.
Voorwaarde: Uitvoering met afvoerleiding
▶
Monteer de condenswaterafvoertrechter (3) en de
adapter (2) uit de bijverpakking.
▶
Sluit de afvoerleiding op de adapter en via een kort
traject op een regenpijp aan. Let daarbij op voldoende
afschot.
▶
Schuif de verwarmingsdraad (1) van binnen door de
condensafvoertrechter en de adapter in de afvoerlei-
ding.
▶
Plaats de binnenliggende verwarmingsdraad zodanig,
dat de lus (4) concentrisch ten opzichte van het gat in
de bodemplaat ligt.
▶
Wanneer het om een regio met bodembevriezing gaat,
dan installeert u een elektrische hulpverwarming voor
de afvoerleiding.
26
5.12
Beschermingswand opstellen
Geldigheid: Bodemopstelling OF Montage op een plat dak
▶
Als de opstellingsplaats niet tegen de wind beschermd
is, stel dan een beschermingswand tegen de wind op.
▶
Houd daarbij de minimumafstanden aan.
5.13
Manteldelen demonteren/monteren
De volgende werkzaamheden moeten alleen indien nodig
worden uitgevoerd of bij onderhouds- of reparatiewerkzaam-
heden.
5.13.1 Manteldeksel demonteren
▶
Demonteer het manteldeksel zoals weergegeven in de
afbeelding.
5.13.2 Rechter zijmantel demonteren
▶
Demonteer de rechter zijmantel zoals weergegeven in de
afbeelding.
Installatie- en onderhoudshandleiding 0020297939_04
2×1
A
B
2×1
A
B