De instellingen van een kit bewerken
Kits selecteren
(KIT)
Hier leest u hoe u kits selecteert.
1.
Druk op de [KIT]-knop om deze te doen oplichten.
Het KIT-scherm verschijnt.
Als de kit wordt bewerkt, wordt een "*" weergegeven links van
het kitnummer.
2.
Gebruik de [VALUE]-regelaar om een kit te
selecteren.
3.
Druk nogmaals op de [KIT]-knop.
De [KIT]-knop dooft en u verlaat het KIT-scherm.
Een kit kopiëren
(KIT COPY)
1.
Houd de [COPY]-knop ingedrukt en druk op de
[KIT]-knop.
Het KIT COPY-scherm verschijnt.
2.
Gebruik de [VALUE]-regelaar om de kopieerbron
te selecteren en druk vervolgens op de [VALUE]-
regelaar.
3.
Gebruik de [VALUE]-regelaar om de
kopieerbestemming te selecteren en druk
vervolgens op de [VALUE]-regelaar.
Er verschijnt een bevestigingsbericht.
4.
Om te kopiëren, gebruikt u de [VALUE]-regelaar
om
"OK"
te selecteren en drukt u op de [VALUE]-
regelaar.
Als u wilt annuleren, gebruik dan de [VALUE]-regelaar om
"Cancel" (Annuleren) te selecteren en druk vervolgens op de
[VALUE]-regelaar.
Hier leest u hoe u de instellingen van de momenteel geselecteerde
kit wijzigt.
* Als u de bewerkte kitinstellingen wilt bewaren, moet u de kit opslaan
(p. 25).
1.
Houd de [SHIFT]-knop ingedrukt en druk op de
[KIT]-knop.
Het KIT-bewerkingsscherm verschijnt.
2.
Selecteer een parameter.
2-1.
Gebruik de [VALUE]-regelaar om een parameter te
selecteren.
2-2.
Druk op de [VALUE]-regelaar.
Ga verder naar het bewerken van de parameterwaarde
(stap 3).
24
Instrumenten groeperen
U kunt een groep van meerdere instrumenten maken en hun
gelaagde geluid met één noot spelen.
Geef een instrument als "masterinstrument" op en geef de
instrumenten die het masterinstrument moeten volgen op als
"slave-instrumenten" (volginstrumenten). Het masterinstrument en
de instrumenten die u als volginstrumenten selecteert, vormen de
"instrumentengroep".
Een instrumentengroep kan in de volgende statussen worden
gebruikt.
5 Stapinvoer in "TR-REC"
5 Padperformance in "INST PLAY"
5 Padopname in "INST REC"
1.
Houd de [SHIFT]-knop ingedrukt en druk op de
[KIT]-knop.
2.
Houd de [BD]–[RC]-knop lang ingedrukt die u als
het masterinstrument wilt opgeven.
Het INST GROUP-scherm verschijnt.
3.
Houd de knop waarop u in stap 2 hebt gedrukt,
ingedrukt en druk op de [BD]–[OH]-knop die u als
het volginstrument wilt opgeven.
MEMO
5 Als u tijdens TR-REC op een gegroepeerde [BD]–[OH]-knop
drukt, licht de [BD]–[OH]-knop van het masterinstrument
( ) op en knippert de [BD]–[OH]-knop van het
volginstrument ( ).
5 Als u tijdens INST PLAY/INST REC op een pad [BD]–[OH] drukt
van een gegroepeerd volginstrument, wordt er geen geluid
geproduceerd.
3.
Wijzig de waarden.
3-1.
Gebruik de [VALUE]-regelaar om de parameterwaarde
te bewerken.
3-2.
Druk op de [VALUE]-regelaar.
Keer terug naar het selecteren van een parameter (stap 2).
4.
Druk op de [KIT]-knop.
Verlaat het KIT bewerkingsscherm.
MEMO
Raadpleeg de "Parametergids (Engels)" (pdf ) voor meer details over
de KIT-parameters.
(KIT bewerken)