De patrooninstellingen wijzigen
Hier leest u hoe u de kit die en het tempo dat door een patroon
worden gebruikt, kunt opgeven.
1.
Houd de [SHIFT]-knop ingedrukt en druk op de
[PTN
SELECT]-knop.
Het PTN SETTING-scherm verschijnt.
2.
Selecteer een parameter.
2-1.
Gebruik de [VALUE]-regelaar om een parameter te
selecteren.
2-2.
Druk op de [VALUE]-regelaar.
3.
Wijzig de waarden.
3-1.
Gebruik de [VALUE]-regelaar om de waarde te bewerken.
3-2.
Druk op de [VALUE]-regelaar.
U keert terug naar de parameterselectie (stap 2).
4.
[PTN
SELECT]-knop.
Druk op de
Verlaat het PTN SETTING-scherm.
MEMO
U kunt de waarde in stap 2-2 ook bewerken door aan de [VALUE]-
regelaar te draaien terwijl u deze ingedrukt houdt.
PTN SETTING-parameters
PTN SETTING: KIT
Parameter
Waarde
Uitleg
OFF:
kit niet.
ON:
OFF, ON
Sw
ook over naar de kit die is opgegeven door
PTN SETTING: KIT nummer.
* Deze instelling is effectief als [UTILITY]
GENERAL: KitSel = PTN.
Selecteert de kit die het patroon gebruikt
wanneer PTN SETTING: KIT Sw op "ON"
001–128
Number
* Deze instelling is effectief als [UTILITY]
GENERAL: KitSel = PTN.
PTN SETTING
Parameter
Waarde
Uitleg
Geeft het tempo van het patroon op.
* Wanneer [UTILITY] GENERAL: TempoSrc = PTN,
wordt het hier opgegeven tempo gebruikt.
Het hier opgegeven tempo wordt ook
40.0-300.0
Tempo
weergegeven als u op de [TEMPO]-knop drukt.
* Wanneer [UTILITY] GENERAL: TempoSrc =
SYSTEM, wordt het hier opgegeven tempo
niet gebruikt. Het tempo wordt gebruikt dat is
opgegeven door op de [TEMPO]-knop te drukken.
8th
,
(T)
16th
,
Selecteert de toonladder.
Scale
(T)
16th, 32nd
Past de hoeveelheid shuffle aan.
* Wanneer [UTILITY] GENERAL: Shuffle = PTN,
-128–0–
Shuffle
wordt deze instelling gebruikt.
+127
* Wanneer [UTILITY] GENERAL: Shuffle = SYSTEM,
wordt deze instelling niet gebruikt.
Geeft het interval van de spatiëring van de
0–8
Flam Spacing
flam op.
1–10
Selecteert het Scatter-type.
ScatterType
als u het patroon wisselt, verandert de
als u het patroon wisselt, schakelt de kit
(aan)
(patrooninstelling)
Parameter
Waarde
ScatterDepth
1–10
[FILL IN TRIG] +
[VALUE]
MstrProb
-100–0–
(Master
100%
Probability)
MEMO
U kunt Master Probability wijzigen door de instrumentselectieknop
[BD]
ingedrukt te houden en op de [SD]-knop te drukken, en vervolgens
aan de [DECAY]-regelaar te draaien om de waarde te bewerken.
PTN SETTING: NAME
Parameter
Uitleg
Specificeert de patroonnaam (maximaal 16 tekens).
NAME
Tekens invoeren
1.
Gebruik de [VALUE]-regelaar om
selecteren.
PTN SETTING:NAME
ÀBerlin Flyover
2.
Druk op de [VALUE]-regelaar om naar het
tekeninvoerscherm te gaan.
PTN NAME:
Berlin Flyover
3.
Gebruik de knoppen
(rechts) om de cursor te verplaatsen.
staat.
Knop
[UTILITY]-knop
[COPY]-knop
4.
Gebruik de [VALUE]-regelaar om het teken te
wijzigen.
Knop
[SHIFT]-knop
+ [COPY]-knop
[SHIFT]-knop
+ [UTILITY]-knop
[SHIFT]-knop
+ [VALUE]-regelaar
5.
Druk op de [VALUE]-regelaar wanneer u klaar bent
met het invoeren van tekens.
Als u besluit te annuleren, drukt u op de [EXIT]-knop.
Uitleg
Regelt de diepte van het Scatter-effect.
U kunt een waarde toevoegen aan de
waarschijnlijkheid van de hele sequentie.
& Voor meer informatie over
waarschijnlijkheid raadpleegt u "De
waarschijnlijkheid instellen (PROB, SUB
PROB)" (p. 20)
* Dit heeft geen effect als de individuele
waarschijnlijkheden niet zijn ingesteld.
"NAME"
[COPY]
(links) of
[UTILITY]
Uitleg
Verplaatst de cursor naar rechts.
Verplaatst de cursor naar links.
Uitleg
Wist één teken (Erase).
Voegt één teken in (Insert).
Schakelt tussen hoofdletters/kleine letters/
cijfers.
(naam) te
17