Inbedrijfstelling
KALIBREREN EC
Kal. EC nul
Formule voor de berekening
van de correctiefactor
22
Kalibratie van de geleidingsvermogenssonde
Nadat u de EcoControl EC Dos Desalt gemonteerd heeft, moet u de
geleidingsvermogenssonde en de temperatuursonde kalibreren.
Met een tweepuntskalibratie bereikt u de meest exacte metingen.
Daarvoor moet u
het nulpunt
en de streefwaarde
van de geleidingsvermogenssonde kalibreren.
Nulpuntkalibratie
Meetfouten (offset) die bijv. door temperatuurdrift in het meetsysteem
optreden, kunnen door de nulpuntkalibratie gecompenseerd worden.
Wanneer u afziet van de nulpuntkalibratie, worden de meetresultaten
onnauwkeuriger.
Verzeker u ervan dat de sonde met de definitieve kabellengte
aangesloten is, maar niet in het te meten medium gedompeld en
volledig droog is.
Selecteer de menupunten „
Kal. EC nul
„
".
Start de nulpuntkalibratie met de Toets „ENTER"
De nulpuntkalibratie wordt automatisch beëindigd. De EcoControl EC
Dos Desalt corrigeert nu de meetfout door bepaling van het verschil.
Verricht vervolgens de streefwaardekalibratie.
Streefwaardekalibratie
Meetfouten die door een vervuilde sonde ontstaan, kunnen met de
streefwaardekalibratie worden gecorrigeerd. De
streefwaardekalibratie is bijzonder geschikt wanneer binnen een smal
meetbereik hoge eisen aan de nauwkeurigheid worden gesteld.
Bovendien maakt deze methode het mogelijk metingen te verrichten
met een sonde waarvan u de celconstante niet exact kent.
De streefwaarde kunt u afhankelijk van de toepassing op die
verschillende manieren kalibreren:
Kalibratie zonder temperatuurcompensatie
Kalibratie met temperatuurcompensatie bij constante
mediumtemperatuur
Kalibratie met temperatuurcompensatie bij veranderlijke
mediumtemperatuur
Kalibratie zonder temperatuurcompensatie
Gebruik de kalibratie zonder temperatuurcompensatie, wanneer de
temperatuur ca. 15 °C bedraagt en constant blijft.
Daarvoor moet u de uit een vergelijkende meting en de weergave
bepaalde correctiefactor handmatig invoeren.
Service
Kalibreren EC
" > „
" >