Afstandsbediening
De projector wordt bediend met de meegeleverde afstandsbediening. Richt de zender van de
afstandsbediening op één van de ontvangers op de projector wanneer u de toetsen van de
afstandsbediening gebruikt. Het maximum bereik van het signaal van de afstandsbediening is
ongeveer 5 meter (tussen de zender en de ontvanger).
Belangrijk!
Om te voorkomen dat de batterijen leeg raken, moet u de afstandsbediening zo opbergen dat
geen van de toetsen per ongeluk wordt ingedrukt.
Opmerking
De technische gegevens kunnen zonder kennisgeving worden gewijzigd.
D
1
Zender afstandsbedieningssignaal
2
Met deze toets schakelt u de stroom in of uit.
3
Druk hierop om het huidige menu te verlaten of om een
handeling te annuleren.
4
Deze toetsen worden gebruikt om de afstandsbediening-ID in
te stellen. Zie "Configureren van de afstandsbediening-ID en
de projector-ID-instellingen" (bladzijde 30).
5
Gebruik de cursortoetsen ([ ][ ][ ][ ]) om te navigeren
tussen de diverse menu-items en om ingestelde waarden te
veranderen. Druk op [ENTER] om een menu-item te selecteren
of een functie uit te voeren.
6
Druk op deze toetsen om de bijbehorende functies uit te
voeren. Zie voor informatie over de functie van elk van de
toetsen "Basisbediening beeldweergave en audioweergave
tijdens projectie" (bladzijde 24), "Gebruiken van de
Presentatietimer (TIMER)" (bladzijde 30) en "Gebruiken van het
instelmenu (MENU)" (bladzijde 32).
7
Deze toetsen worden alleen gebruikt voor netwerkmodellen.
Deze worden hoofdzakelijk gebruikt voor de bediening van de
projectie met de Bestandszoeker (bladzijde 39).
23