Storing
Oorzaak
De voorlooptempe‐
Aanvoer en retour van het regelstation zijn
ratuur kan niet op
verkeerd om aangesloten.
de gewenste
waarde worden
De opvoerhoogte/het pompniveau van de
ingesteld of de
pomp is te laag ingesteld.
voorlooptempera‐
tuur schommelt erg
De warmtebelasting is te groot voor het
sterk.
regelstation, d.w.z. het warmteverbruik is
hoger dan het nominaal vermogen van het
regelstation. Deze toestand kan bijvoor‐
beeld tijdelijk optreden wanneer een
„koude‟ vloer wordt verwarmd.
De thermostaatkop is defect.
Verkeerde karakteristiek ingesteld.
Storingen van de pomp
LED
Storingen
Brandt
Blokkering
rood
Contact/wikkeling
Knippert
Te lage/te hoge span‐
rood
ning
Te hoge moduletem‐
peratuur
Kortsluiting
Knippert
Generatormodus
rood/
groen
Drooglopen
Overbelasting
Verdelerregelstation - vaste waarde
De storingsmeld-led signaleert een storing.
n
Afhankelijk van het type storing schakelt de pomp uit het probeert
n
cyclisch een herstart.
Oorzaken
De rotor blokkeert.
De wikkeling is defect.
Te lage of te hoge voedingsspan‐
ning aan de netzijde.
Het interieur van de module is te
warm.
Te hoge motorstroom.
De pomphydraulica wordt door‐
stroomd maar de pomp heeft geen
netspanning.
Lucht in de pomp.
Zwaar lopende motor: de pomp
wordt buiten de specificaties
gebruikt (bijv. hoge moduletempe‐
ratuur). Het toerental is lager dan
in normaal bedrijf.
Oplossing
Controleer of alle aansluitingen van het
regelstation goed zijn aangesloten, even‐
tueel aansluitingen verwisselen.
Toerental resp. opvoerhoogte / pompni‐
veau van de pomp verhogen.
Maximale benodigde warmte bepalen en
vergelijken met het nominaal vermogen.
Eventueel moeten de verwarmings‐
groepen worden verdeeld over een
tweede regelstation met bijbehorende ver‐
deler-eenheid. Als de oorzaak ligt in het
voor het eerst opwarmen van een vloer‐
verwarming, kan na de opwarmfase (na 2
tot 3 dagen) alsnog een normale werking
aanvangen. Dit is met name het geval bij
werking op het hoogste nominaal ver‐
mogen.
Nieuwe thermostaatkop monteren.
De karakteristiek Δp-c instellen.
Oplossing
Handmatige herstart activeren.
Wanneer de storing daarna niet is
opgelost, contact opnemen met
het Viega servicecenter.
Netspanning en toepassingsom‐
standigheden controleren.
Netspanning, waterhoeveelheid/-
druk en omgevingsomstandig‐
heden controleren.
Gebruik
19