Lucht/water-warmtepomp
Afvoeren: verwijder de metalen platen van de buitenbehuizing, sluit een slang aan op de vulklep en laat
vervolgens koelmiddel ontsnappen.
Opmerkingen
(a) Afvoeren is toegestaan tenzij het apparaat is gestopt. (Schakel de stroom uit en zet deze 1 minuut later
weer aan)
(b) Tijdens het afvoeren moeten beschermende maatregelen worden genomen om bevriezing te voorkomen.
(c) Wanneer het afvoeren is voltooid, als er niet meteen schoongezogen kan worden, verwijder dan de slang
om te voorkomen dat er lucht of vreemde stoffen in het apparaat komen.
(d) Schoonzuigen: wanneer het afvoeren is voltooid, gebruik dan slangen om de vulklep, manometer en
vacuümpomp aan te sluiten om het apparaat schoon te zuigen.
LET OP
Wanneer het schoonzuigen is voltooid, moet de druk in de unit gedurende minstens 30 minuten lager dan 80Pa
worden gehouden om er zeker van te zijn dat er geen lekkage is. Zowel vulklep 1 als vulklep 2 kunnen worden
gebruikt voor het schoonzuigen.
Vullen: wanneer het schoonzuigen is voltooid en het risico op lekkage is uitgesloten, kan het koelmiddel bijgevuld
worden.
Lekdetectiemethoden:
(1) De volgende lekdetectiemethoden worden aanvaardbaar geacht voor systemen die ontvlambare koelmiddelen
bevatten.
(2) Voor de detectie van ontvlambaar koelmiddel wordt een elektronische lekdetector gebruikt, maar de
gevoeligheid kan onvoldoende zijn of opnieuw gekalibreerd moeten worden (de detectieapparatuur wordt
gekalibreerd in een koelmiddelvrije ruimte).
(3) Zorg ervoor dat de detector geen potentiële ontstekingsbron is en geschikt is voor het gebruikte koelmiddel.
(4) De lekdetectieapparatuur moet worden ingesteld op een percentage van de onderste ontvlambaarheidsgrens
(LFL) van het koelmiddel en worden gekalibreerd op het gebruikte koelmiddel en het juiste percentage gas
(maximaal 25%).
(5) Lekdetectiemiddelen zijn geschikt voor gebruik met de meeste koelmiddelen, maar het gebruik van
chloorhoudende reinigingsmiddelen
moet worden vermeden, aangezien chloor met het koelmiddel kan reageren en de koperen leidingen kan aantasten.
Vulklep 1
Vulklep 2
Verbindingsbuis
30
M O NO B L O C TY P E
Drukmeter
Vacuümpomp