Handleiding
23
Storing terugwatt
24
Paneel verlichting
25
Laadcontrole
26
Oliedruk vooralarm
27
Koelwatertemperatuur
vooralarm
28
Lekbakniveau
29
Spanningsfout generator
30
Overbelast
Bredenoord Aggregaten
©
Wanneer het aggregaat in parallelbedrijf geen vermogen meer
levert aan de gebruikers, maar vermogen gaat vragen, spreekt
deze beveiliging aan. Waarschijnlijk is er een
brandstofprobleem. Tevens resetknop om de storingsmelding
te resetten.
Deze drukschakelaar zal, indien bekrachtigd, het paneel
verlichting laten branden, met een ingestelde tijd van
ongeveer 10 minuten. Deze tijd is instelbaar met tijdrelais
Kt18.
Deze indicator zal oplichten wanneer er een storing is
ontstaan aan de dynamo, de accu's worden niet meer
bijgeladen. Het aggregaat zal tijdelijk in functie blijven totdat
de accu's leeg zijn. De storing dient zo snel mogelijk
verholpen te worden zodat het aggregaat de volgende keer
probleemloos kan starten.
Wanneer de oliedruk beneden de ingestelde waarde komt, dan
zal deze indicator oplichten. Ook zal de sirene afgaan. De
motor blijft doorlopen. De instelling van de oliedruk voor het
vooralarm moet gedaan worden op de meter die links naast de
koelwaterverwarming op het frame is gemonteerd.
Wanneer de koelwatertemperatuur boven de ingestelde
waarde komt, dan zal deze indicator oplichten. Ook zal de
sirene afgaan. De motor blijft doorlopen. De instelling van de
koelwatertemperatuur voor het vooralarm moet gedaan
worden op de meter die links naast de koelwaterverwarming
op het frame is gemonteerd.
Is het niveau in de lekbak tot boven het toegestane niveau
gestegen, dan zal de motor automatisch uitgeschakeld worden
en zal deze indicator oplichten. Controleer op eventuele
lekkage.
Brandt deze indicator dan is de spanning van de generator
beneden of boven de toegestane waarde gekomen. De motor
zal uitgeschakeld worden.
Dit lampje gaat branden zodra de thermische of de
magnetische beveiliging van de generatorschakelaar is
aangesproken. Deze beveiliging kan gereset worden door de
bedrijfskeuzeschakelaar in de stand onbelast te zetten, de
dieselmotor hoeft dan niet gestopt te worden.
15