7
Condensaataansluiting
en gewaarborgde afvoer
n
De in het gebouw gemonteerde condensleiding
moet gelegd worden met een verval van mini-
maal 2 %. Monteer eventueel dampdiffusie-
dichte isolatie.
n
Bevindt het niveau van de condensleiding op
het apparaat zich boven de apparaatuitlaat,
moet de leiding direct verticaal naar boven en
daarna met verval naar de afvoer te worden.
n
Breng de condensafvoer van het apparaat vrij
in de afloopleiding. De doorsnede van de con-
densaatsteunen bedraagt 25 mm. Wordt con-
dens afgevoerd naar een afvoerleiding, plaats
dan een sifon als geurafsluiter.
Bij gebruik van het apparaat bij een buitentem-
n
peratuur van minder dan 4 °C, moet worden
gezorgd voor een vorstvrije plaatsing van de
condensafvoer. Monteer eventueel een lintver-
warming langs de leiding.
n
Na het leggen controleren op een vrije afvoer
van het condens en zorgen voor een perma-
nente lekdichtheid.
Condensaansluiting
Door de dauwpuntonderschrijding bij het register
ontstaat condens tijdens koelbedrijf. Onder het
koelblok bevindt zich een opvangbak met seriema-
tige condenspomp en vlotterschakelaar. Als de
vlotterschakelaar op basis van een gebrekkige
afvoer van de condens een veiligheidsuitschake-
ling veroorzaakt, schakelt de pomp direct in en
loopt deze nog ca. drie minuten na.
Gewaarborgde afvoer bij lekkages
Regionale voorschriften of wetten betreffende het
milieu, bijv. wetgeving betreffende de waterhuis-
houding (WHG), kunnen bepalingen bevatten dat
ongecontroleerde afvoer bij lekken voorkomen
dient te worden, zodat uittredende koelmachineolie
of potentieel gevaarlijke koelmiddelen veilig afge-
voerd kunnen worden.
AANWIJZING!
De maximale doorvoercapaciteit van de con-
denspomp is 500 mmWs. Door externe
invloeden, zoals bijv. contradruk aan de lucht-
zijde, vervuiling of slijtage kan er vermogensre-
ductie optreden. Om een veilige werking te
kunnen waarborgen, adviseren wij een maxi-
male doorvoerhoogte van 450 mm niet te over-
schrijden!
AANWIJZING!
Bij een condensaatafvoer via een kanaal moet
conform DIN EN 1717 gegarandeerd zijn, dat
aanwezige belastingen betreffende afvalwater
(bacteriën, schimmels, virussen) niet in het aan-
gesloten apparaat terechtkomen.
A
C
Afb. 25: Condensaansluiting - fout!
A: Ver liggende stijgleiding
B: Te grote/kleine condensleiding
C: Geen verval
D: Geen vrije afvoer
min. 2%
16-20 mm
Afb. 26: Condensaansluiting - goed!
B
D
max.
500 mmWS
23