4
Alarm
4.1 Alarmingang
Alarmapparaten worden aangesloten via de alarmprintplaat op het achterpaneel van de eenheid (zie
paragraaf 1.7). Elke Alarmingang stemt overeen met de Camera-ingang met hetzelfde nummer.
4.2 Alarmuitgang
Alarm-LED op frontpaneel: De LED die zich links boven de Alarmtoets bevindt, brandt zolang het
alarm actief is.
Interne zoemer: De interne zoemer wordt geactiveerd tot hij wordt uitgezet en bevestigd. Deze functie
kan worden uitgezet in het menusysteem (zie Zoemerinstelling in paragraaf 3.10).
Monitorweergave: Wordt hieronder besproken in de paragraaf Schermweergave tijdens alarm.
Uitgangsrelais: Het alarm-uitgangsrelais is actief zolang het alarm duurt.
Macro-activering: De eenheid kan in het menusysteem zo worden geconfigureerd dat een macro
wordt geactiveerd wanneer een alarm wordt gedetecteerd (zie Verbinding met macro in paragraaf
3.10).
Opnamesnelheid: De opnamesnelheid kan worden verhoogd door op te nemen met de Alarm-
opnamesnelheid (zie paragraaf 3.10) en door Interleaved of Exclusieve opname (zie Alarm-
opnamemode in paragraaf 3.11).
4.3 Alarmbevestiging
Een druk op de Alarmtoets bevestigt aan de eenheid dat het alarm is onderkend
en zet de interne zoemer uit. Dit heft de alarmtoestand echter niet op.
4.4 Schermweergave tijdens alarm
Weergave van Monitor A en Monitor B tijdens alarm
Eén alarm: De eenheid schakelt over op volledige schermweergave van de camera waar een alarm
actief is.
Bijkomende alarmsituaties: De eenheid schakelt over op opeenvolgende weergave van alle
camera's waar een alarm actief is.
4.5 Alarmwerking tijdens afspelen
Rechtstreekse alarmweergave
Eén alarm: De eenheid schakelt over op volledige schermweergave op Monitor B van de camera
waar een alarm actief is.
Bijkomende alarmsituaties: De eenheid schakelt over op opeenvolgende weergave op Monitor B
van alle camera's waar een alarm actief is.
62
DVMRe StoreSafe Gebruikershandleiding
Alarmtoets