Main Menu → Record → Event/Timelapse
Met dit menu kunt u opgeven hoe elke camera zal opnemen
tijdens normale en gebeurtenisomstandigheden.
TL: Neemt op met de Time-lapse opnamesnelheid onder normale
omstandigheden. Verandert de opnamesnelheid tijdens een
gebeurtenis niet.
Gebeurtenis: Neemt tijdens gebeurtenissen op met de
Gebeurtenis-opnamesnelheid. De camera neemt niet op onder
normale omstandigheden.
Gebeurtenis + TL: Neemt op met de Time-lapse
opnamesnelheid onder normale omstandigheden. Neemt tijdens
gebeurtenissen op met de Gebeurtenis-opnamesnelheid.
Toelichting Gebeurtenissen: Een Gebeurtenis is een voorval dat de eenheid
beantwoordt door het op te nemen met de Gebeurtenis-opnamesnelheid, maar
dat geen aanleiding geeft tot een Alarm. Gebeurtenissen kunnen op twee
manieren ontstaan, door RS232 tekstinvoer of Activiteitdetectie.
Voorbeeld van een Gebeurtenis: Een camera in de hal is tijdens de kantooruren
op de voordeur gericht. Wanneer het type van de gebeurteniscamera-instellingen
op Gebeurtenis staat ingesteld, neemt de eenheid niet op zolang de toegang leeg
is. Wanneer de activiteitsdetectie merkt dat er iemand door de toegang
binnenkomt of naar buiten gaat, begint de eenheid op te nemen met de
Gebeurtenis-opnamesnelheid en stopt het de opname wanneer de beweging
stopt.
RS232 Gebeurtenis: Zie paragraaf 1 voor meer informatie over het creëren van
een Gebeurtenis via RS232 en het optioneel invoeren van ASCII-tekst om de
Gebeurtenis te markeren.
Activiteitdetectie Gebeurtenis: Zie Instelparameters in paragraaf 3.13 voor meer
informatie over het configureren van activiteitdetectie als een gebeurtenis in het
menusysteem.
Main Menu → Record → Timelapse Record Rate
De eenheid neemt op met de Time-lapse opnamesnelheid onder normale omstandigheden, wanneer er
geen alarmen, gebeurtenissen of activiteit actief zijn. De opnamesnelheden worden zowel in Beelden Per
Seconde (bps) als Seconden Per Beeld (spb) gemeten.
De maximale opnamesnelheid per camera is omgekeerd evenredig met het aantal camera's dat op de
eenheid is aangesloten. Hoe minder camera's zijn aangesloten, hoe hoger de maximale opnamesnelheid
voor elke camera, en omgekeerd. De maximale opnamesnelheid voor verschillende camera's bedraagt
24bps (NTSC) (20bps PAL). De maximale opnamesnelheid voor één camera bedraagt 30bps (NTSC)
(25bps PAL).
In de rechterbenedenhoek van het menu bevindt zich een schijftijd-berekeningsmodule. De bovenste
regel geeft de geschatte opnametijd voor de eenheid, alleen in Time-lapse opnamemode. De onderste
regel geeft de geschatte opnametijd, rekening houdend met de tijd die de eenheid zal doorbrengen in
Activiteit-, Gebeurtenis- en/of Alarmopnamemode.
DVMRe StoreSafe Gebruikershandleiding
37