2 TOESTELOMSCHRIJVING
2.1 Algemeen
De Intergas Kompakt Solo HRE A Hoog Rendement gaswandketel is een gesloten
toestel. Het toestel is bedoeld om warmte te leveren aan het water van een CV-
installatie en indien aangesloten via een indirect gestookte boiler aan de WW-
installatie.
De luchttoevoer en verbrandingsgasafvoer kunnen door middel van twee aparte
leidingen op het toestel aangesloten worden. Een concentrische aansluiting kan op
bestelling geleverd worden. Het toestel is in combinatie met de Intergas
combidoorvoer gekeurd, maar het toestel kan ook aangesloten worden op
combidoorvoeren die voldoen aan de universele keuringseisen voor combidoorvoeren
en voorzien zijn van een QA keur.
Het toestel kan naar keuze aangesloten worden op een montagebeugel, een frame
met bovenaansluiting en diverse aansluitsets. Deze worden separaat geleverd.
De Intergas Kompakt Solo HRE 12, HRE 18 A, HRE 24 A, HRE 30 A en HRE 48 A
gaswandtoestellen zijn voorzien van het CE keurmerk, IP44 en de Gaskeur labels HR
en SV.
Het toestel wordt standaard geleverd voor aardgas (K-gas G25.3). Het toestel kan
eventueel omgebouwd worden naar een andere gassoort m.b.v. een ombouwset (zie
§ 6.7)
2.2 Werking
De Intergas Kompakt Solo HRE A Hoog Rendement gaswandketel is een
modulerende hoog rendement ketel. Dit houdt in dat het vermogen wordt aangepast
aan de gewenste warmtebehoefte.
In de aluminium warmtewiselaar is een koperen CV-circuit geïntegreerd.
Door de Intergas Kompakt Solo HRE A met behulp van een driewegklep en
boilersensor aan te sluiten op een indirect verwarmde boiler kan het water van de
WW-installatie verwarmd worden (Zie § 5.2). De ingebouwde boilerregeling van het
toestel zorgt er voor dat de warmwatervoorziening voorrang krijgt ten opzichte van de
verwarming. Beide kunnen niet gelijktijdig werken. Het toestel is voorzien van een
elektronische branderautomaat die bij iedere warmtevraag van de verwarming of de
warmwatervoorziening de ventilator aanstuurt, de gasklep opent, de brander ontsteekt
en de vlam continue bewaakt en regelt, afhankelijk van het gevraagde vermogen.
2.3 Bedrijfstoestanden
Op het servicedisplay van het bedieningspaneel wordt door een code de
bedrijfstoestand van het toestel aangegeven.
-
Uit
Het toestel is buiten bedrijf, maar staat wel onder elektrische spanning. Op vragen
voor warm tapwater of CV water wordt niet gereageerd. De toestelvorstbeveiliging is
wel actief. Dit houdt in dat de pomp gaat draaien en de wisselaar wordt opgewarmd
indien de temperatuur van het daarin aanwezige water te ver daalt.
Als de vorstbeveiliging ingrijpt dan is code
Tevens kan in deze bedrijfstoestand de druk in de CV-installatie (in Bar) afgelezen
worden op het temperatuurdisplay.
Wachtstand
De LED bij de
toets brandt. Het toestel is gereed voor het beantwoorden van een
vraag naar CV- of tapwater.
0
Nadraaien CV
Na het einde van CV-bedrijf draait de pomp na. De nadraaitijd staat van fabriekswege
ingesteld op de waarde volgens § 6.3. Deze instelling kan gewijzigd worden.
Bovendien gaat de pomp automatisch 1 keer per 24 uur gedurende 10 seconden
draaien om vastzitten te voorkomen. Deze automatische inschakeling van de pomp
vindt plaats op het tijdstip van de laatste warmtevraag. Om het tijdstip te wijzigen dient
op het gewenste tijdstip de kamerthermostaat even omhoog gezet te worden.
1
Gewenste temperatuur bereikt
De branderautomaat kan de warmtevraag tijdelijk blokkeren. De brander wordt dan
gestopt. De blokkering vindt plaats omdat de gevraagde temperatuur is bereikt. Als de
temperatuur voldoende is gezakt wordt de blokkering opgeheven.
Intergas Verwarming BV
7
zichtbaar (opwarmen wisselaar).
5