INLEIDING Geachte Klant, onze ketels zijn ontworpen en gebouwd in overeenstemming met de Europese referentienorm EN 303-5 (handmatig en automatisch geladen ketels voor vaste brandstoffen). Verder beantwoorden wij aan de essentiële voorschriften van de richtlijn 2006/95/CE (laagspanning) en van de richtlijn 2004/108/CE (elektromagnetische compatibiliteit). Wij raden u aan om de instructies in deze handleiding aandachtig te lezen vooraleer het toestel voor de eerste keer in te schakelen, zodat u de beste prestaties van het toestel verkrijgt.
1-WAARSCHUWINGEN EN GARANTIEVOORWAARDEN WAARSCHUWINGEN VOOR DE VEILIGHEID • De installatie, de elektrische aansluiting, de controle van de werking en het onderhoud mogen uitsluitend door gekwalificeerd, bevoegd personeel uitgevoerd worden. • Installeer het product volgens de plaatselijke en nationale wetten en de normen die plaatselijk, regionaal of nationaal van kracht zijn.
1-WAARSCHUWINGEN EN GARANTIEVOORWAARDEN INFORMATIE: Wend u voor ongeacht welk probleem tot de verkoper of tot door het bedrijf geautoriseerd en gekwalificeerd personeel. • Gebruik uitsluitend de brandstof die door de fabrikant is aangegeven. • Controleer en reinig regelmatig de rookafvoerleidingen (aansluiting op de schoorsteen). • Houd het deksel van de voorraadbak van de brandstof altijd gesloten.
1-WAARSCHUWINGEN EN GARANTIEVOORWAARDEN UITSLUITINGEN Alle slechte werkingen en/of schade aan het toestel die aan de volgende oorzaken te wijten zijn, zijn van deze garantie uitgesloten: • Schade veroorzaakt door transport en/of verplaatsing • alle delen die defect blijken door verwaarlozing of onachtzaamheid tijdens het gebruik, door foutief onderhoud, door een installatie die niet conform is met wat door de fabrikant is aangegeven (raadpleeg altijd de handleiding voor installatie en gebruik die bij het toestel zit) •...
1-WAARSCHUWINGEN EN GARANTIEVOORWAARDEN RESERVEONDERDELEN In geval het toestel niet goed werkt, moet men zich tot de verkoper wenden, die de technische dienst voor assistentie zal contacteren. Gebruik uitsluitend originele reserveonderdelen. De verkoper of het assistentiecentrum kan u alle nuttige informatie over de reserveonderdelen verstrekken.
1-WAARSCHUWINGEN EN GARANTIEVOORWAARDEN NORMEN VOOR DE INSTALLATIE Het product is een ketel voorzien voor werking op houtpellets. Hierna volgen enkele Europese referentienormen voor de installatie van het product: EN 303-5:2012: Ketels voor vaste brandstoffen met handmatige of automatische voeding, nominaal thermisch vermogen 500 kW - Terminologie, voorschriften, testen en keurmerken.
2-INSTRUCTIES VOOR DE INSTALLATIE De aanwijzingen in dit hoofdstuk verwijzen expliciet naar de Italiaanse installatienorm UNI 10683. Men moet in ieder geval altijd de geldende normen respecteren die in het land van installatie van kracht zijn. DE PELLETS De pellets worden verkregen uit het vezeltrekproces van zaagsel tijdens de bewerking van natuurlijk gedroogd hout (zonder verf). De compactheid van het materiaal wordt gegarandeerd door lignine dat zich in het hout zelf bevindt, waardoor de productie van pellets zonder lijm of bindmiddelen kan verkregen worden.
2-INSTRUCTIES VOOR DE INSTALLATIE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE INSTALLATIE BELANGRIJK! De installatie en de montage van het product moeten uitgevoerd worden door gekwalificeerd personeel. Het product moet op een gepaste plek geïnstalleerd worden zodat de normale handelingen van opening en gewoon nderhoud van het product kunnen uitgevoerd worden.
2-INSTRUCTIES VOOR DE INSTALLATIE PLAATSING EN BEPERKINGEN In geval van gelijktijdige installatie van andere verwarmingsapparatuur dient voor ieder apparaat de passende luchtinlaatopening tot stand gebracht te worden (volgens de aanwijzingen van ieder afzonderlijk product). De intallatie van het toestel is niet toegestaan: •...
Pagina 12
2-INSTRUCTIES VOOR DE INSTALLATIE VOORWOORD Dit hoofdstuk Rookkanaal werd opgesteld volgens de voorschriften van de Europese normen (EN13384 - EN1443 - EN1856 - EN1457). Het biedt enkele aanwijzingen over de goede, correcte uitvoering van het rookkanaal, maar mag in geen geval worden beschouwd als vervanging voor de geldende normen, die de gekwalificeerde fabrikant in zijn bezit moet hebben.
2-INSTRUCTIES VOOR DE INSTALLATIE TECHNISCHE KENMERKEN Het rookkanaal dat dient voor een toestel op pellet/hout moet aan de volgende vereisten voldoen: • uitgevoerd in materialen die op lange termijn bestand zijn tegen mechanische belastingen, hitte, de inwerking van verbrandingsproducten en de condens daarvan. •...
Pagina 14
2-INSTRUCTIES VOOR DE INSTALLATIE HELLEND DAK 30° A = MIN. 1,30 meter B = AFSTAND > 1,50 meter C = AFSTAND < 1,50 meter D = O,50 meter BOVEN DE DAKNOK E = O,80 meter F = REFLUXZONE 30° AFBEELDING 4 HELLEND DAK 60°...
2-INSTRUCTIES VOOR DE INSTALLATIE DIMENSIONERING De onderdruk (trek) van een rookkanaal hangt ook af van zijn hoogte. Controleer de onderdruk met de aangegeven waarden in de technische kenmerken. De minimale hoogte van de schoorsteen bedraagt 3,5 meter. De binnendoorsnede van het rookkanaal mag rond zijn (dat is het beste), vierkant of rechthoekig (de verhouding tussen de binnenzijden moet ≤1,5 zijn), met de verbonden zijden met een minimale straal van 20 mm.
2-INSTRUCTIES VOOR DE INSTALLATIE ONDERHOUD Het rookkanaal moet altijd schoon zijn, omdat aanslag van roet of onverbrande oliën de doorsnede ervan verminderen, waardoor de trek wordt geblokkeerd. Dit beïnvloedt de goede werking van de kachel en kan bij grote hoeveelheden zelfs voor brand zorgen. Het is verplicht om het rookkanaal en de schoorsteenpot minstens één keer per jaar door een gekwalificeerde schoorsteenveger te laten reinigen en controleren;...
2-INSTRUCTIES VOOR DE INSTALLATIE AANSLUITING OP HET ROOKKANAAL De verbinding tussen het toestel en de rookafvoer moet worden uitgevoerd met een rookkanaal dat conform is met de norm EN 1856-2. Het verbindingsstuk mag maximum 4 m in horizontale richting lang zijn, met een minimale helling van 3% en met maximaal 3 bochten van 90°C (inspecteerbaar - de T-koppeling op de uitgang van het toestel mag niet worden meegerekend).
2-INSTRUCTIES VOOR DE INSTALLATIE VOORBEELDEN VAN EEN CORRECTE INSTALLATIE 1. Installatie rookkanaal Ø120mm met gat voor de doorgang van de buis plus: minimum 100mm rond de buis indien in contact met niet-ontvlambare delen zoals cement, bakstenen, enz.; of minimum 300mm rond de buis (of zoals beschreven volgens de gegevens van het label) indien in contact met ontvlambare delen zoals hout enz.
3-SCHETSEN EN TECHNISCHE KENMERKEN TEKENINGEN EN KENMERKEN AFMETINGEN COMPACT 14 (afmetingen in mm) R=50 Technische Dienst - Rechten voorbehouden - Reproductie verboden...
Pagina 20
3-SCHETSEN EN TECHNISCHE KENMERKEN TECHNISCHE KENMERKEN COMPACT 14 Klasse van het product (EN 303-5/2012) Nominaal thermisch vermogen in de vuurhaard 14,4 kW (12384 kcal/u) Nuttig nominaal vermogen: 13,0 kW (11180 kcal/u) Nuttig minimumvermogen 3,7 kW (3182 kcal/u) Rendement bij Max.
Pagina 21
3-SCHETSEN EN TECHNISCHE KENMERKEN Resterende prevalentie Het is aanbevolen om in de gegevens op het label van het rookkanaal de veilige afstanden te controleren: deze moeten worden nageleefd wanneer er brandbare materialen aanwezig zijn, evenals voor het te gebruiken isolatiemateriaal. Deze voorschriften moeten altijd strikt worden nageleefd om ernstige schade voor de gezondheid van de personen en aan de integriteit van de woning te vermijden.
4 - UITPAKKEN VOORBEREIDING EN UITPAKKEN De ketel Compact 14 wordt volledig geleverd met al zijn elektrische, mechanische en hydraulische componenten (met uitzondering van de kit circulatiepomp - OPTIE) en getest in de fabriek: Verwijder het karton, neem de beugels weg die de ketel op het laadbord bevestigen en verwijder het piepschuim. Om de beugel achteraan te verwijderen (fig.2) dient u de drie schroeven “x”...
Pagina 23
4 - UITPAKKEN Om de beugel vooraan te verwijderen (afb.3) gaat u op de volgende manier te werk: • open de deur • verwijder de schroef “s” • verwijder de schroef “t” • breng de beugel “A” omhoog en haal hem eruit Afbeelding 3 - Verwijdering beugel vooraan Plaats de ketel op de vooraf gekozen plek, let er daarbij op dat deze plek beantwoordt aan de voorziene vereisten.
• de minimale afstand tussen het product en de muur (zijkant) moet 300 mm bedragen. MIN. MIN. MINIMALE VEREISTEN KETEL COMPACT 14 * in geval van installatie van de aanzuigkit...
6 - INSTALLATIE EN DEMONTAGE UITLAAT VAN DE ROOKGASSEN EN INLAAT VAN DE VERBRANDINGSLUCHT De ketel is aan de achterkant uitgerust met een buis “U” 0100 mm voor de uitlaat van rookgassen en met een buis “E” 0 50 mm voor de inlaat van de verbrandingslucht.
5 - PLAATSING AFSTELLING VAN DE VOETJES Aan de onderkant van de ketel zijn verstelbare voetjes gemonteerd. Met behulp van een sleutel kan men het voetje losschroeven om de structuur stabiliteit te geven. DRAAI DE VOETJES IN WIJZERZIN OM HET PRODUCT TE VERHOGEN. DRAAI DE VOETJES IN TEGENWIJZERZIN OM HET PRODUCT TE VERLAGEN.
5 - PLAATSING TOEGANG TOT DE ELEKTRONISCHE KAART Om toegang te hebben tot de elektronische kaart, dient men de twee schroeven “N” te verwijderen en het luik “M” weg te nemen. Technische Dienst - Rechten voorbehouden - Reproductie verboden...
5 - PLAATSING VERWIJDERING VAN HET PANEEL ACHTERAAN Om de kit circulatiepomp te installeren of om interventies op componenten van de ketel uit te voeren, kan het nodig zijn om het paneel achteraan “O” te verwijderen. Om dit te doen moet u de 4 schroeven “P” verwijderen en het luik “O” wegnemen.
5 - PLAATSING VERWIJDERING ZIJFLANK Ook voor het rechter zijpaneel kan het nodig zijn om die te verwijderen om interventies op de ketel uit te voeren. Handel hiervoor als volgt: • Breng de twee deksels “A” en “B” omhoog • verwijder de twee schroeven “D”...
7 - KIT CIRCULATIEPOMP EN HYDRAULISCHE AANSLUITING KIT CIRCOLATIEPOMP (optie) De ketels moeten aangesloten worden op een OPTIONELE hydraulische kit (zie lijst met accessoires). Er zijn twee type hydraulische kits voor verwarming beschikbaar: circulatiepomp (AFB.4) en hoogrendement circulatiepomp (AFB.5). AFB.4 - KIT CIRCULATIEPOMP AFB.5 - KIT HOOGRENDEMENT CIRCULATIE- POMP Raadpleeg de handleiding die bij de verschillende kits zit voor de instructies voor installatie.
Pagina 31
7 - KIT CIRCULATIEPOMP EN HYDRAULISCHE AANSLUITING Bij wijze van voorbeeld wordt in onderstaande afbeelding de installatie getoond van de kit hoogrendement circulatiepomp voor verwarming. De buis “M” moet worden aangesloten op de aanvoerbuis van de ketel, terwijl de flexibele buis “T” afkomstig uit het expansievat (standaard al op de ketel aangesloten) op de kit moet worden aangesloten, net als de buis “R”...
UNI 8065 (behandeling van het water in civiele verwarmingsinstallaties) met behulp van geschikte producten te spoelen. Bij de RED-ketel wordt standaard het product FERNOX PROTECTOR F1 geleverd. Dit product biedt verwarmingsinstallaties bescherming tegen corrosie en kalkvorming op lange termijn. Het voorkomt corrosie van alle metalen die in deze systemen aanwezig is, namelijk ijzerhoudende metalen, koper en legeringen van koper en aluminium.
7 - KIT CIRCULATIEPOMP EN HYDRAULISCHE AANSLUITING • controleer de dichting van alle aansluitingen; • na uitvoering van de eerste inschakeling van de ketel en nadat het systeem op temperatuur is gebracht, moet men de werking van de pompen stoppen en de handelingen om te ontluchten herhalen; •...
Een hoge terugkeertemperatuur vermindert de condensvorming van de rookgassen en verlengt de levensduur van de ketel. De kleppen die op de markt verkrijgbaar zijn, vertonen verschillende afstellingen; RED raadt aan om het model op 55°C met hydraulische aansluitingen van 1” te gebruiken (zie lijst met accessoires). Wanneer de afstellingstemperatuur is bereikt, schakelt de klep om zodat de...
8 - ELEKTRISCHE AANSLUITING ALGEMENE WAARSCHUWINGEN De elektrische veiligheid van het systeem is alleen verzekerd wanneer het systeem correct is aangesloten op een efficiënt aarding die is uitgevoerd volgens de geldende veiligheidsnormen: de leidingen van de gasinstallatie, waterleiding of verwarmingsinstallatie zijn absoluut niet geschikt als aardingsaansluitingen.
Pagina 36
8 - ELEKTRISCHE AANSLUITING ELEKTRISCHE AANSLUITING Sluit de voedingskabel eerst aan de achterkant van de ketel aan, en daarna op een stopcontact in de muur De hoofdschakelaar aan de achterkant mag alleen worden bediend om de ketel aan of uit te zetten...
9 - EERSTE INSCHAKELING ALGEMENE WAARSCHUWINGEN Verwijder alle voorwerpen die vlam kunnen vatten uit de vuurpot van het product (handleiding, diverse stickers en eventueel piepschuim). Controleer of de vuurpot correct geplaatst is en goed op de basis steunt. De eerste inschakeling kan mislukken omdat de transportschroef leeg is en er niet altijd in slaagt de vuurpot tijdig met de benodigde hoeveelheid pellets te vullen die voor de normale ontsteking van de vlam noodzakelijk is.
9 - EERSTE INSCHAKELING Blijf niet in de nabijheid van het product en, zoals gezegd, verlucht het vertrek. De rook en de verfgeur verdwijnen nadat het product ongeveer een uur in werking is; wij herinneren eraan dat deze niet schadelijk zijn voor de gezondheid. Tijdens de inschakeling en afkoeling kan de kachel gaan uitzetten of krimpen en kan er bijgevolg een licht gekraak waarneembaar zijn.
9 - EERSTE INSCHAKELING PELLET LADEN De pellets kunnen manueel ofwel automatisch worden geladen. De netto inhoud van het reservoir bedraagt circa 35 liter, dit betekent circa 25 kg pellets. Manueel laden: Open rechtstreeks het luik aan de bovenkant van de ketel en giet de pellets erin. Het beschermrooster vanbinnen in het reservoir nooit wegnemen.
10 - TREFWOORDEN VAN HET MENU EN WERKING DISPLAY BEDIENINGSPANEEL Trefwoorden van het menu LEGENDE 1. Inschakeling/uitschakeling van de ketel 5. Verlaging configuratie temperatuur / programmeringsfuncties. 2. Het programmeringsmenu aflopend doorlopen. 6. Verhoging configuratie temperatuur / 3. Menu programmeringsfuncties. 4. Het programmeringsmenu oplopend doorlopen. 7.
10 - TREFWOORDEN VAN HET MENU EN WERKING GEPROGRAMMEERDE MODUS (TIMER) - Hoofdmenu De instelling van de dag en van het huidige uur is fundamenteel voor de correcte werking van de timer. Er zijn zes TIMER-programma's die ingesteld kunnen worden, voor elk daarvan kan de gebruiker het uur van inschakeling, uitschakeling en de dagen van de week bepalen waarop het programma actief is.
10 - TREFWOORDEN VAN HET MENU EN WERKING OPMERKINGEN I.V.M. DE WERKING VAN DE TIMER • Het starten met de timer gebeurt altijd met de laatste temperatuur en ventilatie ingesteld (of met de defaultinstellingen 20°C en V3 wanneer deze nooit werden gewijzigd). •...
10 - TREFWOORDEN VAN HET MENU EN WERKING MENU INSTELLINGEN Met het menu INSTELLINGEN kan men de werkwijzen van de ketel gaan aanpassen. a. Taal. b. Reiniging (alleen weergegeven als de ketel uit staat). Toevoerschroef laden (enkel weergegeven als de ketel uit staat). d.
Pagina 44
10 - TREFWOORDEN VAN HET MENU EN WERKING c - Toevoerschroef laden Hiermee kan men het pelletlaadsysteem vullen. Alleen activeerbaar als de ketel uit staat. Er wordt een countdown 180” weergegeven, op het einde stopt de toevoerschroef automatisch, net zoals wanneer men het menu verlaat. Om “Toevoerschroef laden”...
10 - TREFWOORDEN VAN HET MENU EN WERKING g - T Uitschakeling Eco Om de functie t uitschakeling - Eco te selecteren, gaat men als volgt te werk: • Op de toets “menu” drukken. • Met de pijltjes doorlopen en “Instellingen” selecteren •...
Pagina 46
10 - TREFWOORDEN VAN HET MENU EN WERKING i - Hulpketel Er moet een extra module (optie) geïnstalleerd worden om een hulpketel te kunnen inschakelen wanneer de ketel uit staat of in alarm is. De fabrieksinstellingen voorzien dat deze functie gedeactiveerd is,wanneer het nodig is om die te activeren, gaat men naar het menu. l - Recept Pellet Deze functie dient om de ketel aan te passen aan de gebruikte pellet.
Pagina 47
10 - TREFWOORDEN VAN HET MENU EN WERKING l - Maximumvermogen Hiermee kan men de maximumlimiet van de vlam bepalen waarmee de ketel kan werken om de ingestelde doeltemperatuur te bereiken. Om het vermogen te wijzigen, gaat men als volgt tewerk: •...
Pagina 48
10 - TREFWOORDEN VAN HET MENU EN WERKING o - Systeemconfiguratie Om de confiiguratie van het systeem te wijzigen, gaat men als volgt te werk: • Op de toets “menu” drukken. • Met de pijltjes doorlopen en “Instellingen” selecteren • Op “menu”...
10 - TREFWOORDEN VAN HET MENU EN WERKING SYSTEEMCONFIGURATIES Op het moment van de installatie moet het product ingesteld zijn in functie van het soort systeem door selectie van de speciaal voorziene parameter in het menu “INSTELLINGEN”. Er zijn 5 configuraties mogelijk, zoals hierna beschreven: Configuratie Beschrijving Beheer omgevingstemperatuur via sonde op de ketel of door de externe omgevingsthermodaat te activeren...
10 - TREFWOORDEN VAN HET MENU EN WERKING CONFIGURATIE 2 CONFIGURATIE 3...
Pagina 51
10 - TREFWOORDEN VAN HET MENU EN WERKING CONFIGURATIE 4 Technische Dienst - Rechten voorbehouden - Reproductie verboden...
Pagina 52
10 - TREFWOORDEN VAN HET MENU EN WERKING CONFIGURATIE 5 COMPACT 14 TOEVOER VERWARMING RETOUR VEWARMING ZONEKLEPPEN VERWARMINGSELEMENTEN SANITAIR WARM WATER SANITAIR KOUD WATER BOILER SANITAIR WATER WISSELKLEP THERMOSTAAT BOILER THERMOSTATISCHE MENGKLEP NTC-SONDE 10 kΩ β3434 SANITAIR WATER PUFFER VERWARMING...
10 - TREFWOORDEN VAN HET MENU EN WERKING WERKWIJZEN De werkwijze voor de ketel is uitsluitend AUTOMATISCH (er is geen manuele werkwijze voorzien). De modulatie van de vlam wordt beheerd naargelang de “Systeemconfiguratie” via de omgevingssonde aan de achterkant van het toestel (zie pos.S), via de externe thermostaat, via de temperatuur van het water in de ketel of via de NTC-sondes.
10 - TREFWOORDEN VAN HET MENU EN WERKING INSCHAKELING Druk op de toets 1 (esc) om de inschakeling te starten, op het display verschijnt ON met een knipperende vlam. Wanneer de vlam ophoudt met knipperen, heeft de ketel de werkingsconditie bereikt voor “afgifte van vermogen”. De omgevingstemperatuur is in de fabriek op 20°C ingesteld, als men die wenst te wijzigen gaat men te werk zoals beschreven in het menu afstellingen;...
11 - BEVEILIGINGEN EN ALARMEN DE VEILIGHEIDSVOORZIENINGEN Het product is met de volgende veiligheidsvoorzieningen uitgerust: DRUKSCHAKELAAR Controleert de druk in het rookkanaal. Hij stopt de toevoerschroef voor het laden van pellets als de afvoer verstopt is of als er grote tegendruk is.
Pagina 56
11 - BEVEILIGINGEN EN ALARMEN HET IS VERBODEN DE VEILIGHEIDSVOORZIENINGEN ONKLAAR TE MAKEN. Indien het product NIET gebruikt wordt zoals in deze handleiding voorgeschreven wordt, wijst de fabrikant alle aansprakelijkheid af inzake mogelijk persoonlijk letsel en materiële schade. Meer bepaald: •...
11 - BEVEILIGINGEN EN ALARMEN ALARMSIGNALERINGEN Wanneer er zich een andere werkingsconditie voordoet dan de voorziene conditie voor de normale werking van de ketel, doet er zich een alarmconditie voor. Het bedieningspaneel geeft aanwijzingen over de reden van het alarm dat zich voordoet. Alleen voor de alarmen A01-A02 is er geen geluidssignalering voorzien, om de gebruiker niet te storen indien er 's nachts geen pellets meer in het reservoir zijn.
11 - BEVEILIGINGEN EN ALARMEN NORMALE UITSCHAKELING (op het paneel: OFF met knipperende vlam) Wanneer de toets voor uitschakeling wordt ingedrukt of als er een alarmsignalering is, gaat de ketel over naar de fase voor thermische uitschakeling. In deze fase worden de volgende fasen automatisch uitgevoerd: •...
12 - REINIGING EN ONDERHOUD DAGELIJKSE OF WEKELIJKSE REINIGING OP LAST VAN DE GEBRUIKER VÓÓR IEDERE INSCHAKELING Reinig de vuurpot door as en eventuele afzettingen weg te nemen die de gaten waar lucht doorstroomt kunnen belemmeren. Als er geen pellets meer in het reservoir zijn, kunnen onverbrande pellets een opeenhoping in de vuurpot vormen. Maak de vuurpot steeds leeg vooraleer opnieuw in te schakelen.
12 - REINIGING EN ONDERHOUD REINIGING VAN DE WARMTEWISSELAAR EN DE RUIMTE ONDER DE VUURPOT OM DE 2/3 DAGEN De reiniging van de warmtewisselaar en de ruimte onder de vuurpot is een eenvoudige, maar erg belangrijke handeling om de opgegeven prestaties altijd te handhaven.
12 - REINIGING EN ONDERHOUD PERIODIEKE REINIGINGEN OP LAST VAN EEN GESPECIALISEERD TECHNICUS REINIGING WARMTEWISSELAAR EN PIJPENBUNDEL DE BOVENSTE RUIMTE REINIGEN Wanneer de ketel koud is, brengt men de afdekking vooraan omhoog; draai de twee schroeven “I” los van de afdekking “H”. Verwijder de twee schroeven “L”...
12 - REINIGING EN ONDERHOUD DE ONDERSTE RUIMTE REINIGEN Open de deur van de brander “A” en haal de vuurpot “B” weg; trek de aslade “C” uit en maak die leeg. Verwijder de drie schroeven “F” en verwijder de dop “E”. Indien nodig de pakking “D” vervangen. Maak de vuurpot, de aslade en de ruimte onder de dop “E”...
12 - REINIGING EN ONDERHOUD REINIGING VAN HET ROOKKANAAL EN ALGEMENE CONTROLES: Reinig de installatie van de rookafvoer vooral nabij de "T"-koppelingen, de bochten en de eventuele horizontale stukken. Neem contact op met een schoorsteenveger voor meer informatie betreffende de reiniging van het rookkanaal. Controleer de dichting van de pakking van keramische vezel op de deur van de ketel.
Pagina 64
12 - REINIGING EN ONDERHOUD IEDERE 60-90 IEDER ELKE 2 SEI- ONDERDELEN/PERIODE 2-3 DAGEN 15 DAGEN WEEK DAGEN SEIZOEN ZOENEN · Reiniging van de vuurpot * · Reiniging van de asopvangruimte met stofzuiger · Reiniging aslade · Reiniging deur vuurhaard ·...
13 - DEFECTEN/OORZAKEN/OPLOSSINGEN CONTROLE VAN DE INTERNE ONDERDELEN LET OP: GIDS UITSLUITEND VOOR DE GESPECIALISEERDE TECHNICUS. LET OP: Alle herstellingen mogen uitsluitend uitgevoerd worden door een gespecialiseerde technicus wanneer de ketel is uitgeschakeld en wanneer de stekker uit het stopcontact is gehaald. De handelingen die in het vetjes worden aangeduid, mogen uitsluitend door gespecialiseerd personeel worden uitgevoerd.
Pagina 66
13 - DEFECTEN/OORZAKEN/OPLOSSINGEN STORING MOGELIJKE OORZAKEN OPLOSSINGEN De ketel werkt gedurende enkele De inschakelfase is niet beëindigd Herhaal de inschakelfase minuten en schakelt dan uit. Tijdelijke onderbreking van de elektrische Wacht tot de automatische herstart energie plaatsvindt Rookgaskanaal verstopt Reinig het rookgaskanaal Temperatuursondes defect of stuk Controleer en vervang de sondes Bougie beschadigd...
13 - DEFECTEN/OORZAKEN/OPLOSSINGEN De ketel start niet Geen elektrische energie Controleer of de stekker in zit en de hoofdschakelaar op “I” staat. Pelletsonde geblokkeerd Deblokkeer via de thermostaat achteraan, neem contact op met de assistentiedienst als het probleem zich opnieuw voordoet. Zekering defect Vervang de zekering.