3.5.5 Sirenefuncties instellen
De volgende tabel geeft u een gedetailleerde omschrijving van elke optie en de mogelijke instellingen. Om een optie te
selecteren en haar configuratie te veranderen – zie sectie 3.5.1.
Optie en standaard
instelling
43:INT. SIRENE
aan
44:SIRENETIJD
4 minuten
Vroeger "BELTIJD"
45:FLITSTIJD
20 minuten
46:SIR. BY LYNFT
uit
3.5.6 Het alarm geluid en de visuele gebruikersinterface configureren
De volgende tabel geeft u een gedetailleerde omschrijving van elke optie en de mogelijke instellingen. Om een optie te
selecteren en haar configuratie te veranderen – zie sectie 3.5.1.
Optie en standaard
instelling
51:IN/UIT TOON
aan
Als de partitiefunctie
uitgeschakeld is
D-305376 KP-250 PG2 Installatiehandleiding
Instructies voor de configuratie
Bepaal of de sirene van de centrale alarm zal geven – "aan" of stil zal blijven – "uit".
Opties: aan en uit.
Bepaal de werkingsduur van de sirene bij alarm.
Opties: 1/3/4/8/10/15/20 minuten.
Opmerking: Om te voldoen aan de EN vereisten, mag de "Sirene Tijd" niet langer
zijn dan 15 minuten.
Definieer de tijd dat de flitser zal flitsen na een alarm.
Opties: 5/10/20/40/60 minuten.
Bepaal of de sirene geactiveerd zal worden indien de telefoonlijn uitvalt en het
systeem ingeschakeld is.
Opties: uit of aan.
Instructies voor de configuratie
Bepaal of de centrale wel of niet waarschuwingstonen zal laten horen tijdens de in-/
en uitloopvertragingen. Een bijkomende optie is de pieptonen alleen uitschakelen
als het systeem "DEEL" ingeschakeld is.
Opties: AAN, UIT thuis en uit, en UIT uitl. thuis.
Het volume van de in/uit tonen kan worden aangepast worden door op de toets
van het keypad te drukken om het volume te verhogen, of op de toets
om het volume te verlagen.
3. Programmeren
te drukken
33