6. Neem plaats op de stoel en probeer de gewenste functie
van de machine. Als de juiste output-LED gaan
branden, duidt dit erop dat de ECU die functie
inschakelt. (Raadpleeg de lijst op blz. 31 om zeker te
zijn van de gespecificeerde output-LEDs.)
Opmerking: Als een output-LED knippert, betekent dit dat
er elektrische problemen met die OUTPUT zijn. U moet
defecte elektrische onderdelen onmiddellijk repareren of
vervangen. Om een knipperende LED terug te stellen,
draait u het contactsleuteltje op "UIT" en daarna weer op
"AAN" en maakt u het foutengeheugen van het
besturingssysteem leeg (zie Foutengeheugen leegmaken).
Als er geen output-LEDs knipperen, maar de juiste
output-LEDs niet branden, moet u controleren of de
vereiste inputschakelaars in de stand zijn gezet die nodig is
om deze functie in te schakelen. Controleer of de
schakelaar correct functioneert.
Als de output-LEDs branden zoals is gespecificeerd, maar
de machine niet naar behoren werkt, duidt dit op een defect
dat niet van elektrische aard is. Indien nodig repareren.
Opmerking: Als gevolg van een belemmering in het
elektrische systeem kan het voorkonen dat de output-LEDs
voor "START", "VOORGLOEIEN" en "ETR/ALT" niet gaan
knipperen zelfs als deze functies te kampen hebben met
elektrische problemen. Als de storing van de machine verband
houdt met een van deze functies, moet u het elektrische circuit
doormeten met een spannings-/weerstandsmeter om te
controleren of deze functies niet te kampen hebben met
elektrische problemen.
Als een inputschakelaar in de juiste stand staat en naar
behoren functioneert, maar de output-LEDs niet correct
branden, duidt dit op een probleem in de ECU. In dit geval
dient u contact op te nemen met uw Toro-dealer voor hulp.
Fouten opslaan en terughalen
Als het besturingssysteem (ECU) een fout op een van de
output-solenoïdes ontdekt, gaat het diagnoselampje van de
machine knipperen (het diagnoselampje van de messenkooien
op het bedieningspaneel of het groene diagnoselampje onder
het bedieningspaneel) en wordt de fout opgeslagen in het
geheugen van het besturingssysteem. De fout kan te allen tijde
worden teruggehaald en bekeken worden met het ACE-hand-
diagnosetoestel of een laptop/pc. De ECU zal telkens één (1)
fout opslaan en pas een andere fout opslaan als de eerste fout
is verwijderd uit het geheugen.
Informatie over fouten terughalen
Opgeslagen fouten terughalen (niet op de stoel zitten)
1. Draai het contactsleuteltje op Uit.
2. Sluit het diagnosetoestel aan op de gewenste
kringloopstekker (gebruik de juiste overlay).
3. Zet de joystick op Opheffen en houd deze vast.
4. Draai het contactsleuteltje op Aan en houd de joystick
op Opheffen totdat het lampje linksboven op het
diagnosetoestel gaat branden (ongeveer 2 seconden).
5. Laat de joystick los en zet deze in de middelste stand.
6. Het diagnosetoestel zal nu de fout weergeven die is
opgeslagen in het geheugen van de ECU.
Belangrijk
Het display zal acht (8) afzonderlijke
rapporten tonen en de fout wordt weergegeven in het
achtste rapport. Elk rapport verschijnt 10 seconden op het
display. Zorg ervoor dat het display van het diagnose-
toestel op Outputs staat zodat u de fout kunt zien. Het
Probleem-circuit blijft knipperen. De verslagen worden
opnieuw getoond totdat het sleuteltje op UIT wordt
gedraaid. De machine zal niet starten in deze modus.
Het foutengeheugen leegmaken (diagnosetoestel niet
vereist)
1. Draai het contactsleuteltje op Uit.
2. Zet de wetschakelaar op Voor of Achter Wetten.
3. Zet de schakelaar van de messenkooien op Activeren.
4. Zet de joystick op Opheffen en houd deze vast.
5. Draai het contactsleuteltje op Aan en houd de joystick
op Opheffen totdat het controlelampje van de
messenkooien gaat knipperen (ongeveer 2 seconden).
6. Laat de joystick los en zet het sleuteltje op Uit. Het
geheugen is nu leeggemaakt.
7. Zet de wetschakelaar op Uit en de activerings-
schakelaar op Blokkeren.
Belangrijk
Het display van de Diagnostische ACE mag
niet aangesloten blijven op de machine. Het display is niet
bestand tegen de omstandigheden waarin de machine elke
dag wordt gebruikt. Als u de Diagnostische ACE niet meer
nodig heeft, moet u deze losmaken van de machine en de
kringloopstekker weer bevestigen aan de connector van de
kabelboom. De machine zal niet werken als de kringloop-
stekker niet op de kabelboom zit. Bewaar de Diagnostische
ACE op een droge veilige plek in de werkplaats, niet op de
machine.
30