EEN VOORAF INGESTELD OEFENPROGRAMMA
GEBRUIKEN
1. Plaats de sleutel in het bedieningspaneel.
Zie HET APPARAAT AAN TE ZETTEN op
pagina 18.
2. Selecteer een vooraf ingestelde oefening.
Als u de handmatige modus of de iFit-train-
ingsmodus heeft geselecteerd, drukt u op de toets
Menu [MENU] om terug te keren naar het hoofd-
scherm.
Om een vooraf ingestelde oefening te selecteren
gebruikt u de toetsen verhogen en verlagen naast
de toest Enter [ENTER] en gaat WORKOUTS (fit-
ness oefening) branden. Druk dan op de toets
Enter. Druk dan op de toetsen verhogen en verla-
gen om de gewenste oefening op te laten lichten
en druk op de toets Enter. U kunt ook op de toets
voor de 6 afvaloefeningen [6 CALORIE WORK-
OUTS] of de 10 prestatie-oefeningen drukken [10
PERFORMANCE WORKOUTS].
Als u een prestatie-oefening kiest, druk dan op de
toetsen verhogen en verlagen om de gewenste oe-
feningcategorie op te laten lichten en druk op de
toets Enter.
Gebruik de toetsen verhogen en verlaten om de
gewenste oefening te selecteren. As u een oefen-
ing selecteert, zal de display de naam, de totale
tijd, de maximale hellinginstelling, de maximale
snelheidsinstelling en een profiel van de snelhei-
dsinstelling van de oefening weergeven. Druk dan
op de toets Enter. Opmerking: Als u een afstand-
soefening heeft geselecteerd, verschijnt de duur
van de oefening niet in het display.
3. Begin met de oefening.
Druk op de toets Start [START] of de toets
Snelheidstoename [SPEED] om met de oefening
te beginnen. Even nadat u op de toets heeft
All manuals and user guides at all-guides.com
20
gedrukt, zal de loopband zich automatisch aan-
passen aan de eerste snelheid en hellingsinstelling
van de oefening. Houd de handleuningen vast en
begin met wandelen.
Elke vooraf ingestelde oefening is in onderdelen
ingedeeld. Er is één hellinginstelling en één tempo-
instelling geprogrammeerd voor elk segment.
Opmerking: Dezelfde snelheid en/of hellingsin-
stelling kan worden geprogrammeerd voor opeen-
volgende segmenten.
Tijdens het oefen-
programma, wordt
uw profiel
weergegeven
zodat u uw
vorderingen kunt
volgen. De
flikkerende balk van het profiel stelt het huidige oe-
feningsegment voor. De hoogte van het flikkerende
segment geeft de weerstandsinstellingen voor het
huidige segment weer.
Aan het einde van elk segment, is een serie gelu-
iden te horen en begint het volgende segment van
het profiel te knipperen. Als een nieuwe tempo-in-
stelling en/of hellinginstelling is geprogrammeerd
voor het volgende segment, dan zal de nieuwe
tempo- en/of hellinginstelling in het display knip-
peren en zal de loopband zich automatisch aan-
passen aan de nieuwe tempo- en hellinginstellin-
gen.
De oefening gaat op deze wijze door tot het laatste
segment van het profiel knippert in de display en
het laatste onderdeel stopt. De loopband zal ver-
tragen tot deze halt houdt. Opmerking: Als een afs-
tansoefening of een afvaloefening eindigt, start een
afkoelperiode en zal de loopband geleidelijk vertra-
gen totdat deze stopt.
Huidig Segment