SCANNER/INTERNETFAX►FUNCTIES VOOR INTERNETFAX-ONTVANGST
Selecteer [Altijd doorsturen] of [Verstuur ontvangen gegevens enkel op
15
gespecificeerde dagen.] in de doorstuurtabel.
De instellingen voor de doorstuurrechten die hier worden weergegeven, zijn gekoppeld aan de doorstuurvoorwaarden
die zijn ingesteld bij stap 9.
Als u andere voorwaarden met betrekking tot doorsturen wilt gebruiken dan u in stap 9 hebt ingesteld, moet u de
doorstuurrechten instellen.
• Als u de functie voor inkomende routing wilt gebruiken, schakelt u bij de opgeslagen tabellen de doorstuurtabellen in
die u wilt gebruiken.
• Als u een doorstuurtabel wilt verwijderen, klikt u op het selectievakje naast de naam van de tabel zodat deze
geselecteerd wordt (
Klik op [Indienen].
16
ONTVANGEN FAXEN OPSLAAN OP DE LOKALE
SCHIJF VAN HET APPARAAT (INKOMENDE ROUTING)
Ontvangen faxen kunnen op de lokale schijf van het apparaat worden opgeslagen. Ontvangen faxen kunnen worden
weergegeven op de computer.
Stel PDF, TIFF (multi) of TIFF (signaal) in voor de opgeslagen Internetfaxen.
U kunt ook via e-mail een melding ontvangen van het opslagresultaat of de opslagmap.
Ontvangen faxen worden in de volgende map opgeslagen:
\\MFP\faxontvangst
• Er kunnen maximaal 500 bestanden worden opgeslagen in één map als ontvangen gegevens.
• De map 'faxreceive' bevat bestanden van 'Instellingen voor het opslaan van ontvangen gegevens op de lokale schijf'.
• De map wordt automatisch gemaakt.
• De mapnaam wordt automatisch toegewezen op basis van de instellingen voor 'Instellingen voor het opslaan van
ontvangen gegevens op de lokale schijf' in de opslaginstellingen van de ontvangen gegevens.
) en klikt u op [Wissen].
Het apparaat
Ontvangen gegevens
5-137
Weergave