Download Print deze pagina

Advertenties

DIGITAAL MULTIFUNCTIONEEL KLEURENAPPARAAT
Gebruikershandleiding
VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN
Functies van het apparaat en
proceduresvoor het plaatsen
van originelen en papier.
PRINTER
Gebruik van de printerfunctie
DOCUMENTARCHIVERING
Taken opslaan als bestanden op
de hardeschijf
FOUTEN OPSPOREN
Vragen en antwoorden en
onderhoudsinstructies
BEDIENING VAN HET APPARAAT
Bediening van het aanraakscherm en
aanpassing van de gebruikersinterface
FAX
Gebruik van de faxfunctie
GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT
Handige kenmerken van deze
machine:
BIJLAGE
Over de specificaties:
MODEL:
BP-50C26
BP-50C31
BP-50C36
BP-50C45
BP-50C55
BP-50C65
BP-55C26
BP-60C31
BP-60C36
BP-60C45
KOPIEERAPPARAAT
Gebruik van de kopieerfunctie
SCANNER/INTERNETFAX
Gebruik van de scanner/
internetfaxfunctie
INSTELLINGSMODUS
Instellingen configureren om
hetapparaat eenvoudiger in
het gebruik te maken
Klik om naar de
hoofdstukindex te gaan
BP-70C31
BP-70C36
BP-70C45
BP-70C55
BP-70C65

Advertenties

loading

Samenvatting van Inhoud voor Sharp BP-50C26

  • Pagina 1 MODEL: BP-50C26 BP-70C31 BP-50C31 BP-70C36 BP-50C36 BP-70C45 DIGITAAL MULTIFUNCTIONEEL KLEURENAPPARAAT BP-50C45 BP-70C55 BP-50C55 BP-70C65 BP-50C65 Gebruikershandleiding BP-55C26 BP-60C31 BP-60C36 BP-60C45 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN BEDIENING VAN HET APPARAAT KOPIEERAPPARAAT Functies van het apparaat en Bediening van het aanraakscherm en...
  • Pagina 2 GEBRUIK VAN DEZE HANDLEIDING Klik op een knop hieronder om naar de gewenste pagina te gaan. In de volgende uitleg wordt ervan uitgegaan dat u Adobe Reader gebruikt (sommige knoppen worden standaard niet weergegeven). (1) (2) (3) Knop om terug te gaan naar het begin van de pagina Knop om terug te gaan naar de laatst weergegeven pagina Wanneer een bewerking niet wordt uitgevoerd zoals...
  • Pagina 3 Wanneer geen knop wordt weergegeven, raadpleeg dan de Help van Adobe Reader voor het weergeven van de knop.
  • Pagina 4 • Behoudens voor zover wettelijk verplicht aanvaardt SHARP geen enkele aansprakelijkheid voor fouten die optreden tijdens het gebruik van het product of de opties, defecten die het gevolg zijn van onjuiste bediening van het product en de opties of andere fouten of voor enige schade resulterend uit het gebruik van het product.
  • Pagina 5 Hiermee wordt u gewezen op een situatie die Hierin worden routineactiviteiten beschreven die relevant zijn kan leiden tot beschadiging of storing van het voor de instellingsmodus. apparaat. Dit vormt een aanvulling op een functie of bedieningsprocedure.
  • Pagina 6 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN RANDAPPARATUUR VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN RANDAPPARATUUR ......1-46 AFWERKINGSEENHEID IN HET APPARAAT .
  • Pagina 7 ► DE TONERCARTRIDGE VERVANGEN (pagina Er is ook een NFC-aanraakpuntmarkering. 1-90) ► BEDIENINGSPANEEL (pagina 1-9) (12) Voorklep Toetsenbord (BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/ Gebruik dit als alternatief voor het aanraaktoetsenbord BP-50C65/BP-55C26/BP-60C31/BP-60C36/BP-60C45/ dat op het aanraakscherm wordt weergegeven. Wanneer BP-70C31/BP-70C36/BP-70C45) dit toetsenbord niet wordt gebruikt, kan het onder het Open deze klep om de hoofdschakelaar in of uit te bedieningspaneel worden opgeborgen.
  • Pagina 8 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN Afhankelijk van het land, de regio of het model kan het als standaard geïnstalleerd zijn of kan het een randapparaat zijn. Neem contact op met uw leverancier of de dichtstbijzijnde erkende servicevertegenwoordiger. Randapparaat.
  • Pagina 9 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN (13) (14) (15) (16) (17) (18) (27) (28) (19) (20) (21) (22) (23) (24) (25) (26) (13) Zadelsteek-finisher (grote stapeleenheid) (20) Zadelsteek-afwerkingseenheid Deze niet en vouwt papier. Deze niet en vouwt papier. Verder kan een Verder kan een perforatiemodule worden geïnstalleerd perforatiemodule worden geïnstalleerd om gaten te om gaten te maken in uitvoerpapier.
  • Pagina 10 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN ► LADE 3 - 4 (wanneer een standaard/papierlade van (28) Lade 3 (wanneer een standaard/ papierlade van 550&2100 vel is 550&2100 vel is geïnstalleerd) (pagina 1-24) geïnstalleerd) Plaats papier in deze lade. ►...
  • Pagina 11 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN BINNENKANT (10) (11) (12) Hoofdschakelaar Gebruik deze schakelaar om de voeding van het Zorg dat u de transportband niet aanraakt of apparaat in te schakelen. beschadigt. Laat deze schakelaar in de stand “ ”...
  • Pagina 12 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID EN GLASPLAAT BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65/BP-60C31/BP-60C36/BP-60C45 BP-55C26/BP-70C31/BP-70C36/BP-70C45/BP-70C55/BP-70C65 Aanvoerrol van de origineelinvoer Indicator origineelinst. Deze rol draait zodat het origineel automatisch wordt Deze indicator gaat branden wanneer het document op ingevoerd.
  • Pagina 13 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN ZIJKANT EN ACHTERKANT Faxuitbreidingskit (optie) Stekker voor extra telefoon (TEL) USB-poort (type B) Wanneer de faxfunctie van het apparaat wordt gebruikt, Het apparaat gebruikt deze aansluiting niet. kunt u een extra telefoontoestel aansluiten op deze LAN-aansluiting stekker.
  • Pagina 14 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN BEDIENINGSPANEEL In dit gedeelte worden de namen en functies van de verschillende onderdelen van het bedieningspaneel beschreven. Informatie-indicator Toets [Aan] Deze indicator brandt wanneer het apparaat Druk op deze toets om de voeding van het apparaat in of ingeschakeld is, en wanneer een gebruiker zich uit te schakelen.
  • Pagina 15 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN U kunt de hoek van het bedieningspaneel wijzigen. • Het aanraakscherm is van het capacitieve type. • Gebruik uw vinger om het aanraakscherm te bedienen. Als u het met een pen bedient, zal het niet goed werken. Let er ook op dat edelmetalen zoals accessoires onopzettelijke aanraakbewegingen kunnen veroorzaken.
  • Pagina 16 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN INFORMATIE-INDICATOR Bij het IN/UITschakelen van het apparaat; bij gebruikersauthenticatie wanneer de gebruiker zich heeft aangemeld met zijn of haar identiteitskaart of NFC; wanneer een USB-geheugen wordt aangesloten op het apparaat; wanneer een taak op het bedieningspaneel van het apparaat wordt gestart;...
  • Pagina 17 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN Verlichtingspatroon 3 De lampjes gaan achtereenvolgens branden, van het linker lampje naar het rechter lampje. Als er meerdere verlichtingspatronen zijn voor de informatie-indicator, dan heeft het lampje dat later brandt, prioriteit. Het vorige verlichtingspatroon van de informatie-indicator wordt uitgeschakeld, dan gaat de informatie-indicator branden in overeenstemming met het later gegenereerde verlichtingspatroon.
  • Pagina 18 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN DE VOEDING INSCHAKELEN In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de voeding van het apparaat kunt in- en uitschakelen en hoe u het apparaat opnieuw opstart. Bedien de twee voedingsschakelaars: de hoofdschakelaar die zich linksonder achter de voorklep bevindt en de toets [Aan] op het bedieningspaneel.
  • Pagina 19 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN • Laat de hoofdschakelaar altijd in de stand ' ' staan bij gebruik van de fax- of internetfaxfunctie. • Als u de faxfunctie wilt gebruiken, en met name wanneer de ontvangst of verzending per timer 's nachts plaatsvindt, schakel de hoofdschakelaar dan niet uit.
  • Pagina 20 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►PAPIER LADEN PAPIER LADEN BELANGRIJKE INFORMATIE OVER PAPIER NAAM EN PLAATS VAN DE LADEN Doorvoerlade Lade 1 Lade 2 (wanneer een standaard/papier- lade van 550/2x550/3x550/550&2100 vel is geïnstalleerd) Lade 5 Lade 3 (wanneer een lade met (wanneer een standaard/papierlade grote capaciteit is van 2x550/3x550 vel is geïnstalleerd)
  • Pagina 21 “Instellingen” – [Systeeminstellingen] → [Algemene instellingen] → [Papierinstellingen] → [Papierlade- instellingen] → [Pa- per Weight]. • De categorie "Bruikbaar papier" is gebaseerd op standaard papier van Sharp. • Als u niet-aanbevolen papier gebruikt, kan dit een invloed hebben op de afdrukkwaliteit zelfs als er een papiertype-instelling is geselecteerd die overeenkomt met de bovenstaande papierverdelingen.
  • Pagina 22 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►PAPIER LADEN Specificaties van papier dat kan worden gebruikt voor dubbelzijdig afdrukken Papiertype Normaal papier, Recycled, Kleur, Briefpapier, Voorbedrukt, Geperforeerd, Zwaar papier (106 (28 lbs. bond) tot 256 g/m (140 lbs. index)) Papierformaat SRA3, A3W, A3, B4, SRA4, A4, A4R, B5, B5R, A5R, 12" x 18", 11" x 17", 8-1/2" x 14", 8-1/2" x 13-1/2", 8-1/2"...
  • Pagina 23 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►PAPIER LADEN *10 Sommige enveloppen zijn mogelijk niet bruikbaar omwille van de vorm van de klep of het type envelop. Afhankelijk van de landen of gebieden kunnen enveloppen niet beschikbaar zijn. 1-18...
  • Pagina 24 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►PAPIER LADEN De plaatsingsstand van de afdrukzijde De plaatsingsstand voor de afdrukzijde van papier hangt af van de gebruikte lade. Plaats het papier bij "Briefpapier" en "Voorbedrukt" in de omgekeerde richting. Plaats het papier met de afdrukzijde in de richting die hieronder is aangegeven. Lade Normale toestand Met briefpapier of voorbedrukt papier geplaatst...
  • Pagina 25 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►PAPIER LADEN LADE 1 - 4 (wanneer een standaard/papierlade van 550/2x550/3x550/ 550&2100 vel is geïnstalleerd) Er kan maximaal 550 vel papier van formaat A6R tot SRA3 (5-1/2" x 8-1/2"R to 12" x 18") in lade 1 worden geplaatst. Er kan maximaal 550 vel papier van formaat A5 tot SRA3 (5-1/2"...
  • Pagina 26 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►PAPIER LADEN Plaats het papier in de lade. • Plaats het papier met de afdrukzijde omhoog. De stapel mag niet boven de indicatorlijn uit komen (maximaal 550 vel). • Waaier het papier goed uit voordat u het laadt. Als het papier wordt geladen terwijl het overlapt, kan dit een papieropstopping veroorzaken.
  • Pagina 27 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►PAPIER LADEN PAPIER PLAATSEN IN DE SRA3 Voor het plaatsen van papier in de SRA3 volgt u onderstaande stappen om het hulpstelblokje te verplaatsen. Verwijder het hulpstelblokje. Breng het hulpstelblokje aan dat was verwijderd bij stap 1. 1-22...
  • Pagina 28 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►PAPIER LADEN ENVELOPPE IN LADE 1 LADEN Plaats het papier met de kopieer- en afdrukzijde omhoog. Het schema toont een voorbeeld van afdrukken op de voorzijde. Het maximumaantal vellen (50) mag de indicatorlijn niet overschrijden. Enveloppen met driehoekige kleppen kunnen niet worden gebruikt in lade 1.
  • Pagina 29 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►PAPIER LADEN LADE 3 - 4 (wanneer een standaard/papierlade van 550&2100 vel is geïnstalleerd) Er kan maximaal 1200 vel papier van A4-formaat (8-1/2" × 11") worden geplaatst in lade 3 (links). Er kan maximaal 900 vel papier van A4-formaat (8-1/2" × 11") en B5-formaat worden geplaatst in lade 4 (rechts). Als u een ander type of formaat papier hebt geplaatst dan de keer ervoor, moet u de instellingen controleren bij “Instellingen”.
  • Pagina 30 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►PAPIER LADEN Trek de papierlade naar buiten. Lade 3 Trek rustig aan de lade totdat deze niet meer verder gaat. Lade 4 Trek aan de hendel tot de lade is ontgrendeld. Waaier het papier uit. Waaier het papier goed uit voordat u het laadt.
  • Pagina 31 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►PAPIER LADEN Plaats het papier in de lade. Lade 3 • Plaats het papier met de afdrukzijde omhoog. De stapel mag niet boven de indicatorlijn uit komen (maximaal 1200 vel voor lade 3 of maximaal 900 vel voor lade 4). •...
  • Pagina 32 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►PAPIER LADEN PAPIER PLAATSEN IN DE LADE MET GROTE CAPACITEIT (als er een lade met grote capaciteit is geïnstalleerd) De lade met grote capaciteit wordt gebruikt voor zeer grote afdruktaken die te groot zijn voor de normale lade. Er kunnen maximaal 3000 vellen A4 of B5 (8-1/2"...
  • Pagina 33 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►PAPIER LADEN Plaats het papier in de papierinvoertafel. Plaats het papier in de lade tot het stopt. Plaats het papier met de afdrukzijde omlaag. De stapel mag niet boven de indicatorlijn uit komen (maximaal 3000 vel). Let er bij het toevoegen van papier op dat eerder geladen papier niet van plek verschuift.
  • Pagina 34 20 vel) voor continu afdrukken, net als het gebruik met andere laden. • Bij het gebruik van ander gewoon papier dan het Sharp-standaardpapier of andere speciale media dan de door Sharp aanbevolen transparanten, glanspapier, of wanneer u afdrukt op de achterzijde van eerder bedrukt papier, moet het papier met één vel tegelijk worden geladen.
  • Pagina 35 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►PAPIER LADEN TRANSPARANTEN LADEN • Gebruik door SHARP aanbevolen transparanten. • Waaier de vellen enkele malen uit bij het laden van meerdere transparanten in de doorvoerlade. • Verwijder bij het afdrukken op transparanten elk vel zodra dit is afgedrukt en uit het apparaat komt. Wanneer verschillende transparanten op de uitvoerlade gestapeld worden, kunnen de vellen aan elkaar plakken of krullen.
  • Pagina 36 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►PAPIER LADEN Bij het plaatsen van DL • Open de klep van de envelop. • Zorg dat de klep zich aan de rechterzijde bevindt. Bij het plaatsen van C4, C5, of C6 • Sluit de klep van de envelop. •...
  • Pagina 37 • Druk niet af op de achterzijde (de zijde met de kleefstrook) van de envelop. Dit kan leiden tot vastlopen of een slechte afdrukkwaliteit. • Voor sommige typen enveloppen gelden beperkingen. Neem voor meer informatie contact op met een Sharp-onderhoudstechnicus. • In sommige bedrijfsomgevingen kunnen kreukels, vegen, vastlopen van het papier, slechte tonerfusering of apparaatstoringen optreden.
  • Pagina 38 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►PAPIER LADEN Belangrijke informatie over het gebruik van reliëfpapier/etikettenvellen • Het oneffen oppervlak van sommige typen reliëfpapier kan van invloed zijn op de afdrukkwaliteit. Neem contact op met uw dealer of dichtstbijzijnde erkende servicevertegenwoordiger voor meer informatie. •...
  • Pagina 39 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►PAPIER LADEN Open de doorvoerlade. Als u papier laadt dat groter is dan 8-1/2" x 11"R of A4R, kunt u het verlengstuk uittrekken. Trek het verlengstuk helemaal uit. Plaats geen zware voorwerpen op de doorvoerlade en pas er geen neerwaartse druk op uit. Plaats het papier met de afdrukzijde omlaag.
  • Pagina 40 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►PAPIER LADEN DE GELEIDER VOOR LANG PAPIER AANBRENGEN In onderstaande stappen wordt uitgelegd hoe u de optionele invoerlade voor lang papier kunt bevestigen op de handinvoer. Trek het verlengstuk van de invoerlade voor lang papier uit. Trek het verlengstuk van de doorvoerlade uit.
  • Pagina 41 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►HET ORIGINEEL PLAATSEN HET ORIGINEEL PLAATSEN EEN PROCEDURE SELECTEREN VOOR HET PLAATSEN VAN HET ORIGINEEL AFHANKELIJK VAN TYPE EN STATUS Plaats het origineel in de automatische documentinvoereenheid. Afhankelijk van het type en de status van het origineel gebruikt u de glasplaat.
  • Pagina 42 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►HET ORIGINEEL PLAATSEN Invoermodus origineel Onderstaande invoermodi voor originelen kunnen als standaard worden ingesteld in de modus Kopiëren, Beeld verzenden en Scannen naar lokale schijf. Wanneer een modus regelmatig wordt gebruikt, hoeft u niet meer steeds dezelfde modus in een andere modus in te stellen.
  • Pagina 43 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►HET ORIGINEEL PLAATSEN AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u originelen in de automatische documentinvoereenheid plaatst. • Plaats originelen van verschillend formaat zo nodig tezamen in de automatische documentinvoereenheid. Gebruik in dat geval de functie "Overige" in elke modus om [Origineel gem. form.] in te stellen. •...
  • Pagina 44 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►HET ORIGINEEL PLAATSEN 1-39...
  • Pagina 45 5- 1/8" (lengterichting) × 5- 1/2" (dwarsrichting) 11" (lengterichting) × 39- 3/8" (dwarsrichting) *1 Dit kan worden ingesteld in BP-55C26/BP-70C31/BP-70C36/BP-70C45/BP-70C55/BP-70C65. *2 Dit kan worden ingesteld in BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65/BP-60C31/BP-60C36/BP-60C45. • Als het origineel van niet-standaardformaat is, raadpleegt u de betreffende onderstaande uitleg voor de door u gebruikte modus.
  • Pagina 46 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►HET ORIGINEEL PLAATSEN Toegestane gewichten voor originelen BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/ 1-zijdig scannen: 35 tot 128 g/m (9 tot 32 lbs bond) BP-50C55/BP-50C65/BP-60C31/BP-60C36/ 2-zijdig scannen: 50 tot 105 g/m (13 tot 28 lbs bond) BP-60C45 BP-55C26/BP-70C31/BP-70C36/BP-70C45/ 1-zijdig scannen: 35 tot 220 g/m...
  • Pagina 47 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►HET ORIGINEEL PLAATSEN PREVENTIEF LAMPJE OM AAN TE GEVEN DAT ORIGINEEL IS BLIJVEN LIGGEN Om te voorkomen dat originelen blijven liggen, heeft de automatische documentinvoereenheid (BP-55C26/BP-70C31/BP-70C36/ BP-70C45/BP-70C55/BP-70C65) een lamp bovenop de origineeluitvoerlade. Deze lamp detecteert een document op de automatische documentinvoereenheid, en begint te knipperen nadat het laatste origineel uit de origineeluitvoerlade is gekomen.
  • Pagina 48 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►HET ORIGINEEL PLAATSEN INDICATOR ORIGINEELINST Op de BP-70C31/BP-70C36/BP-70C45/BP-70C55/BP-70C65 gaat de indicator origineelinst. branden wanneer het document op juiste wijze op de origineelinvoerlade is geplaatst. Als de indicator voor de origineelinst. brandt, kan een gebruiker die moeite heeft te bevestiging dat een document op de origineelinvoerlade is geplaatst bevestigen dat het document is geladen.
  • Pagina 49 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►HET ORIGINEEL PLAATSEN GLASPLAAT In dit gedeelte worden de stappen beschreven voor het plaatsen van een origineel op de glasplaat. • Sluit de automatische documentinvoereenheid voorzichtig. Hardhandig sluiten van de automatische documentinvoereenheid kan tot beschadiging leiden. •...
  • Pagina 50 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►HET ORIGINEEL PLAATSEN Plaats geen voorwerpen onder de formaatdetector. Wanneer u de automatische documentinvoereenheid sluit terwijl er een voorwerp onder ligt, kan dit leiden tot beschadiging van de formaatdetector of kan de juiste detectie van het formaat van het origineel worden uitgeschakeld. Sluit de automatische documentinvoereenheid.
  • Pagina 51 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►RANDAPPARATUUR RANDAPPARATUUR RANDAPPARATUUR Het apparaat kan worden voorzien van randapparatuur voor extra functionaliteit. De randapparatuur is over het algemeen optioneel. Bij enkele modellen maakt bepaalde randapparatuur echter deel uit van de standaarduitrusting. (Vanaf april 2022) Productnaam Productnumm Beschrijving...
  • Pagina 52 Applicatie-integratiemodule MX-AMX1 VOORBEREIDINGEN VOOR METADATAVERZENDING (pagina 6-197) Applicatie-communicatiemodule BP-AM10 Sharp OSA (pagina 8-50) Module voor externe accounts BP-AM11 Stempeleenheid AR-SU1 Hiermee wordt in de modus Beeld verzenden elke pagina van het origineel gestempeld nadat deze is gescand. Een automatische documentinvoereenheid is vereist.
  • Pagina 53 Neem contact op met uw leverancier of de dichtstbijzijnde erkende servicevertegenwoordiger. *2 Deze randapparatuur kan worden geïnstalleerd op de BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65/BP-55C26. (Deze apparatuur is standaard opgenomen in de BP-60C31/BP-60C36/BP-60C45/BP-70C31/BP-70C36/BP-70C45/BP-70C55/BP-70C65.) Sommige opties zijn mogelijk niet beschikbaar in sommige landen en regio's.
  • Pagina 54 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►RANDAPPARATUUR AFWERKINGSEENHEID IN HET APPARAAT Dit apparaat voert gesorteerd papier uit, waarbij elke set papier wordt verschoven. Het apparaat brengt zo nodig nietjes aan in elke set. U kunt ook met de hand nieten. Als u afgedrukt papier wilt perforeren, installeert u een optionele perforatiemodule. ONDERDEELNAMEN In het volgende gedeelte worden de onderdelen beschreven die toegankelijk zijn als de afwerkeenheid is geopend.
  • Pagina 55 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►RANDAPPARATUUR HANDMATIG NIETEN U kunt ook met de hand nieten. Controleer of de toets voor handmatig nieten groen verlicht is. Plaats het papier dat u wilt nieten in de invoersleuf. Als u papier plaatst, gaat de toets voor handmatig nieten groen knipperen.
  • Pagina 56 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►RANDAPPARATUUR TOEBEHOREN Voor de afwerkeenheid is de volgende nietcartridge vereist: Nietcartridge (ca. 5000 nietjes per nietcartridge x drie cartridges) MX-SCX1 ONDERHOUD VAN AFWERKINGSEENHEID IN HET APPARAAT Wanneer de nietcartridge geen nietjes meer heeft, wordt een bericht weergegeven op het bedieningspaneel. Volg de bedieningsprocedure om de nietcartridge te vervangen.
  • Pagina 57 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►RANDAPPARATUUR Plaats een nieuwe nietcartridge in het nietjesmagazijn zoals hier getoond. Duw de nietcartridge naar binnen totdat deze vastklikt. Duw het nietjesmagazijn terug. Duw het nietjesmagazijn naar binnen totdat het vastklikt. Sluit de voorklep van de afwerkingseenheid.
  • Pagina 58 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►RANDAPPARATUUR AFWERKINGSEENHEID Dit apparaat voert gesorteerd papier uit, waarbij elke set papier wordt verschoven. Het apparaat brengt zo nodig nietjes aan in elke set. Als u afgedrukt papier wilt perforeren, installeert u een optionele perforatiemodule. ONDERDEELNAMEN Uitvoerlade (bovenste lade) Bovenklep...
  • Pagina 59 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►RANDAPPARATUUR TOEBEHOREN Voor de afwerkingseenheid (grote stapeleenheid) is de volgende nietcartridge vereist: Nietcartridge (ca. 5000 nietjes per nietcartridge x drie cartridges) MX-SCX1 1-54...
  • Pagina 60 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►RANDAPPARATUUR ONDERHOUD VAN DE AFWERKINGSEENHEID Wanneer de nietcartridge geen nietjes meer heeft, wordt een bericht weergegeven op het bedieningspaneel. Volg de bedieningsprocedure om de nietcartridge te vervangen. Nietcartridge vervangen Open de voorklep. Trek de nieteenheid uit het apparaat. Verwijder het nietjesmagazijn.
  • Pagina 61 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►RANDAPPARATUUR Plaats een nieuwe nietcartridge in het nietjesmagazijn zoals hier getoond. Duw de nietcartridge naar binnen totdat deze vastklikt. Duw het nietjesmagazijn stevig terug in het apparaat. Duw het nietjesmagazijn naar binnen totdat het vastklikt. Breng de nieteenheid weer aan.
  • Pagina 62 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►RANDAPPARATUUR AFWERKINGSEENHEID (GROTE STAPELEENHEID) Dit apparaat voert gesorteerd papier uit, waarbij elke set papier wordt verschoven. Het apparaat brengt zo nodig nietjes aan in elke set. U kunt ook met de hand nieten. Als u afgedrukt papier wilt perforeren, installeert u een optionele perforatiemodule.
  • Pagina 63 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►RANDAPPARATUUR HANDMATIG NIETEN U kunt ook met de hand nieten. Controleer of de toets voor handmatig nieten groen verlicht is. Plaats het papier dat u wilt nieten in de invoersleuf. Als u papier plaatst, gaat de toets voor handmatig nieten groen knipperen.
  • Pagina 64 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►RANDAPPARATUUR TOEBEHOREN Voor de afwerkingseenheid (grote stapeleenheid) is de volgende nietcartridge vereist: Nietcartridge (ca. 5000 nietjes per nietcartridge x drie cartridges) MX-SC11 ONDERHOUD VAN DE AFWERKINGSEENHEID (GROTE STAPELEENHEID) Wanneer de nietcartridge geen nietjes meer heeft, wordt een bericht weergegeven op het bedieningspaneel. Volg de bedieningsprocedure om de nietcartridge te vervangen.
  • Pagina 65 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►RANDAPPARATUUR Plaats een nieuwe nietcartridge in het nietjesmagazijn. Duw de nietcartridge naar binnen totdat deze vastklikt. Duw het nietjesmagazijn stevig terug in het apparaat. Duw het nietjesmagazijn naar binnen totdat het vastklikt. Sluit de voorklep. Maak een proefafdruk met de nietfunctie en controleer of het nieten goed verloopt.
  • Pagina 66 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►RANDAPPARATUUR ZADELSTEEK-AFWERKINGSEENHEID Deze eenheid omvat de staffelfunctie waarmee gesorteerd papier wordt uitgevoerd en waarbij elke set papier wordt verschoven, de nietsorteerfunctie waarmee elke set afdrukken wordt geniet, de zadelsteekfunctie waarmee het midden van de vellen automatisch wordt geniet en de vellen doormidden worden gevouwen en de papiervouwfunctie waarmee papier doormidden wordt gevouwen.
  • Pagina 67 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►RANDAPPARATUUR TOEBEHOREN Voor de zadelsteek-afwerkingseenheid is de volgende nietcartridge vereist: Nietcartridge (ca. 5000 nietjes per nietcartridge x drie cartridges) AR-SC2 ONDERHOUD VAN DE ZADELSTEEK-AFWERKINGSEENHEID Wanneer de nietcartridge geen nietjes meer heeft, wordt een bericht weergegeven op het bedieningspaneel. Volg de bedieningsprocedure om de nietcartridge te vervangen.
  • Pagina 68 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►RANDAPPARATUUR Zet de ontgrendelingshendel van het nietjesmagazijn omlaag en verwijder het nietjesmagazijn. Verwijder de lege nietcartridge uit het nietjesmagazijn. Plaats een nieuwe nietcartridge in het nietjesmagazijn zoals hier getoond. Duw de nietcartridge naar binnen totdat deze vastklikt. Nadat u de nietcartridge heeft aangebracht, trekt u de verzegeling die de nietjes op hun plaats houdt recht naar buiten.
  • Pagina 69 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►RANDAPPARATUUR Duw de nieteenheid terug op zijn plaats. Sluit de voorklep. Maak een proefafdruk met de nietfunctie en controleer of het nieten goed verloopt. ►pagina 3-46 1-64...
  • Pagina 70 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►RANDAPPARATUUR ZADELSTEEK-AFWERKINGSEENHEID (GROTE STAPELEENHEID) Deze eenheid omvat de staffelfunctie waarmee gesorteerd papier wordt uitgevoerd en waarbij elke set papier wordt verschoven, de nietsorteerfunctie waarmee elke set afdrukken wordt geniet, de zadelsteekfunctie waarmee het midden van de vellen automatisch wordt geniet en de vellen doormidden worden gevouwen en de papiervouwfunctie waarmee papier doormidden wordt gevouwen.
  • Pagina 71 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►RANDAPPARATUUR • Voor het installeren van een zadelsteek-afwerkingseenheid (grote stapeleenheid) zijn een papierdoorgave-eenheid of vouweenheid en een standaard/papierlade van 550/2x550/3x550/550&2100 vel vereist. • Plaats geen zware voorwerpen op de zadelsteek-afwerkingseenheid (grote stapeleenheid) en duw de zadelsteek-afwerkingseenheid (grote stapeleenheid) niet naar beneden.
  • Pagina 72 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►RANDAPPARATUUR HANDMATIG NIETEN U kunt ook met de hand nieten. Controleer of de toets voor handmatig nieten groen verlicht is. Plaats het papier dat u wilt nieten in de invoersleuf. Als u papier plaatst, gaat de toets voor handmatig nieten groen knipperen.
  • Pagina 73 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►RANDAPPARATUUR TOEBEHOREN Voor de zadelsteek-afwerkingseenheid is de volgende nietcartridge vereist: Afwerkingseenheid Nietcartridge (ca. 5000 nietjes per nietcartridge x drie cartridges) MX-SC11 Nietfinisher Nietcartridge (ca. 2000 nietjes per nietcartridge x vier cartridges) MX-SC12 1-68...
  • Pagina 74 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►RANDAPPARATUUR ONDERHOUD VAN DE ZADELSTEEK-AFWERKINGSEENHEID (GROTE STAPELEENHEID) Wanneer de nietcartridge geen nietjes meer heeft, wordt een bericht weergegeven op het bedieningspaneel. Volg de bedieningsprocedure om de nietcartridge te vervangen. De nietcartridge vervangen (afwerkingseenheid) Open de bovenste voorklep. Verwijder het nietjesmagazijn.
  • Pagina 75 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►RANDAPPARATUUR Duw het nietjesmagazijn stevig terug in het apparaat. Duw het nietjesmagazijn naar binnen totdat het vastklikt. Sluit de bovenste voorklep. Maak een proefafdruk met de nietsorteerfunctie en controleer of het nieten goed verloopt. ►pagina 3-46 1-70...
  • Pagina 76 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►RANDAPPARATUUR De nietcartridge vervangen (zadelsteek-afwerkingseenheid) Verwijder alle uitvoer uit de uitvoerlade van de zadelsteek-afwerkingseenheid (grote stapeleenheid) voordat u met deze procedure begint. Plaats verwijderde uitvoer niet terug in de uitvoerlade. Open de bovenste voorklep. Trek de onderste voorklep langzaam uit het apparaat tot de klep niet verder kan.
  • Pagina 77 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►RANDAPPARATUUR Plaats een nieuwe nietcartridge in het nietjesmagazijn. Vervang beide nietcartridges. Duw het nietjesmagazijn stevig terug in het apparaat. Duw het nietjesmagazijn naar binnen totdat het vastklikt. Duw de onderste voorklep weer in het apparaat. Sluit de bovenste voorklep.
  • Pagina 78 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►RANDAPPARATUUR PERFORATIEMODULE De perforatiemodule kan op een afwerkingseenheid in het apparaat, een afwerkingseenheid of een zadelsteek-afwerkingseenheid worden geïnstalleerd om het uit te voeren papier te perforeren. PERFORATIE-AFVAL VERWIJDEREN Perforatieafval van perforaties wordt verzameld in de perforatieafvalbak. Volg de bedieningsprocedure om perforatieafval te verwijderen.
  • Pagina 79 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►RANDAPPARATUUR Plaats de perforatieafvalverzamelaar terug. Als de perforatieafvalverzamelaar niet goed wordt teruggeplaatst, kan niet worden afgedrukt met de perforatiefunctie. Schuif de afwerkingseenheid naar rechts totdat hij niet meer verder kan. Sluit de voorklep van de afwerkingseenheid.
  • Pagina 80 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►RANDAPPARATUUR Afwerkingseenheid geïnstalleerd Open de voorklep. Trek de perforatieafvalverzamelaar naar buiten en verwijder het perforatieafval. Plaats de perforatieafvalverzamelaar terug. Als de perforatieafvalverzamelaar niet goed wordt teruggeplaatst, kan niet worden afgedrukt met de perforatiefunctie. Sluit de voorklep. 1-75...
  • Pagina 81 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►RANDAPPARATUUR Afwerkingseenheid (grote stapeleenheid) geïnstalleerd Open de voorklep. Trek de perforatieafvalverzamelaar naar buiten en verwijder het perforatieafval. Plaats de perforatieafvalverzamelaar terug. Als de perforatieafvalverzamelaar niet goed wordt teruggeplaatst, kan niet worden afgedrukt met de perforatiefunctie. Sluit de voorklep.
  • Pagina 82 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►RANDAPPARATUUR Met zadelsteek-afwerkingseenheid Open de voorklep. Trek de perforatieafvalverzamelaar naar buiten en verwijder het perforatieafval. Plaats de perforatieafvalverzamelaar terug. Als de perforatieafvalverzamelaar niet goed wordt teruggeplaatst, kan niet worden afgedrukt met de perforatiefunctie. Sluit de voorklep. 1-77...
  • Pagina 83 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►RANDAPPARATUUR Zadelsteek-afwerkingseenheid (grote stapeleenheid) geïnstalleerd Open de voorklep. Trek de perforatieafvalverzamelaar naar buiten en verwijder het perforatieafval. Plaats de perforatieafvalverzamelaar terug. Als de perforatieafvalverzamelaar niet goed wordt teruggeplaatst, kan niet worden afgedrukt met de perforatiefunctie. Sluit de voorklep.
  • Pagina 84 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►RANDAPPARATUUR VOUWEENHEID Een vouweenheid kan worden gebruikt voor Z-vouw, Lettervouw, Harmonicavouw, Dubbele vouw en Enkele vouw. ONDERDEELNAMEN Voorkaft Open deze klep om vastgelopen papier te verwijderen. De lade is uitschuifbaar. Om af te drukken op groot papier zoals 11" x 17"...
  • Pagina 85 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►ONDERHOUD ONDERHOUD REGELMATIG ONDERHOUD Voor een optimale werking moet het apparaat regelmatig worden gereinigd. Gebruik geen ontvlambare sprays bij het reinigen van het apparaat. Als het gas uit de spuitbus in contact komt met warme elektrische onderdelen of de fuseereenheid binnen in het apparaat, kan er brand of een elektrische schok optreden.
  • Pagina 86 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►ONDERHOUD Aandrukplaat SCANGEBIED Wanneer zwarte of witte strepen op de gescande afbeelding zichtbaar zijn bij het gebruik van de automatische documentinvoereenheid, reinig dan het scangebied (het dunne lange glas naast de glasplaat). Gebruik voor het reinigen van dit onderdeel het glasreinigingsmiddel dat in de automatische documentinvoereenheid is opgeslagen.
  • Pagina 87 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►ONDERHOUD Als u de BP-55C26 / BP-70C31 / BP-70C36 / BP-70C45 / BP-70C55 / BP-70C65 gebruikt Open de automatische documentinvoereenheid en verwijder het glasreinigingsmiddel. Reinig het scangebied op de glasplaat met het glasreinigingsmiddel. Eén scangebied bevindt zich op de glasplaat en het andere in de automatische documentinvoereenheid.
  • Pagina 88 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►ONDERHOUD Sluit de klep. Plaats het glasreinigingsmiddel terug op zijn plaats. 1-83...
  • Pagina 89 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►ONDERHOUD Als u de BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65/BP-60C31/BP-60C36/BP-60C4 Open de automatische documentinvoereenheid en verwijder het glasreinigingsmiddel. Reinig het scangebied op de glasplaat met het glasreinigingsmiddel. Plaats het glasreinigingsmiddel terug op zijn plaats. 1-84...
  • Pagina 90 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►ONDERHOUD DE LASEREENHEID REINIGEN Wanneer de lasereenheid in het apparaat vuil wordt, kunnen lijnpatronen (gekleurde lijnen) zichtbaar worden op de afdruk. Lijnen (gekleurde strepen) identificeren die zijn veroorzaakt door een vuile lasereenheid • De gekleurde strepen zijn altijd op dezelfde plaats zichtbaar. (De lijnen zijn nooit zwart.) •...
  • Pagina 91 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►ONDERHOUD Controleer of het reinigingsgedeelte op de punt van de reiniger schoon is. Als het reinigingsgedeelte vuil is, moet u het van de reiniger verwijderen en vervangen door een schoon exemplaar. Zie stap 5 tot en met 7 voor de procedure voor het vervangen van het reinigingsgedeelte.
  • Pagina 92 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►ONDERHOUD Breng het nieuwe reinigingsgedeelte aan op de reiniger. (1) Lijn de haak van het reinigingsgedeelte uit met de bevestigingsopening in de reiniger. (2) Houd het reinigingsgedeelte stevig vast en duw de reiniger naar binnen. Reinig de lasereenheid.
  • Pagina 93 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►ONDERHOUD Herhaal stap 8 tot om alle openingen (4) van de lasereenheid te reinigen. De lasereenheid wordt op vier plaatsen gereinigd, waaronder de locatie die bij stap 8 is gereinigd. Reinig alle openingen. Plaats de reiniger terug op zijn plaats. (1) Plaats de reiniger op de naaf en draai deze.
  • Pagina 94 Als u de automatische documentinvoereenheid gebruikt en het geplaatste origineel vlekken vertoont of komt vast te zitten, veegt u het oppervlak van de papierdoorvoerrrol af in de richting van de pijl met een propere, zachte doek met water of een neuraal schoonmaakmiddel. BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65/BP-60C31/BP-60C36/BP-60C45 Zorg ervoor dat u het plastic vel niet buigt of losmaakt.
  • Pagina 95 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►ONDERHOUD DE TONERCARTRIDGE VERVANGEN Vervang de tonercartridge. Als dit bericht wordt weergegeven, moet u een nieuwe toner klaarzetten voor vervanging. Vervang de tonercartridge altijd wanneer het bericht "Vervang de tonercartridge." wordt weergegeven. Houd één set vervangende tonercartridges bij de hand, zodat u altijd meteen een nieuwe tonercartridge kunt installeren wanneer de toner op is.
  • Pagina 96 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►ONDERHOUD Als u de BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65/ BP-55C26/BP-60C31/BP-60C36/BP-60C45/BP-70C31/BP-70C36/BP-70C45 Laag Tonerniv.(□□□□) (Vervang cassette niet voor dit vereist is.) Als dit bericht wordt weergegeven, moet u een nieuwe toner klaarzetten voor vervanging. (□□□□) geeft de kleur aan van de tonercartridge die in gereedheid moet worden gebracht.
  • Pagina 97 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►ONDERHOUD Trek de tonercartridge naar u toe. De lege tonercartridge wordt naar voren uitgeworpen zodat u deze kunt verwijderen. Trek de tonercartridge horizontaal voorzichtig naar buiten. Als de cartridge plotseling naar buiten wordt getrokken, kunt u toner morsen.
  • Pagina 98 Duw stevig totdat u een "klik" hoort. Bij gebruik van de BP-50C55/BP-50C65/BP-70C55/BP-70C65 Sluit de tonerklep. Houd beide zijden vast en sluit het. Voorklep (BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65/BP-55C26/BP -60C31/BP-60C36/BP-60C45/BP-70C31/BP-70C36/BP-70C45 Sluit de voorklep. Nadat de tonercartridge is vervangen, wordt automatisch de modus voor afbeeldingsaanpassing geactiveerd. Open de voorklep niet terwijl dit gebeurt.
  • Pagina 99 • Als een andere tonercartridge dan een door SHARP aanbevolen tonercartridge wordt gebruikt, levert het apparaat mogelijk niet de maximale kwaliteit en prestaties en kan het schade oplopen. Gebruik een door SHARP aanbevolen tonercartridge. • Als een van de tonerkleuren leeg raakt, is het afdrukken van kleuren niet meer mogelijk.
  • Pagina 100 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►ONDERHOUD DE TONER INZAMELCONTAINER VERVANGEN De toner inzamelcontainer vangt het teveel aan toner op dat vrijkomt bij het afdrukken. Als de tonerinzamelcontainer vol raakt, wordt het bericht “Vervang tonerinzamelcontainer.” weergegeven. Vervang de toner inzamelcontainer volgens de instructies in het bericht op het aanraakscherm. Als u op deze toets tikt, worden aanwijzingen weergegeven voor het vervangen van de tonerinzamelcontainer.
  • Pagina 101 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►ONDERHOUD Plaats de tonerinzamelcontainer op een vlak oppervlak. Plaats een vel papier (bijvoorbeeld een krant) op het oppervlak voordat u de toner inzamelcontainer plaatst. • Houd de tonerinzamelcontainer rechtop zonder dat deze ineenklapt. • Richt de gaatjes niet naar beneden, omdat er gebruikte toner uit zal lopen. •...
  • Pagina 102 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►ONDERHOUD DE STEMPELCARTRIDGE VERVANGEN Als een stempeleenheid (AR-SU1) is geïnstalleerd op de automatische documentinvoereenheid en de stempel licht is geworden, vervangt u de stempelcartridge (AR-SV1). Verbruiksgoederen Stempelcartridge (2 in verpakking) AR-SV1 ALS U DE BP-55C26 / BP-70C31 / BP-70C36 / BP-70C45 / BP-70C55 / BP-70C65 GEBRUIKT Open de automatische documentinvoereenheid.
  • Pagina 103 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►ONDERHOUD Installeer een nieuwe stempelcartridge. Duw de stempeleenheid terug op zijn plaats. Duw de stempeleenheid naar binnen totdat deze vastklikt. Sluit de automatische documentinvoereenheid om de aandrukplaat te bevestigen. Als de automatische documentinvoereenheid is gesloten, wordt de aandrukplaat op de glasplaat bevestigd op de automatische documentinvoereenheid.
  • Pagina 104 VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►ONDERHOUD Als u de BP-50C26 / BP-50C31 / BP-50C36 / BP-50C45 / BP-50C55 / BP-50C65 / BP-60C31 / BP-60C36 / BP-60C45 GEBRUIKT Open de documentinvoerlade. Verwijder de stempelcartridge. Installeer een nieuwe stempelcartridge. Sluit de documentinvoerlade.
  • Pagina 105 BEDIENING VAN HET APPARAAT AANRAAKSCHERM OPDRACHTSTATUS AANRAAKTYPEN....... . 2-2 OPDRACHTEN STOPPEN/VERWIJDEREN, MET BEDIENINGSTYPEN .
  • Pagina 106 Naast tikken, wat gelijk staat aan het normale aanraken van het scherm, kan het aanraakscherm van het apparaat ook worden bediend door lang aanraken, vegen en schuiven. Tikken Schuiven Eenvoudige Document Eenvoudige Document- Sharp OSA Scan Archiveren Scan Archiveren Raak het scherm met uw Schuif met uw vinger de Overige Aantal exempl.
  • Pagina 107 BEDIENING VAN HET APPARAAT►AANRAAKSCHERM Bediening in de schermen Toets (tikken) A. Tik op een item om het te selecteren. De geselecteerde toets krijgt een andere kleur. B. Tik op cijfertoetsen om cijfers in te voeren. C. Tik om de waarde te verhogen of te verlagen. Lang aanraken zorgt ervoor dat de waarde wordt verhoogd of verlaagd totdat u het scherm weer loslaat.
  • Pagina 108 BEDIENING VAN HET APPARAAT►AANRAAKSCHERM Tab (tikken) A. Tik op een tab om te veranderen wat wordt weergegeven. Aantal exempl. Kleurmodus Dubbelz. Kopie Origineel Afdrukstand Aanpassing Achtergrond Auto Lege pagina Overslaan Lege pagina in orig. overslaan Inch Directe Invoer Aangepast Formaat Kopieerfactor Kopie vergroten/verkleinen Voorbeeld-...
  • Pagina 109 BEDIENING VAN HET APPARAAT►AANRAAKSCHERM BEDIENING VAN VEELGEBRUIKTE TOETSEN Cijfertoetsen Tik op een cijfer om dit in te voeren. Tik op de toets [C] om het ingevoerde cijfer te wissen. Aantal exempl. In het adresscherm kunt u tekens invoeren die geen cijfers zijn; er wordt een andere toetsindeling gegeven. U kunt de cursor ook verplaatsen met de toetsen [←] en [→].
  • Pagina 110 BEDIENING VAN HET APPARAAT►AANRAAKSCHERM ACTIESCHERM Aanbevolen functies worden weergegeven in het actiescherm wanneer u functies configureert in iedere modus. In het actiescherm kunt u functies configureren of de geconfigureerde functie combineren met een functie die wordt weergegeven in het actiescherm. Als het actiescherm niet wordt weergegeven, tik dan op het tabblad van het actiescherm.
  • Pagina 111 BEDIENING VAN HET APPARAAT►AANRAAKSCHERM SYSTEEMINFORMATIESCHERM Druk op de toets [Systeeminfo.] in het gebied Systeeminformatie bovenaan het aanraakscherm om het Systeeminformatiescherm weer te geven. Indien er een fout is opgetreden in dit apparaat, wordt dit scherm bovendien automatisch weergegeven om de details van een fout te tonen.
  • Pagina 112 Als u op de toets [Beginscherm] drukt, dan wordt het beginscherm op het bedieningspaneel weergegeven. In het beginscherm worden de toetsen weergegeven voor de selectie van modi en functies. OVERZICHT Systeem Begin Opdracht Status informatie. Eenvoudige Eenvoudige Sharp OSA Eenvoudige Kopie Scan Toner hoeveelheid Gebruikers Vergrote Instellingen...
  • Pagina 113 BEDIENING VAN HET APPARAAT►OPENINGSSCHERM EN VOORBEELDSCHERM Recente opdrachten Bestand Ophalen E-mail Afdrukvrijgave Recente jobs Toner hoeveelheid Gebruikers Vergrote Instellingen Totaal Aantal Helderheids- Taakstatus weergavemodus handleiding instelling Druk op deze toets om de inhoud van de meest recent gebruikte opdrachten in een lijst weer te geven. Druk op een item in de lijst om de inhoud in de lijst in te stellen.
  • Pagina 114 BEDIENING VAN HET APPARAAT►OPENINGSSCHERM EN VOORBEELDSCHERM PICTOGRAM DAT DE STATUS VAN HET APPARAAT AANGEEFT Pictogra Apparaatstatus Pictogra Apparaatstatus Printergegevens worden verwerkt. Er is een USB-apparaat geïnstalleerd. Printergegevens worden afgedrukt. Het field-supportsysteem is ingeschakeld. Er zijn gegevens om te verzenden. Invoer van 1-bits alfanumeriek teken Er zijn foutgegevens om door te sturen.
  • Pagina 115 BEDIENING VAN HET APPARAAT►OPENINGSSCHERM EN VOORBEELDSCHERM SCHAKELEN TUSSEN MODI Schakelen tussen modi vanaf het beginscherm Schakelen tussen modi vanaf de modusweergave Eenvoudige Eenvoudige Document- Systeem Sharp OSA Opdracht Status Eenvoudige Eenvoudige Systeem Document- Kopie Scan Archiveren informatie. Sharp OSA Opdracht Status...
  • Pagina 116 BEDIENING VAN HET APPARAAT►OPENINGSSCHERM EN VOORBEELDSCHERM VOORBEELDSCHERM In het voorbeeldscherm kunt u uitvoerafbeeldingen weergeven en afbeeldingen die in het apparaat zijn opgeslagen via het aanraakscherm. [Eenvoudige modus] [Normale modus] Verzendgeschiedenis Voorbeeld- weergave Zoeknummer oproepen Koppeling naar de bestemming verzenden Zelfde beeld verz. als faxadres Snelbestand Geg.
  • Pagina 117 BEDIENING VAN HET APPARAAT►OPENINGSSCHERM EN VOORBEELDSCHERM Pagina's verwijderen Tik in het voorbeeldscherm op om de bewerkingsmodus in te schakelen. Tik op de pagina die u wilt wissen en tik op Einde bew. • U kunt de pagina ook verwijderen door op [Pagina verwijderen] te tikken in het actiescherm. •...
  • Pagina 118 BEDIENING VAN HET APPARAAT►OPENINGSSCHERM EN VOORBEELDSCHERM Pagina's verplaatsen Tik in het voorbeeldscherm op om de bewerkingsmodus in te schakelen. Tik op de pagina die u wilt verplaatsen en versleep om de pagina te verplaatsen. Einde bew. U kunt de pagina ook verplaatsen door op [Pagina verplaatsen] te tikken in het actiescherm en dan op te tikken van de bestemming.
  • Pagina 119 BEDIENING VAN HET APPARAAT►OPENINGSSCHERM EN VOORBEELDSCHERM Pagina draaien Tik in het voorbeeldscherm op om de bewerkingsmodus in te schakelen. Tik op de pagina die u wilt draaien en versleep om de pagina te draaien. Einde bew. U kunt de pagina ook roteren door te tikken op [180 graden draaien] (alleen kopieermodus) of [90 graden draaien] (alleen fax- en scanmodus) op het actiescherm.
  • Pagina 120 BEDIENING VAN HET APPARAAT►OPENINGSSCHERM EN VOORBEELDSCHERM Hoofdstukinvoegingen instellen Als N-Up of 2-Zijdig is geselecteerd, kunt u een pagina die is gemarkeerd met naar de eerste pagina verplaatsen. Tik in het voorbeeldscherm op om de bewerkingsmodus in te schakelen. Tik op de pagina waar u Opgegeven bereik wissen Opg.
  • Pagina 121 BEDIENING VAN HET APPARAAT►OPENINGSSCHERM EN VOORBEELDSCHERM Lege pagina invoegen Tik in het voorbeeldscherm op om de bewerkingsmodus in te schakelen. Tik op en tik op voor de locatie Selecteer de locatie voor het invoegen van een blanco pagina. Annuleren en terugkeren voor het invoegen van een lege pagina.
  • Pagina 122 BEDIENING VAN HET APPARAAT►OPENINGSSCHERM EN VOORBEELDSCHERM Een gedeelte van het origineel verwijderen Tik in het voorbeeldscherm op om de bewerkingsmodus in te schakelen. Tik in het actiescherm op [Opgegeven Opgegeven bereik wissen bereik wissen]. Opg. gebied voor orig. wissen Pagina verwijderen Pagina verplaatsen 180 graden draaien Hoofdstukinvoeg.
  • Pagina 123 BEDIENING VAN HET APPARAAT►OPENINGSSCHERM EN VOORBEELDSCHERM In het actiescherm selecteert u [Deze Deze wispositie toep. Opgegeven bereik wissen op alle pagina's. wispositie toep. op alle pagina's.] of Deze wispositie toep. Beginpunt op deze pagina. [Deze wispositie toep. op deze Wisbereik omkeren Hoogte pagina.].
  • Pagina 124 BEDIENING VAN HET APPARAAT►DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN HET BEGINSCHERM BEWERKEN In het beginscherm kunt u het aantal weergegeven sneltoetsen en de sneltoetsen zelf wijzigen. U kunt ook de achtergrond en de tekstkleur wijzigen en de achtergrond wijzigen in een aangepaste afbeelding. SNELTOETSEN TOEVOEGEN In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u een sneltoets kunt toevoegen aan het beginscherm.
  • Pagina 125 BEDIENING VAN HET APPARAAT►DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN Via het aanraakscherm Open het actiescherm in het Beginscherm bewerken beginscherm en tik op [Beginscherm Weergavepatroon instelling bewerken]. Tekstkleur Aanpassen Op het beginscherm Instelling belangrijke instellingen Eenvoudige Eenvoudige Eenvoudige Kopie Scan Toner hoeveelheid Gebruikers...
  • Pagina 126 BEDIENING VAN HET APPARAAT►DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN Tik op de functie die u wilt toevoegen. De sneltoets wordt toegevoegd aan de geselecteerde Select. functies om toe te voegen als Begin. locatie. Programmalijst Kopiëren (Kopiëren) E-mail Internetfax FTP/Bureaublad Netwerkmap Gegevensinvoer Instelling Pc-scan...
  • Pagina 127 BEDIENING VAN HET APPARAAT►DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN Via de webpagina Typ het IP-adres van het apparaat in de adresbalk van de webbrowser. Wanneer de standaard fabrieksinstellingen zijn ingesteld, moet u uw wachtwoord invoeren nadat u het IP-adres heeft ingevoerd.
  • Pagina 128 BEDIENING VAN HET APPARAAT►DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN Kies de functie die u wilt toevoegen. Status Adresboek Documenthandelingen Gebruikers- Systeem- instellingen bediening Instelling voor het beginscherm Thuisschermregistratie Voorwaarde-Instellingen Indienen Annuleren Pictogram Achtergrondbeeld Beginknop Kopiëren Kopiëren Eenvoudige Kopie Kopieerapparaat Program List Om de naam van een sneltoets te wijzigen, kiest u [Aangepast] in [Toetsnaam] en voert u de gewenste naam in het tekstvak in.
  • Pagina 129 BEDIENING VAN HET APPARAAT►DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN SNELTOETSEN BEWERKEN U kunt sneltoetsen toevoegen aan het beginscherm en sneltoetsen die u niet gebruikt wissen. U kunt ook de weergavevolgorde van sneltoetsen en de namen en afbeeldingen wijzigen voor meer gebruiksgemak van apparaat.
  • Pagina 130 BEDIENING VAN HET APPARAAT►DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN Tik op de sneltoets die u wilt wissen Toets en tik op [Toets verwijderen]. Verplaats Toets Wijzig Er verschijnt een geel kader rondom de gekozen sneltoets. toetsnaam. Reset toets naar Nadat u de sneltoets heeft geselecteerd, tikt u op standaard Scannen naar Bestand...
  • Pagina 131 BEDIENING VAN HET APPARAAT►DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN Via de webpagina Typ het IP-adres van het apparaat in de adresbalk van de webbrowser. Wanneer de standaard fabrieksinstellingen zijn ingesteld, moet u uw wachtwoord invoeren nadat u het IP-adres heeft ingevoerd.
  • Pagina 132 BEDIENING VAN HET APPARAAT►DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN Selecteer [Geen] en klik op de knop [Indienen]. Wanneer u op de knop [Indienen] klikt, wordt het scherm [Thuisschermregistratie] gesloten. Status Adresboek Documenthandelingen Gebruikers- bediening Systeem- instellingen Instelling voor het beginscherm Thuisschermregistratie Voorwaarde-Instellingen Indienen...
  • Pagina 133 BEDIENING VAN HET APPARAAT►DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN EEN SNELTOETS WIJZIGEN In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u een sneltoets in het beginscherm kunt wijzigen. Via het aanraakscherm kunt u alleen de naam wijzigen. Op de webpagina kunt u de afbeelding van het pictogram wijzigen.
  • Pagina 134 BEDIENING VAN HET APPARAAT►DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN Er verschijnt een geel kader rondom Toets de gekozen sneltoets. verwijderen Verplaats Toets Er verschijnt een geel kader rondom de gekozen sneltoets. Wijzig toetsnaam. Reset toets naar standaard Scannen naar Bestand Scannen naar lokale schijf ophalen...
  • Pagina 135 BEDIENING VAN HET APPARAAT►DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN Via de webpagina Typ het IP-adres van het apparaat in de adresbalk van de webbrowser. Wanneer de standaard fabrieksinstellingen zijn ingesteld, moet u uw wachtwoord invoeren nadat u het IP-adres heeft ingevoerd.
  • Pagina 136 BEDIENING VAN HET APPARAAT►DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN Selecteer de gewenste functie. Status Adresboek Documenthandelingen Gebruikers- bediening Systeem- instellingen Instelling voor het beginscherm Thuisschermregistratie Voorwaarde-Instellingen Indienen Annuleren Pictogram Achtergrondbeeld Beginknop Nr. Eenvoudige Kopie Geen Kopiëren Eenvoudige Kopie Kopieerapparaat Programmalijst Om de naam van een sneltoets te wijzigen, kiest u [Speciaal] in [Toetsnaam] en voert u de gewenste naam in het tekstvak in.
  • Pagina 137 BEDIENING VAN HET APPARAAT►DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN EEN AFBEELDING VAN EEN SNELTOETS TOEVOEGEN Om de afbeelding van een sneltoets te wijzigen in een nieuwe afbeelding, moet u eerst de nieuwe afbeelding toevoegen. In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u een afbeelding kunt toevoegen. Afbeeldingen kunnen worden toegevoegd via de webpagina.
  • Pagina 138 BEDIENING VAN HET APPARAAT►DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN Klik op [Pictogram]. Selecteer een item. Klik op "Niet ingesteld" als u een nieuwe afbeelding wilt toevoegen. Als alle "Niet ingesteld" items in gebruik zijn, klikt u op een item dat u niet gebruikt bij de reeds toegevoegde items. Status Adresboek Documenthandelingen...
  • Pagina 139 BEDIENING VAN HET APPARAAT►DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN EEN SNELTOETS VERPLAATSEN In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u een sneltoets in het beginscherm kunt verplaatsen. Sneltoetsen kunnen worden verplaatst via het aanraakscherm. 05:45 05:45 Pc-scan Pc-scan Ik wil de sneltoets [PC Scan] verplaatsen.
  • Pagina 140 BEDIENING VAN HET APPARAAT►DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN Tik op de sneltoets die u wilt Toets verplaatsen en tik op [Verplaats verwijderen Verplaats Toets Toets]. Wijzig toetsnaam. Reset toets naar standaard Er verschijnt een geel kader rondom de gekozen sneltoets. Pc-scan Einde bew.
  • Pagina 141 In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u de standaardinstelling van sneltoetsen in het beginscherm kunt herstellen. U kunt deze procedure uitvoeren via het aanraakscherm of via de webpagina. Eenvoudige Kopiëren Eenvoudige FTP/Bureaublad Eenvoudige Eenvoudige Eenvoudige Sharp OSA Kopie Kopie Scan Ik wil de gewijzigde sneltoetsen terugzetten naar Toner Toner de fabrieksinstellingen.
  • Pagina 142 BEDIENING VAN HET APPARAAT►DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN Tik in het actiescherm op [Reset toets Reset toets naar standaard naar standaard]. Eenvoudige Kopiëren Eenvoudige Kopie Einde bew. Tik op de toets [Opnieuw instellen]. toets naar standaard Toetsindeling terugzetten op De standaardinstellingen van de sneltoetsen worden fabrieksinstellingen.
  • Pagina 143 BEDIENING VAN HET APPARAAT►DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN Via de webpagina Typ het IP-adres van het apparaat in de adresbalk van de webbrowser. Wanneer de standaard fabrieksinstellingen zijn ingesteld, moet u uw wachtwoord invoeren nadat u het IP-adres heeft ingevoerd.
  • Pagina 144 U kunt deze procedure uitvoeren via het aanraakscherm of via de webpagina. Eenvoudige Eenvoudige Eenvoudige Sharp OSA Eenvoudige Eenvoudige Eenvoudige Sharp OSA...
  • Pagina 145 BEDIENING VAN HET APPARAAT►DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN Selecteer het transparantieniveau dat Beëindigen en terugkeren u wilt instellen. Instelling belangrijke instellingen Helderheids- Taakstatus handleiding weergavemodus instelling Tik op de toets [Beëindigen en Beëindigen en terugkeren terugkeren]. Instelling belangrijke instellingen Helderheids- Taakstatus handleiding weergavemodus...
  • Pagina 146 BEDIENING VAN HET APPARAAT►DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN Via de webpagina Typ het IP-adres van het apparaat in de adresbalk van de webbrowser. Wanneer de standaard fabrieksinstellingen zijn ingesteld, moet u uw wachtwoord invoeren nadat u het IP-adres heeft ingevoerd.
  • Pagina 147 Het patroon kan worden gewijzigd op de webpagina. Eenvoudige Eenvoudige Eenvoudige Sharp OSA Kopie Scan Ik wil meer sneltoetsen op het startscherm tonen door de toetsen...
  • Pagina 148 BEDIENING VAN HET APPARAAT►DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN Typ het IP-adres van het apparaat in de adresbalk van de webbrowser. Wanneer de standaard fabrieksinstellingen zijn ingesteld, moet u uw wachtwoord invoeren nadat u het IP-adres heeft ingevoerd. Klik op de webpagina op de tab [Systeeminstellingen] → [Instelling voor het beginscherm].
  • Pagina 149 BEDIENING VAN HET APPARAAT►DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN Wanneer u klaar bent met het aanpassen van instellingen, klikt u op de knop [Indienen]. De instellingen worden opgeslagen in het apparaat en worden toegepast. esboek Documenthandelingen Gebruikers- Systeem- instellingen bediening 1.
  • Pagina 150 EEN WEERGAVEPATROON KIEZEN VOOR HET BEGINSCHERM In het apparaat zijn patronen in meerdere kleuren opgeslagen. U kunt het kleurenpatroon wijzigen via het aanraakscherm. Eenvoudige Eenvoudige Eenvoudige Sharp OSA Kopie Scan Ik wil het kleurpatroon van het startscherm wijzigen. User's Manual...
  • Pagina 151 BEDIENING VAN HET APPARAAT►DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN Selecteer het gewenste patroon. Beëindigen en terugkeren Finish and Return Weergavepatroon instelling MFP Display Pattern Setting Pattern 2 Pattern 1 Patroon 1 Patroon 2 Patroon 3 Patroon 4 Pattern 3 Pattern 4 Patroon 5 Patroon 6 Pattern 5...
  • Pagina 152 Toner hoeveelheid Gebruikers Vergrote Instellingen Totaal Aantal Helderheids- Taakstatus handleiding weergavemodus instelling Eenvoudige Eenvoudige Eenvoudige Sharp OSA Kopie Scan Toner hoeveelheid Gebruikers Vergrote Instellingen Totaal Aantal Helderheids- Taakstatus handleiding weergavemodus instelling De tekstkleur van het beginscherm is afhankelijk van het patroon voor de indeling van het beginscherm.
  • Pagina 153 BEDIENING VAN HET APPARAAT►DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN Open het actiescherm in het Beginscherm bewerken beginscherm en tik op [Tekstkleur Weergavepatroon instelling Aanpassen Op het Beginscherm]. Tekstkleur Aanpassen Op het beginscherm Instelling belangrijke instellingen Eenvoudige Eenvoudige Eenvoudige Kopie Scan Toner hoeveelheid Gebruikers...
  • Pagina 154 Om de afbeelding via het aanraakscherm te wijzigen, slaat u de gewenste afbeelding eerst op een USB-apparaat op en sluit u dit apparaat aan op de machine. 10:15 Eenvoudige Eenvoudige Eenvoudige Sharp OSA Kopie Scan Ik wil de Toner achtergrondafbeelding...
  • Pagina 155 Als het USB-apparaat op het apparaat is aangesloten, verschijnt er een venster. Tik op de toets [OK]. Tik op de toets [Instellingen] in het beginscherm. Het scherm met instellingen wordt weergegeven. Eenvoudige Eenvoudige Sharp OSA Eenvoudige Kopie Scan Toner hoeveelheid...
  • Pagina 156 BEDIENING VAN HET APPARAAT►DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN Via de webpagina Typ het IP-adres van het apparaat in de adresbalk van de webbrowser. Wanneer de standaard fabrieksinstellingen zijn ingesteld, moet u uw wachtwoord invoeren nadat u het IP-adres heeft ingevoerd.
  • Pagina 157 BEDIENING VAN HET APPARAAT►DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN Stel het selectievakje [Aangepaste afbeelding gebruiken] in op en kies de afbeelding met [Selecteer bestand]. Klik op [Bladeren] om het bestand te kiezen. Status Adresboek Documenthandelingen Gebruikers- Systeem- instellingen bediening Instelling voor het beginscherm Registreer Achtergrondafbeelding Voorwaarde-Instellingen Indienen...
  • Pagina 158 Gebruikers Vergrote Instellingen Totaal Aantal Helderheids- Taakstatus handleiding weergavemodus instelling 10:15 Eenvoudige Eenvoudige Eenvoudige Sharp OSA Kopie Scan Gebruikers Vergrote Instellingen Totaal Aantal Helderheids- Taal- Taakstatus handleiding weergavemodus instelling instelling Typ het IP-adres van het apparaat in de adresbalk van de webbrowser.
  • Pagina 159 BEDIENING VAN HET APPARAAT►DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN Klik op [Voorwaarde- Instellingen] en klik op het gewenste item bij "Vaste toets". U kunt op [Niet ingesteld] klikken om een nieuwe vaste toets toe te voegen. Vaste toets Bedieningshandleiding Vergrote weergavemodus Systeem- instellingen Totaal Aantal LCD-bediening...
  • Pagina 160 [Vergrote weergavemodus]. De toetsafbeelding wordt gewijzigd in en de vergrote weergavemodus wordt ingeschakeld. Eenvoudige Eenvoudige Eenvoudige Sharp OSA Om de vergrote weergavemodus te annuleren, klikt u Kopie Scan nogmaals op [Vergrote weergavemodus]. De toetsafbeelding wordt gewijzigd in en de vergrote weergavemodus wordt geannuleerd.
  • Pagina 161 BEDIENING VAN HET APPARAAT►DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN DE MACHINETAAL WIJZIGEN U kunt de displaytaal van het beginscherm wijzigen. 14:05 Eenvoudige Eenvoudige Eenvoudige Sharp OSA Kopie Scan Ik wil de taal wijzigen in Toner hoeveelheid Vergrote Instellingen Totaal Aantal...
  • Pagina 162 BEDIENING VAN HET APPARAAT►DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN Tik op een lege sneltoetslocatie. Einde bew. Tik op de toets [Taalinstelling]. De sneltoets wordt toegevoegd aan de geselecteerde Select. functies om toe te voegen als Begin. locatie. Programmalijst Kopiëren (Kopiëren) E-mail Internetfax FTP/Bureaublad...
  • Pagina 163 BEDIENING VAN HET APPARAAT►DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN Tik op de toets [Taalinstelling] in het 15:24 beginscherm. Taal- instelling Toner hoeveelheid Gebruikers Vergrote Instellingen Totaal Aantal Helderheids- Taakstatus handleiding weergavemodus instelling Kies de gewenste taal en tik op 08:14 08:14 08:14 08:14...
  • Pagina 164 BEDIENING VAN HET APPARAAT►DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN Via de webpagina Typ het IP-adres van het apparaat in de adresbalk van de webbrowser. Wanneer de standaard fabrieksinstellingen zijn ingesteld, moet u uw wachtwoord invoeren nadat u het IP-adres heeft ingevoerd.
  • Pagina 165 DE POSITIE VAN DE TOETS [Beginscherm] WIJZIGEN U kunt de positie van de toets [Beginscherm] wijzigen. Systeem Systeem Begin Opdracht Status Begin Opdracht Status informatie. informatie. 10:15 10:15 Eenvoudige Eenvoudige Sharp OSA Eenvoudige Eenvoudige Sharp OSA Eenvoudige Eenvoudige Kopie Scan Kopie Scan Toner Toner hoeveelheid hoeveelheid...
  • Pagina 166 BEDIENING VAN HET APPARAAT►DE WEERGAVE VAN HET AANRAAKSCHERM WIJZIGEN Selecteer [Linkerrand] of [Rechts]. Klik op de knop [Opslaan]. Wanneer u klaar bent met het invoeren van instellingen, tikt u op de toets [Afmelden]. Via de webpagina Typ het IP-adres van het apparaat in de adresbalk van de webbrowser. Wanneer de standaard fabrieksinstellingen zijn ingesteld, moet u uw wachtwoord invoeren nadat u het IP-adres heeft ingevoerd.
  • Pagina 167 Kopieren 0010/0010 Papier Op Kopieren 0000/0010 Wachten Berekenen Stoppen/Verwijderen Berekenen Kopieren 0000/0001 Wachten Meerv. selectie- Eenvoudige Eenvoudige Eenvoudige Sharp OSA modus inschakelen Kopie Scan Vorige Spool Opdr.Wachtr Toner hoeveelheid Gebruikers Instellingen Totaal Aantal Helderheids- Vergrote Taakstatus Voltooid weergavemodus handleiding instelling •...
  • Pagina 168 BEDIENING VAN HET APPARAAT►OPDRACHTSTATUS Opdrachten veranderen van plaats in de lijsten volgens de verwerkingsstatus, van [Spool] en [Opdr.Wachtr] tot [Voltooid], in die volgorde. Tik zo nodig op de toets [Spool], [Opdr.Wachtr] of [Voltooid] om de opdrachtenlijstweergave te schakelen naar de weergave op verwerkingsstatus.
  • Pagina 169 BEDIENING VAN HET APPARAAT►OPDRACHTSTATUS OPDRACHTEN IN UITVOERING OF GERESERVEERDE OPDRACHTEN STOPPEN OF VERWIJDEREN Tik op de opdrachtstatusweergave en tik op het tabblad voor de opdracht die u wilt stoppen of verwijderen. Tik op de toets [Opdr.Wachtr]. Papier opnieuw Scannen Faxen Internetfax Afdrukken selecteren...
  • Pagina 170 BEDIENING VAN HET APPARAAT►OPDRACHTSTATUS GERESERVEERDE OPDRACHTEN MET PRIORITEIT VERWERKEN Deze functie geeft prioriteit aan de verwerking van gekopieerde, gefaxte of beeldverzendingsopdrachten die later zijn geopend dan opdrachten die al in de wachtrij staan voor afdrukken of verzenden. Het gebruik van de functie voor verwerking met prioriteit verschilt als volgt, afhankelijk van het opdrachttype. •...
  • Pagina 171 BEDIENING VAN HET APPARAAT►OPDRACHTSTATUS De volgorde van opdrachten wijzigen Indien er een opdracht in uitvoering is, kan een onderbrekingsopdracht worden uitgevoerd, of een opdracht kan lager in de rij worden gezet om de opdrachtvolgorde te veranderen. Tik op de toets van de opdracht die u wilt verplaatsen en tik vervolgens op de toets "Order Sorteren".
  • Pagina 172 BEDIENING VAN HET APPARAAT►OPDRACHTSTATUS Scanneropdracht met timerinstelling Wanneer een scanneropdracht met een timerinstelling geselecteerd is en u tikt op de toetsen voor de wijziging van de volgorde, dan wordt de opdracht als volgt verplaatst. • toets De timerinstelling is cancelled en de opdracht wordt verplaatst naar de positie na de opdracht in uitvoering (tweede plaats in de lijst).
  • Pagina 173 BEDIENING VAN HET APPARAAT►OPDRACHTSTATUS GERESERVEERDE OPDRACHTEN OF OPDRACHTEN IN UITVOERING CONTROLEREN Tik op de opdrachtstatusweergave en tik op het tabblad voor de opdracht waarvan u de inhoud wilt controleren. Tik op de toets [Opdr.Wachtr]. Details van geselect. Scannen Faxen Internetfax Afdrukken taak controleren Start...
  • Pagina 174 BEDIENING VAN HET APPARAAT►OPDRACHTSTATUS VOLTOOIDE OPDRACHTEN CONTROLEREN Tik op de opdrachtstatusweergave en tik op het tabblad voor de opdracht waarvan u de inhoud wilt controleren. Tik op de toets [Voltooid]. Details van geselect. Scannen Faxen Internetfax Afdrukken taak controleren Start Sorteer Taak Sequentie Taak Opdrachtwachtrij...
  • Pagina 175 BEDIENING VAN HET APPARAAT►OPDRACHTSTATUS DE OPDRACHTENLIJST LEZEN De betekenis van elk opdrachtpictogram en bericht dat wordt weergegeven in "Status" is als volgt: Pictogrammen die het type opdracht aangeven Afdrukopdracht (RGB/CMYK) Kopieeropdracht Opdracht voor Scannen naar E-mail Opdracht voor Scannen naar FTP Opdracht voor Scannen naar Opdracht voor Scannen naar netwerkmap...
  • Pagina 176 BEDIENING VAN HET APPARAAT►OPDRACHTSTATUS Berichten die bij "Status" worden getoond opdracht in uitvoering Display Status 'Afdrukken' Afdrukopdracht wordt uitgevoerd. 'Kopieren' Kopieeropdracht wordt uitgevoerd. 'Verbinden' Verbinding maken 'Verzenden' Bezig met verzenden 'Ontvangen' Niet afdrukken 'In uitvoerng' In uitvoering 'Tel' Er wordt met iemand gesproken via de extra telefoon 'Gestopt' De opdracht is gestopt.
  • Pagina 177 "failed"* Er heeft zich een ongewone situatie voorgedaan als leveringsbevestiging is ingesteld Als het ontvangende apparaat een apparaat van SHARP is, retourneert het ontvangende apparaat 'verzonden' als de fax is ontvangen of 'ver- werkt' als de ontvangst is mislukt. Als de leveringsbevestiging is ingesteld voor internetfax, verschijnt de dispositieveldwaarde op de leveringsbevestiging op de teruggezonden e-mail.
  • Pagina 178 BEDIENING VAN HET APPARAAT►TEKENINVOER TEKENINVOER TEKENINVOER NAMEN EN FUNCTIES VAN AANRAAKTOETSEN Open het aanraaktoetsenbord om de naam van een bestand, programma, map of gebruiker te registreren. Onderwerp Annuleren (10) .com .net .org .biz .info http:// Tekens Symbolen (11) (12) Voorkeurse- Spatie AltGr lec.
  • Pagina 179 BEDIENING VAN HET APPARAAT►TEKENINVOER DE TOETSENBORINSTELLING INSTELLEN Selecteer in "Instellingen (beheerder)" [Systeeminstellingen] → [Algemene instellingen] → [BedieningsInstellingen] → [Toetsenbordinstellingen]. Toetsenbordinstellingen Standaard toetsenbordinstelling De toetsenbordinstellingen configureren voor het invoeren van tekst. Keuze Toetsenbord U kunt de lay-out en de weergave van de toetsen aanpassen aan de ingestelde taal. Toetsenbordprioriteit instellen Als er een extern toetsenbord is aangesloten, kunt u aangeven of het externe toetsenbord of het toetsenbord op het scherm (het aanraaktoetsenbord) prioriteit moet krijgen.
  • Pagina 180 KOPIEERAPPARAAT BEIDE ZIJDEN VAN EEN KAART ALS ENKELE VOORDAT U HET APPARAAT ALS PAGINA KOPIËREN (KAARTFORMAAT) ... 3-60 KOPIEERAPPARAAT GEBRUIKT DEZELFDE AFBEELDING HERHALEN OP ÉÉN VEL (OPMAAK HERHALEN) ......3-62 KOPIEERMODUS .
  • Pagina 181 KOPIEERAPPARAAT DE RESOLUTIE AANPASSEN TIJDENS HET HANDIGE KOPIEERFUNCTIES SCANNEN (RESOLUTIE) ..... . 3-113 FUNCTIES VOOR HET TOEVOEGEN VAN TEKST EN TUSSENOPDRACHT.
  • Pagina 182 KOPIEERAPPARAAT►VOORDAT U HET APPARAAT ALS KOPIEERAPPARAAT GEBRUIKT VOORDAT U HET APPARAAT ALS KOPIEERAPPARAAT GEBRUIKT KOPIEERMODUS Er zijn twee modi om te kopiëren: de eenvoudige modus en de normale modus. De eenvoudige modus is beperkt tot vaak gebruikte functies waarmee u de meeste kopieertaken eenvoudig kunt uitvoeren.
  • Pagina 183 KOPIEERAPPARAAT►VOORDAT U HET APPARAAT ALS KOPIEERAPPARAAT GEBRUIKT Start kopiëren in zwart-wit of kleur. De weergave van de functies wijzigen. Selecteer de functie die u wilt instellen. Schakel naar de normale modus. ► NORMALE MODUS (pagina 3-6)
  • Pagina 184 KOPIEERAPPARAAT►VOORDAT U HET APPARAAT ALS KOPIEERAPPARAAT GEBRUIKT De volgende functies kunnen in eenvoudige modus worden ingesteld. • Papierformaat DE PAPIERLADE VOOR HET KOPIËREN SELECTEREN (pagina 3-15) • 2-zijdige kopie AUTOMATISCH 2-ZIJDIG KOPIËREN (pagina 3-17) • Kopieerfactoren VERGROTEN/VERKLEINEN (pagina 3-27) • Nietje/Perforatie UITVOER (pagina 3-43) •...
  • Pagina 185 KOPIEERAPPARAAT►VOORDAT U HET APPARAAT ALS KOPIEERAPPARAAT GEBRUIKT NORMALE MODUS In de normale modus kunt u elke functie-instelling selecteren die kan worden gebruikt voor kopiëren. (10) Aantal exempl. Verzenden en afdrukken Kleurmodus Recente jobs Meerkleuren Snelbestand Origineel Geg. tijdelijk opslaan Auto Bestand Papierformaat Gegevens in map opslaan...
  • Pagina 186 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. KOPIËREN In dit gedeelte worden de belangrijkste procedures uitgelegd voor kopiëren. Selecteer instellingen in de onderstaande volgorde om ervoor te zorgen dat het kopiëren probleemloos verloopt. Raadpleeg voor gedetailleerde procedures voor het selecteren van instellingen, de uitleg van elke instelling in dit hoofdstuk.
  • Pagina 187 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. Selecteer de gewenste functies. Geef het origineelformaat, de belichting, de resolutie, enzovoort op. Tik op de toets [Origineel] en geef de stand van het origineel op, zodat de afdrukstand goed herkend wordt. De afdrukstand van het origineel opgeven (pagina 3-35) In de Eenvoudige modus In de Normale modus Aantal exempl.
  • Pagina 188 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. Scan het origineel. Tik op de toets [Voorbeeldweergave] om het origineel te scannen. In de Eenvoudige modus Origineel Details Papier Dubbelz. Kopie Kopieerfactor Nietje / Perforatie Selectie Off 100% Papiercassette 1 1 → 1 Kleur Voorbeeld- Recent...
  • Pagina 189 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. Controleer de voorbeeldafbeelding. Geef de voorbeeldafbeelding van het gescande origineel weer. Controleer in het voorbeeldscherm de instellingen, zoals de kleurmodus en 2-zijdige kopie. VOORBEELDSCHERM (pagina 2-12) In de Eenvoudige modus Voorbeeld 1 / 1 Scan Kleur Opnieuw...
  • Pagina 190 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. • Twee of meer sets kopieën maken: Tik op de kopieweergavetoets om het aantal kopieën op te geven. In de Eenvoudige modus Origineel Details Papier Dubbelz. Kopieerfactor Nietje / Selectie Kopie Perforatie 100% Off...
  • Pagina 191 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. HET FORMAAT VAN HET ORIGINEEL CONTROLEREN Eenvoudige modus Het formaat van het geplaatste origineel wordt weergegeven in de linker bovenhoek van het scherm. Als u het origineel in de automatische documentinvoereenheid plaatst, verschijnt het pictogram origineel naast het formaat van het origineel.
  • Pagina 192 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. Stand van het geplaatste origineel Plaats het origineel zoals hieronder wordt getoond. Als u het origineel in een onjuiste stand plaatst, is de perforatie- of nietpositie mogelijk niet correct is. Bekijk in “Voorbeeldscherm”, bekijk de afdrukstand of de voorbeeldafbeelding. VOORBEELDSCHERM (pagina 2-12) Glasplaat Documentinvoerlade...
  • Pagina 193 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. Gekopieerde afbeelding automatisch draaien (Kopie draaien) Als de stand van het origineel en het papier verschillen, wordt de afbeelding van het origineel automatisch 90 graden gedraaid zodat deze overeenkomt met het papier. 3-14...
  • Pagina 194 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. DE PAPIERLADE VOOR HET KOPIËREN SELECTEREN Het apparaat is ingesteld om automatisch de papierlade te selecteren die papier bevat van hetzelfde papierformaat als het geplaatste origineel (Automatische Papierselectie). Als het papierformaat van het origineel niet juist kan worden gedetecteerd omdat het een niet-standaard formaat is of als u het papierformaat voor het kopiëren wilt veranderen, kunt u handmatig een papierlade selecteren.
  • Pagina 195 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. • Geef als de doorvoerlade is geselecteerd, het type en formaat van het papier op dat in de doorvoerlade is geplaatst. HET TYPE EN FORMAAT VAN PAPIER IN DE DOORVOERLADE OPGEVEN (pagina 3-42) •...
  • Pagina 196 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. AUTOMATISCH 2-ZIJDIG KOPIËREN DE AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID GEBRUIKEN VOOR 2-ZIJDIG KOPIËREN Originelen Kopieën Originelen Kopieën Originelen Kopieën Automatisch 2-zijdig kopiëren van Automatisch 2-zijdig kopiëren 1-zijdig kopiëren van 2-zijdige 1-zijdige originelen van 2-zijdige originelen originelen •...
  • Pagina 197 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. Controleer het papier (lade) en de kleurmodus die u wilt gebruiken voor kopiëren en tik op de toetsen voor andere instellingen die u wilt selecteren. Tik op de toets [Origineel] en geef de stand van het origineel op, zodat de afdrukstand goed herkend wordt. De afdrukstand van het origineel opgeven (pagina 3-35) Zie, voor meer details over de functies die kunnen worden ingesteld, stap 3 in “KOPIËREN (pagina...
  • Pagina 198 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. DE GLASPLAAT GEBRUIKEN VOOR 2-ZIJDIG KOPIËREN Originelen Kopiëren Automatisch 2-zijdig kopiëren van 1-zijdige originelen Tweezijdig kopiëren helpt papier besparen. Plaats het origineel op de glasplaat. GLASPLAAT (pagina 1-44) Tik op de toets [Dubbelz. Kopie]. BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN.
  • Pagina 199 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. Controleer het papier (lade) en de kleurmodus die u wilt gebruiken voor kopiëren en tik op de toetsen voor andere instellingen die u wilt selecteren. Tik op de toets [Origineel] en geef de stand van het origineel op, zodat de afdrukstand goed herkend wordt. De afdrukstand van het origineel opgeven (pagina 3-35) Zie, voor meer details over de functies die kunnen worden ingesteld, stap 3 in “KOPIËREN (pagina...
  • Pagina 200 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. KLEURMODI VOOR KOPIËREN Selecteer de kleurmodus Automatisch, Meerkleuren, Zwart/wit, 2 kleuren of Enkele kleur. Het apparaat detecteert automatisch of een origineel in kleur of in zwart-wit is en schakelt naar de juiste Auto modus (meerkleuren voor een origineel in kleur of zwart-wit voor een origineel in zwart-wit).
  • Pagina 201 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. Kopiëren in twee kleuren Het origineel wordt in twee kleuren gekopieerd door een specifieke kleur te vervangen door een andere. Tik op de toets [Kleurmodus]. Tik op de toets [2 kleuren]. Tik op de toets [Wijzigen]. Kleurmodus Meerkleuren Auto...
  • Pagina 202 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. Kopiëren in een enkele kleur Het origineel wordt gekopieerd in elke willekeurige enkele kleur. Tik op de toets [Details] om naar de normale modus te gaan. EENVOUDIGE MODUS (pagina 3-3) Tik op de toets [Kleurmodus]. Tik op de toets [Enkele Kleur].
  • Pagina 203 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. BELICHTING EN TYPE ORIGINEEL BEELD WIJZIGEN BELICHTING EN TYPE ORIGINEEL AUTOMATISCH AANPASSEN Standaard worden het belichtingsniveau en het origineeltype automatisch aangepast aan het origineel dat u kopieert. ([Auto] wordt weergegeven.) Deze functie past de afbeelding tijdens het kopiëren in zwart-wit en meerkleuren automatisch aan om de meest geschikte kopie te krijgen.
  • Pagina 204 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. Tik op de toets [Details] om over te schakelen naar de normale modus zodat u meer gedetailleerde instellingen kunt opgeven. EENVOUDIGE MODUS (pagina 3-3) Tik op de toets [Belichting]. Tik op de toets van het betreffende Type belichting/origineel origineelafbeeldingstype om het Auto...
  • Pagina 205 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. • Wanneer u een kopie of een afdruk uit het apparaat gebruikt als origineel: Tik als u een kopie of een afdruk uit het apparaat gebruikt als origineel op het vakje [Kopie van kopie] zodat verschijnt.
  • Pagina 206 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. VERGROTEN/VERKLEINEN AUTOMATISCHE FACTORSELECTIE In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u automatisch de juiste factor kunt selecteren die overeenkomt met het papierformaat, wanneer u handmatig de papierlade wijzigt voor het maken van een kopie op papier met een ander formaat dan het origineel.
  • Pagina 207 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. HANDMATIGE FACTORSELECTIE In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u een kopieerfactor kunt opgeven voor een kopie op papier van een ander formaat dan het origineel of hoe u het afbeeldingsformaat kunt wijzigen voor het kopiëren. U kunt de volgende drie methoden gebruiken om de kopieerfactor op te geven.
  • Pagina 208 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. De gewenste zoomfactor specificeren Tik op de toets [Copy Ratio]. KOPIEERMODUS (pagina 3-3) Tik op om de factor in te Kopieerfactor stellen. ( 25~200 ) Auto Image Wanneer u klaar bent met het invoeren van instellingen, tikt Enigszins verminderen (3% besparing) u op de toets [OK].
  • Pagina 209 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. Het papierformaat opgeven Tik op de toets [Copy Ratio]. KOPIEERMODUS (pagina 3-3) Geef het origineelformaat Kopieerfactor (papierformaat van het geladen ( 25~200 ) Auto Image origineel) en het kopieformaat Enigszins verminderen (3% besparing) (papierformaat van de kopieeruitvoer) Per papierformaat Origineel...
  • Pagina 210 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. De afmetingen van de afbeelding opgeven Tik op de toets [Details] om naar de normale modus te gaan. EENVOUDIGE MODUS (pagina 3-3) Tik op de toets [Copy Ratio]. Tik op de toets [op formaat] op het Kopieerfactor tabblad [Zoom].
  • Pagina 211 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. DE LENGTE EN BREEDTE AFZONDERLIJK VERGROTEN/VERKLEINEN In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u de horizontale en verticale kopieerfactor afzonderlijk kunt opgeven. Wanneer 50% is geselecteerd voor de horizontale factor en 70% voor de verticale factor U kunt de volgende drie methoden gebruiken om de kopieerfactor op te geven.
  • Pagina 212 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. De vaste-factortoets gebruiken Tik op de toets [Details] om naar de normale modus te gaan. EENVOUDIGE MODUS (pagina 3-3) Tik op de toets [Copy Ratio] en vervolgens op het tabblad [X-y zoom]. Tik op de toets [X] en stel de factor X Kopieerfactor (horizontaal) in.
  • Pagina 213 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. De afmetingen van de afbeelding opgeven Tik op de toets [op formaat]. De gewenste zoomfactor specificeren (pagina 3-29) Geef de afmetingen van X en Y van Kopieerfactor zowel het beeldformaat als het op formaat De kopieerfactor wordt berekend op basis van opgegeven formaten.
  • Pagina 214 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. DE AFDRUKSTAND EN HET FORMAAT VAN HET ORIGINEEL SELECTEREN Als het origineel een niet-standaardformaat heeft of het formaat niet juist wordt gedetecteerd, geeft u het formaat van het origineel handmatig op. Stel de afdrukstand van de afbeelding in om ervoor te zorgen dat de afdrukstand van het geplaatste origineel goed wordt herkend.
  • Pagina 215 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. Geef de afdrukstand en het formaat van het origineel op Tik op de toets [Origineel] om de afdrukstand van het origineel in te stellen. KOPIEERMODUS (pagina 3-3) Tik op de toets [Auto]. Tik op de toets van het Formaat Origineel origineelformaat.
  • Pagina 216 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. De afdrukstand en het formaat van een origineel in niet-standaard-formaat opgeven Tik op de toets [Origineel] om de afdrukstand van het origineel in te stellen. KOPIEERMODUS (pagina 3-3) Tik op de toets [Auto]. Tik op de toets [Directe Invoer].
  • Pagina 217 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. VAAK GEBRUIKTE ORIGINEELFORMATEN OPSLAAN Sla de veelgebruikte niet-standaard origineelformaten op. In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u niet-standaard origineelformaten opslaat, ophaalt, wijzigt en wist. • Het opgeslagen origineelformaat blijft behouden, ook als het apparaat wordt uitgeschakeld. •...
  • Pagina 218 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. Tik op een toets ( ) om een Origineel extra origineelformaat op te slaan. Opslaan/Verwijderen Select. formaattoets om aangep. orig. formaat op te slaan/te verwijderen. Tik op een toets die geen formaat aangeeft. Een eerder opgeslagen toets veranderen of verwijderen: Tik op de toets die u wilt veranderen of verwijderen.
  • Pagina 219 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. Een opgeslagen origineelformaat ophalen Voer stappen 1 tot 2 uit in Geef de afdrukstand en het formaat van het origineel op (pagina 3-36). Tik op de toets [Aangepast Form]. Tik op de toets van het Aangepast Formaat origineelformaat dat u wilt ophalen.
  • Pagina 220 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. KOPIEËN MAKEN MET DE DOORVOERLADE KOPIEËN MAKEN MET DE DOORVOERLADE Naast kopieën op normaal papier kunt u met de doorvoerlade ook kopieën maken op transparanten, enveloppen, tabpapier en andere speciale media. Raadpleeg "GESCHIKTE PAPIERTYPEN (pagina 1-16)"...
  • Pagina 221 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. HET TYPE EN FORMAAT VAN PAPIER IN DE DOORVOERLADE OPGEVEN Tik op de toets [Papier Selectie]. DE PAPIERLADE VOOR HET KOPIËREN SELECTEREN (pagina 3-15) Tik op de toets [Type + formaat] en vervolgens op de toets die overeenkomt met het type van het geplaatste papier.
  • Pagina 222 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. UITVOER INSTELLING SORTEREN/GROEPEN In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u de sorteermethode kunt selecteren als u het gescande origineel wilt uitvoeren. Automatisch Schakelt de sorteermodus in wanneer het origineel in de automatische documentinvoereenheid is geplaatst en schakelt de groepmodus in wanneer het origineel op de glasplaat is geplaatst.
  • Pagina 223 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. Tik op de toets [Details] om naar de normale modus te gaan. EENVOUDIGE MODUS (pagina 3-3) Tik op de toets [Origineel] en geef de stand van het origineel op, zodat de afdrukstand goed herkend wordt. De afdrukstand van het origineel opgeven (pagina 3-35) Tik op de toets [Sorteren/groepen].
  • Pagina 224 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. NIETINSTELLINGEN Geef op of de set van de uitvoer wordt geniet of niet. Staand Nietpositie Stand van Nieten origineel Links Boven Rechts Staand 1 nietjes 2 nietjes Nietloos Liggend 1 nietjes 2 nietjes Nietloos •...
  • Pagina 225 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. Nieten AAN (exclusief zadelsteek) Tik op de toets [Nietje / Perforatie]. KOPIEERMODUS (pagina 3-3) Tik op de toets [Origineel] en geef de stand van het origineel op, zodat de afdrukstand goed herkend wordt. De afdrukstand van het origineel opgeven (pagina 3-35) Selecteer het aantal nieten en de Nietje / Perforatie...
  • Pagina 226 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. Zadelsteek Tik op de toets [Nietje / Perforatie]. KOPIEERMODUS (pagina 3-3) Tik op de toets [Origineel] en geef de stand van het origineel op, zodat de afdrukstand goed herkend wordt. De afdrukstand van het origineel opgeven (pagina 3-35) Selecteer Selecteer de instellingen voor Boekje...
  • Pagina 227 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. PERFORATIE-INSTELLINGEN Met deze functie perforeert u kopieën en voert u ze uit in de lade. Voorbeeld: Wanneer het origineel in de staande of liggende stand is, en de perforatiepositie op links staat ingesteld Origineel 1 Perforatieposities Origineel 2...
  • Pagina 228 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. Tik op de toets [Nietje / Perforatie]. KOPIEERMODUS (pagina 3-3) Tik op de toets [Origineel] en geef de stand van het origineel op, zodat de afdrukstand goed herkend wordt. De afdrukstand van het origineel opgeven (pagina 3-35) Selecteer perforeren en stel de positie in.
  • Pagina 229 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. INSTELLING VOUWEN Deze functie wordt gebruikt om kopieën te vouwen voordat ze in de uitvoerlade worden geplaatst. Als een papiervouweenheid is geïnstalleerd, kunt u papier vouwen in Z-vouw en Lettervouw. Als een nietfinisher is geïnstalleerd, kunt u zadelvouwen gebruiken. De papierformaten die kunnen worden geselecteerd, verschillen per type papiervouw.
  • Pagina 230 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. Beschikbare vouwtypen en papierformaten Vouwen Papierformaat Afbeelding Niet en vouw A3W, A3, B4, A4R, B5R , 8K, 16KR, 12" × 18", 11" × 17", 8-1/2" × 14", 8-1/2" × 13-1/2" , 8-1/2" × 13-2/5"...
  • Pagina 231 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. Tik op de toets [Details] om naar de normale modus te gaan. EENVOUDIGE MODUS (pagina 3-3) Tik op de toets [Origineel] en geef de stand van het origineel op, zodat de afdrukstand goed herkend wordt. De afdrukstand van het origineel opgeven (pagina 3-35) Tik op de toets [Overige] en op de toets [Vouwen].
  • Pagina 232 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. EEN SCHEIDINGSPAGINA INVOEGEN TUSSEN KOPIEËN OF TAKEN Deze functie voegt scheidingspagina's tussen elke set kopieën of tussen elke taak. Als u scheidingspagina's invoegt tussen sets kopieën, kunt u aangeven of u de scheidingspagina wilt invoegen voor of na elke set.
  • Pagina 233 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. Tik op de toets [Details] om naar de normale modus te gaan. EENVOUDIGE MODUS (pagina 3-3) Tik op de toets [Origineel] en geef de stand van het origineel op, zodat de afdrukstand goed herkend wordt. De afdrukstand van het origineel opgeven (pagina 3-35) Tik op de toets [Overige] en op de toets [Scheidingspagina].
  • Pagina 234 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. KOPIËREN IN BATCHES MEERDERE ORIGINELEN ALS ENKELE PAGINA KOPIËREN (N-Up) Met deze functie kunt u meerdere origineelpagina's kopiëren op een enkel vel papier met dezelfde opmaak. Selecteer de functie 2-UP om twee pagina's te kopiëren op één vel, 4-UP om vier pagina's te kopiëren op één vel of 8-UP om acht pagina's te kopiëren op één vel.
  • Pagina 235 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. Plaats het origineel. Plaats het origineel in de documentinvoerlade van de automatische documentinvoereenheid of op de glasplaat. AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID (pagina 1-38) GLASPLAAT (pagina 1-44) • Als u de glasplaat gebruikt voor het scannen van meerdere origineelpagina's, moet u het origineel wijzigen en op de toets [Kleur Start] of [Z/W Start] tikken.
  • Pagina 236 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. Tik op [Rand]en selecteer de rand. N-Up Selecteer type origineel om op te maken op 1 pagina. U kunt een lijn invoegen tussen de pagina's die op een vel Lay-out zijn gerangschikt. Wanneer u klaar bent met het invoeren van instellingen, tikt 2-Up u op de toets [OK].
  • Pagina 237 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. TEGENOVER ELKAAR LIGGENDE PAGINA'S VAN EEN GEBONDEN DOCUMENT KOPIËREN (DUBBELZIJDIGE KOPIE) Met deze functie worden achtereenvolgens de linker- en rechterhelft van een origineel gekopieerd. Deze functie is nuttig bij het maken van kopieën van de twee tegenover elkaar liggende pagina's van een boek of ander gebonden document. De tegenover elkaar liggende pagina's van een boek of gebonden document kopiëren Boeken en gebonden documenten worden gekopieerd naar 2 afzonderlijke pagina’s.
  • Pagina 238 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. Plaats het origineel op de glasplaat. GLASPLAAT (pagina 1-44) De pagina aan deze kant wordt als eerste gekopieerd. Middenlijn van origineel Alle instellingen annuleren: Tik op de toets [CA]. Tik op de toets [Kleur Start] of [Z/W Start] om het kopiëren te starten. 3-59...
  • Pagina 239 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. BEIDE ZIJDEN VAN EEN KAART ALS ENKELE PAGINA KOPIËREN (KAARTFORMAAT) Met deze functie kunt u de voor- en achterzijde van een kaart op één vel kopiëren, niet op aparte vellen. Deze functie is handig om kopieën te maken ter identificatie en om papier te sparen. Beide zijden van een kaart kunnen bijvoorbeeld worden gekopieerd naar een enkel vel in A4 staand of liggend.
  • Pagina 240 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. • Tik op de gebieden die breedte- en hoogteformaten weergeven en voer het formaat met de cijfertoetsen in. • Als de afbeelding ontbreekt, geef dan een iets groter formaat in. • Als u het formaat snel wilt instellen, geeft u eerst met de cijfertoetsen een waarde op die dicht bij de gewenste waarde ligt en past u deze vervolgens aan met •...
  • Pagina 241 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. DEZELFDE AFBEELDING HERHALEN OP ÉÉN VEL (OPMAAK HERHALEN) Met deze functie kopieert u dezelfde originele afbeelding meerdere malen op één vel. U kunt elk van de volgende drie typen herhaalde kopie instellen. Herhalingsmethode Beschrijving Het maximaal herhaalde aantal kopieën op een vel wordt automatisch berekend op basis van Auto-herhalen...
  • Pagina 242 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. Kopiëren door automatisch het herhalingsaantal te berekenen (Auto-Herhalen) Plaats het origineel. Plaats het origineel in de documentinvoerlade van de automatische documentinvoereenheid of op de glasplaat. AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID (pagina 1-38) GLASPLAAT (pagina 1-44) Tik op de toets [Details] om naar de normale modus te gaan. EENVOUDIGE MODUS (pagina 3-3) Tik op de toets [Overige] en vervolgens op de toets [Opmaak herh.].
  • Pagina 243 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. Tik op de toets [Lay-out]. Opmaak herhalen Tik op de toets [Layout zon. tussenr.] of de toets [Layout met Lay-out Selecteer beeldlay-out. gel.tuss.], en vervolgens op de toets [OK]. Layout zon. tussenr. Layout met gel.tuss. Geef de scheidingslijn van de Opmaak herhalen herhaling op.
  • Pagina 244 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. Kopiëren door een herhalingsaantal op te geven (Vaste herhaling) Voer stappen 1 tot 3 uit in Kopiëren door automatisch het herhalingsaantal te berekenen (Auto-Herhalen) (pagina 3-63). Tik op de toets [Vaste herh.]. Tik op de toetsen [Origineel] en [Papierformaat] om respectievelijk een origineelformaat en papierformaat te selecteren.
  • Pagina 245 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. Geef de scheidingslijn van de herhaling op. Wanneer u klaar bent met het invoeren van instellingen, tikt u op de toets [OK]. • De instelling Vaste herhaling annuleren: Tik op de toets [Off]. •...
  • Pagina 246 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. Een origineel op fotoformaat in werkelijk formaat herhalen (Foto herhalen) Voer stappen 1 tot 3 uit in Kopiëren door automatisch het herhalingsaantal te berekenen (Auto-Herhalen) (pagina 3-63). Tik op de toets [Foto herhalen]. Plaats het origineel op de glasplaat.
  • Pagina 247 Deze functie kan worden gebruikt wanneer u de lijst van visitekaartjes wilt aanmaken, of wanneer u visiekaartjes wilt indienen. Opmaak voor 1 vel, opmaak voor 2 vellen, opmaak voor 8 vellen • Visitekaartjes kopiëren kan niet worden geselecteerd in de eenvoudige modus. • Visitekaartje kopiëren kan niet worden geselecteerd op BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65/BP-60C31/BP-60C36/BP-60C45. 3-68...
  • Pagina 248 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. Tik op de toets [Details] om naar de normale modus te gaan. EENVOUDIGE MODUS (pagina 3-3) Plaats een visitekaartje, en selecteer het papier dat moet worden gebruikt om het kaartje te kopiëren. • Raadpleeg "DE PAPIERLADE VOOR HET KOPIËREN SELECTEREN (pagina 3-15)"...
  • Pagina 249 KOPIEERAPPARAAT►BELANGRIJKSTE PROCEDURES VOOR HET MAKEN VAN KOPIEËN. Kopieerresultaten van opmaken met 8 vellen Originelen (Richting van het origineel) Instellingen Resultaten 1ste 8ste 1ste 8ste 3-70...
  • Pagina 250 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES ANDERE FUNCTIES UITVOER- EN OPMAAKBEWERKINGSFUNCTIES KOPIEËN MAKEN MET FOLDERFORMAAT (BOEKJE) Kopieën die worden gemaakt via “Boekje”, kunnen in het midden worden gevouwen om een boekje te maken. Deze functie is handig als u van kopieën een aantrekkelijk boekje of folder wilt maken. Boekjekopie met 8 origineelpagina's Originelen Nieten om een boekje te maken...
  • Pagina 251 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Kopieën automatisch nieten wanneer Boekje is ingeschakeld: Selecteer in de "Instellingen (beheerder)" [Systeeminstellingen] → [Algemene instellingen] → [Apparaatbeheer] → [Voorwaarde-Instellingen] → [Automatisch Zadelnieten]. Dit wordt gebruikt om zadelnieten automatisch te activeren wanneer Boekje is ingeschakeld wanneer een nietfinisher is geïnstalleerd.
  • Pagina 252 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Tik als u een kaft wilt invoegen, op de toets [Kaftinstelling] en op de toets [On]. Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, tikt u achtereenvolgens op de toetsen [OK] en [Vorige]. De kaftinvoerlade wijzigen: Tik op de toets [Papierlade] om het ladeselectiescherm te tonen.
  • Pagina 253 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES MEERDERE ORIGINELEN KOPIËREN OP ELKE PAGINA VAN HET BOEKJE (BOEKJE 2 OF 4 PAGINA'S OP 1 VEL) Met deze functie kunt u twee of vier origineelpagina's gelijkelijk op één pagina van de inbindkopie kopiëren. Deze functie is handig als u van een minimum aantal kopieën een aantrekkelijk boekje of een folder wilt maken. Originelen Boekje, 2 pagina's op 1 vel...
  • Pagina 254 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Selecteer de inbindzijde. De instelling Boekje annuleren: Tik op de toets [Off]. Tik op de toets [1-Zijdig], [2-Zijdig Boekje Boekje] of [2-Zijdig Schrijfblok] al naar Selecteer Output Rand voor Binding. Selecteer Origineel Type. gelang welke van toepassing is op de Linkse Binding 1-Zijdig Tablet...
  • Pagina 255 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Tik op de toets van de N-Up-vellen die u wilt gebruiken. De afbeeldingen worden zo nodig gedraaid. De instelling N-Up annuleren Tik op de toets [Off]. Selecteer de opmaak. Tik op [Rand]en selecteer de rand. N-Up Selecteer type origineel om op te maken op 1 pagina. U kunt een lijn invoegen tussen de pagina's die op een vel Lay-out zijn gerangschikt.
  • Pagina 256 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES EEN FOLDER KOPIËREN (BOEKKOPIE) Met deze functie kunt u een kopie maken van de twee tegenover elkaar liggende pagina's van een open boek of ander gebonden document. Kopieën die u maakt met deze functie kunnen in het midden worden gevouwen om een boekje te maken. Deze functie is handig als u van kopieën een aantrekkelijk boekje of folder wilt maken.
  • Pagina 257 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Plaats het origineel op de glasplaat. Plaats de geopende pagina's van de 'eerste en laatste vellen'. GLASPLAAT (pagina 1-44) Tik op de toets [Overige] en op de toets [Boekkopie]. Selecteer een inbindpositie. Boekkopie Selecteer inbindrand origineel. Als u geen kaft wilt invoegen, tikt u achtereenvolgens op de toetsen [OK] en [Vorige].
  • Pagina 258 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Tik op de toets [Kleur Start] of [Z/W Start] om de eerste origineelpagina te scannen. Het scannen van het origineel start. Plaats de volgende geopende origineelpagina's en tik op de toets [Kleur Start] of [Z/W Start]. Tik op dezelfde toets als waarop u hebt getikt in stap 5. Herhaal deze stap totdat u alle origineelpagina's hebt gescand.
  • Pagina 259 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES EEN INBINDKOPIE-ORIGINEEL SPLITSEN PER PAGINA (BOEK SPLITSEN) Met deze functie wordt een zadelsteekorigineel, zoals een catalogus of folder, per pagina gesplitst en in volgorde gekopieerd. • Boek splitsen kan niet worden geselecteerd in de eenvoudige modus. • Boek splitsen moet worden opgegeven voordat het origineel wordt gescand. •...
  • Pagina 260 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Tik op de toets [Kleur Start] of [Z/W Start] om het kopiëren te starten. 3-81...
  • Pagina 261 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES FUNCTIES OM PAPIER EN TIJD TE BESPAREN LEGE PAGINA'S IN EEN ORIGINEEL OVERSLAAN (LEGE PAGINA OVERSLAAN) Als het gescande origineel lege pagina's bevat, worden deze met deze functie overgeslagen, zodat alleen gevulde pagina's worden gekopieerd. Het apparaat detecteert lege pagina's, zodat u nutteloze kopieën kunt overslaan zonder een origineel te controleren. De lege pagina's worden niet Lege pagina's gekopieerd.
  • Pagina 262 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Tik op de toets [Lege pagina Lege pagina Overslaan overslaan] of [Lege pag./rugschaduw overslaan]. Lege pagina overslaan Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, tikt u achtereenvolgens op de toetsen [OK] en [Vorige]. Lege pag./rugschaduw overslaan Alle instellingen annuleren: Tik op de toets [CA].
  • Pagina 263 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES DE ACHTERGROND AANPASSEN DOOR LICHTE GEBIEDEN IN HET ORIGINEEL DONKERDER OF LICHTER TE MAKEN (AANPASSING ACHTERGROND) U kunt de achtergrond aanpassen door lichte gebieden in het origineel donkerder of lichter te maken. Het niveau van [Aanpassing Achtergrond] wijzigen naar de [+]-zijde maakt de achtergrond donkerder, terwijl wijzigen naar de [-]-zijde de achtergrond lichter maakt.
  • Pagina 264 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Plaats het origineel. Plaats het origineel in de documentinvoerlade van de automatische documentinvoereenheid of op de glasplaat. AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID (pagina 1-38) GLASPLAAT (pagina 1-44) Alle instellingen annuleren: Tik op de toets [CA]. Tik op de toets [Kleur Start] of [Z/W Start] om het kopiëren te starten. 3-85...
  • Pagina 265 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES EEN PROEFKOPIE MAKEN (PROEFKOPIE) Met deze functie maakt u een proefkopie voordat u het opgegeven aantal kopieën maakt. Controleer bij een proefkopie de voorbeeldafbeelding. Wijzig indien nodig de instellingen. Als u deze functie gebruikt, wordt het gescande origineel opgeslagen op het apparaat, zodat u het origineel in de gewijzigde instelling niet opnieuw hoeft te scannen.
  • Pagina 266 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Tik op de toets [Overige] en op de toets [Proefkopie]. Op het pictogram verschijnt een vinkje. Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, tikt u op de toets [Vorige]. De instelling voor proefkopie annuleren: Tik op de toets [Proefkopie] om de instelling uit te schakelen. Geef zo nodig de gewenste functies op, zoals "Belichting"...
  • Pagina 267 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Controleer het kopieerresultaat. Als Programmaregistratie Aantal exempl. Huidige inst. registreren geen probleem wordt gevonden, tikt u Kleurmodus Afdrukpositie aanpassen Meerkleuren op de toets [Start Afdrukken]. Origineel Auto Papierformaat Auto Wijzig zo nodig de instellingen en herhaal de proefkopie Dubbelz.
  • Pagina 268 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES HET AANTAL VELLEN VAN HET GESCANDE ORIGINEEL CONTROLEREN (AANTAL ORIGINELEN) Met deze functie wordt het aantal vellen van het gescande origineel geteld en wordt het resultaat weergegeven voordat u een kopie maakt. Zo weet u hoeveel originele vellen zijn gescand en kunt u vergissingen bij het kopiëren voorkomen. •...
  • Pagina 269 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Controleer het aantal vellen van het Er zijn 1 pagina's van het origineel gescand. gescande origineel. Gescande gegevens kopiëren? Het telresultaat wordt weergegeven met het aantal gescande vellen van het origineel, niet het aantal pagina's. Wanneer u bijvoorbeeld één origineel dubbelzijdig kopieert, Annuleren wordt "1"...
  • Pagina 270 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES TWEE APPARATEN GEBRUIKEN OM DE KOPIEERTIJD TE VERKORTEN (TANDEMKOPIE) Met deze functie wordt een kopieeropdracht gedeeld tussen twee apparaten die op het netwerk zijn aangesloten, zodat de kopieertijd kan worden verkort. Primaire eenheid en secundaire eenheid De primaire eenheid voert het scannen uit en een secundaire eenheid die in de primaire eenheid staat geregistreerd, voert het afdrukken uit zonder het origineel te scannen.
  • Pagina 271 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Tik op de toets [Overige] en op de toets [Tandemkopie]. Op het pictogram verschijnt een vinkje. Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, tikt u op de toets [Vorige]. De instelling voor Tandemkopie annuleren: Tik op de toets [Tandemkopie] om de instelling uit te schakelen. Plaats het origineel.
  • Pagina 272 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES FUNCTIES TER VERBETERING VAN DE VEILIGHEID GEGEVENS TER PREVENTIE VAN NIET-GEAUTORISEERDE KOPIEËN TOEVOEGEN (VERBORGEN PATROONAFDRUK) Tekens die onbevoegd kopiëren voorkomen, zoals vooraf ingestelde of aangepaste tekst, worden onzichtbaar in een achtergrondpatroon geplaatst. Wanneer een uitvoervel met een patroonafdruk wordt gekopieerd, worden de verborgen tekens weergegeven. •...
  • Pagina 273 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Tik op de toets [On] en geef zo nodig Verborgen patroonafdruk elk item op het tabblad Standaardinstellingen Instelling afdrukinhoud [Standaardinstellingen] op. Afdrukkleur ZWART Belichting Standaard Tekengrootte 48 punt Hoek 0° Lettertypestijl Standaard Camouflagepatroon Patroon 1 Functieoverz. • Wij raden aan de optie [Positief] te selecteren als "Methode". •...
  • Pagina 274 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES FUNCTIES VOOR HET AANPASSEN VAN DE UITVOERPOSITIE EN KANTLIJN KANTLIJNEN TOEVOEGEN (KANTLIJNVERSCHUIVING) Met deze functie verschuift u de gekopieerde afbeelding naar rechts, links of omlaag om de kantlijn aan te passen. Dit is handig wanneer u kopieën wilt binden met een koord of in een map. Als u de afbeelding naar rechts verschuift, kunt u de kopieën aan de linkerzijde binden met een koord.
  • Pagina 275 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Plaats het origineel. Plaats het origineel in de documentinvoerlade van de automatische documentinvoereenheid of op de glasplaat. AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID (pagina 1-38) GLASPLAAT (pagina 1-44) Tik op de toets [Overige] en op de toets [Margeverschv.]. Tik op de richting voor de Kantlijnverschuiving afbeeldingsverschuiving.
  • Pagina 276 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES RANDSCHADUWEN VOOR HET KOPIËREN WISSEN (WISSEN) De functie Wissen wordt gebruikt om de schaduwen te wissen die aan de randen van kopieën kunnen voorkomen bij het kopiëren van dikke originelen of boeken. Een dik boek kopiëren De schaduw verschijnt hier Wissen niet gebruiken Wissen gebruiken...
  • Pagina 277 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES • Wissen kan niet worden geselecteerd in de eenvoudige modus. • Als u een factorinstelling in combinatie met een wisinstelling gebruikt, wordt de breedte van de wisstrook aangepast volgens de geselecteerde factor. Als de breedte van de wisstrook is ingesteld op 20 mm (1") en de afbeelding wordt teruggebracht tot 50%, wordt de breedte van de wisstrook 10 mm (1/2").
  • Pagina 278 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Geef de breedte van de wisstrook op. Tik op de getalsweergave die de wisstrook op de voorzijde of achterzijde aangeeft en voer het gebied in met de cijfertoetsen. Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, tikt u achtereenvolgens op de toetsen [OK] en [Vorige]. Als u het gebied snel wilt instellen, geeft u eerst met de cijfertoetsen een waarde op die dicht bij de gewenste waarde ligt en past u deze vervolgens aan met •...
  • Pagina 279 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES KOPIËREN VAN ORIGINELEN ZONDER AFSNIJDEN VAN DE RAND (FULL BLEED KOPIËREN) Met deze functie kunt u een volledig origineel kopiëren op papier dat groter is dan het originele formaat zonder afbeeldingen bij de rand af te snijden. • Full bleed kopiëren kan niet worden geselecteerd in de eenvoudige modus. •...
  • Pagina 280 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES IN HET MIDDEN VAN HET PAPIER KOPIËREN (CENTREREN) Met deze functie centreert u de gekopieerde afbeelding op het papier. Hiermee kunt u de afbeelding midden op het papier plaatsen wanneer het origineelformaat kleiner is dan het papierformaat of wanneer u de afbeelding verkleint. Zonder de centreerfunctie Met de centreerfunctie •...
  • Pagina 281 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES EEN PAPIERPOSITIE OPGEVEN (AFBEELDING POSITIONEREN) Met deze functie verplaatst u het gescande origineel naar een opgegeven positie om een kopie te maken. U kunt een kopie maken op elke gewenste positie aangezien u deze kunt precies kunt instellen. We raden aan om de bovenkant op te geven als startzijde van het origineel.
  • Pagina 282 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Stelt een verplaatsingsafstand in. Afbeelding positioneren Wissen Geef startpositie voor afdrukken aan. Tik op het gedeelte dat de verplaatsingsafstand aangeeft op Zijde 1 Zijde 2 de voor- of achterzijde en voer de afstand in met de ( -432~432 ) ( -432~432 ) cijfertoetsen.
  • Pagina 283 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES SCANFUNCTIES EEN GROOT AANTAL ORIGINELEN COLLECTIEF SCANNEN (OPDRACHT SAMENSTELLING) Deze functie splitst de originelen in sets en voert deze per set in de automatische documentinvoereenheid bij het kopiëren van zeer grote aantallen originelen. Hierdoor hoeft u de kopieën niet meer te sorteren. Als u in sets verdeelde originelen scant, scan dan eerst de set die de eerste pagina bevat.
  • Pagina 284 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES In de modus Opdracht Samenstelling kopiëren Tik op de toets [Overige] en op de toets [Opdr. samenst.]. Op het pictogram verschijnt een vinkje. Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, tikt u op de toets [OK]. De instelling Opdracht Samenstelling annuleren Tik op de toets [Opdr.
  • Pagina 285 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Herhaal totdat alle pagina's zijn gescand en controleer de Plaats het volgende origineel. Druk op [Start] om het origineel te scannen. [Wijzig instel.]: Wijzig de instellingen van het volgende voorbeeldafbeelding in het scherm origineel. [Voorbeeld]: Voltooi het scannen en toon een voorbeeld. Voorbeeldweergave.
  • Pagina 286 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES De kopieerinstelling voor elke set van originelen wijzigen Wijzig zo nodig de kopieerinstellingen voor elke set originelen. Voer de stappen uit die hieronder staan beschreven voordat u het volgende origineel gaat scannen zoals in stap 4 van "In de modus Opdracht Samenstelling kopiëren (pagina 3-105)". Een instelling [Scheidingspagina] kan niet worden gewijzigd voor de tweede en latere sets.
  • Pagina 287 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES ORIGINELEN VAN VERSCHILLEND FORMAAT SCANNEN (ORIGINEEL MET GEMENGDE FORMATEN) Deze functie kopieert originelen met verschillende formaten gelijktijdig; zelfs wanneer originelen van B4-formaat (8-1/2" x 14") vermengd zijn met originelen van A3-formaat (11" x 17"). Wanneer u de originelen scant, detecteert het apparaat automatisch het formaat van elk origineel en kiest daarbij het geschikte papierformaat.
  • Pagina 288 • Drie verschillende breedtes kan niet worden geselecteerd op BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65/BP-55C26/BP-60C31/BP-60C36/BP-60C45. • Wanneer [Afwijkende breedte] is geselecteerd op de BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65/BP-60C31/BP-60C36/BP-60C45, kan automatisch tweezijdig scannen niet worden gebruikt. • Wanneer [Afwijkende breedte] is geselecteerd, kan de nietfunctie niet worden gebruikt. Tik op de toets [Overige] en op de toets [Origineel gem. form.].
  • Pagina 289 Bij originelen met verschillende formaten stelt u 'Origineel' in op 'Auto'. Tik op de toets [Kleur Start] of [Z/W Start] om het kopiëren te starten. BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65/BP-60C31/BP-60C36/BP-60C45 Als de afbeelding scheef op het papier staat als u de functie Orig. met gemengd formaat hebt gebruikt voor originelen met verschillende formaten, open dan de deksel van de documentinvoereenheid, pas de stand van de schakelaar aan en plaats de originelen.
  • Pagina 290 Als de originelen met teveel kracht worden ingevoerd, kunnen ze kreuken en vastlopen. Tik op de toets [Kleur Start] of [Z/W Start] om het kopiëren te starten. Wanneer document, BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65/BP-60C31/BP-60C36/BP-60C45, origineeluitvoerlade op de automatische documentinvoereenheid rolt, maak de papierbevestigingsarm dan in het midden vast aan de bovenkant. 3-111...
  • Pagina 291 • Zwaar papier scannen moet worden opgegeven voordat het origineel wordt gescand. • Zwaar papier scannen kan niet worden geselecteerd op BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65/BP-60C31/BP-60C36/BP-60C45. Tik op de toets [Overige] en op de toets [Scan zwaar papier]. Op het pictogram verschijnt een vinkje.
  • Pagina 292 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES DE RESOLUTIE AANPASSEN TIJDENS HET SCANNEN (RESOLUTIE) Met deze functie past u de resolutie aan tijdens het scannen van het origineel. Zo wordt uitvoer van hoge kwaliteit of met snelheidsprioriteit ingeschakeld volgens de toepassing. • Resolutie kan niet worden geselecteerd in de eenvoudige modus. •...
  • Pagina 293 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES FUNCTIES VOOR HET TOEVOEGEN VAN TEKST EN AFBEELDINGEN DATUMS, PAGINANUMMERS EN WATERMERKEN AFDRUKKEN (STEMPEL) Met deze functie kunt u informatie op kopieën afdrukken die niet op het origineel wordt weergegeven, zoals de "Datum" of een "Stempel". U kunt de volgende zes typen informatie afdrukken. •...
  • Pagina 294 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Als u de functie [Stempel] gebruikt in combinatie met andere functies: Naam van gecombineerde Afdrukhandeling functie Kantlijnverschuiving De stempelinhoud wordt samen met de afbeelding verschoven over de breedte van de kantlijn. Tabkopie In tegenstelling tot een kopieerafbeelding die verschuift, wordt de afbeelding afgedrukt op de Centreren positie die in de stempel wordt ingesteld.
  • Pagina 295 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Tik op de toets voor de gewenste Stempel Alles annuleren afdrukpositie. Datum paginanummer Stempel Tik op een van de toetsen [1] tot [6]. JJJJ/MM/DD MM/DD/JJJJ DD/MM/JJJJ MM DD, JJJJ Detail Lay-out • Als u op de toets [Details] tikt, kunt u de instellingen voor elke instelpositie configureren. •...
  • Pagina 296 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Instellen met het tabblad [Tekst] Tik op de toets [Directe Invoer] op het tabblad [Tekst] om het aanraaktoetsenbord te tonen. Gebruik het aanraaktoetsenbord om eventueel gewenste tekens in te voeren. Stempel Alles annuleren Kopieën Tekst Watermerk Vooringest. tekst Directe Invoer Detail Lay-out...
  • Pagina 297 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES EEN GEREGISTREERDE AFBEELDING TOEVOEGEN AAN EEN ORIGINEEL (AANGEPASTE AFBEELDING) Met deze functie voegt u een afbeelding, die op het apparaat wordt geregistreerd, toe aan een origineel om een kopie te maken. De volgende twee typen aangepaste afbeeldingen zijn beschikbaar. •...
  • Pagina 298 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Gecombineerde functie Aangepaste afbeeldingsbewerkingen Z/W negatief Drukt een afbeelding normaal af zonder Z/W-omkering. De volgende voorwaarde wordt echter ingesteld wanneer wordt afgedrukt op een donkere achtergrond. Aangepaste stempel: Afgedrukt in wit Aangepast watermerk: afgedrukt zonder dat het beeld wordt opgelicht Kopieer volledig Maakt een normale stempelkopie.
  • Pagina 299 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Plaats het origineel. Plaats het origineel in de documentinvoerlade van de automatische documentinvoereenheid of op de glasplaat. AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID (pagina 1-38) GLASPLAAT (pagina 1-44) Tik op de toets [Overige] en op de toets [Custom Image]. Tik op de toets [Aangepast stempel] of [Aangepast watermerk]. Tik op de toets [Afbeelding] om een afbeelding te selecteren.
  • Pagina 300 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Raadpleeg de volgende tabel voor instellingen met betrekking tot aangepaste stempel en aangepast watermerk: Voor aangepaste stempel Pagina afdrukken Geef een of meer pagina's op voor stempelkopie. Eerste pagina of alle pagina's Afdrukpositie Geef een positie op voor stempelkopie. Print Angle Geef de hoek van de afbeelding op.
  • Pagina 301 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES KAFTEN INVOEGEN IN KOPIEËN (KAFTEN/INSTEEKVELLEN) Met deze functie kunt u een ander papiertype invoegen in de pagina's die overeenkomen met de voor- en achterkaften van een kopieeropdracht. Deze functie is handig wanneer u het papier voor de kaft wilt wijzigen om het geheel een beter uiterlijk te geven. Configureer zo nodig de instellingen voor invoegvellen.
  • Pagina 302 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Instellingsvoorwaarden per kaft Gemaakte kopieën Voorkaft Achterkaft 2-Zijdige Niet kopie gekopieerd Hiermee kunt u een 2-zijdige kopie maken met als voorkaft de eerste twee origineelpagina's en een achterkaft aan het einde van kopieën. Niet 1-Zijdige gekopieerd kopie Hiermee kunt u een voorkaft invoegen aan het begin van kopieën en een 1-zijdige kopie maken als achterkaft op de zesde origineelpagina.
  • Pagina 303 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES 2-zijdig kopiëren van 1-zijdige originelen Instellingsvoorwaarden per kaft Gemaakte kopieën Voorkaft Achterkaft Niet Niet gekopieerd gekopieerd Hiermee kunt u insteekvellen invoegen aan het begin en einde van kopieën. 1-Zijdige Niet kopie gekopieerd Hiermee maakt u een 1-zijdige kopie met als voorkaft de eerste origineelpagina en een 1-zijdige kopie met als achterkaft de zesde origineelpagina.
  • Pagina 304 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Instellingsvoorwaarden per kaft Gemaakte kopieën Voorkaft Achterkaft 2-Zijdige 1-Zijdige kopie kopie Hiermee kunt u een 2-zijdige kopie maken op de eerste en tweede origineelpagina als voorkaft en een 1-zijdige kopie op de zesde origineelpagina als achterkaft. Een 1-zijdige kopie wordt gemaakt op de vijfde origineelpagina.
  • Pagina 305 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES 1-zijdig kopiëren van 2-zijdige originelen Instellingsvoorwaarden per kaft Gemaakte kopieën Voorkaft Achterkaft Niet Niet gekopieerd gekopieerd Hiermee kunt u insteekvellen invoegen aan het begin en einde van kopieën. 1-Zijdige Niet kopie gekopieerd Hiermee kunt u een 1-zijdige kopie maken met als voorkaft de eerste origineelpagina en een achterkaft aan het einde van kopieën.
  • Pagina 306 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Instellingsvoorwaarden per kaft Gemaakte kopieën Voorkaft Achterkaft 2-Zijdige 1-Zijdige kopie kopie Hiermee kunt u een 2-zijdige kopie maken op de eerste en tweede origineelpagina als voorkaft en een 1-zijdige kopie op de zesde origineelpagina als achterkaft. 2-Zijdige 2-Zijdige kopie kopie Hiermee kunt u een 2-zijdige kopie maken op de eerste en tweede origineelpagina als...
  • Pagina 307 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES 2-zijdig kopiëren van 2-zijdige originelen Instellingsvoorwaarden per kaft Gemaakte kopieën Voorkaft Achterkaft Niet Niet gekopieerd gekopieerd Hiermee kunt u insteekvellen invoegen aan het begin en einde van kopieën. 1-Zijdige Niet kopie gekopieerd Hiermee kunt u een 1-zijdige kopie maken met als voorkaft de eerste origineelpagina en een achterkaft aan het einde van kopieën.
  • Pagina 308 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Instellingsvoorwaarden per kaft Gemaakte kopieën Voorkaft Achterkaft 2-Zijdige 1-Zijdige kopie kopie Hiermee kunt u een 2-zijdige kopie maken op de eerste en tweede origineelpagina als voorkaft en een 1-zijdige kopie op de zesde origineelpagina als achterkaft. * De vijfde origineelpagina wordt niet gekopieerd. 2-Zijdige 2-Zijdige kopie...
  • Pagina 309 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Plaats het origineel in de documentinvoerlade van de automatische documentinvoereenheid. AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID (pagina 1-38) Tik op de toets [Overige] en vervolgens op de toets [Kaften/ Insteekv]. Tik op de toets [Voorkaft] en Kaften/Insteekvellen Alles annuleren vervolgens op de toets [On]. Voorkaft Achterkaft Invoegvel...
  • Pagina 310 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Configureer de kopieerinstelling van Kaften/Insteekvellen Alles annuleren een voorkaftvel. Instelling Voorkaft Afdrukken op voorkaft Als u enkel een kaft wilt invoegen, tikt u op de toets [Geen Geen kopie maken Papierlade kopie maken]. Handinvoer Enkelzijdig Normaal 1 Tik als u de toets [Dubbelz. Kopie] hebt geselecteerd, op de Dubbelz.
  • Pagina 311 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES INVOEGVELLEN INVOEGEN IN KOPIEËN (KAFTEN/INSTEEKVELLEN) Met deze functie kunt u een vel op een specifieke pagina invoegen als invoegvel. Er zijn twee typen invoegvellen. Invoegposities kunnen worden opgegeven. Voeg zo nodig kaften in. Raadpleeg "KAFTEN INVOEGEN IN KOPIEËN (KAFTEN/INSTEEKVELLEN) (pagina 3-122)" bij het invoegen van voorbladen.
  • Pagina 312 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Voorbeelden van het invoegen van vellen Hier ziet u de kopieerresultaten wanneer invoegvellen zijn ingevoegd in zes 1-zijdige origineelpagina's of drie 2-zijdige origineelpagina's in de twee kopieermodi zoals hieronder beschreven. 1-zijdig origineel kopiëren Kopieerinst Gemaakte kopieën ellingen van Voeg een invoegvel in met de 1-zijdige kopieermodus.
  • Pagina 313 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES 2-zijdig origineel kopiëren Kopieerinst Gemaakte kopieën ellingen van Voeg een invoegvel in met de 1-zijdige kopieermodus. Voeg een invoegvel in met de invoegvel 2-zijdige kopieermodus. Niet gekopieerd Hiermee kunt u een invoegvel invoegen tussen de tweede en derde pagina van kopieën.
  • Pagina 314 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Plaats het origineel in de documentinvoerlade van de automatische documentinvoereenheid. AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID (pagina 1-38) Tik op de toets [Overige] en vervolgens op de toets [Kaften/ Insteekv]. Tik op het tabblad [Invoegvel]. Tik op de toets [Invoegtype A] en op de toets voor weergave van de pagina voor invoegbladen.
  • Pagina 315 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Als u alleen invoegvel A wilt invoegen, Kaften/Insteekvellen Alles annuleren tikt u op de toets [Geen kopie maken]. Instelling Voorkaft Afdrukken op voorkaft Als u een kopie wilt maken op invoegvel A, tikt u op de toets Geen kopie maken Papierlade [Enkelzijdig] of [Dubbelz.
  • Pagina 316 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES DE PAGINAOPMAAK VAN KAFTEN EN INVOEGVELLEN CONTROLEREN, BEWERKEN EN WISSEN (PAGINAOPMAAK) Het bewerken van geregistreerde kaften en invoegvellen verschilt, zoals u hieronder kunt zien. • Voor de "Omslagvel" kunt u instellingen wijzigen zoals papiertype, kopiëren/niet kopiëren, 1-zijdig en 2-zijdig kopiëren. •...
  • Pagina 317 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES INVOEGVELLEN INVOEGEN TUSSEN TRANSPARANTEN (TRANSPARANT-INSTEEKVELLEN) Wanneer u kopieert op transparanten, blijven de vellen door statische elektriciteit mogelijk aan elkaar plakken. Met de functie voor transparant-insteekvellen wordt automatisch een vel papier ingevoegd tussen elk vel transparant, zodat de vellen makkelijker te hanteren zijn. U kunt ook op invoegvellen kopiëren.
  • Pagina 318 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Tik op de toets [On]. Transparant-Insteekvellen Als u een kopie wilt maken op invoegvellen, tikt u op het selectievakje [Kopie ook op insteekvellen maken] om dit in Kopie ook op insteekvellen maken te stellen op Wanneer u klaar bent met het invoeren van instellingen, tikt Pap.lade insteekv.
  • Pagina 319 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES FUNCTIES VOOR SPECIFIEK GEBRUIK TABTEKSTEN OP TABPAPIER KOPIËREN (TABKOPIE) Laad een vel tabpapier in de doorvoerlade en maak een kopie op een tab. Bereid originelen voor tabteksten voor die passen bij de tabposities. De afbeelding wordt verplaatst met de breedte van de tab. Bereid originelen voor die Bereid originelen voor die passen bij de tabposities.
  • Pagina 320 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Tab kopiëren met rechts inbinden Originelen De originelen plaatsen Tabpapier laden Documentinvoerlade Originelen Zijde 2 Plaats de originelen zo dat zijde zonder tabtekst als eerste wordt ingevoerd. Definitieve afbeelding Plaats het tabpapier zo dat de tab op het eerste vel van u afgericht is.
  • Pagina 321 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Laad het tabpapier. Als u de doorvoerlade gebruikt, plaatst u het papier met de afdrukzijde omlaag. Plaats het papier zo dat de zijde met de tab het laatst wordt ingevoerd in het apparaat. Configureer nadat u tabpapier in de doorvoerlade hebt geladen, de instellingen van de doorvoerlade zoals wordt beschreven in "KOPIEËN MAKEN MET DE...
  • Pagina 322 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES EEN POSTERFORMAATKOPIE MAKEN (VERGROTING OVER MEERDERE PAGINA'S) Met deze functie kopieert u een vergrote originele afbeelding over meerdere vellen. Een origineel met formaat A4 (8-1/2" x 11") kan bijvoorbeeld vergroot worden op 8 vellen van A3 (11" x 17")-papier. •...
  • Pagina 323 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Tik op de toets voor het formaat Vergrot. Over meerdere pag. Wissen waarnaar u het origineel wilt Inch vergroten. Original Size Enlargement Size A2 (A3x2) De afdrukstand wordt getoond. A1 (A3x4) Wanneer u klaar bent met het invoeren van instellingen, tikt A0 (A3x8) u op de toets [OK].
  • Pagina 324 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES MET SPIEGELBEELD KOPIËREN (SPIEGELBEELD) Met deze functie maakt u kopieën door het origineel om te keren tot spiegelbeeld. • Spiegelbeeld kan niet worden geselecteerd in de eenvoudige modus. • Geef Spiegelbeeld op voordat u een origineel scant. Tik op de toets [Overige] en op de toets [SpiegelBeeld]. Op het pictogram verschijnt een vinkje.
  • Pagina 325 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES FUNCTIES VOOR HET AANPASSEN VAN DE UITVOER EN DICHTHEID ZWART EN WIT OMKEREN IN EEN KOPIE (Z/W OMGEKEERD) Deze functie wordt gebruikt om zwart en wit om te keren in een kopie, zodat u een negatief krijgt. Deze functie kan alleen voor kopiëren in zwart-wit worden gebruikt.
  • Pagina 326 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Tik op de toets [Overige] en op de toets [Z/W negatief]. Op het pictogram verschijnt een vinkje. Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, tikt u op de toets [Vorige]. Z/W Omgekeerd annuleren: Tik op de toets [Z/W negatief] om de instelling uit te schakelen. Plaats het origineel.
  • Pagina 327 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES EENVOUDIG AANPASSEN VAN DE AFBEELDINGSKWALITEIT (SNELLE AANPASSING AFBEELDINGSKWALITEIT) U kunt de kleur en omtrek van afbeeldingen en tekst eenvoudig aanpassen. • Snelle Aanpassing Afbeeldingskwaliteit kan niet worden geselecteerd in de eenvoudige modus. • U moet Snelle Aanpassing Afbeeldingskwaliteit selecteren voordat u het origineel scant. Tik op de toets [Overige] en op de toets [Snelle Aanpassing Afbeeldingskwaliteit].
  • Pagina 328 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES ROOD/GROEN/BLAUW AANPASSEN IN KOPIEËN (RGB-INSTELLING) Met deze functie versterkt of verzwakt u een van de drie kleurcomponenten rood (R), groen (G) of blauw (B). R(rood)+ G(groen)+ B(blauw)+ • RGB kan niet worden geselecteerd in de eenvoudige modus. • RGB moet worden opgegeven voordat het origineel wordt gescand. Tik op de toets [Overige] en op de toets [RGB aanpassen].
  • Pagina 329 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Plaats het origineel. Plaats het origineel in de documentinvoerlade van de automatische documentinvoereenheid of op de glasplaat. AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID (pagina 1-38) GLASPLAAT (pagina 1-44) Alle instellingen annuleren: Tik op de toets [CA]. Tik op de toets [Kleur Start] om het kopiëren te starten. 3-150...
  • Pagina 330 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES DE SCHERPTE VAN EEN AFBEELDING AANPASSEN (SCHERPTE) Met deze functie past u de scherpte aan voor een scherpere of zachtere afbeelding. Zachter Scherper • Scherpte kan niet worden geselecteerd in de eenvoudige modus. • De scherpte moet worden opgegeven voordat het origineel wordt gescand. Tik op de toets [Overige] en op de toets [Scherpte].
  • Pagina 331 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES DE KLEUR AANPASSEN (KLEURBALANS) U kunt de kleur, toon en densiteit van kopieën aanpassen. Gebruik het tabblad [Kleur] voor de instellingen van kleurenkopieën, of het tabblad [Z/W] voor instellingen van zwart/wit-kopieën. Als u het tabblad [Kleur] selecteert, worden de densiteit van de kleuren geel, magenta, cyaan en zwart verdeeld in drie bereiken en u kunt de densiteit van elk bereik aanpassen.
  • Pagina 332 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES Tik op de toets of schuif met de Kleurbalans Instellen Alles annuleren schuifbalk om de kleurbalans aan te Pas Kleurtoon aan voor Kopie. Kleur passen. • Zet als u elke kleur individueel aan wilt passen in het tabblad [Kleur], het selectievakje [Instellen in een batch] Instellen in een Stel een Groep Reset...
  • Pagina 333 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES DE HELDERHEID VAN EEN KOPIE AANPASSEN (HELDERHEID) Met deze functie past u de helderheid van een kleurenkopie aan. • Helderheid kan niet worden geselecteerd in de eenvoudige modus. • De helderheid moet worden opgegeven voordat het origineel wordt gescand. Tik op de toets [Overige] en op de toets [Helderheid].
  • Pagina 334 KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES DE INTENSITEIT VAN EEN KOPIE AANPASSEN (INTENSITEIT) Met deze functie past u de intensiteit (verzadiging) van een kleurenkopie aan. • Intensiteit kan niet worden geselecteerd in de eenvoudige modus. • U moet de intensiteit instellen voordat u het origineel scant. Deze functie kan niet worden gecombineerd met [Kopie van kopie] of [Kleur Verbetering] in 'Belichting'.
  • Pagina 335 KOPIEERAPPARAAT►HANDIGE KOPIEERFUNCTIES HANDIGE KOPIEERFUNCTIES TUSSENOPDRACHT Met deze functie onderbreekt u een opdracht in uitvoering en drukt u het origineel dat is opgegeven als tussenopdracht met voorrang af. Wanneer u dringend een kopie moet maken terwijl een lange kopieersessie of andere opdracht wordt uitgevoerd, kunt u de functie voor een tussenopdracht gebruiken.
  • Pagina 336 KOPIEERAPPARAAT►HANDIGE KOPIEERFUNCTIES Tik op de toets [Kleur Start] of [Z/W Start] om de tussenopdracht te starten. De onderbroken opdracht zal worden hervat zodra de tussenopdracht is voltooid. In de functie voor een tussenopdracht wordt geen afdrukvoorbeeld van het gescande origineel weergegeven. 3-157...
  • Pagina 337 KOPIEERAPPARAAT►HANDIGE KOPIEERFUNCTIES GEGEVENS VERZENDEN TIJDENS HET KOPIËREN Met deze functie kunt u tijdens het kopiëren een fax verzenden, een e-mail met een afbeelding als bijlage verzenden of gegevens in de netwerkmap opslaan. U moet de bestemming vooraf in het adresboek opslaan. ADRESSEN OPSLAAN VIA DIRECTE INVOER (pagina 6-19) De fax- en beeldoverdracht begint na het kopiëren en voor de overdracht worden dezelfde instellingen gebruikt als voor de kopie.
  • Pagina 338 [Afdrukken] te tikken. Raadpleeg “OPDRACHTEN STOPPEN/VERWIJDEREN, MET PRIORITEIT VERWERKEN EN DE STATUS CONTROLEREN (pagina 2-63)” als u opdrachten wilt stoppen, wissen of met prioriteit wilt verwerken. Eenvoudige Document- Sharp OSA Systeem Opdracht Status Scan Archiveren 3-159...
  • Pagina 339 KOPIEERAPPARAAT►HANDIGE KOPIEERFUNCTIES PROGRAMMA'S Programma's worden ingesteld in het basisscherm van de normale modus. EENVOUDIGE MODUS (pagina 3-3) Programma's kunnen niet worden opgeslagen in de eenvoudige modus. EEN PROGRAMMA OPSLAAN Met deze functie worden kopieerinstellingen gezamenlijk opgeslagen als één programma. Het opgeslagen programma kan eenvoudig worden opgeroepen.
  • Pagina 340 KOPIEERAPPARAAT►HANDIGE KOPIEERFUNCTIES Wanneer geen werkprogramma is opgeslagen Wanneer een werkprogramma is opgeslagen Stel een verkleining van A3 (11" x 17") naar A4 (8-1/2" x 11") Roep het opgeslagen programma op. Tik op de toets [Kleur Start] of [Z/W Start]. Wijzig de belichtingsinstelling. Stel 2-zijdig kopiëren in.
  • Pagina 341 KOPIEERAPPARAAT►HANDIGE KOPIEERFUNCTIES Tik op een ongebruikte toets. Programmaregistratie Selecteer programmanr. om te registreren. Een toets met een opgeslagen programma wordt in kleur Voorinstelling weergegeven. prgramma Tik op een toets waaronder geen programma is opgeslagen. Als u geen naam instelt voor het programma, wordt er automatisch een serienummer toegewezen als naam. Stel een naam in voor het programma Programmanaam Annuleren...
  • Pagina 342 KOPIEERAPPARAAT►HANDIGE KOPIEERFUNCTIES EEN PROGRAMMA OPROEPEN Tik in het actiescherm op [Programma oproepen]. Tik op de toets voor het programma dat u wilt oproepen. U kunt op [Registreren in favorieten] of [Registreren in beginscherm] tikken in het actiepaneel om een sneltoets te registreren voor het geselecteerde programma in de favorieten of het beginscherm.
  • Pagina 343 KOPIEERAPPARAAT►HANDIGE KOPIEERFUNCTIES EEN PROGRAMMA VERWIJDEREN EN DE NAAM VAN EEN PROGRAMMA WIJZIGEN In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u de kopieerinstellingen in een programma kunt verwijderen en de naam van het programma kunt wijzigen. Een programma dat al is opgeslagen, kan niet worden verwijderd. Een programma verwijderen Tik in het actiescherm op [Programma oproepen].
  • Pagina 344 KOPIEERAPPARAAT►HANDIGE KOPIEERFUNCTIES De naam van een programma wijzigen Tik in het actiescherm op [Programma oproepen]. Tik in het actiescherm op [Naam Naam wijzigen wijzigen]. Verwijderen Registreren in favorieten Registreren in beginscherm Tik op de toets van het gewenste programma en wijzig de naam van het programma.
  • Pagina 345 PRINTER PRINTERFUNCTIE VAN HET APPARAAT HANDIGE PRINTERFUNCTIES PRINTERFUNCTIE ....... 4-3 HANDIGE FUNCTIES VOOR HET MAKEN VAN Windows-omgeving .
  • Pagina 346 PRINTER TWEEZIJDIG AFDRUKKEN WAARBIJ BEPAALDE AFDRUKOPDRACHTEN PAGINA'S OP DE VOORZIJDE WORDEN AFGEDRUKT (HOOFDSTUKINVOEGINGEN) ..4-86 DE AFDRUKSTATUS BEKIJKEN ....4-125 PAPIER VOUWEN VOOR AFDRUKKEN (VOUWEN).
  • Pagina 347 PCL6 Het apparaat ondersteunt de PCL6-printerbesturingstalen van Hewlett-Packard. PS (Op de BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65 is de PS3-uitbreidingskit vereist.) • Deze printerdriver ondersteunt de PostScript 3-paginabeschrijvingstaal die is ontwikkeld door Adobe. • Als u de standaard PS-printerdriver van Windows wilt gebruiken, moet u de PPD-driver gebruiken.
  • Pagina 348 Selecteer [Afdrukken] in het menu [Bestand] van WordPad. Selecteer de printerdriver voor het apparaat en klik op de knop [Voorkeursinstellingen]. SHARP BP-xxxxx De knop die wordt gebruikt om het eigenschappenvenster van de printerdriver te openen (meestal [Eigenschap] of [Voorkeursinstellingen]), kan per toepassing verschillen.
  • Pagina 349 PRINTER►AFDRUKKEN IN EEN WINDOWS-OMGEVING Selecteer de afdrukinstellingen. (1) Klik op de tab [Algemeen]. (2) Selecteer het formaat van het origineel. •U kunt maximaal zeven door de gebruiker gedefinieerde formaten in het menu vastleggen. U kunt een origineel formaat opslaan door [Extra papier] of een van de opties [Gebruiker1] tot en met [Gebruiker7] in het menu te selecteren en op de toets [OK] te klikken.
  • Pagina 350 PRINTER►AFDRUKKEN IN EEN WINDOWS-OMGEVING HET SCHERM INSTELLINGEN VAN DE PRINTERDRIVER / HELP RAADPLEGEN Het scherm Instellingen van de printerdriver bestaat uit negen tabbladen. Klik op de tab om het bijbehorende tabblad te openen. Voor alle instellingen kunt u het Help-scherm raadplegen. Klik rechtsonder in het scherm op de knop [Help]. (1) Tabs: Klik op om de verschillende tabbladen weer te geven.
  • Pagina 351 PRINTER►AFDRUKKEN IN EEN WINDOWS-OMGEVING (3) Standaard De instellingen op het huidige tabblad terugzetten naar de standaardinstellingen. (4) Instellingsitems Bevat de instellingen van elk tabblad. (5) Informatiepictogram ( Er gelden bepaalde beperkingen voor de combinaties van instellingen die kunnen worden geselecteerd in het eigenschappenvenster van de printerdriver.
  • Pagina 352 PRINTER►AFDRUKKEN IN EEN WINDOWS-OMGEVING PAPIER SELECTEREN Controleer, voordat u gaat afdrukken, het papiertype en -formaat en de aanwezige hoeveelheid papier in de laden van het apparaat. Klik op de knop [Ladestatus] op het tabblad [Papierinvoerbron] om de actuele informatie over de laden weer te geven.
  • Pagina 353 PRINTER►AFDRUKKEN IN EEN WINDOWS-OMGEVING OP ENVELOPPEN AFDRUKKEN U kunt de doorvoerlade of lade 1 gebruiken om op enveloppen af te drukken. • Voor de papiersoorten die gebruikt kunnen worden in de lade, zie "GESCHIKTE PAPIERTYPEN (pagina 1-16)". • Zie 'PAPIER IN DE DOORVOERLADE LADEN (pagina 1-29)' voor de procedure voor het laden van papier in de doorvoerlade.
  • Pagina 354 * De PPD-driver stelt het apparaat in staat om af te drukken met de standaard PS-printerdriver van Windows. (Op de BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65 is de PS3-uitbreidingskit vereist.) In het venster met de eigenschappen van de printerdriver selecteert u de printerdriver van het apparaat en klikt u op de knop [Voorkeursinstellingen].
  • Pagina 355 PRINTER►AFDRUKKEN IN EEN WINDOWS-OMGEVING Voer uw gebruikersinformatie in. (1) Klik op de tab [Taakverwerking]. (2) Voer uw gebruikersinformatie in. • Als de authenticatie wordt uitgevoerd op gebruikersnaam, selecteert u [Loginnaam] en voert u uw gebruikersnaam in. • Als de authenticatie wordt uitgevoerd op gebruikersnaam en wachtwoord, selecteert u [Loginnaam/Wachtwoord] en voert u uw gebruikersnaam en wachtwoord in.
  • Pagina 356 PRINTER►AFDRUKKEN IN EEN WINDOWS-OMGEVING VEELGEBRUIKTE FUNCTIES INSTELLINGEN OPSLAAN TIJDENS HET AFDRUKKEN De instellingen die bij het afdrukken op de verschillende tabbladen zijn geconfigureerd, kunnen als Favoriet worden opgeslagen. Door veelgebruikte instellingen of ingewikkelde kleurinstellingen onder een speciale naam op te slaan kunt u die eenvoudig opnieuw selecteren wanneer u ze nodig hebt.
  • Pagina 357 PRINTER►AFDRUKKEN IN EEN WINDOWS-OMGEVING OPGESLAGEN INSTELLINGEN GEBRUIKEN U kunt met één muisklik uw opgeslagen favorieten specificeren om veelgebruikte instellingen of ingewikkelde kleurinstellingen toe te passen op uw afdrukken. Selecteer de printerdriver van het apparaat in het afdrukvenster van de toepassing en klik op de knop [Voorkeursinstellingen]. De knop die wordt gebruikt om het eigenschappenvenster van de printerdriver te openen (meestal [Eigenschap] of [Voorkeursinstellingen]), kan per toepassing verschillen.
  • Pagina 358 PRINTER►AFDRUKKEN IN EEN WINDOWS-OMGEVING DE STANDAARDINSTELLINGEN VAN DE PRINTERDRIVER WIJZIGEN U kunt de standaardinstellingen van de printerdriver wijzigen. Instellingen die u hebt gewijzigd in het eigenschappenvenster van de printerdriver wanneer u afdrukt vanuit de applicatie, worden teruggezet naar de standaardinstellingen die hier zijn opgegeven wanneer u de applicatie afsluit. Klik op de knop [Start], selecteer [Instellingen] →...
  • Pagina 359 PRINTER►AFDRUKKEN IN EEN WINDOWS-OMGEVING FAVORIETE INSTELLINGEN TUSSEN SERVER EN CLIENT DELEN Wanneer u dit apparaat als een gedeelde printer gebruikt, en als “Favoriet” is ingesteld in de printerdriver van de gedeelde server, kan deze instelling ook worden gebruikt op de gedeelde bestemming. Server Cliënt De favoriete instellingen die op de server zijn geconfigureerd, kunnen op...
  • Pagina 360 PRINTER►AFDRUKKEN IN EEN WINDOWS-OMGEVING 4-16...
  • Pagina 361 • Het menu dat wordt gebruikt om af te drukken, kan per applicatie variëren. • Op de BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65 is de PS3-uitbreidingskit vereist om het apparaat te gebruiken als een printer in een macOS-omgeving.
  • Pagina 362 PRINTER►AFDRUKKEN IN EEN macOS-OMGEVING Selecteer [Afdrukken] in het menu [Bestand]. Selecteer de afdrukinstellingen. (1) Controleer of de juiste printer is geselecteerd. (2) Selecteer een optie in het menu en configureer de instellingen. (3) Klik op de knop [Afdrukken]. 4-18...
  • Pagina 363 PRINTER►AFDRUKKEN IN EEN macOS-OMGEVING PAPIER SELECTEREN In dit gedeelte wordt het instellen van [Papierinvoer] in het venster met afdrukinstellingen uitgelegd. • Wanneer [Automatische selectie] is geselecteerd: Een lade met normaal of gerecycled papier (standaardfabrieksinstelling is alleen normaal papier 1) van het formaat dat is opgegeven in "Papierformaat"...
  • Pagina 364 PRINTER►AFDRUKKEN IN EEN macOS-OMGEVING OP ENVELOPPEN AFDRUKKEN U kunt de doorvoerlade of lade 1 gebruiken om op enveloppen af te drukken. • Voor de papiersoorten die gebruikt kunnen worden in de lade, zie "GESCHIKTE PAPIERTYPEN (pagina 1-16)". • Zie 'PAPIER IN DE DOORVOERLADE LADEN (pagina 1-29)' voor de procedure voor het laden van papier in de doorvoerlade.
  • Pagina 365 PRINTER►AFDRUKKEN IN EEN macOS-OMGEVING AFDRUKKEN ALS DE FUNCTIE GEBRUIKERSAUTHENTICATIE IS INGESCHAKELD De gebruikersinformatie (zoals gebruikersnaam en wachtwoord) die moet worden ingevoerd, varieert naargelang de gebruikte authenticatiemethode. U moet dan ook contact opnemen met de beheerder van het apparaat voordat u gaat afdrukken.
  • Pagina 366 PRINTER►AFDRUKKEN IN EEN macOS-OMGEVING Voer uw gebruikersinformatie in. (1) Controleer of de printernaam van het apparaat is geselecteerd. (2) Selecteer [Taakverwerking]. (3) Klik op het tabblad [Verificatie]. (4) Voer uw gebruikersinformatie in. • Wanneer authenticatie wordt uitgevoerd via gebruikersnaam/wachtwoord, voert u uw gebruikersnaam in bij 'Gebruikersnaam' en uw wachtwoord (1 tot 32 tekens) bij 'Wachtwoord'.
  • Pagina 367 PRINTER►VEELGEBRUIKTE FUNCTIES VEELGEBRUIKTE FUNCTIES DE KLEURMODUS SELECTEREN Onderstaande drie opties zijn beschikbaar voor de “Kleurfunctie” (een verzameling kleuren die bij het afdrukken wordt gebruikt): Het apparaat bepaalt automatisch of de pagina een kleuren- of zwart/wit-pagina is en drukt de pagina navenant af. Pagina's met andere kleuren dan zwart en wit worden afgedrukt met Automatisch Y- (geel), M- (magenta), C- (cyaan) en Bk- (zwart) toner.
  • Pagina 368 PRINTER►VEELGEBRUIKTE FUNCTIES Windows (1) Klik op de tab [Algemeen]. (2) Selecteer 'Kleurfunctie'. Naast het tabblad [Algemeen] kan de [Kleurfunctie] ook worden ingesteld op het tabblad [Afbeeldingskwaliteit]. 4-24...
  • Pagina 369 PRINTER►VEELGEBRUIKTE FUNCTIES macOS (1) Kies [Afbeeldingskwaliteit]. (2) Selecteer “Kleurmodus”. 4-25...
  • Pagina 370 PRINTER►VEELGEBRUIKTE FUNCTIES RESOLUTIE SELECTEREN U kunt kiezen uit de volgende drie opties voor 'Printermodus' (resolutie): 600 dpi Deze modus is geschikt voor het afdrukken van gewone tekst of tabellen. 600 dpi (Hoge kwaliteit) De afdrukkwaliteit van kleurenfoto's en tekst is hoog. 1200 dpi Selecteer deze modus als u kleurenfoto's en dunne lijnen scherper wilt afdrukken.
  • Pagina 371 PRINTER►VEELGEBRUIKTE FUNCTIES 2-ZIJDIG AFDRUKKEN Het apparaat kan op beide zijden van het papier afdrukken. Deze functie komt bij veel afdrukopdrachten van pas en is met name handig wanneer u een eenvoudige folder wilt afdrukken. 2-Zijdig afdrukken bespaart bovendien papier. Stand van Afdrukresultaten papier Lange zijde...
  • Pagina 372 PRINTER►VEELGEBRUIKTE FUNCTIES Windows (1) Klik op de tab [Algemeen]. (2) Selecteer de stand van het papier. (3) Selecteer [Lange Zijde] of [Korte Zijde]. U kunt zo nodig de methode voor 2-zijdig afdrukken selecteren. Klik op de knop [Overige instellingen] op het tabblad [Gedetail.
  • Pagina 373 PRINTER►VEELGEBRUIKTE FUNCTIES macOS (1) Selecteer [Opmaak]. (2) Selecteer [Lange kant binden] of [Korte kant binden]. 4-29...
  • Pagina 374 PRINTER►VEELGEBRUIKTE FUNCTIES HET AFDRUKBEELD AANPASSEN AAN HET PAPIER Met deze functie wordt het formaat van het afdrukbeeld automatisch vergroot of verkleind zodat dit overeenkomt met het formaat van het in het apparaat geladen papier. Dit is handig als u bijvoorbeeld een document van A4- of letter-formaat wilt vergroten tot A3- of ledger-formaat om het beter leesbaar te maken, of als u wilt afdrukken op papier met een ander formaat dan het oorspronkelijke document.
  • Pagina 375 PRINTER►VEELGEBRUIKTE FUNCTIES Windows (1) Klik op de tab [Algemeen]. (2) Selecteer het oorspronkelijke formaat bij [Origineel Formaat] (bijvoorbeeld: A4). (3) Selecteer het papierformaat dat u voor het afdrukken wilt gebruiken [Uitvoergrootte] (bijvoorbeeld: A3). Als het opgegeven uitvoerformaat groter is dan het oorspronkelijke formaat, zal de afgedrukte afbeelding worden vergroot. Als het formaat A0, A1, A2, B1, B2 of B3 is geselecteerd bij “Origineel Formaat”, wordt Letter (of A4) automatisch geselecteerd bij “Uitvoerformaat”.
  • Pagina 376 PRINTER►VEELGEBRUIKTE FUNCTIES macOS (1) Schakel het papierformaat voor het afdrukbeeld in (bijvoorbeeld: A4). (2) Selecteer [Papierafhandeling]. (3) Selecteer [Aanpassen aan papierformaat]. (4) Selecteer het papierformaat dat u voor het afdrukken wilt gebruiken (bijvoorbeeld: A3). Wanneer u A0 (Aanpassen aan Pagina), A1 (Aanpassen aan Pagina), A2 (Aanpassen aan Pagina), B1 (Aanpassen aan Pagina), B2 (Aanpassen aan Pagina), of B3 (Aanpassen aan Pagina) in “Papierformaat”...
  • Pagina 377 PRINTER►VEELGEBRUIKTE FUNCTIES MEERDERE PAGINA'S OP ÉÉN PAGINA AFDRUKKEN Met deze functie kunt u het afdrukbeeld verkleinen en meerdere pagina's afdrukken op één vel papier. Het is ook mogelijk alleen de eerste pagina in het oorspronkelijke formaat af te drukken en meerdere verkleinde pagina's op de volgende vellen af te drukken.
  • Pagina 378 PRINTER►VEELGEBRUIKTE FUNCTIES Windows (1) Klik op de tab [Lay-out]. (2) Selecteer het aantal pagina's per vel. (3) Selecteer de volgorde van de pagina's. (4) Als u randlijnen wilt afdrukken, schakelt u het selectievakje [Rand] in zodat een vinkje wordt weergegeven. •...
  • Pagina 379 PRINTER►VEELGEBRUIKTE FUNCTIES macOS (1) Kies [Lay-out]. (2) Selecteer het aantal pagina's per vel. (3) Selecteer de volgorde van de pagina's. (4) Als u randlijnen wilt afdrukken, selecteert u het gewenste type randlijn. 4-35...
  • Pagina 380 PRINTER►VEELGEBRUIKTE FUNCTIES LEGE PAGINA'S OVERSLAAN TIJDENS HET AFDRUKKEN Als het gescande origineel lege pagina's bevat, worden de lege pagina's overgeslagen. Het apparaat detecteert lege pagina's en drukt ze niet af. Zo worden geen onnodige lege pagina's afgedrukt en hoeft u voor het afdrukken niet te controleren op lege pagina's.
  • Pagina 381 PRINTER►VEELGEBRUIKTE FUNCTIES AFDRUKKEN NIETEN/PERFORATIES MAKEN IN UITVOER De functie Nieten Met de nietfunctie kunt u de uitvoer nieten. U kunt de nietfunctie combineren met 2-zijdig afdrukken om verfijnde producten te maken. Met deze functie kunt u aanzienlijk wat tijd besparen bij het maken van hand-outs voor vergaderingen of ander geniet materiaal.
  • Pagina 382 PRINTER►VEELGEBRUIKTE FUNCTIES Perforatiefunctie Met de perforatiefunctie perforeert u de uitvoer. U stelt de perforatieposities in door de inbindzijde te selecteren. Links Rechts Boven • De installatie van een interne afwerkingseenheid, afwerkingseenheid, afwerkingseenheid (grote stapeleenheid), zadelsteek-afwerkingseenheid of zadelsteek-afwerkingseenheid (grote stapeleenheid) is vereist om de nietfunctie te gebruiken.
  • Pagina 383 PRINTER►VEELGEBRUIKTE FUNCTIES Windows (1) Klik op de tab [Bezig met voltooien]. (2) Selecteer de nietfunctie of de perforatiefunctie. • Voor de nietfunctie selecteert u het aantal nietjes in het menu “Nieten” en de nietpositie in het menu “Positie”. • Voor de perforatiefunctie selecteert u het type perforatie in het menu 'Perforatie' en de perforatiepositie in het menu 'Positie'. •...
  • Pagina 384 PRINTER►VEELGEBRUIKTE FUNCTIES macOS (1) Selecteer [Printerfuncties] en vervolgens [Uitvoer]. (2) Selecteer 'Zijde voor inbinden'. (3) Selecteer de nietfunctie of de perforatiefunctie. • Selecteer bij gebruik van de nietfunctie het aantal nietjes in het menu 'Nieten'. • Selecteer bij gebruik van de perforatiefunctie het type perforatie in het menu “Perforatie”. Gebruik [Letter-R voor Letter-formaat forceren] om altijd papier in het formaat Letter in liggende stand te gebruiken.
  • Pagina 385 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES HANDIGE PRINTERFUNCTIES HANDIGE FUNCTIES VOOR HET MAKEN VAN FOLDERS EN POSTERS EEN INBINDKOPIE MAKEN (BOEKJE/ZADELSTEEK) Met de functie Inbindkopie kunt u afdrukken op de voor- en achterzijde van elk vel, zodat de vellen kunnen worden gevouwen en ingebonden om een folder te maken. Als een zadelsteek-afwerkingseenheid is geïnstalleerd en u 'Boekje' en 'Nieten' hebt geselecteerd, worden de kopieën automatisch gevouwen en uitgevoerd.
  • Pagina 386 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES Windows (1) Klik op de tab [Lay-out]. (2) Selecteer [Standaard] of [Volledig Beeld] bij 'Boekje'. • Als [Standaard] is geselecteerd, wordt de afbeelding die u gaat afdrukken vergroot of verkleind aan de hand van het papier dat u hebt geselecteerd bij 'Uitvoergrootte'. •...
  • Pagina 387 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES (4) Klik op de tab [Bezig met voltooien]. (5) Selecteer [Rugnieten] bij 'Nieten'. Wanneer een zadelsteek afwerkingseenheid (grote stapeleenheid) is geïnstalleerd en de taak niet correct wordt uitgevoerd met [Zadelnieten], selecteert u [Zadelsteek (achteruit)]. 4-43...
  • Pagina 388 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES macOS (1) Selecteer [Printerfuncties] en vervolgens [Uitvoer]. (2) Selecteer 'Zijde voor inbinden'. (3) Selecteer [Zadelnieten]. (4) Selecteer [Naast elkaar] of [2 pagina's op 1 vel]. 4-44...
  • Pagina 389 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES AFDRUKKEN MET INSTELLING VOOR KANTLIJNVERSCHUIVING (KANTLIJN) Deze functie wordt gebruikt om het afdrukbeeld te verschuiven zodat de kantlijn links, rechts of boven aan het papier wordt vergroot. Als een afwerkingseenheid of een zadelsteek-afwerkingseenheid is geïnstalleerd, kunnen de niet- en perforatiefuncties van het apparaat ook in combinatie worden gebruikt.
  • Pagina 390 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES macOS (1) Selecteer [Printerfuncties] en vervolgens [Uitvoer]. (2) Selecteer 'Zijde voor inbinden'. (3) Selecteer 'Kantlijnverschuiving'. 4-46...
  • Pagina 391 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES EEN GROTE POSTER MAKEN (POSTER AFDRUKKEN) Eén pagina met afdrukgegevens wordt vergroot en afgedrukt op meerdere vellen papier (2 vellen (1 x 2), 4 vellen (2 x 2), 9 vellen (3 x 3) of 16 vellen (4 x 4)). De vellen kunnen vervolgens worden samengevoegd om een grotere poster te vormen.
  • Pagina 392 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES FUNCTIES VOOR HET AANPASSEN VAN HET FORMAAT EN DE RICHTING VAN DE AFBEELDING DE AFDRUKPOSITIE OP ONEVEN EN EVEN PAGINA'S AFZONDERLIJK AANPASSEN (AFDRUKPOSITIE) Met deze functie kunt u verschillende afdrukposities (kantlijnen) afzonderlijke instellen voor oneven en even pagina's en de pagina's afdrukken.
  • Pagina 393 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES HET AFDRUKBEELD 180 GRADEN DRAAIEN (180 GRADEN DRAAIEN) Met deze functie kunt u de afbeelding 180 graden draaien zodat deze correct kan worden afgedrukt op papier dat maar in één richting kan worden geladen (zoals enveloppen of geperforeerde vellen). ABCD Windows (1) Klik op de tab [Algemeen].
  • Pagina 394 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES macOS (1) Selecteer [Opmaak]. (2) Schakel het selectievakje [Afdrukstand omkeren] in zodat wordt weergegeven. 4-50...
  • Pagina 395 Als u de PS-printerdriver (Windows) gebruikt, kunt u het breedte- en lengtepercentage afzonderlijk instellen om de verhouding van het afdrukbeeld te wijzigen. (Op de BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65/BP-55C26 is de PS3-uitbreidingskit vereist.) Windows (1) Klik op de tab [Algemeen]. (2) Klik op het selectievakje [Zoom] zodat het vinkje ( ) wordt weergegeven en klik op de knop [Instellingen].
  • Pagina 396 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES macOS (1) Selecteer [Pagina-instelling] in het menu [Bestand] en voer de verhouding (%) in. (2) Klik op de knop [OK]. 4-52...
  • Pagina 397 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES DE LIJNDIKTE AANPASSEN (BREEDTE) De lijnbreedten aanpassen in CAD-afbeeldingen Met deze functie wordt de dikte van de gehele lijn aangepast wanneer de afdruklijnen niet duidelijk zijn in CAD of andere speciale applicaties. Als de gegevens lijnen van verschillende dikte bevatten, kunt u zo nodig alle lijnen op de minimale breedte afdrukken. •...
  • Pagina 398 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES Windows (1) Klik op de tab [Afbeeldingskwaliteit]. (2) Klik op de knop [Lijnbreedte]. (3) Selecteer de lijndikte en klik op de knop [OK]. • De aanpassing van de lijndikte-eenheid kan worden ingesteld op 'Vaste breedte' of 'Ratio'. Selecteer de breedte in het menu 'Eenheid'. •...
  • Pagina 399 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES Dunne lijnen in Excel dikker maken Als de randen in Excel niet juist worden afgedrukt, kunt u de lijnen dikker maken. • Deze functie is beschikbaar in een Windows-omgeving. • Deze functie kan worden gebruikt wanneer de PCL6-printerdriver wordt gebruikt. •...
  • Pagina 400 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES De dikte van tekst en lijnen aanpassen U kunt tekst en lijnen dikker maken. U kunt randen ook ronder of scherper maken. Windows (1) Klik op de tab [Gedetail. Instellingen]. (2) Klik op de knop [Overige instellingen]. (3) Geef de instellingen op. Item Beschrijving Tekst-/lijnbeheer...
  • Pagina 401 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES Item Beschrijving Verbetering van afbeelding Automatisch U kunt de randen van tekst en grafische beelden ronder of scherper maken. Afbreken Auto: Optimale beeldverbetering uitvoeren. Scher Tekst Uit: Er is geen beeldverbetering toegepast. Tekst+Grafische Scherp: Beeldverbetering is scherp toegepast. beelden Zacht: Beeldverbetering is zacht toegepast.
  • Pagina 402 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES macOS (1) Selecteer [Printerfuncties]. (2) Selecteer [Geavanceerd2]. (3) Geef de instellingen op. 4-58...
  • Pagina 403 Deze functie kan worden gebruikt om een sjabloon te maken voor een stempelafdruk of een ander vergelijkbaar afdrukmedium. Deze functie is in een Windows-omgeving alleen beschikbaar wanneer u de PS-printerdriver gebruikt. (Op de BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65 is de PS3-uitbreidingskit vereist.) Windows (1) Klik op de tab [Gedetail. Instellingen].
  • Pagina 404 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES macOS (1) Selecteer [Opmaak]. (2) Schakel het selectievakje [Horizontaal spiegelen] in ( 4-60...
  • Pagina 405 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES DE FUNCTIE VOOR HET AANPASSEN VAN DE KLEURMODUS HELDERHEID EN CONTRAST VAN DE AFBEELDING INSTELLEN (KLEURBIJSTELLING/RGB-INSTELLING) Met deze functie past u de helderheid en het contrast aan in de afdrukinstellingen wanneer een foto of andere afbeelding wordt afgedrukt. Deze functie voert eenvoudige correcties uit, zelfs wanneer geen beeldbewerkingssoftware op uw computer is geïnstalleerd.
  • Pagina 406 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES ONDUIDELIJKE TEKST EN LIJNEN IN ZWART AFDRUKKEN (TEKST NAAR ZWART/VECTOR NAAR ZWART) Als u een kleurenafbeelding in grijstinten afdrukt, worden de tekst en de lijnen in lichte kleuren ook in zwart afgedrukt. Met deze functie kunt u gekleurde tekst en lichte lijnen die bij het afdrukken in grijstinten moeilijk te zien zijn, naar voren halen.
  • Pagina 407 Bij het gebruik van CMYK-simulatie, cyaan, magenta, en gele zuivere kleuren behouden, en behouden zwarte printerinformatie behouden. Simulatieprofiel*2 Selecteer het simulatiedoel. 1 Kan alleen bij gebruik van de PCL6-printerdriver worden gebruikt. 2 Kan alleen worden gebruikt met de PS-printerdriver (Windows/macOS). (Op de BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65/BP-55C26 is de PS3-uitbreidingskit vereist.) 4-63...
  • Pagina 408 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES Windows (1) Klik op de tab [Afbeeldingskwaliteit]. (2) Kies [Afbeeldingstype]. • Tekst: Als de afdruk voornamelijk uit tekst bestaat • Presentatie: Als de afdruk veel foto's of illustraties bevat • Foto: Als de afdruk foto's of gegevens met foto's bevat •...
  • Pagina 409 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES macOS (1) Kies [Afbeeldingskwaliteit]. (2) Klik op het tabblad [Geavanceerd]. Schakel het selectievakje [ColorSync] in zodat het vinkje wordt weergegeven om de kleurbeheerfunctie van macOS te gebruiken. In dit geval kunt u 'Afbeeldingstype' niet selecteren. (3) Selecteer [Afbeeldingtype]. U configureert kleurbeheerinstellingen door de gewenste instellingen te selecteren in de menu's.
  • Pagina 410 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES FUNCTIES VOOR HET COMBINEREN VAN TEKST EN AFBEELDINGEN EEN WATERMERK TOEVOEGEN AAN AFDRUKKEN (WATERMERK) Deze functie voegt een schaduwachtige tekst toe als watermerk in de achtergrond van de afbeelding. Het formaat en de hoek van het watermerk kunnen worden aangepast. Het watermerk kan worden geselecteerd uit de eerder geregistreerde tekst in de lijst.
  • Pagina 411 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES macOS (1) Selecteer [Watermerken]. (2) Klik op het selectievakje [Watermerk] en configureer de watermerkinstellingen. • Configureer de gedetailleerde watermerkinstellingen zoals de selectie van de tekst. • Pas het formaat en de hoek van de tekst aan met de schuifbalk 4-67...
  • Pagina 412 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES EEN AFBEELDING OVER DE AFDRUKGEGEVENS AFDRUKKEN (AFBEELDINGSSTEMPEL) Met deze functie drukt u een bitmap of JPEG-afbeelding, die op uw pc is opgeslagen, af over de afdrukgegevens. Met deze functie drukt u een veel gebruikte afbeelding of pictogram af dat u zelf hebt gemaakt alsof deze/dit op de afdrukgegevens is gestempeld.
  • Pagina 413 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES EEN AANGEPASTE AFBEELDING REGISTREREN Met deze functie worden afbeeldingen geregistreerd die zijn gebruikt als aangepaste afbeeldingen vanaf de printerdriver naar het apparaat. • Deze functie is beschikbaar in een Windows-omgeving. • Deze functie kan worden gebruikt wanneer de PCL6-printerdriver wordt gebruikt. Windows (1) Klik op de tab [Gedetail.
  • Pagina 414 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES EEN VASTE VORM OVER DE AFDRUKGEGEVENS PLAATSEN (OVERLAYS) Met deze functie plaatst u gegevens op een vaste vorm die u hebt voorbereid. Door tabellijnen of een decoratieve rand te maken in een andere applicatie dan die van het tekstbestand en deze gegevens te registreren als overlaybestand, kunt u eenvoudig een aantrekkelijk afdrukresultaat bereiken.
  • Pagina 415 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES Windows Een overlaybestand maken (1) Open het venster met de drivereigenschappen vanuit de toepassing die is gebruikt voor het maken van de overlaygegevens. (2) Klik op de tab [Stempel]. (3) Klik op de knop [Instellingen]. (4) Klik op de knop [Nieuw] en geef de naam en de map op voor het overlaybestand dat u gaat maken.
  • Pagina 416 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES Afdrukken met een overlaybestand (1) Open het venster met de drivereigenschappen vanuit de toepassing die wordt gebruikt voor het afdrukken met een overlaybestand. (2) Klik op de tab [Stempel]. (3) Selecteer een overlaybestand. U kunt een overlaybestand dat u eerder hebt gemaakt of opgeslagen in het menu selecteren. 4-72...
  • Pagina 417 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES HET AANTAL EXEMPLAREN TOEVOEGEN (KOPIEERSTEMPEL) U kunt het aantal exemplaren aan de kop- of voettekst van de afdrukgegevens toevoegen. U kunt tevens het nummer van het exemplaar en de afdrukpositie instellen. Deze functie is beschikbaar in een Windows-omgeving. (1) Klik op de tab [Stempel].
  • Pagina 418 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES AFDRUKFUNCTIES VOOR SPECIALE DOELEINDEN BEPAALDE PAGINA'S OP ANDER PAPIER AFDRUKKEN (ANDER PAPIER) In een Windows-omgeving De voor- en achterkaft en bepaalde pagina's van een document worden op ander papier afgedrukt dan de andere pagina's. Gebruik deze functie als u de voor- en achterkaft op zwaar papier wilt afdrukken of als u gekleurd papier of een andere type papier voor bepaalde pagina's wilt gebruiken.
  • Pagina 419 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES Windows (1) Klik op de tab [Invoegbladen]. (2) Selecteer [Omslagen/Invoegbladen] bij [Invoegbladenoptie] en klik op de toets [Instellingen]. (3) Selecteer de invoeginstellingen voor het papier. • Selecteer de invoegpositie, papierbron en afdrukwijze in de diverse menu's. • Klik op de toets [Toev.]. Uw instellingen worden weergegeven bij 'Informatie'. •...
  • Pagina 420 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES macOS (1) Selecteer [Printerfuncties]. (2) Selecteer [Omslagen]. (3) Selecteer de invoeginstellingen voor de omslag. Selecteer de afdrukinstelling, papierlade en papiersoort voor de voor- en achterkaft. 4-76...
  • Pagina 421 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES INSTEEKVELLEN TOEVOEGEN BIJ HET AFDRUKKEN OP TRANSPARANTEN (TRANSPARANT-INSTEEKVELLEN) Bij het afdrukken op transparanten voorkomt deze functie dat de transparanten aan elkaar plakken door een vel papier tussen twee transparanten te voegen. Dezelfde inhoud die op de transparant wordt afgedrukt, wordt zo nodig ook op het bijbehorende insteekvel afgedrukt.
  • Pagina 422 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES macOS (1) Selecteer [Printerfuncties]. (2) Selecteer [Transparant-Insteekvellen] bij 'Functiesets'. (3) Selecteer de instellingen voor het invoegen van transparanten. Als [Aan (afgedrukt)] is geselecteerd bij 'Transparant-Insteekvellen', wordt de inhoud die op de transparant wordt afgedrukt ook op het insteekvel afgedrukt. Selecteer papierbron en -type als dat nodig is. Stel het papiertype voor de doorvoerlade in op [Transparant] en plaats een transparant in de doorvoerlade.
  • Pagina 423 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES SCHEIDINGSPAGINA'S INVOEGEN TUSSEN OPDRACHTEN OF KOPIEËN U kunt scheidingspagina's invoegen tussen opdrachten of tussen een opgegeven aantal kopieën. Opdracht 1 Opdracht 2 Opdracht 2 Opdracht 1 Deze functie is beschikbaar in een Windows-omgeving. 4-79...
  • Pagina 424 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES Windows (1) Klik op de tab [Bezig met voltooien]. (2) Klik op de knop [Scheidingspagina]. (3) Instellingen wijzigen • Selecteer de papierlade en het type papier bij 'Papierkeuze' en geef de positie voor de scheidingspagina op bij 'Invoegpositie'. •...
  • Pagina 425 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES EEN CARBONAFDRUK AFDRUKKEN (CARBONAFDRUK) Met deze functie drukt u een extra afdruk af van het afdrukbeeld op papier van hetzelfde formaat, maar uit een andere papierlade. Als u bijvoorbeeld Carbonafdruk selecteert terwijl er normaal papier is geladen in papierlade 1 en gekleurd papier in papierlade 2, wordt er een op een carbonafdruk lijkend exemplaar afgedrukt terwijl u slechts eenmaal een afdrukopdracht hoeft te geven.
  • Pagina 426 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES Windows (1) Klik op de tab [Invoegbladen]. (2) Selecteer [Carbonafdruk] bij 'Invoegbladenoptie' en klik op de toets [Instellingen]. (3) Selecteer de lade voor de eerste afdruk bij 'Hoofdkopie' en vervolgens de lade voor de carbonafdruk bij 'Carbonafdruk'. Als de doorvoerlade is geselecteerd, moet u ook het 'Papiertype' selecteren. 4-82...
  • Pagina 427 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES AFDRUKKEN OP TABS VAN TABPAPIER (TAB SHIFT/AFDRUKKEN OP TABPAPIER) Er zijn twee methoden voor het afdrukken op de tabs van tabpapier: 'Tab Shift' en 'Afdrukken op tabpapier'. Tab Shift Gebruik een toepassing om de tekst te schrijven die op het tabpapier moet worden afgedrukt en stel de testverschuivingsafstand in bij [Afdrukpositie] op het tabblad [Lay-out] van het eigenschappenvenster van de printerdriver.
  • Pagina 428 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES Windows Tab Shift Wanneer de voorbereiding van de op het tabpapier af te drukken gegevens is voltooid, voert u de volgende stappen uit: (1) Klik op de tab [Lay-out]. (2) Klik op de knop [Afdrukpositie]. (3) Kies [Tab Shift]. (4) Geef de verschuivingsafstand voor de afbeelding op door rechtstreeks een waarde in te voeren of door te klikken op de knop.
  • Pagina 429 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES Afdrukken op tabpapier (alleen voor PCL6) Open de gegevens waarin u het tabpapier wilt invoegen en selecteer vervolgens de instellingen. (1) Klik op de tab [Invoegbladen]. (2) Selecteer [Tabpapier] bij “Invoegbladenoptie” en klik op de toets [Instellingen]. (3) Selecteer de instellingen voor de tabpositie. Voor in de handel verkrijgbaar tabpapier gebruikt u de bestaande instellingen, zoals [A4-5tab-D] bij 'Favorieten'.
  • Pagina 430 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES TWEEZIJDIG AFDRUKKEN WAARBIJ BEPAALDE PAGINA'S OP DE VOORZIJDE WORDEN AFGEDRUKT (HOOFDSTUKINVOEGINGEN) Deze functie drukt bepaalde pagina's op de voorzijde van het papier af. Wanneer u een pagina opgeeft (zoals een voorblad van een hoofdstuk) dat op de voorzijde van het papier moet worden afgedrukt, wordt dit afgedrukt op de voorzijde van het volgende vel, ook als deze normaalgesproken op de achterzijde van het papier zou worden afgedrukt.
  • Pagina 431 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES PAPIER VOUWEN VOOR AFDRUKKEN (VOUWEN) Als een vouweenheid is geïnstalleerd, kan afgedrukt papier worden gevouwen. Als bijvoorbeeld afdrukbeelden van A4- (8-1/2" × 11") en A3-formaat (11" × 17") worden gemengd, kunt u papier van A3-formaat (11" × 17") vouwen naar A4-formaat (8-1/2" × 11") om de breedte van het afdrukpapier aan te passen aan het A4-formaat (8-1/2"...
  • Pagina 432 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES Druk Vouwtypen Open richting Vouwresultaten Beschrijving voorkant af A B C Rechts open Binnen A B C Links open Papier wordt bijvoorbeeld in drieën gevouwen zodat het Letter vouw in een envelop kan worden gedaan. Kopieën worden vel voor vel uitgevoerd.
  • Pagina 433 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES Druk Vouwtypen Open richting Vouwresultaten Beschrijving voorkant af Als bijvoorbeeld A B C D afdrukbeelden van Rechts open A4- (8-1/2" × 11") en A3-formaat (11" × 17") worden gemengd, wordt alleen papier van Z-vouw A3-formaat (11" × 17") gevouwen en gewijzigd in papier van A4-formaat A B C D...
  • Pagina 434 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES Windows Vouwen (1) Klik op de tab [Bezig met voltooien]. (2) Selecteer de vouwmethode bij "Vouwen" en klik op de knop [Instellingen]. (3) Selecteer de gewenste vouwmethode. 4-90...
  • Pagina 435 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES Vouwen (Z-vouw) (1) Klik op de tab [Bezig met voltooien]. (2) Selecteer de vouwmethode bij “Z-Vouw” en klik op de knop [Instellingen]. (3) Selecteer het papier dat moet worden gevouwen en kies de openingsrichting. Als u “Z-vouw” selecteert, stelt u het selectievakje van het papierformaat voor het vouwen van papier in op 4-91...
  • Pagina 436 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES macOS Vouwen (1) Selecteer [Printerfuncties]. (2) Selecteer [Vouwen]. (3) Selecteer de gewenste vouwmethode. Vouwen (Z-vouw) (1) Selecteer [Printerfuncties] en vervolgens [Vouwen(Twee vouwen)]. (2) Configureer de vouwinstellingen. 4-92...
  • Pagina 437 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES VOORAF INGESTELDE GEGEVENS VOOR OF NA ELKE PAGINA INVOEGEN (INVOEGPAGINA) Met deze functie wordt een vooraf ingesteld gegevensitem op elke pagina ingevoegd tijdens het afdrukken. U kunt eenvoudig documenten maken met gespreide geopende pagina, die bestaat uit tekst op de linkerpagina en aantekenruimte op de rechterpagina.
  • Pagina 438 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES Windows (1) Klik op de tab [Stempel]. (2) Klik op de knop [Instellingen]. (3) Selecteer [Invoegpagina] bij 'Afdrukmethode'. (4) Stel de overlaygegevens in die moeten worden ingevoegd en bepaal de invoegpositie. 4-94...
  • Pagina 439 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES DEZELFDE AFBEELDING AFDRUKKEN IN TEGELPATROON (AFDRUK HERHALEN) Met deze functie drukt u dezelfde afbeelding in tegelpatroon af op een blad. Dit is handig voor het maken van naamkaartjes en stickers. • Deze functie is beschikbaar in een Windows-omgeving. •...
  • Pagina 440 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES PATROONGEGEVENS AFDRUKKEN (VERBORGEN PATROON AFDRUKKEN) Met deze functie kunt u patroongegevens op de achtergrond afdrukken, zoals 'NIET KOPIËREN'. Als papier met patroongegevens wordt gekopieerd, worden de patroongegevens op de achtergrond ook gekopieerd. Hierdoor wordt voorkomen dat informatie via het niet-geautoriseerd kopiëren van documenten wordt gelekt. •...
  • Pagina 441 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES Windows (1) Klik op de tab [Stempel]. (2) Klik op de knop [Verborgen Patroon]. (3) Configureer de instellingen voor Verborgen patroon afdrukken en klik op de knop [OK]. De functie Verborgen patroon afdrukken kan niet worden gebruikt als de 'Afdrukmodus' is ingesteld op [1200 dpi]. •...
  • Pagina 442 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES DE OMZETTINGSMETHODE WIJZIGEN EN JPEG-AFBEELDINGEN AFDRUKKEN (GEB.STRPRG.OMJPEGWRTEGEV.) In sommige situaties wordt een document dat een JPEG-afbeelding bevat mogelijk niet goed afgedrukt. Dit kan worden opgelost door de manier te wijzigen waarop de JPEG-afbeelding wordt omgezet. Als u een origineel afdrukt dat JPEG-afbeeldingen bevat, kunt u met deze functie aangeven of de afbeeldingen moeten worden omgezet in de printerdriver of in het apparaat.
  • Pagina 443 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES HET AFDRUKGEBIED OP HET PAPIER MAXIMALISEREN (AFDRUKGEBIED) Door het afdrukgebied te maximaliseren kunt u op volledig papierformaat afdrukken. Deze functie is beschikbaar in een Windows-omgeving. Ook als het afdrukgebied is gemaximaliseerd, kunnen randen worden afgeknipt. Windows (1) Klik op de tab [Gedetail. Instellingen]. (2) Klik op de knop [Overige instellingen].
  • Pagina 444 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES AFDRUKKEN OP EEN VERHOOGDE RESOLUTIE (VERVAGEN) Resolutieverhogende technieken (RET) worden gebruikt om de omtrekken van afbeeldingen te vervagen. De afbeeldingen worden op een digitaal verhoogde resolutie afgedrukt. Deze functie is beschikbaar in een Windows-omgeving. Windows (1) Klik op de tab [Afbeeldingskwaliteit]. (2) Schakel het selectievakje [Vloeiend maken] in ( wordt weergegeven).
  • Pagina 445 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES HANDIGE PRINTERFUNCTIES TWEE APPARATEN GEBRUIKEN OM EEN GROTE OPDRACHT AF TE DRUKKEN (TANDEMAFDRUK) Als u deze functie wilt gebruiken, zijn twee apparaten vereist die tandemafdrukken kunnen uitvoeren. Er worden twee apparaten die op hetzelfde netwerk zijn aangesloten gebruikt om een grote afdrukopdracht parallel uit te voeren.
  • Pagina 446 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES Windows (1) Klik op de tab [Gedetail. Instellingen]. (2) Selecteer [Aan] bij 'Tandemafdruk'. De functie Tandemafdrukken kan alleen worden gebruikt wanneer de printerdriver is geïnstalleerd met behulp van “Aangepaste installatie”, waarbij [Rechtstreekse LPR-afdruk (Adres opgeven/Automatisch zoeken)] is geselecteerd en het selectievakje [Ja] is ingeschakeld voor “Wilt u de functie Tandemafdruk gebruiken?”.
  • Pagina 447 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES AFDRUKBESTANDEN OPSLAAN EN GEBRUIKEN (DOCUMENTARCHIVERING) Met deze functie wordt een afdrukopdracht als bestand op de lokale schijf van het apparaat opgeslagen, zodat de opdracht zo nodig kan worden afgedrukt via het aanraakscherm. U kunt een locatie selecteren voor het opslaan van een bestand om te voorkomen dat het bestand wordt gecombineerd met de bestanden van andere gebruikers.
  • Pagina 448 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES Windows (1) Klik op de tab [Taakverwerking]. (2) Selecteer de functie bij 'Documentarchivering'. (3) Geef bij “Opgeslagen in” op in welke map u het bestand wilt opslaan. Klik op het selectievakje [Pincode] om een wachtwoord in te voeren (getal van 4 tot 8 cijfers), zodat het vinkje wordt weergegeven.
  • Pagina 449 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES macOS (1) Kies [Taakverwerking]. (2) Selecteer [Vasthouden]. (3) Geef aan hoe de afdrukgegevens in 'Documentarchivering' moeten worden opgeslagen. Indien nodig kunt u een wachtwoord (getal van 4 tot 8 cijfers) invoeren. (4) Selecteer de map waarin u het bestand wilt opslaan bij 'Opgeslagen in'. Als u [Aangepaste Map] heeft geselecteerd, voert u de naam van de aangepaste map in waarin u het bestand wilt opslaan.
  • Pagina 450 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES AUTOMATISCH ALLE OPGESLAGEN GEGEVENS AFDRUKKEN Als de gebruikersauthenticatie is ingeschakeld op het apparaat, worden alle gearchiveerde (opgeslagen) afdrukopdrachten van de gebruiker die zich aanmeldt automatisch afgedrukt. Nadat alle opdrachten zijn afgedrukt, worden de opgeslagen opdrachten gewist. De volgende stappen zijn vereist om de functie Alles afdrukken te gebruiken: •...
  • Pagina 451 PRINTER►HANDIGE PRINTERFUNCTIES GELIJKTIJDIG AFDRUKKEN EN VERZENDEN Met deze functie drukt u gegevens die in een toepassing zijn gemaakt af vanaf het apparaat en verzendt u de gegevens tegelijkertijd naar de adressen die in het apparaat zijn opgeslagen. Met deze functie kunt u met één handeling van de printerdriver twee taken tegelijkertijd uitvoeren, afdrukken en verzenden.
  • Pagina 452 * 1 Op de BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65 is de PS3-uitbreidingskit vereist. * 2 Op de BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65 is de directe afdrukuitbreidingskit vereist. • Zelfs als het afdrukresultaat zwart/wit is, worden de volgende typen afdrukopdrachten beschouwd als afdrukopdrachten met vier kleuren (Y (Geel), M (Magenta), C (Cyaan) en Bk (Zwart)). Selecteer de optie voor zwart-wit afdrukken om afdrukopdrachten altijd als zwart-witopdrachten te laten beschouwen.
  • Pagina 453 PRINTER►AFDRUKKEN ZONDER DE PRINTERDRIVER EEN BESTAND OP EEN FTP-SERVER RECHTSTREEKS AFDRUKKEN Wanneer een FTP-server is geconfigureerd, kunt u bestanden rechtstreeks selecteren en afdrukken op de FTP-server via het aanraakscherm van het apparaat. Deze functie zorgt ervoor dat bestanden niet meer van de FTP-server naar uw pc hoeven te worden gedownload en afdrukopdrachten van de pc naar het apparaat hoeven te worden verzonden.
  • Pagina 454 PRINTER►AFDRUKKEN ZONDER DE PRINTERDRIVER Tik op de toets van het bestand dat u wilt afdrukken en tik vervolgens op de toets [Afdrukinstelling wijzigen] in het actiepaneel. • Wanneer u meerdere bestanden afdrukt, tikt u op de toetsen van de bestanden die u wilt afdrukken en vervolgens op de toets [Afdrukken] in het actiescherm.
  • Pagina 455 PRINTER►AFDRUKKEN ZONDER DE PRINTERDRIVER EEN BESTAND IN EEN USB-GEHEUGEN RECHTSTREEKS AFDRUKKEN Bestanden in een op het apparaat aangesloten USB-geheugen kunnen worden afgedrukt via het bedieningspaneel van het apparaat zonder gebruik te maken van de printerdriver. Als de printerdriver van het apparaat niet is geïnstalleerd op uw pc, kunt u een bestand kopiëren naar een in de handel verkrijgbaar USB-geheugen en dat geheugen aansluiten op het apparaat om het bestand rechtstreeks af te drukken.
  • Pagina 456 PRINTER►AFDRUKKEN ZONDER DE PRINTERDRIVER Tik op de toets van het bestand dat u wilt afdrukken en tik vervolgens op de toets [Afdrukinstelling wijzigen] in het actiepaneel. • Wanneer u meerdere bestanden afdrukt, tikt u op de toetsen van de bestanden die u wilt afdrukken en vervolgens op de toets [Afdrukken] in het actiescherm.
  • Pagina 457 PRINTER►AFDRUKKEN ZONDER DE PRINTERDRIVER EEN BESTAND IN EEN NETWERKMAP RECHTSTREEKS AFDRUKKEN U kunt een bestand in een netwerkmap opgeven en afdrukken via het aanraakscherm van het apparaat. Zelfs als de netwerkmap niet is geregistreerd, kunt u de netwerkmap openen door direct naar het pad naar de map in de werkgroep te verwijzen of dit in te voeren Een netwerkmap registeren: Selecteer in "Instellingen (beheerder)"...
  • Pagina 458 PRINTER►AFDRUKKEN ZONDER DE PRINTERDRIVER Een bestand afdrukken in een netwerkmap die u hebt geconfigureerd in de apparaatinstellingen. Tik op de toets [Bestand ophalen]. Tik op de toets [Selecteer afdrukbestand uit netwerkmap] in het actiescherm. Tik op de toets [Geregistreerde netwerkmap openen.] in het actiepaneel en tik vervolgens op de netwerkmap die u wilt openen.
  • Pagina 459 PRINTER►AFDRUKKEN ZONDER DE PRINTERDRIVER • Er kunnen in totaal 100 toetsen van bestanden en mappen worden weergegeven. • Tik op om een mapniveau omhoog te gaan. • Tik op om terug te keren naar het scherm voor selectie van de netwerkmap. •...
  • Pagina 460 PRINTER►AFDRUKKEN ZONDER DE PRINTERDRIVER Het pad naar de netwerkmap direct invoeren. Tik op [Directe invoer van mappad] in Directe invoer van mappad stap 3 van “Een bestand afdrukken in Geregistreerde netwerkmap openen. een netwerkmap die u hebt Refereer naar Mappen op Netwerk geconfigureerd in de apparaatinstellingen.
  • Pagina 461 PRINTER►AFDRUKKEN ZONDER DE PRINTERDRIVER Verwijzen naar het pad naar de netwerkmap. Tik op de toets van de werkgroep die u Werkgroep wilt openen in stap 3 van 'Een bestand Werkgroepnaam afdrukken in een netwerkmap die u WorkGroup1 hebt geconfigureerd in de WorkGroup2 WorkGroup3 apparaatinstellingen.
  • Pagina 462 Voer het wachtwoord in voor de versleutelde PDF-gegevens in de spoolwachtrij van het takenstatusvenster. * 1 Op de BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65 is de PS3-uitbreidingskit vereist. * 2 Op de BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65 is de directe afdrukuitbreidingskit vereist. • Als u een PS- of PCL-bestand hebt geselecteerd met afdrukvoorwaarden, krijgen de afdrukvoorwaarden van het bestand prioriteit.
  • Pagina 463 Bij gebruik van BP-60C31/BP-60C36/BP-60C45/BP-70C31/BP-70C36/BP-70C45/BP-70C55/BP-70C65, of wanneer de directe afdrukuitbreidingskit is geïnstalleerd op de Druk Wat af BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65, selecteer dan of een blad moet worden afgedrukt of het volledige werkboek moet worden afgedrukt bij het afdrukken van een Excel-bestand. Uitvoerlade Selecteer de uitvoerlade voor de afdruktaak.
  • Pagina 464 PRINTER►AFDRUKKEN ZONDER DE PRINTERDRIVER FTP AFDRUKKEN U kunt een bestand afdrukken vanaf uw pc door het te slepen naar de FTP-server van het apparaat. FTP-afdrukken uitvoeren Geef het IP-adres van dit apparaat in het servernaamveld van uw FTP-clienttoepassing in om een verbinding met dit apparaat te maken.
  • Pagina 465 (grote stapeleenheid), zadelsteek-afwerkingseenheid of zadelsteek-afwerkingseenheid (grote stapeleenheid) is gekoppeld. *3 Kan worden weggelaten tenzij authenticatie op gebruikersnummer plaatsvindt. * 4Op de BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65 is de PS3 uitbreidingskit vereist voor POSTSCRIPT en PDF-bestanden. *5 Als de directe afdrukuitbreidingskit is geïnstalleerd. *6 Als de vouweenheid is geïnstalleerd.
  • Pagina 466 PRINTER►AFDRUKKEN ZONDER DE PRINTERDRIVER • De berichttekst moet in tekstopmaak zijn. Als u de opdrachten typt in Tekst met opmaak (HTML), werken de opdrachten niet. • Als u 'Config' in de berichttekst invoert, wordt een lijst stuuropdrachten geretourneerd. • Als er niets is ingevoerd in de hoofdtekst (het bericht) van de e-mail, wordt er afgedrukt volgens de instellingen die zijn geconfigureerd bij 'Instellingen (beheerder)'.
  • Pagina 467 9-146)” is ingeschakeld in de instellingenmodus, dient u het daarom te wijzigen naar uitgeschakeld. Als gebruikersauthenticatie is ingeschakeld in de Sharp OSA-applicatie, dient de Sharp OSA-applicatie ongeldige gebruikers ook de toelating te geven om af te drukken. Registreren en verwijderen vanuit de service Universeel afdrukken U kunt het apparaat registreren en verwijderen in “Instellingen van Universal Print (pagina...
  • Pagina 468 PRINTER►AFDRUKKEN ZONDER DE PRINTERDRIVER Instellingen van Universal Print Deze functie laat u toe het apparaat te registreren of verwijderen uit de Azure Active Directory, de huidige registratiestatus te controleren, of de functie Universeel afdrukken in of uit te schakelen. Om te registreren bij Azure Active Directory, start u de instellingenmodus vanuit uw webbrowser. Het apparaat registreren bij Azure Active Directory Om het apparaat bij de service Universeel afdrukken te registreren, volgt u de onderstaande procedure uit het webbeheerscherm.
  • Pagina 469 • Op de BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65 is de PS3-uitbreidingskit vereist. • Als u een versleuteld PDF-bestand wilt afdrukken met de printerdriver, voert u het wachtwoord in wanneer u het bestand opent op uw pc.
  • Pagina 470 PRINTER►AFDRUKOPDRACHTEN OVERSTAPPEN OP EEN ANDER PAPIERFORMAAT WANNEER HET PAPIER OPRAAKT Als het afdrukken wordt gestopt omdat het papier op is of het in de printerdriver geselecteerde papierformaat niet in het apparaat is geladen, wordt een melding op het aanraakscherm getoond. Afdrukken begint automatisch wanneer papier wordt geladen in het apparaat.
  • Pagina 471 PRINTER►FUNCTIE AFDRUKKEN VRIJGEVEN FUNCTIE AFDRUKKEN VRIJGEVEN FUNCTIE AFDRUKKEN VRIJGEVEN Wanneer meerdere machines op hetzelfde netwerk de functie afdrukken vrijgeven ondersteunen, kunt u via deze functie gegevens opslaan op het apparaat dat als primaire eenheid is ingesteld en de opgeslagen gegevens afdrukken vanaf een secundaire eenheid dat u hebt ingesteld (er kunnen meerdere secundaire eenheden worden ingesteld).
  • Pagina 472 PRINTER►FUNCTIE AFDRUKKEN VRIJGEVEN • U kunt maximaal 3 primaire eenheden instellen. • U kunt maximaal 10 groepen groeperen voor Afdrukken tussen groepen. • Wanneer gebruikersverificatie is ingeschakeld, kunnen alleen taken van de aangemelde gebruiker worden afgedrukt. • In een omgeving met gemengde modellen produceren sommige printerstuurprogramma's mogelijk niet het verwachte afdrukresultaat.
  • Pagina 473 PRINTER►FUNCTIE AFDRUKKEN VRIJGEVEN VOORDAT U DE FUNCTIE AFDRUKKEN VRIJGEVEN GAAT GEBRUIKEN In dit hoofdstuk worden de instellingen uitgelegd die moeten worden geconfigureerd voordat u de functie Afdrukken vrijgeven kunt gebruiken. Vereiste instellingen op de machine Om de functie afdrukken vrijgeven te gebruiken, configureert u de instellingenmodus (beheerder). Het IP-adres van het apparaat vergrendelen.
  • Pagina 474 PRINTER►FUNCTIE AFDRUKKEN VRIJGEVEN De printerdriver van het primaire apparaat installeren Installeer de printerdriver van het primaire apparaat op uw computer. Raadpleeg Handleiding software-installatie voor de procedures voor het installeren van de printerdriver. 4-130...
  • Pagina 475 PRINTER►FUNCTIE AFDRUKKEN VRIJGEVEN DE FUNCTIE AFDRUKKEN VRIJGEVEN GEBRUIKEN In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u taken kunt opslaan op het primaire apparaat en hoe u taken kunt selecteren en afdrukken vanaf een secundair apparaat. Een taak opslaan op het primaire apparaat vanaf uw computer Wanneer gebruikersverificatie is ingeschakeld op het apparaat moet u uw gebruikersgegevens (loginnaam, wachtwoord, enz.) invoeren in het venster met instellingen van de printerdriver om te kunnen afdrukken.* Zie...
  • Pagina 476 PRINTER►FUNCTIE AFDRUKKEN VRIJGEVEN In een Windows-omgeving Open het venster met eigenschappen van de printerdriver. (1) Kies de printerdriver van het primaire SHARP BP-xxxxx apparaat. (2) Klik op de knop [Voorkeuren]. Stel de functie afdrukken vrijgeven in. (1) Klik op de tab [Taakverwerking].
  • Pagina 477 PRINTER►FUNCTIE AFDRUKKEN VRIJGEVEN In een macOS-omgeving Selecteer in de applicatie [Druk af] in het menu [Archief]. Controleer of de printernaam van het apparaat is geselecteerd. Stel de functie afdrukken vrijgeven in. (1) Kies [Taakverwerking]. (2) Klik op [Vasthouden]. (3) Selecteer het selectievakje [Print Release] (4) Klik op [Verificatie] en voer de benodigde gebruikersgegevens in.
  • Pagina 478 PRINTER►FUNCTIE AFDRUKKEN VRIJGEVEN Een opgeslagen taak op het primaire apparaat afdrukken/wissen vanaf een secundair apparaat In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u een opgeslagen taak kunt afdrukken/wissen vanaf een secundair apparaat. Tik op de toets [Afdrukken vrijgeven] in het beginscherm. •...
  • Pagina 479 PRINTER►FUNCTIE AFDRUKKEN VRIJGEVEN • Als het secundaire apparaat een monochroom apparaat is, verschijnt [Z/W-afdruk] niet en worden taken die in kleur zijn opgeslagen in monochroom afgedrukt. • Als het secundaire apparaat een kleurenapparaat is, worden taken die in monochroom zijn opgeslagen in monochroom afgedrukt, ook als het vakje [Z/W-afdruk] niet is geselecteerd •...
  • Pagina 480 PRINTER►BIJLAGE BIJLAGE SPECIFICATIELIJST PRINTERDRIVER Raadpleeg de Help van de printerdriver voor informatie over het instellen van de verschillende onderdelen. HET SCHERM INSTELLINGEN VAN DE PRINTERDRIVER / HELP RAADPLEGEN (pagina 4-6) Functie Item Pagin PCL6 Windows macOS (Windows) Kopieën 1-9999 1-9999 1-9999 1-9999 Sorteren...
  • Pagina 481 PRINTER►BIJLAGE Functie Item Pagin PCL6 Windows macOS (Windows) Nieten Rugnieten 4-37 Perforatie 4-37 Vouwen 4-87 Bezig met voltooien Offset Uitvoer Scheidingspagina 4-79 Dubbelzijdig 4-27 Hoofdstukinvoegingen 4-86 Boekje 4-41 Paginanumme 2, 4, 6, 8, 9, 2, 4, 6, 8, 9, 4-33 2, 4, 6, 9,16 2, 4, 6, 9,16 Herhalen...
  • Pagina 482 PRINTER►BIJLAGE Functie Item Pagin PCL6 Windows macOS (Windows) Omslagen/Invoegbladen 4-74 Transparant-insteekvellen 4-77 Invoegblade Carbonafdruk 4-81 Tabpapier 4-83 Watermerk 4-66 Afbeeldingsstempel 4-68 Stempel Overlay 4-70 Verborgen Patroon 4-96 Kopieerstempel 4-73 Afdrukmodus 4-26 Grafische functie Bitmapcompressie Scherpte 4-63 Afscherming 4-63 Vervagen 4-100 Tekst naar zwart 4-62 Vector naar zwart...
  • Pagina 483 • Verbetering van afbeelding 4-56 • Prioriteit stuurprogramma * 1 Op de BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65/BP-55C26 is de PS3-uitbreidingskit vereist. De specificaties voor elke functie in Windows PPD en macOS PPD variëren, afhankelijk van de versie van het besturingssysteem en de softwaretoepassing. *2 De horizontale en verticale afmetingen kunnen niet afzonderlijk worden ingesteld.
  • Pagina 484 PRINTER►BIJLAGE EEN REKENINGCODE OPGEVEN VIA DE PRINTERDRIVER U kunt een rekeningcode invoeren via de printer van het apparaat. Raadpleeg 'REKENING CODE (pagina 8-28)' voor een overzicht van de functie Rekeningcode. Rekeningcode inschakelen Deze instelling is alleen vereist in Windows. (Altijd ingeschakeld in macOS-omgeving) Klik op de knop [Start], selecteer [Instellingen] →...
  • Pagina 485 PRINTER►BIJLAGE Windows Als het afdrukken start, wordt het scherm Instelling Rekening Code weergegeven. Voer de Main Code en de Sub Code in en klik op de knop [OK]. Om de opgegeven rekeningcode te onthouden stelt u [Deze Rekening Code Altijd Gebruiken] in op •...
  • Pagina 486 PRINTER►BIJLAGE AUTHENTICATIE DOOR EENMALIG AANMELDEN Wanneer de gebruikersauthenticatie wordt gebruikt, moet u uw gebruikersnaam en wachtwoord ingeven om vanuit een printerdriver af te drukken. De functie Eenmalig aanmelden kan worden gebruikt wanneer Active Directory-authenticatie wordt gebruikt op zowel het apparaat als de computer. Wanneer u deze functie gebruikt en afdrukt vanuit een printerdriver, wordt de afdruktaak naar het apparaat verstuurd met behulp van de authenticatie-informatie die u hebt gebruikt om zich aan te melden op de computer.
  • Pagina 487 PRINTER►BIJLAGE Authenticatieoptie Raadpleeg 'AFDRUKKEN ALS DE FUNCTIE GEBRUIKERSAUTHENTICATIE IS INGESCHAKELD (pagina 4-10)' voor de authenticatiemethode. (1) Klik op het tabblad [Opdrachtverwerking]. (2) Selecteer in [Authenticatie] [Eenmalig aanmelden]. • Authenticatie door Eenmalig aanmelden is ook mogelijk vanuit het dialoogvenster Opdrachtverwerking en het dialoogvenster Gebruikersauthenticatie.
  • Pagina 488 OPNIEUW VERZENDEN NAAR VOORDAT U HET APPARAAT ALS DISTRIBUTIEBESTEMMINGEN WAARBIJ DE FAXAPPARAAT GEBRUIKT VERBINDING IS MISLUKT ..... . . 5-47 EEN FAX RECHTSTREEKS VANUIT EEN VOORDAT U HET APPARAAT ALS FAXAPPARAAT COMPUTER VERZENDEN (PC-Fax) .
  • Pagina 489 FUNCTIES DIE BETREKKING HEBBEN OP DE AFZENDER EEN EXTERNE TELEFOON GEBRUIKEN 5-91 AFZENDERINFORMATIE TOEVOEGEN AAN UW EEN EXTERNE TELEFOON AANSLUITEN ..5-120 FAXEN (EIGEN FAXADRES VERZ.) ....5-91 EEN EXTERNE TELEFOON AANSLUITEN .
  • Pagina 490 FAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS FAXAPPARAAT GEBRUIKT VOORDAT U HET APPARAAT ALS FAXAPPARAAT GEBRUIKT VOORDAT U HET APPARAAT ALS FAXAPPARAAT GEBRUIKT Als u het apparaat als faxapparaat wilt gebruiken, sluit u het aan op de telefoonlijn en stelt u het type telefoonlijn in. U kunt de faxfunctie alleen gebruiken als de faxuitbreidingskit is geïnstalleerd.
  • Pagina 491 FAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS FAXAPPARAAT GEBRUIKT Zorg dat de hoofdschakelaar op ' ' staat. Als de Aan-indicator brandt, staat de hoofdschakelaar op ' '. Als de Aan-indicator niet brandt, zet u de hoofdschakelaar in de stand " " en drukt u op de toets [Aan] op het bedieningspaneel. DE VOEDING INSCHAKELEN (pagina 1-13) Als “Instellingen (beheerder)”...
  • Pagina 492 FAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS FAXAPPARAAT GEBRUIKT Sla het faxnummer van de afzender op. Sla de naam van een afzender op bij [Naam Afzender] en sla het faxnummer op bij [Faxnr.]. Zorg dat u deze gegevens configureert, deze zijn nodig voor de communicatie. De naam en het adres van de afzender opslaan: Selecteer in "Instellingen (beheerder)"...
  • Pagina 493 FAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS FAXAPPARAAT GEBRUIKT FAXMODUS U kunt in twee modi faxen: de eenvoudige modus en de normale modus. De eenvoudige modus bevat de functies waarmee u de meeste faxtaken eenvoudig kunt uitvoeren. Wanneer u gedetailleerde instellingen of speciale functies wilt selecteren, gebruikt u de normale modus. In de normale modus kunnen alle functies worden gebruikt.
  • Pagina 494 FAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS FAXAPPARAAT GEBRUIKT Origineel Details Faxnummer Adres (10) Origineel Belichting Resolutie Auto Extra Fijn Auto Start Voorbeeld- Recent weergave Jobs (10) Selecteer de functie die u wilt instellen. De volgende functies kunnen in de eenvoudige modus worden ingesteld. •...
  • Pagina 495 FAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS FAXAPPARAAT GEBRUIKT NORMALE MODUS In de Normale modus kunt u alle faxfuncties instellen. Faxnummer Recente jobs Adresboek Adres (10) Belichting Verzendgeschiedenis Auto Resolutie Zoeknummer oproepen Extra Fijn Direct TX Origineel (11) PQRS WXYZ Verificatiestempel Opdr. samenst. Programma oproepen Geregistreerde inst.
  • Pagina 496 FAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS FAXAPPARAAT GEBRUIKT TOETS [R] Als het apparaat is aangesloten op een bedrijfscentrale, kunt u de optie 'PBX-instelling' inschakelen zodat automatisch verbinding wordt gemaakt met de buitenlijn. Wanneer de PBX-instelling is ingeschakeld, wordt de toets [R] weergegeven in het basisscherm.
  • Pagina 497 FAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS FAXAPPARAAT GEBRUIKT VOLGORDE VAN FAXVERZENDING In dit gedeelte worden de basisprocedures uitgelegd voor het verzenden van een fax. Plaats het origineel. Plaats het origineel in de documentinvoerlade van de automatische documentinvoereenheid of op de glasplaat. AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID (pagina 1-38) GLASPLAAT (pagina 1-44)
  • Pagina 498 FAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS FAXAPPARAAT GEBRUIKT Pas de instellingen aan. Geef het origineelformaat, de belichting, de resolutie, enzovoort op. Verwijs zo nodig naar de volgende functies voor de instelling. In de Eenvoudige modus In de Normale modus Origineel Faxnummer Details Adresboek Faxnummer...
  • Pagina 499 FAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS FAXAPPARAAT GEBRUIKT Verzend het origineel. Tik op de toets [Start]. • Om een voorbeeld van een gescande afbeelding te controleren, tikt u op de toets [Voorbeeldweergave] voordat u op de toets [Start] tikt. • Bij plaatsing van het origineel op de glasplaat: •...
  • Pagina 500 FAX►BESTEMMINGEN INVOEREN BESTEMMINGEN INVOEREN BESTEMMINGEN INVOEREN In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u in het beginscherm van de Eenvoudige modus een bestemming invoert. EENVOUDIGE MODUS (pagina 5-6) EEN BESTEMMINGSNUMMER INVOEREN MET DE CIJFERTOETSEN Tik op de toets [Directe Invoer] of de toets [Faxnummer] om het faxnummer Origineel Details...
  • Pagina 501 FAX►BESTEMMINGEN INVOEREN EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN ADRESBOEK U haalt een faxnummer van een bestemming op door op de snelkeuzetoets van die bestemming in het scherm Adresboek te tikken. (Snelkeuzetoetsen gebruiken) Het is ook mogelijk meerdere faxnummers onder een snelkeuzetoets op te slaan. Hierdoor kunt u alle nummer ophalen door op die snelkeuzetoets te tikken.
  • Pagina 502 FAX►BESTEMMINGEN INVOEREN Tik op de snelkeuzetoets van de Adres contactpersoon of groep die de Sorteren faxbestemming bevat. • Het aantal bestemmingen in de lijst kan worden beperkt met veelgebruikt, categorieën, indexen en trefwoorden. (In de Normale modus kan het aantal ook met opdrachttype worden beperkt.) •...
  • Pagina 503 FAX►BESTEMMINGEN INVOEREN DE GESELECTEERDE BESTEMMINGEN Als er meerdere bestemmingen zijn geselecteerd, kunt u de bestemmingen weergeven en controleren. Ook is het zo nodig mogelijk om een bestemming te verwijderen (selectie van bestemming annuleren). Tik op de toets Alle Bestemm.. Origineel Details Adres Verzendgeschie-...
  • Pagina 504 FAX►BESTEMMINGEN INVOEREN OPGEGEVEN BESTEMMINGEN WISSEN Selecteer het adres en tik op de toets [Wissen]. Alle Bestemm. 1-1234567890 Wissen Info. Als u een origineel op de glasplaat hebt gelegd en op de toets [Start] hebt getikt, kunt u het adres niet verwijderen als u de instellingen wijzigt.
  • Pagina 505 FAX►BESTEMMINGEN INVOEREN EEN BESTEMMING OPHALEN VIA EEN ZOEKNUMMER U kunt het zoeknummer gebruiken om een bestemming op te geven die in het adresboek is opgeslagen. Tik op de toets [Details] om naar de normale modus te gaan. EENVOUDIGE MODUS (pagina 5-6) Tik in het actiescherm op Adresboek Faxnummer...
  • Pagina 506 FAX►BESTEMMINGEN INVOEREN EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN GLOBAAL ADRESBOEK Als een LDAP-server in de instellingsmodus is geconfigureerd (webversie), kunt u in het globale adresboek naar de gewenste bestemming zoeken en het faxnummer ophalen wanneer u een faxverzending uitvoert. U kunt een opgehaald adres ook aan het adresboek toevoegen. Adressen van verzending naar FTP/bureaublad kunnen echter niet vanaf het apparaat worden opgeslagen.
  • Pagina 507 FAX►BESTEMMINGEN INVOEREN Tik op bij [Item] en selecteer een Voer Initialen in Start Zoeken item dat u wilt zoeken bij Item Doel LDAP_SERVER_1_123456789 Naam 01234568901234567890 [Naam/Adres]. Voer Initiaal in en druk op Enter of extern toetsenbord of [Begin Zoekopdracht] knop. Hoe u moet zoeken Voer de zoektekens in (maximaal 64 tekens).
  • Pagina 508 FAX►BESTEMMINGEN INVOEREN EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN MOBIEL ADRESBOEK Als het apparaat en mobiele toestel verbonden zijn door Bluetooth, kunt u een bestemming uit het mobiele adresboek ophalen. Bestemmingen voor faxverzending en e-mailverzending kunnen worden opgehaald. • Het opgeroepen adresboek wordt niet opgeslagen in dit apparaat. •...
  • Pagina 509 FAX►BESTEMMINGEN INVOEREN Het te verbinden mobiele toestel bedienen om het met het apparaat te Koppel uw apparaat met deze machine alstubelieft via Bluetooth. Wanneer deze machine eerder met koppelen. uw apparaat gekoppeld was, verwijder het dan van uw apparaat en koppel het opnieuw. Toestelnaam van het apparaat wordt op het scherm Apparaatnaam: AAA weergegeven.
  • Pagina 510 FAX►BESTEMMINGEN INVOEREN EEN VERZENDLOGBOEK GEBRUIKEN OM OPNIEUW TE VERZENDEN Selecteer een bestemming in een verzendlogboek en verzend de gegevens opnieuw. De bestemmingen van de meest recente 50 verzendingen van fax, scannen naar e-mail en/of internetfax worden opgeslagen. Een van deze kan worden geselecteerd om opnieuw te verzenden naar die bestemming. De bestemmingen van overdracht naar FTP/bureaublad en Scannen naar netwerkmap worden ook weergegeven in het verzendlogboek.
  • Pagina 511 FAX►BESTEMMINGEN INVOEREN Tik op de toets van de faxbestemming Verzendgeschiedenis Delete All Histories die u opnieuw wilt kiezen. Selecteer adres om opnieuw te verzenden. De laatste 50 adressen die voor verzending zijn gebruikt, 00000000 worden weergegeven. aaaaaaaa aaaaaaaa aaaaaaaaa 66666666 De instelling voor opnieuw verzenden annuleren: Tik op de gemarkeerde toets.
  • Pagina 512 FAX►BESTEMMINGEN INVOEREN VERZENDEN VIA KETTINGKIEZEN Nummerreeksen die u met cijfertoetsen en/of snelkeuzetoetsen hebt ingevoerd, kunnen met elkaar verbonden worden door onderbrekingen en kunnen als één nummer worden gekozen. Als u een internationaal nummer kiest, tikt u bijvoorbeeld op de toets [Onderbreking] tussen het identificatienummer van een internationale telefoonmaatschappij (bijvoorbeeld "001") en de landcode (bijvoorbeeld "81"...
  • Pagina 513 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u in het beginscherm van de Eenvoudige modus een bestemming invoert. DE FAXMODUS SELECTEREN (pagina 5-8) MANIEREN OM EEN FAX TE VERZENDEN Hieronder worden de methoden beschreven die kunnen worden gebruikt voor het verzenden van een fax vanaf het apparaat.
  • Pagina 514 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN • Als het geheugen vol raakt terwijl de eerste origineelpagina gescand wordt, zal de verzending stoppen. • Wanneer de verzending klaar is, worden de gescande originelen uit het geheugen gewist. De verzonden fax wordt echter opgeslagen wanneer u de functie Documentarchivering gebruikt. SNELBESTAND (pagina 7-11) FILE (pagina 7-13) •...
  • Pagina 515 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN Als u een fax vóór eerder gereserveerde faxverzendingen wilt verzenden: Verzend de fax met de functie Direct verzenden. Het origineel wordt direct naar het ontvangende faxapparaat verzonden zonder eerst in het geheugen te worden gescand. Wanneer u de functie Direct verzenden gebruikt, zal het verzenden beginnen zodra de actieve verzending is voltooid (vóór alle eerder gereserveerde verzendingen).
  • Pagina 516 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN AUTOMATISCHE REDUCTIE VAN HET VERZONDEN BEELD Als het verzonden beeld breder is dan het papier in het ontvangende apparaat, zal het beeld automatisch verkleind worden zodat het op het papier van het ontvangende apparaat past. Voorbeeld: verkleinde formaten en verkleiningsfactoren Breedte van verzonden Breedte van papier in Verkleind formaat...
  • Pagina 517 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN ALS DE LIJN BEZET IS Als de lijn bezet is wanneer u een fax verzendt, zal er na een standaardinterval automatisch opnieuw een poging tot verzenden plaatsvinden. Dit werkt alleen bij de functie Geheugenverzending. Bij de functie Direct verzenden of Handmatig verzenden wordt de verzending geannuleerd.
  • Pagina 518 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN FAXBESTEMMING BEVESTIGINGSMODUS In deze modus wordt een bestemmingsbevestigingsbericht weergegeven wanneer een fax wordt verzonden om te voorkomen dat de fax abusievelijk naar de verkeerde bestemming wordt verzonden. Dit stelt u in de instellingsmodus in. Als een fax wordt verzonden terwijl deze functie is ingeschakeld, wordt een adresbevestigingsbericht weergegeven wanneer op de toets [Start] wordt getikt.
  • Pagina 519 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN Een bestemming die met de cijfertoetsen is opgegeven Met "Faxbestemmingbevestigingsmodus" ingeschakeld, en "Opnieuw invoeren vragen wanneer de faxbestemming direct wordt ingevoerd" ingeschakeld Tik op de toets [Start] om het bevestigingsbericht weer te geven. Tik op de toets [OK], voer de bestemming opnieuw in via de cijfertoetsen en tik vervolgens op de toets [Adres invoeren]. Als de opnieuw ingevoerde bestemming juist is, zal het scannen beginnen.
  • Pagina 520 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN HET TE VERZENDEN BEELD CONTROLEREN Controleer de afbeelding vóór verzending op het aanraakscherm. U kunt op de toets [Voorbeeldweergave] tikken en dan het origineel scannen, om een voorbeeldweergave van de gescande afbeelding te controleren. U kunt de belichting en resolutie voor de scan aanpassen wanneer u deze in het voorbeeldscherm controleert, zodat u een origineel van betere kwaliteit naar de bestemming kunt verzenden.
  • Pagina 521 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN MANIEREN OM EEN FAX TE VERZENDEN In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u in het beginscherm van de Eenvoudige modus een bestemming invoert. EENVOUDIGE MODUS (pagina 5-6) HET GEBRUIK VAN DE AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID VOOR VERZENDING Het opslaan van gescande originelen in het geheugen van het apparaat voordat u ze gaat verzenden wordt 'Geheugen TX' genoemd.
  • Pagina 522 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN Plaats het origineel in de documentinvoerlade van de automatische documentinvoereenheid. AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID (pagina 1-38) Geef het faxnummer van de bestemming op. • EEN BESTEMMINGSNUMMER INVOEREN MET DE CIJFERTOETSEN (pagina 5-13) • EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN ADRESBOEK (pagina 5-14) •...
  • Pagina 523 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN DE AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID GEBRUIKEN OM EEN FAX TE VERZENDEN MET DE FUNCTIE DIRECT VERZENDEN Het verzenden van gescande originelen zonder de originelen op te slaan in het geheugen van het apparaat wordt 'Direct TX' genoemd. In dit gedeelte wordt het scannen en direct verzenden van originelen via de automatische documentinvoereenheid uitgelegd.
  • Pagina 524 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN Voer het faxnummer van de Adresboek Adres Faxnummer Globaal Adres Zoeken bestemming in en tik in het Belichting Recente jobs Auto Resolutie actiepaneel op [Direct TX]. Verzendgeschiedenis Extra Fijn Origineel Zoeknummer oproepen Opdr. samenst. PQRS WXYZ Direct TX Langz.
  • Pagina 525 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN DE GLASPLAAT GEBRUIKEN VOOR HET VERZENDEN Het opslaan van gescande originelen in het geheugen van het apparaat voordat u ze gaat verzenden wordt 'Geheugen TX' genoemd. In dit gedeelte wordt het scannen van originelen via de glasplaat uitgelegd en het verzenden van gegevens via de functie geheugenverzending.
  • Pagina 526 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN Tik op de toets [Lezen Klaar]. Plaats volgend origineel. (Pg1) Er wordt een pieptoon afgegeven. Druk op [Start]. Druk op [Lezen klaar] indien gereed. Open de automatische documentinvoereenheid en verwijder het origineel. Lezen Klaar Wijzig instel. Het scannen annuleren: Tik op de toets [CA] voordat u op de toets [Lezen Klaar] drukt.
  • Pagina 527 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN DE GLASPLAAT GEBRUIKEN OM EEN FAX TE VERZENDEN MET DE FUNCTIE DIRECT VERZENDEN Het verzenden van gescande originelen zonder de originelen op te slaan in het geheugen van het apparaat wordt 'Direct TX' genoemd. In dit gedeelte wordt het scannen en direct verzenden van originelen via de glasplaat uitgelegd. Wanneer u vanaf de glasplaat een fax verstuurt met de functie Directe verzending, kan er maar één pagina worden verzonden.
  • Pagina 528 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN Geef het faxnummer van de bestemming op. • EEN BESTEMMINGSNUMMER INVOEREN MET DE CIJFERTOETSEN (pagina 5-13) • EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN ADRESBOEK (pagina 5-14) • EEN BESTEMMING OPHALEN VIA EEN ZOEKNUMMER (pagina 5-18) • EEN VERZENDLOGBOEK GEBRUIKEN OM OPNIEUW TE VERZENDEN (pagina 5-23) •...
  • Pagina 529 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN VERZENDINGEN MET DE LUIDSPREKER Als u de luidspreker gebruikt om te bellen, wordt de fax verzonden nadat het nummer is gebeld en verbinding is gemaakt. • Als iemand antwoordt, zult u zijn of haar stem horen maar zult u zelf niet kunnen spreken. •...
  • Pagina 530 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN Geef het faxnummer van de bestemming op. • EEN BESTEMMINGSNUMMER INVOEREN MET DE CIJFERTOETSEN (pagina 5-13) • EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN ADRESBOEK (pagina 5-14) • EEN BESTEMMING OPHALEN VIA EEN ZOEKNUMMER (pagina 5-18) • EEN VERZENDLOGBOEK GEBRUIKEN OM OPNIEUW TE VERZENDEN (pagina 5-23) U kunt geen snelkeuzetoets gebruiken waarvoor meerdere bestemmingen zijn opgeslagen Wanneer de verbinding tot stand is gebracht, tikt u op de toets [Start] om het verzenden te starten.
  • Pagina 531 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN DEZELFDE FAX NAAR MEERDERE BESTEMMINGEN VERZENDEN (DISTRIBUTIEVERZENDING) U kunt dezelfde fax naar meerdere bestemmingen versturen, bijvoorbeeld als u een verslag verzendt naar filialen in verschillende regio's. Deze functie wordt "Distributieverzending" genoemd. Tijdens een bewerking kunt u gegevens verzenden naar maximaal 500 bestemmingen, inclusief gereserveerde verzendopdrachten.
  • Pagina 532 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN Wanneer er een snelkeuzetoets wordt gebruikt om te kiezen, worden alle faxnummers gekozen die zijn opgeslagen voor de snelkeuzetoets. Wanneer er een snelkeuzetoets wordt gebruikt waarvoor 10 bestemmingen zijn opgeslagen, worden er dus 10 faxnummers gekozen. • Distributieverzending is alleen beschikbaar voor geheugenverzending. •...
  • Pagina 533 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN Bevestig de bestemming. Alle Bestemm. 1-1234567890 Een opgegeven bestemming annuleren: Selecteer het adres dat u wilt annuleren in de lijst en tik op de toets [Verwijderen]. Tik op de toets [Start] om het scannen van het origineel te starten. •...
  • Pagina 534 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN OPNIEUW VERZENDEN NAAR DISTRIBUTIEBESTEMMINGEN WAARBIJ DE VERBINDING IS MISLUKT De resultaten van een voltooide distributieverzending kunnen worden gecontroleerd in het opdrachtstatusscherm. Als een verzending naar één of meerdere van de bestemmingen is mislukt, verzend u de fax opnieuw naar deze bestemmingen.
  • Pagina 535 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN Nadat u op de tab [Mislukt] hebt getikt, tikt u op de toets [Opn.verz. naar alle adr. met fouten tijdens verz.] in het actiepaneel om de afbeelding opnieuw te verzenden. Welke stappen er moeten worden uitgevoerd nadat u op de toets [Opn.verz. naar alle adr. met fouten tijdens verz.] hebt getikt, hangt af van de vraag of u gebruikmaakt van de functie Documentarchivering.
  • Pagina 536 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN EEN FAX RECHTSTREEKS VANUIT EEN COMPUTER VERZENDEN (PC-Fax) Een bestand op een computer kan via het apparaat als een fax worden verzonden (PC-Fax-functie). Verzending van faxen via de functie PC-Fax verloopt op dezelfde wijze als het afdrukken van documenten. Selecteer de driver van PC-Fax als printerdriver voor de computer en selecteer vervolgens de opdracht Afdrukken in de applicatie.
  • Pagina 537 • 2-zijdig scannen is niet mogelijk bij directe verzending of luidsprekerverzending. • Op de BP-60C31/BP-60C36/BP-60C45/BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45 is dubbelzijdig scannen niet mogelijk als er originelen met verschillende breedtes worden gescand. • 2-zijdig scannen is niet mogelijk wanneer het origineelformaat is ingestelde op Lang formaat.
  • Pagina 538 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN Tik op de toets [Afdrukstand] met dezelfde afdrukstand als het origineel. Als deze instelling niet juist is, wordt er mogelijk geen Origineel Oriëntatie Formaat Afbeelding geschikte beeld verzonden. Auto Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, tikt u op Duplex configureren 1-Zijdig...
  • Pagina 539 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN HET SCANFORMAAT VAN HET ORIGINEEL IN PAPIERFORMAAT OPGEVEN Als het origineelformaat niet-standaard is (inchformaat of niet-standaardformaat) of als het is niet juist is gedetecteerd, geeft u het origineelformaat handmatig op. Als [Lang Form.] is geselecteerd, kunnen de 2-zijdige scaninstelling en het verzendformaat niet worden gewijzigd. Het beeld wordt alleen in Mono2 verzonden.
  • Pagina 540 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN In de Normale modus Tik op de toets [Details] om naar de normale modus te gaan. EENVOUDIGE MODUS (pagina 5-6) Tik op de toets [Origineel]. Tik op de toets [Scanformaat]. Origineel Scanformaat Verzendformaat 100% Auto Auto 2-Zijdig Afdrukstand Schr.Blok 2-Zijdig...
  • Pagina 541 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN HET SCANFORMAAT VAN HET ORIGINEEL MET GETALSWAARDEN OPGEVEN As u een origineel met een niet-standaardformaat scant, zoals een briefkaart, geeft u het formaat van het origineel middels getalswaarden op nadat u het origineel hebt geplaatst. De breedte kan 25 mm t/m 432 mm (1" t/m 17") zijn en de hoogte kan 25 mm t/m 297 mm (1"...
  • Pagina 542 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN Geef het formaat van het origineel op. Directe Invoer (25 ~ 297) (25 ~ 432) • Tik op de gebieden die breedte- en hoogteformaten weergeven en voer het formaat met de cijfertoetsen in. • Het is handig om ( ) te gebruiken om het ingevoerde formaat fijn af te stellen.
  • Pagina 543 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN In de Normale modus Tik op de toets [Details] om naar de normale modus te gaan. EENVOUDIGE MODUS (pagina 5-6) Tik op de toets [Origineel]. Tik op de toets [Scanformaat]. Origineel Scanformaat Verzendformaat 100% Auto Auto 2-Zijdig Afdrukstand Schr.Blok 2-Zijdig...
  • Pagina 544 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN VAAK GEBRUIKTE ORIGINEELFORMATEN OPSLAAN Sla de veelgebruikte niet-standaard origineelformaten op. In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u niet-standaard origineelformaten opslaat, ophaalt, wijzigt en wist. • Het opgeslagen origineelformaat blijft behouden, ook als het apparaat wordt uitgeschakeld. • U kunt maximaal 12 niet-standaard origineelformaten registreren voor kopiëren, faxen en het verzenden van afbeeldingen. •...
  • Pagina 545 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN Tik op een toets ( ) om een extra origineelformaat op te slaan. Scanformaat Opslaan/Verwijderen Select. formaattoets om aangep. orig. formaat op te slaan/te verwijderen. Tik op een toets die geen formaat aangeeft. Een eerder opgeslagen toets veranderen of verwijderen: Tik op de toets die u wilt veranderen of verwijderen.
  • Pagina 546 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN Een opgeslagen origineelformaat ophalen In de Eenvoudige modus Tik op de toets [Origineel]. Tik op de toets [Automatisch]. Origineel Oriëntatie Formaat Afbeelding Auto Duplex configureren 1-Zijdig Boek Tablet Tik op de toets [Aangepast Formaat]. Formaat Origineel Auto Directe Invoer Aangepast Formaat 216x340...
  • Pagina 547 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN In de Normale modus Tik op de toets [Detail] om naar de normale modus te gaan. EENVOUDIGE MODUS (pagina 5-6) Tik op de toets [Origineel]. Tik op de toets [Scanformaat] en op vervolgens op de tab [Aangepast Formaat].
  • Pagina 548 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN HET VERZENDFORMAAT VAN DE AFBEELDING OPGEVEN Tik op deze toets om het verzendformaat op te geven als een papierformaat. Als het opgegeven verzendformaat groter is dan het scanformaat, zal het beeld worden vergroot. Als het opgegeven verzendformaat kleiner is dan het scanformaat, zal het beeld worden verkleind.
  • Pagina 549 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN Tik op de toets [Stand afbeelding] met Origineel dezelfde afdrukstand als het origineel. Scanformaat Verzendformaat Als deze instelling niet juist is, wordt er mogelijk geen 100% Auto Auto geschikte beeld verzonden. Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, 2-Zijdig Afdrukstand Schr.Blok...
  • Pagina 550 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN DE BELICHTING WIJZIGEN De belichting kan worden aangepast aan de helderheid van het origineel. Bij gebruik van de automatische documentinvoereenheid kan de instelling van de belichting niet meer worden gewijzigd als het scannen eenmaal is begonnen. (Als echter 'Opdr. samenst.' of 'Voorbeeldinstelling' bij 'Overige' wordt gebruikt, kan de belichting telkens wanneer u een nieuwe set originelen plaatst, worden gewijzigd.) Belichtingsinstellingen Belichting...
  • Pagina 551 FAX►BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN DE RESOLUTIE WIJZIGEN De resolutie kan zo gekozen worden dat deze overeenkomt met de eigenschappen van het origineel, zoals tekst of foto, het formaat van de tekst en de lichtsterkte van de afbeelding. Resolutie-instellingen Resolutie Suggestie Standaard Selecteer deze instelling wanneer uw originelen bestaan uit teksten in normaal formaat (zoals de tekst in deze gebruiksaanwijzing).
  • Pagina 552 FAX►FAXEN ONTVANGEN FAXEN ONTVANGEN FAXBERICHT ONTVANGEN In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u in het beginscherm van de Eenvoudige modus een bestemming invoert. EENVOUDIGE MODUS (pagina 5-6) EEN FAX AUTOMATISCH ONTVANGEN Als de ontvangstfunctie is ingesteld op 'Automatische Ontvangst', zal het apparaat automatisch faxen ontvangen en afdrukken.
  • Pagina 553 FAX►FAXEN ONTVANGEN Het apparaat gaat over en het ontvangen van de fax begint automatisch. Zodra er gegevens worden ontvangen, gaat de informatie-indicator in wit knipperen. Er klinkt een pieptoon wanneer de ontvangst wordt beëindigd. De faxen worden automatisch afgedrukt. Als het afdrukken is voltooid, stopt de informatie-indicator met knipperen.
  • Pagina 554 FAX►FAXEN ONTVANGEN EEN FAX HANDMATIG ONTVANGEN U kunt een fax handmatig ontvangen via het aanraakscherm. • Als u de telefoon opneemt door te tikken op de toets [Luidspreker], kunt u de stem van de beller horen maar kunt u zelf niets zeggen.
  • Pagina 555 FAX►FAXEN ONTVANGEN ONTVANGEN GEGEVENS AFDRUKKEN EEN FAX MET PIN-CODEBEVEILIGING AFDRUKKEN (Instelling vasthouden ontvangen afdrukgegevens) Schakel deze instelling in als u faxen in het geheugen wilt ontvangen en opslaan zonder deze af te drukken. Als u de faxen wilt afdrukken, moet de PIN Code worden ingevoerd. Als deze functie is geactiveerd, wordt er een invoerscherm voor de PIN Code in het aanraakpaneel weergegeven als er een fax wordt ontvangen.
  • Pagina 556 FAX►FAXEN ONTVANGEN Als de eerder opgegeven viercijferige PIN Code is ingevoerd met de cijfertoetsen, begint het afdrukken. Als u op de toets [Annuleren] tikt, wordt het scherm voor het invoeren van de PIN-Code gesloten. Het scherm wordt opnieuw weergegeven als u op tikt of naar een andere modus overschakelt.
  • Pagina 557 FAX►FAXEN ONTVANGEN ONTVANGEN GEGEVENS OP EEN OPGEGEVEN TIJDSTIP AFDRUKKEN U kunt op een opgegeven tijdstip met het afdrukken van de ontvangen gegevens beginnen. Om zorgeloos te kunnen afdrukken, kunt u beter vermijden grote aantallen pagina's af te drukken tijdens piekuren en als u er niet dringend een afdruk van nodig hebt.
  • Pagina 558 FAX►FAXEN ONTVANGEN HET BEELD VÓÓR HET AFDRUKKEN CONTROLEREN Controleer het beeld van ontvangen gegevens op het aanraakscherm voordat u deze afdrukt. Deze functie kan worden gebruikt als “Instellingen (beheerder)” - [Systeeminstellingen] → [Instellingen Beeld Verzenden] → [Algemenei Instellingen] → [Voorwaarde- Instellingen] → [Voorbeeldinstelling] → [Inst. beeldcontrole ontvangen gegevens] is ingeschakeld*.
  • Pagina 559 FAX►FAXEN ONTVANGEN Tik op de toets van de ontvangen Afdrukken Lijst van ontvangen gegevens Alle ontvangen geg. gegevens die u wilt controleren en tik Afbeelding controleren Doorsturen naar vervolgens op [Afbeelding ander adres Verwijderen controleren] in het actiepaneel. Bestand Geeft de afbeelding van de ontvangen gegevens weer. •...
  • Pagina 560 FAX►FAXEN ONTVANGEN ONTVANGEN GEGEVENS DOORSTUREN In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u in het beginscherm van de Eenvoudige modus een bestemming invoert. SCHAKELEN TUSSEN MODI (pagina 2-11) ONTVANGEN FAXEN DOORSTUREN (FAXGEGEVENS DOORSTUREN) Wanneer het apparaat niet kan afdrukken omdat het papier of de inkt op is, kunnen ontvangen faxen worden doorgestuurd naar een ander, eerder opgeslagen faxapparaat.
  • Pagina 561 FAX►FAXEN ONTVANGEN Controleer of de informatie-indicator wit knippert en tik in het beginscherm op de toets [Instellingen]. Eenvoudige Eenvoudige Eenvoudige Sharp OSA Scan Kopie Toner hoeveelheid Gebruikers Vergrote Instellingen Totaal Aantal Helderheids- Taakstatus handleiding weergavemodus instelling Tik op [Systeeminstellingen] → [Instellingen Beeld Verzenden] → [Fax Data Ontvangen/Doorsturen (Manueel)].
  • Pagina 562 FAX►FAXEN ONTVANGEN ONTVANGEN GEGEVENS DOORSTUREN NAAR VASTE BESTEMMINGEN (INSTELLINGEN INKOMENDE ROUTING) U kunt ontvangen faxen automatisch naar een faxadres, Internetfaxadres, e-mailadres, bestandserveradres, desktopadres of netwerkmapadres doorsturen. Ontvangen gegevens kunnen naar de opgegeven bestemmingen worden doorgestuurd zonder te worden afgedrukt. Configureer de doorstuurinstellingen voor ontvangen faxberichten in de Instellingsmodus (webversie). Raadpleeg de Verkorte installatiehandleiding voor de procedure voor het openen van de instellingsmodus (webversie).
  • Pagina 563 FAX►FAXEN ONTVANGEN Klik in de “Instellingen (webversie)” op [Systeeminstellingen] → [Instellingen Beeld Verzenden] → [Instellingen Inbound Routing (doorsturen/opslaan)] → [Beheerinstellingen]. In 'Inkomende routing' selecteert u [Inschakelen] en klikt u op de toets [Indienen]. Het is mogelijk dat het voor gebruikers zonder beheerderrechten verboden is om doorstuurtabellen in dit scherm op te slaan, te bewerken of te wissen en dat ze niet kunnen opgeven welke tabel wordt gebruikt.
  • Pagina 564 FAX►FAXEN ONTVANGEN Als het toevoegen van adressen is voltooid, klikt u op de knop [Indienen]. Klik op [Instellingen inkomende routing] in de [Instellingen Inbound Routing (doorsturen/opslaan)] van “Instellingen (webversie)” en klik op de knop [Toevoegen]. Voer een 'Tabelnaam' in. Selecteer de afzender van wie de faxen zullen worden doorgestuurd. •...
  • Pagina 565 FAX►FAXEN ONTVANGEN Selecteer de bestandsindeling. De opmaak kan voor elk doorstuuradres apart worden ingesteld (voor elk van de doorstuuradressen 1, 2 en 3 in de tabel). • Afbeeldingen die zijn verzonden in TIFF-indeling, worden in sommige ontvangstsituaties mogelijk niet goed weergegeven.
  • Pagina 566 FAX►FAXEN ONTVANGEN Selecteer [Stuur door naar alle doorstuurbestemmingen] of [Doorsturen op basis van Doorstuurvoorwaarde] in de doorstuurtabel. Selecteer [Altijd doorsturen] of [Verstuur ontvangen gegevens enkel op gespecificeerde dagen.] in de doorstuurtabel. De instellingen voor de doorstuurrechten die hier worden weergegeven, zijn gekoppeld aan de doorstuurvoorwaarden die zijn ingesteld bij stap 10.
  • Pagina 567 FAX►FAXEN ONTVANGEN ONTVANGEN FAXEN OPSLAAN IN HET GEHEUGEN VAN HET APPARAAT (INKOMENDE ROUTING) Ontvangen faxen kunnen in het geheugen van het apparaat worden opgeslagen. Ontvangen faxen kunnen worden weergegeven op de computer. Stel PDF, TIFF (multi) of TIFF (enkel) in voor de opgeslagen Internetfaxen. U kunt ook via e-mail een melding ontvangen van het opslagresultaat of de opslagmap.
  • Pagina 568 FAX►FAXEN ONTVANGEN Instellingen voor het opslaan van ontvangen faxen in het geheugen Klik bij “Instellingen (beheerder)” op [Systeeminstellingen] → [Instellingen Beeld Verzenden] → [Instellingen Inbound Routing (doorsturen/opslaan)] → [Instellingen Inbound Routing (opslaan)] (beheerdersrechten vereist). • De gegevens die kunnen worden opgeslagen zijn ontvangen faxen en ontvangen internetfaxen. Faxen die zijn ontvangen via vertrouwelijke ontvangst en navraagontvangst kunnen niet worden opgeslagen.
  • Pagina 569 FAX►FAXEN ONTVANGEN Tik op de toets van de ontvangen gegevens die u wilt doorsturen en tik Afdrukken Lijst van ontvangen gegevens Alle ontvangen geg. vervolgens op [Doorsturen naar ander Afbeelding controleren Doorsturen naar ander adres adres]. Verwijderen Bestand • Tik op om een lijst met ontvangen gegevens weer te geven.
  • Pagina 570 FAX►FAXEN ONTVANGEN ONTVANGEN GEGEVENS OPSLAAN U kunt ontvangen faxen opslaan in de map voor documentarchivering. Deze functie is beschikbaar als [Systeeminstellingen] → [Instellingen Beeld Verzenden] → [Algemenei Instellingen] → [Voorwaarde- Instellingen] → [Voorbeeldinstelling] → [Inst. beeldcontrole ontvangen gegevens] is ingeschakeld* bij “Instellingsmodus (beheerder)”.
  • Pagina 571 FAX►ANDERE FUNCTIES ANDERE FUNCTIES ALGEMENE FUNCTIES De volgende functionaliteit is dezelfde als scannerfunctionaliteit. Voor meer gedetailleerde informatie, zie de uitleg in het hoofdstuk scanner/internet fax. N-Up afdukken: 'TWEE PAGINA'S ALS ÉÉN PAGINA VERZENDEN (N-UP) (pagina 6-107)' Card shot: 'BEIDE ZIJDEN VAN EEN KAART OP ÉÉN PAGINA SCANNEN (KAART FORMAAT) (pagina 6-113)' Opdr.
  • Pagina 572 FAX►ANDERE FUNCTIES FAXHANDELINGEN OPSLAAN (PROGRAMMA) Met deze functie worden diverse instellingen gezamenlijk opgeslagen als één programma. Het opgeslagen programma kan eenvoudig worden opgeroepen. Stel dat u eens per maand documenten met hetzelfde A4-formaat (8-1/2" x 11") naar alle filialen in diverse regio's wilt versturen.
  • Pagina 573 FAX►ANDERE FUNCTIES • Een programma configureren: Tik op [Programmaregistratie]. Dit wordt in het actiepaneel weergegeven wanneer u in een modusscherm werkt. • Registratie van programma’s blokkeren / wissen van geregistreerde programma’s blokkeren: Selecteer in "Instellingen (beheerder)" [Systeeminstellingen] → [Instellingen Beeld Verzenden] → [Algemenei Instellingen] →...
  • Pagina 574 FAX►ANDERE FUNCTIES In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u in het beginscherm van de Normale modus een bestemming invoert. EENVOUDIGE MODUS (pagina 5-6) Plaats het origineel. Plaats het origineel op basis van de opgeslagen functie in het programma in de documentinvoerlade van de automatische documentinvoereenheid of op de glasplaat.
  • Pagina 575 FAX►ANDERE FUNCTIES VERZENDEN EN ONTVANGEN VAN FAXEN OP AFSTAND BEDIENEN In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u in het beginscherm van de Normale modus een bestemming invoert. EENVOUDIGE MODUS (pagina 5-6) EEN FAXMACHINE AANROEPEN EN ONTVANGST INITIALISEREN (NAVRAGEN) Wanneer u verbinding maakt met een ander apparaat en een document van dit apparaat ontvangt, wordt dit 'Navragen' genoemd.
  • Pagina 576 FAX►ANDERE FUNCTIES Voer het faxnummer van de bestemming in. • EEN BESTEMMINGSNUMMER INVOEREN MET DE CIJFERTOETSEN (pagina 5-13) • EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN ADRESBOEK (pagina 5-14) • EEN BESTEMMING OPHALEN VIA EEN ZOEKNUMMER (pagina 5-18) • EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN GLOBAAL ADRESBOEK (pagina 5-19) •...
  • Pagina 577 FAX►ANDERE FUNCTIES NAVRAAG-ONTVANGST HANDMATIG INITIALISEREN Gebruik handmatige navraagontvangst wanneer u navraag moet starten nadat u een opgenomen bericht hebt beluisterd, bijvoorbeeld in het geval van een faxinformatieservice. • Zorg ervoor dat er geen origineel in het apparaat is geplaatst wanneer u de functie Navraagontvangst gebruikt. •...
  • Pagina 578 FAX►ANDERE FUNCTIES FUNCTIES DIE BETREKKING HEBBEN OP DE AFZENDER In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u in het beginscherm van de Normale modus een bestemming invoert. EENVOUDIGE MODUS (pagina 5-6) AFZENDERINFORMATIE TOEVOEGEN AAN UW FAXEN (EIGEN FAXADRES VERZ.) Uw afzenderinformatie (datum, tijd, naam afzender, faxnummer afzender of naam bestemming, aantal pagina's) wordt automatisch toegevoegd boven aan elke faxpagina die u verzendt.
  • Pagina 579 FAX►ANDERE FUNCTIES Voorbeeld van de afgedrukte afzenderinformatie 2021/10/10/zo 15:00 AAAAA Faxnummer: 0123456789 P.001/001 Datum, tijd: datum en tijdstip van verzending Naam afzender: de in het apparaat geprogrammeerde naam van de afzender Faxnummer van afzender of naam van bestemming (naam voor snelkeuzetoets) Paginanummers: paginanummer/totaal aantal pagina's Als een bestemmingsnaam is ingesteld om te worden bijgevoegd en de bestemming niet is opgegeven via een snelkeuzetoets, wordt deze informatie niet aan de fax toegevoegd en niet afgedrukt.
  • Pagina 580 FAX►ANDERE FUNCTIES AFZENDERINFORMATIE TIJDELIJK WIJZIGEN (EIGEN NAAM KIEZEN) U kunt de afzenderinformatie die bij verzending van uw eigen nummer moet worden gebruikt, tijdelijk wijzigen door een selectie te maken uit afzonderlijk opgeslagen gegevens. De functie wordt opgeheven wanneer de verzending met de gewijzigde afzenderinformatie wordt beëindigd. •...
  • Pagina 581 FAX►ANDERE FUNCTIES Tik op de toets Afzenderinformatie om Eigen naam kiezen de afzenderinformatie op te geven. Wissen Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, AAA AAA tikt u achtereenvolgens op de toetsen en [Vorige]. BBB BBB CCC CCC De instellingen voor afzenderinformatie annuleren: Tik op de toets [Wissen].
  • Pagina 582 FAX►ANDERE FUNCTIES UITGAAN VAN SPECIFIEK GEBRUIK In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u in het beginscherm van de Normale modus een bestemming invoert. EENVOUDIGE MODUS (pagina 5-6) DE AFDRUKINSTELLINGEN VOOR HET TRANSMISSIERAPPORT WIJZIGEN (TRANSMISSIERAPPORT) Er wordt automatisch een rapport afgedrukt om u te waarschuwen wanneer een verzending mislukt of wanneer een distributieverzending wordt uitgevoerd.
  • Pagina 583 FAX►ANDERE FUNCTIES Tik op de toets van de Transmissierapport afdrukinstellingen. Niet afdrukken Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, Afdrukken bij tikt u achtereenvolgens op de toetsen en [Vorige]. fouten Altijd Afdrukken Beeld Van Origineel Afdrukken De instelling Transmissierapport annuleren: Tik op de toets [Niet afdrukken].
  • Pagina 584 FAX►ANDERE FUNCTIES NAVRAAGGEHEUGENFUNCTIES In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u in het beginscherm van de Normale modus een bestemming invoert. EENVOUDIGE MODUS (pagina 5-6) EEN FAX VERZENDEN WANNEER EEN ANDER APPARAAT NAVRAAG DOET BIJ UW APPARAAT (NAVRAAGGEHEUGEN) Het verzenden van een document dat naar het geheugen is gescand terwijl een ander apparaat navraag doet bij uw apparaat, wordt 'Navraaggeheugen' genoemd.
  • Pagina 585 FAX►ANDERE FUNCTIES Navraagbeveiliging instellen: Selecteer in “Instellingen (beheerder)” [Systeeminstellingen] → [Instellingen Beeld Verzenden] → [Fax Instellingen] → [Faxnavraagbeveiliging] → [Set faxdetectiebeveiliging in], [Nieuwe Toevoegen], [Lijst met Nummertoetsen voor Wachtwoorden]. Deze instellingen zijn niet van toepassing op het navraaggeheugen met F-code. 5-98...
  • Pagina 586 FAX►ANDERE FUNCTIES EEN DOCUMENT IN EEN NAVRAAGGEHEUGEN SCANNEN Volg deze stappen om een document in het geheugenvak voor navraagverzending (Openbaar Vak) te scannen. Als er nog een ander document in het geheugenvak (Openbaar Vak) staat, wordt het pas gescande document toegevoegd aan het al eerder opgeslagen document.
  • Pagina 587 FAX►ANDERE FUNCTIES Tik op de toets [Eenmaal] of [Onbeperkt] om het aantal herhalingen op te geven. Om de verzending van een origineel te herhalen, tikt u op de toets [Onbeperkt]. Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, tikt u op en op Tik op de toets [Start] om het scannen van het origineel te starten.
  • Pagina 588 FAX►ANDERE FUNCTIES EEN DOCUMENT UIT HET OPENBAAR VAK VERWIJDEREN Verwijder een document uit het geheugenvak (Openbaar vak) wanneer u dit niet meer nodig hebt. Tik op de toets [Overige] en op de toets [Geheugenvak]. Tik op het tabblad [Navraaggeheugen]. Tik op de toets [Openbaar Vak] in de mappenlijst. Tik in het actiescherm op [Vak leegmaken].
  • Pagina 589 FAX►F-CODECOMMUNICATIE GEBRUIKEN F-CODECOMMUNICATIE GEBRUIKEN F-CODECOMMUNICATIE In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u in het beginscherm van de Normale modus een bestemming invoert. EENVOUDIGE MODUS (pagina 5-6) F-CODECOMMUNICATIE Via deze functie kan het apparaat communiceren met andere apparaten die ook ondersteuning bieden voor F-code. Hiermee is uitwisseling van vertrouwelijke documenten (vertrouwelijke communicatie), terughalen (navraag) en distributie (navraaggeheugen) van informatie, en distributie van informatie naar meerdere bestemmingen (relaydistributieverzending) mogelijk met andere apparaten die F-codecommunicatie ondersteunen.
  • Pagina 590 FAX►F-CODECOMMUNICATIE GEBRUIKEN De werking van F-codes Een fax die met een F-code wordt verzonden, wordt ontvangen in het geheugenvak van F-codecommunicatie op het ontvangende apparaat dat is opgegeven door middel van de F-code (subadres en wachtwoord). Als de F-code die verzonden is door het verzendende apparaat niet overeenkomt met de F-code op de ontvangende apparaat, vindt er geen ontvangst plaats.
  • Pagina 591 FAX►F-CODECOMMUNICATIE GEBRUIKEN F-CODE BELLEN Wanneer u een F-codehandeling uitvoert, wordt de F-code (subadres en wachtwoord) toegevoegd aan het faxnummer dat wordt gekozen. Controleer de F-code (subadres en wachtwoord) die in het geheugenvak op het andere apparaat is opgeslagen voordat u een F-codeverzending verricht. Het is handig om een F-code (subadres en wachtwoord) samen met het faxnummer onder een snelkeuzetoets of groepstoets op te slaan.
  • Pagina 592 FAX►F-CODECOMMUNICATIE GEBRUIKEN F-CODES GEBRUIKEN VOOR VERTROUWELIJKE VERZENDING Verzend een fax naar het faxnummer van een bestemming nadat u de F-code (subadres en wachtwoord) hebt toegevoegd. Gebruik zo nodig Vertrouwelijke verzending met F-code in combinatie met distributieverzending of timerverzending. Het kan handig zijn om deze functie in een programma op te slaan.
  • Pagina 593 FAX►F-CODECOMMUNICATIE GEBRUIKEN Tik op de toets [Start]. Het scannen van het origineel start. • Als u de pagina's van het origineel in de documentinvoerlade hebt geplaatst, worden alle pagina's gescand. Er klinkt een pieptoon om aan te geven dat het scannen en verzenden is voltooid. •...
  • Pagina 594 FAX►F-CODECOMMUNICATIE GEBRUIKEN EEN FAX MET VERTROUWELIJKE F-CODEONTVANGST CONTROLEREN Wanneer een vertrouwelijke fax met F-code wordt ontvangen, wordt de fax opgeslagen in het geheugenvak dat door de F-code is opgegeven. Als u ontvangen faxen wilt controleren, voert u de PIN-code in. •...
  • Pagina 595 FAX►F-CODECOMMUNICATIE GEBRUIKEN Voer de PIN Code in met de cijfertoetsen. Ontvangen gegevens zijn opgeslagen. Voer PIN Code in met de 10-Key pad. Annuleren Let erop dat u de juiste PIN Code invoert. Als u een fout maakt, wordt een bericht getoond en keert u terug naar het invoerscherm.
  • Pagina 596 FAX►F-CODECOMMUNICATIE GEBRUIKEN NAVRAAGONTVANGST MET F-CODES Deze functie stelt het apparaat in staat een ander apparaat te bellen om te beginnen met de ontvangst van een fax die op het andere apparaat in een geheugenvak met F-code (navraaggeheugen) is opgeslagen. Tijdens de navraaghandeling moet uw apparaat de F-code (subadres en wachtwoord) die op het andere apparaat is geconfigureerd correct opgeven.
  • Pagina 597 FAX►F-CODECOMMUNICATIE GEBRUIKEN Tik op de toets [Overige] en op de toets [Navragen]. Op het pictogram verschijnt een vinkje. Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, tikt u op de toets [Vorige]. De instelling Navraag annuleren: Tik op de toets [Navragen] om het vinkje te verwijderen. Geef de bestemming op.
  • Pagina 598 FAX►F-CODECOMMUNICATIE GEBRUIKEN EEN DOCUMENT IN EEN GEHEUGENVAK SCANNEN VOOR NAVRAAGVERZENDING MET F-CODE Wanneer het apparaat van een ander apparaat een verzoek tot verzending ontvangt, verzendt deze functie van uw apparaat naar het andere apparaat een fax die opgeslagen is in een geheugenvak met F-code (navraaggeheugen). Het andere apparaat moet de F-code (subadres en wachtwoord) die op uw apparaat is geconfigureerd correct opgeven.
  • Pagina 599 FAX►F-CODECOMMUNICATIE GEBRUIKEN Plaats het origineel. Plaats het origineel in de documentinvoerlade van de automatische documentinvoereenheid of op de glasplaat. AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID (pagina 1-38) GLASPLAAT (pagina 1-44) Selecteer de instellingen voor het origineel dat moet worden gescand en eventueel andere functies. Programma, Timer, Transmissierapport, Navragen en Documentarchivering kunnen niet worden ingesteld.
  • Pagina 600 FAX►F-CODECOMMUNICATIE GEBRUIKEN Tik op [Aantal herhalingen wijzigen] in het actiescherm en stel het aantal navraagpogingen in. Om het origineel na verzending te wissen, tikt u op de toets [Eenmaal]. Om de verzending van een origineel te herhalen, tikt u op de toets [Onbeperkt]. Pas de instellingen aan. Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, tikt u achtereenvolgens op de toetsen en [Vorige].
  • Pagina 601 FAX►F-CODECOMMUNICATIE GEBRUIKEN DOCUMENT IN NAVRAAGGEHEUGENVAK MET F-CODE CONTROLEREN U kunt het in het navraaggeheugenvak met F-code opgeslagen document controleren. Een document in een geheugenvak kan niet worden afgedrukt terwijl het wordt verzonden. Bij de fabrieksinstelling wordt het document dat naar het andere apparaat is verzonden, automatisch verwijderd. Tik op de toets [Overige] en op de toets [Geheugenvak].
  • Pagina 602 FAX►F-CODECOMMUNICATIE GEBRUIKEN EEN DOCUMENT VERWIJDEREN DAT OPGESLAGEN IS VOOR NAVRAAGVERZENDING MET F-CODE Verwijder het in een geheugennavraagvak met F-code opgeslagen document om een nieuw document te kunnen opslaan. Tijdens de communicatie kan er geen origineel uit het geheugenvak worden verwijderd. Tik op de toets [Overige] en op de toets [Geheugenvak].
  • Pagina 603 FAX►F-CODECOMMUNICATIE GEBRUIKEN RELAYVERZOEKVERZENDING MET F-CODES Bij deze functie wordt een fax naar een geheugenvak voor relaydistributieverzending met F-code op een ander apparaat verzonden, waarna dat apparaat de fax naar meerdere ontvangende apparaten distribueert. Wanneer er een grote afstand is tussen uw apparaat en de ontvangende apparaten, kunt u de fax verzenden naar een relayapparaat dat zich dichterbij de ontvangende apparaten bevindt om zo de telefoonkosten terug te dringen.
  • Pagina 604 FAX►F-CODECOMMUNICATIE GEBRUIKEN Plaats het origineel. Plaats het origineel in de documentinvoerlade van de automatische documentinvoereenheid of op de glasplaat. AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID (pagina 1-38) GLASPLAAT (pagina 1-44) Geef de bestemming op. • EEN BESTEMMINGSNUMMER INVOEREN MET DE CIJFERTOETSEN (pagina 5-13) • EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN ADRESBOEK (pagina 5-14) •...
  • Pagina 605 FAX►F-CODECOMMUNICATIE GEBRUIKEN Tik op de toets [Start]. Het scannen begint. • Als u de pagina's van het origineel in de documentinvoerlade hebt geplaatst, worden alle pagina's gescand. Er klinkt een pieptoon om aan te geven dat het scannen en verzenden is voltooid. •...
  • Pagina 606 FAX►F-CODECOMMUNICATIE GEBRUIKEN RELAYDISTRIBUTIEVERZENDING MET F-CODES Wanneer uw apparaat een relayverzoekverzending ontvangt, wordt de fax ontvangen en opgeslagen in een geheugenvak voor relaydistributie met F-code op uw apparaat. Uw apparaat stuurt de fax vervolgens door naar alle doelapparaten die in het geheugenvak zijn geprogrammeerd. Verzending naar de doelapparaten vindt automatisch plaats.
  • Pagina 607 FAX►EEN EXTERNE TELEFOON GEBRUIKEN EEN EXTERNE TELEFOON GEBRUIKEN EEN EXTERNE TELEFOON AANSLUITEN EEN EXTERNE TELEFOON AANSLUITEN U kunt een extra telefoon op het apparaat aansluiten. De telefoon kan worden gebruikt voor telefoongesprekken en om faxontvangst op het apparaat te starten. Sluit de extra telefoon aan zoals hieronder wordt aangegeven.
  • Pagina 608 FAX►EEN EXTERNE TELEFOON GEBRUIKEN EEN FAX ONTVANGEN NADAT U DE EXTRA TELEFOON HEBT OPGENOMEN (EXTERNE ONTVANGST) Volg de onderstaande stappen als u een faxontvangst wil starten nadat u de telefoon hebt opgenomen en via de extra telefoon een gesprek hebt gevoerd. Druk op de extra telefoon op de knoppen [5], [*] en [*].
  • Pagina 609 FAX►EEN EXTERNE TELEFOON GEBRUIKEN Leg de hoorn weer neer. Het apparaat geeft een pieptoon af wanneer de ontvangst wordt beëindigd. TELEFOONGESPREKKEN VOEREN EN ONTVANGEN Op de extra telefoon kunt u gewoon gesprekken voeren. U kunt een telefoonnummer ook op het apparaat invoeren. 5-122...
  • Pagina 610 FAX►DE COMMUNICATIESTATUS CONTROLEREN DE COMMUNICATIESTATUS CONTROLEREN FAXOPDRACHTEN Wanneer u op de opdrachtstatusweergave tikt, worden de opdrachten in een lijst weergegeven. Tik op de faxopdrachtstatus, tik op de functieweergave en selecteer de fax. Raadpleeg de volgende items als u opdrachten wilt stoppen, wissen of met prioriteit wilt verwerken:. OPDRACHTEN IN UITVOERING OF GERESERVEERDE OPDRACHTEN STOPPEN OF VERWIJDEREN (pagina 2-65) GERESERVEERDE OPDRACHTEN MET PRIORITEIT VERWERKEN (pagina 2-66)
  • Pagina 611 FAX►DE COMMUNICATIESTATUS CONTROLEREN VOLTOOIDE OPDRACHTEN VOOR FAXVERZENDING/-ONTVANGST Een normale verzendingsopdracht wordt naar de opdrachtenlijst verplaatst wanneer verzending is voltooid. In het statusveld wordt dan 'Verzenden OK' weergegeven. Opdrachten voor ontvangen faxen, faxen via timerverzending, herhalingen, het doorsturen van een fax en andere faxopdrachten worden echter als volgt in het opdrachtstatusscherm weergegeven: Faxontvangstopdrachten Als er een fax wordt ontvangen, wordt 'Ontvangen' in het statusveld van de opdrachtwachtrij weergegeven.
  • Pagina 612 FAX►DE COMMUNICATIESTATUS CONTROLEREN BEELDVERZENDINGEN CONTROLEREN ACTIVITEITENRAPPORTEN BEELD VERZENDEN AFDRUKKEN U kunt het apparaat een logboek laten afdrukken van recente beeldverzendingsactiviteiten (datum, naam, naam andere partij, vereiste tijd, resultaat, enzovoort). Het Activiteitenrapport Beeld Verzenden bevat nuttige informatie over bijvoorbeeld het soort fouten dat zich heeft voorgedaan. De laatste 200 transacties worden in het rapport opgenomen.
  • Pagina 613 FAX►DE COMMUNICATIESTATUS CONTROLEREN Voorbeelden van berichten die in de statuskolom worden afgedrukt Afdrukpagina Beschrijving De transactie is normaal verlopen. De communicatie vond plaats in de modus G3. De communicatie vond plaats in de modus G3 ECM. De communicatie vond plaats in de modus Super G3. Doorsturen De ontvangen gegevens zijn doorgestuurd.
  • Pagina 614 SCANNER/ INTERNETFAX EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN MOBIEL VOORDAT U HET APPARAAT ALS ADRESBOEK ....... . . 6-46 NETWERKSCANNER GEBRUIKT EEN VERZENDLOGBOEK GEBRUIKEN OM OPNIEUW TE VERZENDEN .
  • Pagina 615 SCANNER/ INTERNETFAX EEN VERZENDING OP EEN OPGEGEVEN ANDERE FUNCTIES TIJDSTIP STARTEN (TIMER-VERZENDING) ..6-165 EEN HANDTEKENING TOEVOEGEN ALS U EEN SCANBEWERKINGEN OPSLAAN (PROGRAMMA) . . . 6-104 SCAN GAAT VERZENDEN (ELEKTRONISCHE ORIGINELEN COLLECTIEF SCANNEN EN HANDTEKENING).
  • Pagina 616 SCANNER/ INTERNETFAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT VOORDAT U HET APPARAAT ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT VOORDAT U HET APPARAAT ALS NETWERKSCANNER GAAT GEBRUIKEN TOEPASSINGEN VAN DE NETWERKSCANNER Met de netwerkscanner kunt u een afbeeldingsbestand maken op basis van de gegevens van het origineel dat is gescand door het apparaat en het bestand via een netwerk naar een pc, FTP-server of andere bestemming te verzenden.
  • Pagina 617 SCANNER/ INTERNETFAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT Gegevensinvoermodus Gegevens die in de modus Gegevensinvoer worden ingevoerd via het aanraakscherm of automatisch worden gegenereerd door het apparaat, kunnen als een metagegevensbestand in XML-indeling worden verzonden naar een directory op een FTP-server of een toepassing op een pc. De applicatie-integratiemodule moet worden geïnstalleerd om de functie voor verzending van metadata te gebruiken.
  • Pagina 618 SCANNER/ INTERNETFAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT Configureer de vereiste instellingen in de Instellingsmodus. Configureer serverinstellingen, standaardinstellingen voor de netwerkscanner en instellingen voor internetfaxen. • Serverinstellingen configureren: Selecteer in "Instellingen (beheerder)" [Systeeminstellingen] → [Netwerk- instellingen] → [Services instellingen]. (Be- heerdersrechten zijn vereist.) •...
  • Pagina 619 Als u een afbeelding naar uw computer wilt scannen, moet Network Scanner Tool Lite op uw computer worden uitgevoerd. Voor meer informatie over hoe u Network Scanner Tool Lite kunt verkrijgen en installeren raadpleegt u de volgende URL. https://global.sharp/products/copier/products/nst_lite/tips/index.html VOORDAT U NAAR EEN DIRECT SMTP-ADRES VERZENDT Het apparaat ondersteunt Direct SMTP, waarmee u rechtstreeks Internetfaxen binnen uw bedrijf kunt versturen zonder een mailserver te gebruiken.
  • Pagina 620 SCANNER/ INTERNETFAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT DE NETWERKSCANNERMODUS De netwerkscannermodus heeft twee modi: de eenvoudige modus en de normale modus. De eenvoudige modus bevat de functies waarmee u de meeste verzendtaken eenvoudig kunt uitvoeren. Wanneer u gedetailleerde instellingen of speciale functies wilt selecteren, gebruikt u de normale modus. In de normale modus kunnen alle functies worden gebruikt.
  • Pagina 621 SCANNER/ INTERNETFAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT Origineel Details Adres E-mailadres Lege pagina Origineel Resolutie Best.Indeling Overslaan Auto 200x200dpi Off Auto Kleur Voorbeeld- Recent Inst. weergave Start Start Jobs Kies de functie die u wilt gebruiken. De volgende functies kunnen in de eenvoudige modus worden ingesteld. •...
  • Pagina 622 SCANNER/ INTERNETFAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT NORMALE MODUS In de normale modus kunt u alle functies voor de netwerkscanner instellen. In dit gedeelte worden de toetsen in de basisschermen uitgelegd, waarbij het basisscherm E-mail als voorbeeld wordt gebruikt. Er zijn verschillende methoden beschikbaar in de modus Beeld verzenden, inclusief Scannen naar e-mail en Scannen naar FTP.
  • Pagina 623 SCANNER/ INTERNETFAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT VOLGORDE VAN BEELDVERZENDING Tik in het beginscherm op het pictogram voor de gewenste modus voor het verzenden van afbeeldingen. SCHAKELEN TUSSEN MODI (pagina 2-11) Plaats het origineel. Plaats het origineel in de documentinvoerlade van de automatische documentinvoereenheid of op de glasplaat.
  • Pagina 624 SCANNER/ INTERNETFAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT Selecteer de gewenste functies. Geef het formaat, de belichting, de bestandsindeling en overige instellingen voor het origineel op. Verwijs zo nodig naar de volgende functies voor de instelling. In de Eenvoudige modus In de Normale modus Adresboek Adres...
  • Pagina 625 SCANNER/ INTERNETFAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT Verzend het origineel. Tik op de toets [Z/W Start] of [Kleur Start] (de toets [Start] in de normale modus). • U kunt tikken op de toets [Voorbeeldweergave] voordat u tikt op de toets [Z/W Start] of de toets [Kleur Start] (de toets [Start] in de normale modus) om een voorbeeld van de afbeelding te controleren.
  • Pagina 626 SCANNER/ INTERNETFAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT ORIGINEELFORMAAT VERZENDBARE ORIGINEELFORMATEN Voor informatie over de origineelformaten die kunnen worden geladen, zie “AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID (pagina 1-38)” en “GLASPLAAT (pagina 1-44)”. HET FORMAAT VAN HET GEPLAATSTE ORIGINEEL Als een origineel met een standaardformaat wordt geplaatst, wordt het formaat automatisch gedetecteerd en weergegeven bij “Scanformaat”...
  • Pagina 627 SCANNER/ INTERNETFAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT ADRESBOEK U kunt "Contacten" en "Groep" opslaan in het adresboek. Voor een contactpersoon kunnen meerdere adressen worden opgeslagen, inclusief adressen voor fax, e-mail, Internetfax en directe SMTP. Als u adressen die zijn opgeslagen als "Contacten" registreert en direct ingevoerde adressen als "Groep" registreert, kunt u eenvoudig berichten verzenden naar meerdere bestemmingen door een groep op te geven.
  • Pagina 628 SCANNER/ INTERNETFAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT ADRESBOEKSCHERM Tik op de toets [Adresboek] in het basisscherm in de modi voor beeld verzenden, zoals Fax, E-mail of Internetfax, om het adresboek weer te geven. U kunt het adresboek ook weergeven door op het pictogram [Adresboek] in het beginscherm te tikken.
  • Pagina 629 SCANNER/ INTERNETFAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT "Contacten" of "Groep" kiezen Tik op een vermelding uit "Contacten" of "Groep" om "Contacten" of "Groep" te selecteren. Tik na de selectie op Raadpleeg de volgende stappen om "Contacten" en "Groep" toe te voegen. ADRESSEN OPSLAAN VIA DIRECTE INVOER (pagina 6-19) ADRESSEN OPSLAAN VIA GLOBAAL ADRES ZOEKEN (pagina 6-21) ADRESSEN OPSLAAN UIT VERZENDLOGBOEKEN VAN FAX OF AFBEELDING (pagina 6-23)
  • Pagina 630 SCANNER/ INTERNETFAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT Beperken op frequent gebruik Tik op de toets [Freq. Gebruik] om een adres te selecteren in het scherm dat wordt getoond. Adressen die zijn geregistreerd als "Freq. Gebruik" adressen worden weergegeven. Recente jobs Adres Sorteren Verzendgeschiedenis...
  • Pagina 631 SCANNER/ INTERNETFAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT Beperken op index Zoek op alfabet om de adressen te beperken. Tik bijvoorbeeld op "A" op de indexbalk om "Contacten" weer te geven die zijn opgeslagen met zoektekst die begint met "A". Recente jobs Adres Verzendgeschiedenis...
  • Pagina 632 SCANNER/ INTERNETFAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT ADRESSEN OPSLAAN VIA DIRECTE INVOER U kunt nieuwe namen en adressen in het adresboek opslaan door ze direct in te voeren. Tik op de toets [Toevoegen] in het actiepaneel van het adresboekscherm of tik op het pictogram [Adresbeheer] in het beginscherm.
  • Pagina 633 SCANNER/ INTERNETFAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT Tik op [Faxnummer], [E-mailadres], Ga naar registr. Contacten toevoegen Registr. Groep [Internet Faxadres] of [Adres van Naam directe SMTP], voer het adres in en tik Zoek Initiaal Nummer Registeer voor Category 0 Frequent Gebruik Globale Aantal...
  • Pagina 634 SCANNER/ INTERNETFAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT ADRESSEN OPSLAAN VIA GLOBAAL ADRES ZOEKEN U kunt de zoekresultaten van het globaal adresboek opslaan als nieuwe adressen in het adresboek. Globaal adres zoeken vereist een LDAP-server. Bestemmingsregistratie via Globaal adres zoeken uitschakelen Selecteer in "Instellingen (beheerder)"...
  • Pagina 635 SCANNER/ INTERNETFAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT Tik op de toets [Globale Ga naar registr. Contacten toevoegen Registr. Groep Zoekopdracht]. Naam Naam (verplicht) Zoek Initiaal Zoeken (Opt.) Nummer Registeer voor Category 0 Frequent Gebruik Globale Aantal Adressen Zoekopdracht Faxnummer E-mailadres Internet Faxadres Adres van directe SMTP...
  • Pagina 636 SCANNER/ INTERNETFAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT ADRESSEN OPSLAAN UIT VERZENDLOGBOEKEN VAN FAX OF AFBEELDING U voegt een adres dat u hebt ingevoerd via verzendbewerkingen van fax of afbeelding toe aan het adresboek als nieuwe registratie. FTP- en bureaubladadressen kunnen niet worden opgeslagen in het adresboek vanuit verzendlogboeken. Tik in de modus voor het verzenden van faxen of afbeeldingen op [Verzendgeschiedenis] in het actiescherm.
  • Pagina 637 SCANNER/ INTERNETFAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT Voer de belangrijkste gegevens in. Ga naar registr. Contacten toevoegen Registr. Groep Zorg dat u in ieder geval [Name] en [Initiaal] invoert. Doorg. registratie Naam Nieuwe Contacten Als u een categorie wilt opgeven, selecteert u een categorie Zoek Initiaal Nummer...
  • Pagina 638 SCANNER/ INTERNETFAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT GROEPEN OPSLAAN Registreer een "Groep"' door adressen te selecteren uit de adressen die al zijn opgeslagen als "Contacten". Bij deze registratie wordt alleen een verwijzing uitgevoerd naar reeds geregistreerde adressen en neemt het totaal aantal geregistreerde adressen (maximaal 6000) in het adresboek niet toe.
  • Pagina 639 SCANNER/ INTERNETFAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT In de lijst met contacten tikt u op de Selecteren uit adresboek Annuleren en terugkeren "Contacten" met het adres dat u wilt Toon Geregistreerde Sorteren Informatie toevoegen aan de "Groep" en tikt u op AAA AAA [Toon Geregistreerde Informatie] in CCC CCC...
  • Pagina 640 SCANNER/ INTERNETFAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT ADRESSEN IN HET ADRESBOEK BEWERKEN/VERWIJDEREN U kunt de informatie in de gegevens van "Contacten" of "Groep" in het adresboek bewerken of verwijderen, maar ook de adressen onder "Contacten" en "Groep". Contactpersonen en groepen bewerken/verwijderen In het scherm met het adresboek selecteert u een contact of groep die u wilt bewerken en tikt u vervolgens op [Bewerken] in het actiescherm.
  • Pagina 641 SCANNER/ INTERNETFAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT Adressen bewerken/verwijderen Selecteer een contact of groep die u wilt bewerken en tik vervolgens op [Bewerken] in het actiescherm. In het scherm met het adresboek selecteert u het contact of de groep met het adres dat u wilt bewerken en tikt u vervolgens op [Bewerken] in het actiescherm.
  • Pagina 642 SCANNER/ INTERNETFAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT HET BEREIK INSTELLEN VOOR PUBLICATIE VAN CONTACTPERSONEN EN GROEPEN "Contacten" en "Groep" die in het adresboek zijn opgeslagen, kunnen worden gedeeld binnen een opgegeven groep of opgeslagen als persoonlijke contactpersonen waar alleen u toegang toe hebt. Als er geen publiciteitsbereik is opgegeven, worden de opgeslagen "Contacten"...
  • Pagina 643 SCANNER/ INTERNETFAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT Tik op [Gebruik.] of [Groep] en geef op Geef openbaar adres aan Oproepen via Wissen voor wie het adres wordt gepubliceerd. gebruikersnummer Sorteren Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, tikt u op Index Gebruik.
  • Pagina 644 SCANNER/ INTERNETFAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT VERZENDGESCHIEDENIS WISSEN U kunt de verzendgeschiedenis van verzonden faxen en afbeeldingen wissen. De verzendgeschiedenis wordt in de normale modus gewist. Een geselecteerde geschiedenis wissen Tik op de geschiedenis die u wilt wissen. Tik in het scherm voor verzendlogboeken op [Verwijder de geselecteerde historie] in het actiescherm.
  • Pagina 645 SCANNER/ INTERNETFAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT EEN ADRESBOEK OP DE WEBPAGINA REGISTREREN Adresboek Verzendbestemmingen (contactpersonen), zoals faxadressen en Scannen naar E-mail-adressen, en groepen kunnen in het adresboek worden opgeslagen. In de instellingsmodus wordt de lijst met opgeslagen contactpersonen en groepen weergegeven.
  • Pagina 646 SCANNER/ INTERNETFAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT Item Beschrijving Internetfax Als u een nieuw adres wilt opslaan, selecteert u [Nieuw adres] en voert u het adres in het Internetfaxadres veld Adres in. Als u een adres wilt zoeken dat als globaal adres is opgeslagen, klikt u op deze knop en Globaal Adres Zoeken selecteert u het adres in de lijst.
  • Pagina 647 SCANNER/ INTERNETFAX►VOORDAT U HET APPARAAT ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT Item Beschrijving Bureaublad Als u een adres wilt toevoegen, selecteert u [Nieuw adres] en voert u het adres in bij Bureaubladbestemming [Hostnaam of IP-adres]. Poortnummer Voer het poortnummer van de bestemmingscomputer in. Procesdirectory Geef de directory op waarnaar de gegevens moeten worden verzonden.
  • Pagina 648 SCANNER/ INTERNETFAX►BESTEMMINGEN INVOEREN BESTEMMINGEN INVOEREN BESTEMMINGEN INVOEREN EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN ADRESBOEK Tik in het adresboekscherm op de snelkeuzetoets van een geregistreerde bestemming om de bestemming op te halen. U kunt zo nodig meerdere bestemmingen opslaan onder een snelkeuzetoets. Wanneer u op deze toets tikt, worden alle opgeslagen bestemmingen opgehaald.
  • Pagina 649 SCANNER/ INTERNETFAX►BESTEMMINGEN INVOEREN Tik op de snelkeuzetoets van een Adres contactpersoon of groep met een Sorteren bestemming. • De lijst met weergegeven bestemmingen kan worden ingekort op Categorie, veelgebruikt en index of door trefwoorden te gebruiken. (In de normale modus kunt u de lijst ook worden ingekort op Opdrachttype.) •...
  • Pagina 650 SCANNER/ INTERNETFAX►BESTEMMINGEN INVOEREN MIJN ADRES Mijn Adres is het eigen e-mailadres van de gebruiker en is het e-mailadres dat is geregistreerd in de gebruikerslijst. Mijn Adres kan worden gebruikt als inloggen met inlognaam/wachtwoord is ingeschakeld in gebruikersauthenticatie. Gebruik dit adres als u een gescande afbeelding naar uw eigen e-mailadres wilt verzenden. In de e-mailmodus verschijnt [Mijn adres zoeken] in het actiepaneel zodat u Mijn Adres onmiddellijk kunt vinden en gebruiken.
  • Pagina 651 SCANNER/ INTERNETFAX►BESTEMMINGEN INVOEREN EEN LIJST VAN DE GESELECTEERDE BESTEMMINGEN WEERGEVEN Als er meerdere bestemmingen zijn geselecteerd, kunt u de bestemmingen weergeven en controleren. U kunt ook een bestemming uit de lijst verwijderen (selectie van bestemming annuleren). Tik op de toets Adresoverzicht. In de Eenvoudige modus In de Normale modus Origineel...
  • Pagina 652 SCANNER/ INTERNETFAX►BESTEMMINGEN INVOEREN Opgegeven bestemmingen verwijderen Bij stap 2 van 'Een lijst van de geselecteerde bestemmingen weergeven' selecteert u de bestemming en tikt u op de toets [Wissen]. Alle Bestemm. Recente jobs Wijzig naar Cc aaaaaaaa Voorbeeld- weergave Start Wissen Info.
  • Pagina 653 SCANNER/ INTERNETFAX►BESTEMMINGEN INVOEREN EEN BESTEMMING OPHALEN VIA EEN ZOEKNUMMER U kunt het zoeknummer gebruiken om een bestemming op te geven die in het adresboek is opgeslagen. Tik op de toets [Details] om naar de normale modus te gaan. EENVOUDIGE MODUS (pagina 6-7) Tik in het actiescherm op Druk in om adres in te voeren Zoeken in alg.
  • Pagina 654 SCANNER/ INTERNETFAX►BESTEMMINGEN INVOEREN EEN ADRES HANDMATIG OPGEVEN Tik in het basisscherm van een modus op [Tekstvak]. Tik in het basisscherm van Internetfax op [Tekstvak] om het scherm weer te geven waarin u het adrestype wilt selecteren. Tik op de toets [Internetfax] of [Directe SMTP]. In de eenvoudige modus kan alleen het e-mailadres worden opgegeven.
  • Pagina 655 SCANNER/ INTERNETFAX►BESTEMMINGEN INVOEREN EEN NETWERKMAP OPGEVEN Tik op de toets [Bladeren] in het Adresinvoer scherm voor het invoeren van Padinvoer naar map netwerkmappen. Bladeren • Als u rechtstreeks een map wilt invoeren, tikt u op Gebruikersnaam [Maplocatie]. Het aanraaktoetsenbord wordt Wachtwoord weergegeven.
  • Pagina 656 SCANNER/ INTERNETFAX►BESTEMMINGEN INVOEREN EEN SUBMAP ALS BESTEMMING SELECTEREN Als er slechts één gedeelde map is geselecteerd als bestemming, tik dan op [Een submap selecteren] om de bestemming naar de submap te veranderen. • Als de bestemming naar een submap is veranderd, vindt e-mailverzending van de hyperlink niet plaats. •...
  • Pagina 657 SCANNER/ INTERNETFAX►BESTEMMINGEN INVOEREN EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN GLOBAAL ADRESBOEK Als een LDAP-server in de “Instellingen (webversie)” is geconfigureerd, kunt u een adres opzoeken in een globaal adresboek en het bestemmingsadres ophalen voor Scannen naar e-mail of Internetfax (uitgezonderd directe SMTP-adressen).
  • Pagina 658 SCANNER/ INTERNETFAX►BESTEMMINGEN INVOEREN Tik op bij [Item] en selecteer een Voer Initialen in Start Zoeken item dat u wilt zoeken bij [Naam] Item Doel LDAP_SERVER_1_123456789 Naam 012345678901234567890 of[Adres]. Voer Initiaal in en druk op Enter of extern toetsenbord of [Begin Zoekopdracht] knop. Hoe u moet zoeken Voer de zoektekens in (maximaal 64 tekens).
  • Pagina 659 SCANNER/ INTERNETFAX►BESTEMMINGEN INVOEREN EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN MOBIEL ADRESBOEK Als het apparaat en mobiele toestel verbonden zijn door Bluetooth, kunt u een bestemming uit het mobiele adresboek ophalen. Bestemmingen voor faxverzending en e-mailverzending kunnen worden opgehaald. • Het opgeroepen adresboek wordt niet opgeslagen in dit apparaat. •...
  • Pagina 660 SCANNER/ INTERNETFAX►BESTEMMINGEN INVOEREN Het te verbinden mobiele toestel Koppel uw apparaat met deze machine alstubelieft bedienen om het met het apparaat te via Bluetooth. Wanneer deze machine eerder met koppelen. uw apparaat gekoppeld was, verwijder het dan van uw apparaat en koppel het opnieuw. Apparaatnaam: AAA Toestelnaam van het apparaat wordt op het scherm weergegeven.
  • Pagina 661 SCANNER/ INTERNETFAX►BESTEMMINGEN INVOEREN EEN VERZENDLOGBOEK GEBRUIKEN OM OPNIEUW TE VERZENDEN Selecteer een bestemming in een verzendlogboek en verzend de gegevens opnieuw. De bestemmingen van de laatste vijftig verzendingen met Scannen naar e-mail, Internetfax (inclusief directe SMTP-adressen) en/of Faxen worden opgeslagen. Selecteer een van deze bestemmingen om opnieuw te verzenden naar die bestemming.
  • Pagina 662 SCANNER/ INTERNETFAX►BESTEMMINGEN INVOEREN Tik op de toets van de bestemming Verzendgeschiedenis waarnaar u opnieuw wilt verzenden. Selecteer adres om opnieuw te verzenden. De laatste 50 adressen die voor verzending zijn gebruikt, aaaaaaaa worden weergegeven. Als een scherm wordt weergegeven waarin u wordt gevraagd de gebruikersnaam en het wachtwoord in te voeren, voert u deze gegevens in.
  • Pagina 663 SCANNER/ INTERNETFAX►BESTEMMINGEN INVOEREN ENKEL DE URL VAN EEN GESCAND BESTAND NAAR EEN SCANBESTEMMING VERZENDEN Wanneer u Scannen naar e-mail gebruikt, kunnen sommige originelen en/of scaninstellingen resulteren in een groot bestand. Wanneer het bestand groot is, bestaat het risico dat de e-mailserver het bestand kan verwerpen en het niet zal worden verzonden.
  • Pagina 664 SCANNER/ INTERNETFAX►BESTEMMINGEN INVOEREN Enkel een URL verzenden naar de ontvanger Eenvoudige modus gebruiken Wanneer [Koppeling naar de bestemming verzenden' als standaard instellen] is ingeschakeld in de instellingen (beheerder), worden de gescande gegevens op de lokale schijf van het apparaat opgeslagen, en wordt URL-informatie naar de e-mailbestemming verzonden.
  • Pagina 665 SCANNER/ INTERNETFAX►BESTEMMINGEN INVOEREN • Om deze functie te gebruiken, moet [Instellingen Link naar Bestemming Verzenden] ingeschakeld zijn in de Systeeminstellingen (beheerder). • Deze functie kan niet worden gebruikt in combinatie met de verzending van metagegevens of het opnieuw verzenden vanuit document indienen. •...
  • Pagina 666 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN AFBEELDINGEN VERZENDEN AFBEELDINGEN VERZENDEN EEN BEELD IN SCANMODUS VERZENDEN U kunt een afbeelding verzenden in de scanmodus (Scannen naar e-mail, Scannen naar FTP, Scannen naar bureaublad en Scannen naar netwerkmap). • Als het geheugen vol raakt tijdens het scannen van de originelen, wordt een bericht getoond en stopt het scannen. •...
  • Pagina 667 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN Geef de bestemming op. EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN ADRESBOEK (pagina 6-35) EEN LIJST VAN DE GESELECTEERDE BESTEMMINGEN WEERGEVEN (pagina 6-38) EEN BESTEMMING OPHALEN VIA EEN ZOEKNUMMER (pagina 6-40) EEN ADRES HANDMATIG OPGEVEN (pagina 6-41) EEN NETWERKMAP OPGEVEN (pagina 6-42) EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN GLOBAAL ADRESBOEK (pagina 6-44) EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN MOBIEL ADRESBOEK (pagina 6-46) EEN VERZENDLOGBOEK GEBRUIKEN OM OPNIEUW TE VERZENDEN (pagina 6-48)
  • Pagina 668 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN Tik op de toets voor de gewenste afdrukstand. Oriëntatie Origineel Afbeelding Formaat Geef de afdrukstand op van het origineel dat u in stap 1 hebt Auto geplaatst. Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, Duplex configureren tikt u op 1-Zijdig...
  • Pagina 669 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN Als het origineel op de glasplaat is geplaatst, plaatst u het volgende origineel en tikt u op de toets [Z/W Start] of [Kleur Start]. Herhaal dit tot alle originelen zijn gescand. Tik op de toets [Lezen Klaar]. Er klinkt een pieptoon ten teken dat de bewerking is voltooid.
  • Pagina 670 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN ONDERWERP, BESTANDSNAAM, ANTWOORD NAAR EN PLATTE TEKST OP HET MOMENT VAN SCANVERZENDING WIJZIGEN Wijzig onderwerp, bestandsnaam, antwoord naar en inhoud tijdens het verzenden van een scan. U kunt de tekst direct invoeren. • Bij Scannen naar FTP, Scannen naar bureaublad of Scannen naar netwerkmap wordt alleen de bestandsnaam gebruikt. •...
  • Pagina 671 • Als, in [OCR Instelling], [Auto-extract Dossiernaam] ingeschakeld is, zal "Auto-extract Dossiernaam" worden getoond. (In de BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/ BP-50C55/BP-50C65/BP-55C26 is de OCR-uitbreidingskit is vereist.) Als u naar een gedeelde map scant en de bestandsnaam die u opgeeft identiek is aan de naam van een bestand dat al in de map staat, wordt de bestandsnaam gewijzigd om te voorkomen dat het bestaande bestand wordt overschreven.
  • Pagina 672 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN Als u het antwoordadres wilt wijzigen, Druk in om adres in te voeren Adresboek Adres tikt u op het invoervak [Antwoord Onderwerp naar]. Bestandsnaam Door systeeminstellingen vastgezet Antwoord naar Inhoud Beantwoorden' toevoegen aan Cc Origineel Opties Scanformaat Verzendformaat Belichting 100%...
  • Pagina 673 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN Typ de tekst. Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, Invoer inhoud tikt u op Voorkeurselec. Alles wissen • Als u vooraf opgestelde tekst wilt selecteren die is opgeslagen in de instellingsmodus (webversie), tikt u op de toets [Voorkeurselec.].
  • Pagina 674 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN EEN FAX VERZENDEN IN DE INTERNETFAXMODUS Hiermee wordt een fax in de Internetfaxmodus verzonden. Deze procedure kan ook worden gebruikt voor directe verzending via Directe SMTP. • Als het geheugen vol raakt tijdens het scannen van de originelen, wordt een bericht getoond en stopt het scannen. •...
  • Pagina 675 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN Tik op de modusweergave om het beginscherm van de Internetfaxmodus te openen. EEN NETWERKSCANNERMODUS SELECTEREN (pagina 6-9) Geef de bestemming op. EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN ADRESBOEK (pagina 6-35) EEN LIJST VAN DE GESELECTEERDE BESTEMMINGEN WEERGEVEN (pagina 6-38) EEN BESTEMMING OPHALEN VIA EEN ZOEKNUMMER (pagina 6-40) EEN ADRES HANDMATIG OPGEVEN (pagina 6-41) EEN NETWERKMAP OPGEVEN (pagina 6-42)
  • Pagina 676 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN Tik op de toets [Start] om het scannen van het origineel te starten. • Als het origineel op de glasplaat is gelegd, wordt de toets [Lezen Klaar] in het aanraakscherm getoond. Als het origineel uit slechts één pagina bestaat, gaat u verder met stap 8. Ga naar de volgende stap als u meer pagina's wilt scannen.
  • Pagina 677 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN ONDERWERP, BESTANDSNAAM EN INHOUD OP HET MOMENT VAN VERZENDING VAN EEN INTERNETFAX WIJZIGEN Wijzig het onderwerp, de bestandsnaam en de inhoud bij het verzenden van een internetfax. U kunt de tekst direct invoeren. Configureer een bestandsnaam en overige instellingen voor een internetfax met de verzendinstellingen van de overige functies.
  • Pagina 678 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN Tik op een voorkeurtekst-toets. Onderwerp Wissen Directe Invoer No.1 No.2 No.3 No.4 No.5 De selectie van het onderwerp annuleren: Tik op de toets [Wissen]. Als u de tekst rechtstreeks wilt invoeren, tikt u op de toets [Directe Invoer] om het aanraaktoetsenbord te openen. Voer het onderwerp in en tik op de toets [OK] .
  • Pagina 679 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN Als u de inhoud wilt wijzigen, tikt u op het invoervak [Inhoud]. Typ de tekst. Invoer inhoud Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, Voorkeurselec. Alles wissen tikt u op • Als u vooraf opgestelde tekst wilt selecteren die is opgeslagen in de instellingsmodus (webversie), tikt u op de toets [Voorkeurselec.].
  • Pagina 680 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN DEZELFDE AFBEELDING NAAR MEERDERE BESTEMMINGEN VERZENDEN (DISTRIBUTIEVERZENDING) Verzend dezelfde gescande afbeelding in één bewerking naar meerdere bestemmingen van scan-, internetfax- en faxmodi. Tijdens een bewerking kunt u gegevens verzenden naar maximaal 500 bestemmingen, inclusief gereserveerde verzendopdrachten. (Bijvoorbeeld als er al distributieverzendopdrachten met 450 bestemmingen zijn gereserveerd, kunt u naar maximaal 50 bestemmingen gegevens verzenden.) Transactie Originelen...
  • Pagina 681 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN • Als het selectievakje bij “Instellingen (beheerder)” -[Systeeminstellingen] → [Instellingen Beeld Verzenden] → [Algemene instellingen] → [VoorwaardeInstellingen] → [Standaardselectie adresboek] → [Alleen adressen van verzendmodi toepassen] op staat (fabrieksinstelling), wordt de afbeelding alleen naar de bestemmingen verzonden die zijn ingesteld op [Instellen als standaard gebruikt] voor de huidige modus.
  • Pagina 682 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN Plaats het origineel. Plaats het origineel in de documentinvoerlade van de automatische documentinvoereenheid of op de glasplaat. AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID (pagina 1-38) GLASPLAAT (pagina 1-44) Geef alle bestemmingen op. EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN ADRESBOEK (pagina 6-35) EEN LIJST VAN DE GESELECTEERDE BESTEMMINGEN WEERGEVEN (pagina 6-38) EEN BESTEMMING OPHALEN VIA EEN ZOEKNUMMER (pagina 6-40) EEN ADRES HANDMATIG OPGEVEN (pagina 6-41) EEN NETWERKMAP OPGEVEN (pagina 6-42)
  • Pagina 683 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN Bevestig de bestemming. Alle Bestemm. aaaaaaaa • Een opgegeven bestemming annuleren: Tik op de toets van de bestemming die u wilt annuleren om de selectie op te heffen. • Het type levering wijzigen (Aan/Cc/Bcc): Tik op het adres dat u wilt wijzigen en tik op [Wijzig naar Naar], [Wijzig naar Cc] of [Wijzig naar Bcc] in het actiepaneel. Tik op de toets [Z/W Start] of [Kleur Start] (de toets [Start] in de normale modus) om het scannen van het origineel te starten.
  • Pagina 684 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN INSTELLINGSMODI WANNEER MEERDERE SOORTEN ADRESSEN IN EEN DISTRIBUTIEVERZENDING ZIJN OPGENOMEN In dit gedeelte worden de instellingen uitgelegd waarmee u rekening moet houden als meerdere soorten adressen worden opgenomen in een distributieverzending. Wanneer een distributieverzending een combinatie van adressoorten bevat (bijvoorbeeld bestemmingen voor de scanmodus en internetfaxmodus), worden de instellingen ingeschakeld voor alle adressen, ongeacht het modusscherm waarin deze zijn geconfigureerd.
  • Pagina 685 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN Als internetfaxadressen inbegrepen zijn Als er bij de bestemmingen internetfaxadressen zijn, gelden de volgende beperkingen. Kleurmodus Vast ingesteld op zwart-wit binair. Bestandsindeling Vast ingesteld op TIFF. (modus voor bestandscompressie) Kopieën De verzending wordt uitgevoerd naar alle adressen met dezelfde beeldbreedte als internetfax. Aanpassing Kan niet worden ingesteld.
  • Pagina 686 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN OPNIEUW VERZENDEN NAAR DISTRIBUTIEBESTEMMINGEN WAARBIJ DE VERBINDING IS MISLUKT De resultaten van een voltooide distributieverzending kunnen worden gecontroleerd in het opdrachtstatusscherm. Als een verzending naar een of meer bestemmingen mislukt, kunt u de afbeelding opnieuw verzenden naar deze bestemmingen.
  • Pagina 687 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN Nadat u op de tab [Mislukt] hebt getikt, Opn.verz. naar alle adr. Details met fouten tijdens verz. tikt u op de toets [Opn.verz. naar alle Vorige Nummer: Adres Starttijd Status adr. met fouten tijdens verz.] in het 10:05 07/07 aaa@aaa.□□□...
  • Pagina 688 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN EEN INTERNETFAX VANAF EEN PC VERZENDEN (PC-I-FAX) Een bestand op een computer kan via het apparaat als een fax worden verzonden (PC-I-Fax-functie). Verzending van faxen via de functie PC-I-Fax verloopt op dezelfde wijze als het afdrukken van documenten. Selecteer de driver van PC-Fax als printerdriver voor de computer en selecteer vervolgens de opdracht Afdrukken in de applicatie.
  • Pagina 689 De instellingen voor dubbelzijdig scannen worden gewist wanneer de verzending is voltooid. • 2-zijdig scannen is niet mogelijk als het origineelformaat is ingesteld op Lang Form. • Op de BP-60C31/BP-60C36/BP-60C45/BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45 is dubbelzijdig scannen niet mogelijk als er originelen met verschillende breedtes worden gescand.
  • Pagina 690 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN Tik op de toets [Stand afbeelding] met Origineel Original Oriëntatie dezelfde afdrukstand als het origineel. Formaat Afbeelding Image Orientation Auto Auto Als deze instelling niet juist is, wordt er mogelijk geen geschikte beeld verzonden. Duplex configureren Duplex Setup Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, Long Size Boek...
  • Pagina 691 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN SCANFORMAAT EN VERZENDFORMAAT (VERGROTEN/VERKLEINEN) Wanneer het origineel wordt geplaatst, wordt het formaat ervan automatisch gedetecteerd. In de normale modus wordt het formaat van het geplaatste origineel aangegeven als het “Scanformaat” en het te verzenden formaat als het “Verzendformaat”. Druk in om adres in te voeren Adresboek Adres...
  • Pagina 692 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN HET SCANFORMAAT VAN HET ORIGINEEL IN PAPIERFORMAAT OPGEVEN Als het origineel een niet-standaardformaat heeft of het formaat niet juist wordt gedetecteerd, geeft u het formaat van het origineel handmatig op. Als [Lang Form.] is geselecteerd, kunnen de 2-zijdige scaninstelling en het verzendformaat niet worden gewijzigd. Het beeld wordt alleen in Mono2 verzonden.
  • Pagina 693 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN In de Normale modus Tik op de toets [Details] om naar de normale modus te gaan. EENVOUDIGE MODUS (pagina 6-7) Nadat u op de toets [Origineel] hebt Origineel getikt, tikt u op de toets [Scanformaat]. Scanformaat Verzendformaat 100% Auto Auto...
  • Pagina 694 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN HET SCANFORMAAT VAN HET ORIGINEEL MET GETALSWAARDEN OPGEVEN Als u een origineel wilt scannen dat geen standaardformaat heeft, zoals een kaart of briefkaart, geeft u het formaat van het origineel na het plaatsen van het origineel met numerieke waarden op. De breedte kan 25 mm t/m 432 mm (1"...
  • Pagina 695 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN Geef het formaat van het origineel op. (25 ~ 432) • Tik op de gebieden die breedte- en hoogteformaten weergeven en voer het formaat met de cijfertoetsen in. • Het is handig om ( ) te gebruiken om het ingevoerde formaat fijn af te stellen. Druk tweemaal op [OK].
  • Pagina 696 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN In de Normale modus Tik op de toets [Details] om naar de normale modus te gaan. EENVOUDIGE MODUS (pagina 6-7) Tik op de toets [Origineel]. Nadat u op de toets 'Scanformaat' hebt getikt, tikt u op de toets [Directe Invoer].
  • Pagina 697 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN VAAK GEBRUIKTE ORIGINEELFORMATEN OPSLAAN Sla de veelgebruikte niet-standaard origineelformaten op. In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u niet-standaard origineelformaten opslaat, ophaalt, wijzigt en wist. • Het opgeslagen origineelformaat blijft behouden, ook als het apparaat wordt uitgeschakeld. • U kunt maximaal 12 niet-standaard origineelformaten registreren voor kopiëren, faxen en het verzenden van afbeeldingen. •...
  • Pagina 698 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN Tik op een toets ( ) om een Scanformaat extra origineelformaat op te slaan. Opslaan/Verwijderen Select. formaattoets om aangep. orig. formaat op te slaan/te verwijderen. Tik op een toets die geen formaat aangeeft. Een eerder opgeslagen toets veranderen of verwijderen: Tik op de toets die u wilt veranderen of verwijderen.
  • Pagina 699 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN Een opgeslagen origineelformaat ophalen In de Eenvoudige modus Tik op de toets [Origineel]. Tik op de toets [Automatisch]. Origineel Oriëntatie Formaat Afbeelding Auto Duplex configureren Boek 1-Zijdig Tablet Tik op de toets [Aangepast Formaat]. Formaat Origineel Auto KA9924 Directe Invoer Aangepast...
  • Pagina 700 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN In de Normale modus Tik op de toets [Detail] om naar de normale modus te gaan. EENVOUDIGE MODUS (pagina 6-7) Tik op de toets [Origineel]. Tik op de toets [Scanformaat] en op vervolgens op de tab [Aangepast Formaat].
  • Pagina 701 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN HET VERZENDFORMAAT VAN DE AFBEELDING OPGEVEN Tik op deze toets om het verzendformaat op te geven als een papierformaat. Als het opgegeven verzendformaat groter is dan het scanformaat, zal het beeld worden vergroot. Als het opgegeven verzendformaat kleiner is dan het scanformaat, zal het beeld worden verkleind.
  • Pagina 702 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN Tik op de toets [Stand afbeelding] met dezelfde afdrukstand als het origineel. Origineel Als deze instelling niet juist is, wordt er mogelijk geen Scanformaat Verzendformaat 100% geschikte beeld verzonden. Wanneer u klaar bent met het Auto Auto invoeren van de instellingen, tikt u op 2-Zijdig Afdrukstand...
  • Pagina 703 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN BELICHTING EN TYPE ORIGINEEL BEELD WIJZIGEN Selecteer een belichting en afbeeldingstype op basis van het origineel voor een optimale scankwaliteit. • Als u de glasplaat gebruikt voor het scannen van meerdere origineelpagina's, moet u altijd de belichtingsinstelling wijzigen bij het wisselen van pagina's.
  • Pagina 704 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN In de scanmodus of de gegevensinvoermodus Tik op de toets [Details] om naar de normale modus te gaan. EENVOUDIGE MODUS (pagina 6-7) Tik op de toets [Belichting]. Tik op de toets die is toegewezen aan het type origineel dat u wilt instellen op basis van het type origineel.
  • Pagina 705 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN DE RESOLUTIE WIJZIGEN Geef de resolutie-instelling op. De resolutie selecteren Voor originelen met normale tekst is een resolutie van 200 x 200 dpi voldoende voor een leesbare afbeelding. Voor foto's en illustraties levert een hogere resolutie (600 x 600 dpi, enzovoort) een scherpe afbeelding op. Een hoge resolutie resulteert echter in een groter bestand en als het bestand te groot is, is verzending wellicht niet mogelijk.
  • Pagina 706 PPTX Als PDF (inclusief versleuteling en hoge compressie) is geselecteerd voor de bestandsindeling, kan de bestandsgrootte verkleind worden met flate-compressie. Op de BP-55C26/BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65 verschijnt dit enkel wanneer de Uitgebreide compressiekit geïnstalleerd is. Verschijnt enkel op de BP-55C26/BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65. Verschijnt enkel wanneer de Uitgebreide compressiekit geïnstalleerd is en de OCR-uitbreidingskit niet geïnstalleerd is.
  • Pagina 707 • De staat van het origineel kan ertoe leiden dat de OCR-functie sommige tekens en beelden niet goed kan lezen. Dat kan leiden tot ontbrekende of onjuiste gegevens.* • Er is geen garantie dan de OCR-functie alle tekens, beelden en andere gegevens van het gescande origineel foutloos kan reproduceren.* * Op de BP-55C26/BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65 is de OCR-uitbreidingskit vereist. 6-94...
  • Pagina 708 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN Flate-compressie Deze functie verkleint het PDF-bestand nog een beetje met een compressiemethode zonder gegevensverlies nadat het door JPEG-compressie gecomprimeerd is. Deze compressie werkt beter als de gegevens veel effen kleuren bevatten. Bij het verzenden van een PDF-bestand kan flate-compressie voor een grotere vermindering van de bestandsgrootte zorgen dan conventionele methoden.
  • Pagina 709 Tik op de toets voor het gewenste bestandstype. Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, tikt u op Wanneer de OCR-uitbreidingskit niet is geïnstalleerd op de BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/ BP-50C55/BP-50C65/BP-55C26, of wanneer [Uitschakeling van OCR] is ingesteld in de systeeminstellingen.
  • Pagina 710 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN • Deze procedure kan niet worden gebruikt als [Uitschakeling van OCR] is ingesteld in de systeeminstellingen. Ga door met de volgende stap. • Als "Lang Form." is geselecteerd voor het origineel, kan [OCR] niet gebruikt worden. • Selecteer de scantaal en de taalinstellingen. U kunt de volgende talen selecteren. Japans, Engels, Spaans, Frans, Duits, Italiaans, Nederlands, Zweeds, Noors, Fins, Deens, Hongaars, Tsjechisch, Pools, Russisch, Grieks, Portugees, Turks, Slovaaks, Catalaans, Chinees vereenvoudigd, Traditioneel Chinees, Koreaa.
  • Pagina 711 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN Tik op de toets voor het gewenste bestandstype. Wanneer de OCR-uitbreidingskit niet is geïnstalleerd op de BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/ BP-50C55/BP-50C65/BP-55C26, of wanneer [Uitschakeling van OCR] is ingesteld in de systeeminstellingen. Als de toets [Z/W] is geselecteerd Als de toets [Kleur/grijstinten] is geselecteerd Best.Indeling...
  • Pagina 712 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN Tik op de toets Compressie of Comprimeringsfactor. Wanneer de OCR-uitbreidingskit niet is geïnstalleerd op de BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/ BP-50C55/BP-50C65/BP-55C26, of wanneer [Uitschakeling van OCR] is ingesteld in de systeeminstellingen. Als de toets [Z/W] is geselecteerd Als de toets [Kleur/grijstinten] is geselecteerd Best.Indeling...
  • Pagina 713 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN INDELING WIJZIGEN IN DE INTERNETFAXMODUS Het formaat voor de internetfaxmodus wordt in de systeeminstellingen ingesteld. Internetfaxinstellingen (pagina 9-123) ► KLEURMODUS WIJZIGEN Wijzig de kleurmodus voor het scannen van originelen. In de Eenvoudige modus Tik op de toets [Z/W Start] of [Kleur Start] als u het origineel gaat scannen. Als u de instellingen wilt opgeven voor de verschillende toetsen, selecteert u “Instellingen (beheerder)”...
  • Pagina 714 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN Tik op de toets [Details] om naar de normale modus te gaan. EENVOUDIGE MODUS (pagina 6-7) Tik op de toets [Kleurmodus]. Tik op de toets voor de gewenste Kleurmodus kleurmodus voor het origineel. E-mail Auto Grijstinten Meerkleuren Mono Grijstinten Z/w-modus sel.
  • Pagina 715 • Automatisch de compressiefactor detecteren In de instellingsmodus kan elke ingestelde waarde/parameter worden gewijzigd. *1 Bij gebruik van de BP-60C31/BP-60C36/BP-60C45/BP-70C31/BP-70C36/BP-70C45/BP-70C55/BP-70C65, of de BP-55C26/BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45 met de OCR-uitbreidingskit geïnstalleerd en de OCR-functie ingeschakeld. *2 Bij gebruik van de automatische documentinvoereenheid met BP-55C26/BP-70C31/BP-70C36/BP-70C45/BP-70C55/BP-70C65. Bij gebruik van de BP-55C26 is de OCR-uitbrei- dingskit geïnstalleerd.
  • Pagina 716 SCANNER/ INTERNETFAX►AFBEELDINGEN VERZENDEN HET TE VERZENDEN BEELD CONTROLEREN Controleer de afbeelding vóór verzending op het aanraakscherm. U kunt op de toets [Voorbeeldweergave] tikken om een voorbeeld van de afbeelding te controleren voordat u een afbeelding verstuurt. U kunt de belichting en resolutie voor de scan aanpassen wanneer u deze in het voorbeeldscherm controleert, zodat u een origineel van betere kwaliteit naar de bestemming kunt verzenden.
  • Pagina 717 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES ANDERE FUNCTIES Faxmodusdetailwaarschuwingen voor functies zoals N-Up afdrukken die dezelfde werkingsprocedures als faxmodus hebben. SCANBEWERKINGEN OPSLAAN (PROGRAMMA) Met deze functie worden diverse instellingen gezamenlijk opgeslagen als één programma. Het opgeslagen programma kan eenvoudig worden opgeroepen. Stel dat elke maand documenten van A4-formaat (8-1/2" x 11") naar een bestand worden gescand en naar elk filiaal worden verzonden.
  • Pagina 718 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES • De in een programma opgeslagen instellingen worden vastgehouden, ook nadat het programma is gebruikt voor verzending. Dezelfde instellingen kunnen herhaaldelijk worden gebruikt voor verzending. • De volgende inhoud kan niet worden opgeslagen in programma's: • Snelbestand •...
  • Pagina 719 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Tik op de toets [Details] om naar de normale modus te gaan. EENVOUDIGE MODUS (pagina 6-7) Plaats het origineel en tik op de toets [Programma oproepen] in het actiepaneel. Plaats het origineel op basis van de opgeslagen functie in het programma in de documentinvoerlade van de automatische documentinvoereenheid of op de glasplaat.
  • Pagina 720 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES ORIGINELEN COLLECTIEF SCANNEN EN VERZENDEN TWEE PAGINA'S ALS ÉÉN PAGINA VERZENDEN (N-UP) Verklein twee origineelpagina's tot gelijk formaat en verzend deze als één pagina. Deze functie is handig als u een groot aantal originelen hebt en het aantal verzonden pagina's wilt terugdringen. Voor het standaardformaat (A4 (8-1/2"...
  • Pagina 721 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Geef de bestemming op. EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN ADRESBOEK (pagina 6-35) EEN LIJST VAN DE GESELECTEERDE BESTEMMINGEN WEERGEVEN (pagina 6-38) EEN BESTEMMING OPHALEN VIA EEN ZOEKNUMMER (pagina 6-40) EEN ADRES HANDMATIG OPGEVEN (pagina 6-41) EEN NETWERKMAP OPGEVEN (pagina 6-42) EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN GLOBAAL ADRESBOEK (pagina 6-44) EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN MOBIEL ADRESBOEK (pagina 6-46) EEN VERZENDLOGBOEK GEBRUIKEN OM OPNIEUW TE VERZENDEN (pagina 6-48)
  • Pagina 722 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Tik op de toets [Start] om het scannen van het origineel te starten. • Als u de pagina's van het origineel in de documentinvoerlade hebt geplaatst, worden alle pagina's gescand. Er klinkt een pieptoon om aan te geven dat het scannen en verzenden is voltooid. •...
  • Pagina 723 Drie Verschillende Breedtes kan niet worden geselecteerd op BP-55C26/BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/ BP-50C65/BP-60C31/BP-60C36/BP-60C45. • Op de BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65 kan tweezijdig scannen niet worden gebruikt bij het scannen van originelen met verschillende breedtes zoals hierboven. • Scannen met verschillende breedtes is niet mogelijk wanneer “Instellingen (beheerder)” - [Systeeminstellingen] →...
  • Pagina 724 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Plaats het origineel in de documentinvoerlade van de automatische documentinvoereenheid. Plaats de originelen met de hoeken op elkaar uitgelijnd in de A3(11" x 17") linkerachterhoek van de documentinvoerlade. B4(8-1/2" x 14") Wanneer u in faxmodus bent, ga dan naar stap 3 na het voltooien van deze procedure.
  • Pagina 725 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Tik op de toets [Orig. met gemengd formaat]. Tik anders op de toets [Overige] en vervolgens op de toets [Orig. met gemengd formaat]. Op het pictogram verschijnt een vinkje. Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, tikt u op de toets [Vorige]. Bij originelen met verschillende formaten stelt u 'Origineel' in op 'Auto'.
  • Pagina 726 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES BEIDE ZIJDEN VAN EEN KAART OP ÉÉN PAGINA SCANNEN (KAART FORMAAT) Verzend de voor- en achterzijde van een kaart als één pagina. U hoeft dan niet elke zijde afzonderlijk te verzenden. Verzonden afbeelding Originelen Transactie Voorkant Voorbeeld van het verzenden van een scan met het formaat 8-1/2"...
  • Pagina 727 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Geef de bestemming op. EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN ADRESBOEK (pagina 6-35) EEN LIJST VAN DE GESELECTEERDE BESTEMMINGEN WEERGEVEN (pagina 6-38) EEN BESTEMMING OPHALEN VIA EEN ZOEKNUMMER (pagina 6-40) EEN ADRES HANDMATIG OPGEVEN (pagina 6-41) EEN NETWERKMAP OPGEVEN (pagina 6-42) EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN GLOBAAL ADRESBOEK (pagina 6-44) EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN MOBIEL ADRESBOEK (pagina 5-21) EEN VERZENDLOGBOEK GEBRUIKEN OM OPNIEUW TE VERZENDEN (pagina 6-48)
  • Pagina 728 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Tik op de toets [Start] en scan de voorzijde. Plaats een kaart met de voorzijde naar boven op de glasplaat en tik op de toets [Start] om de achterzijde te scannen. Voordat u de achterkant van de kaart scant, kunt u op de toets [Wijzig instel.] in het aanraakscherm tikken om de belichting te wijzigen.
  • Pagina 729 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES MEERDERE KAARTEN, BONNEN OF ANDERE KLEINE ORIGINELEN TEGELIJKERTIJD SCANNEN NAAR AFZONDERLIJKE BESTANDEN (MULTICROP) Met deze functie worden meerdere kaarten, bonnen of andere kleine originelen die op de glasplaat zijn geplaatst automatisch afgesneden en als afzonderlijke bestanden gescand. •...
  • Pagina 730 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Plaats de originelen die u wilt scannen op de glasplaat. GLASPLAAT (pagina 1-44) Houd daarbij rekening met de volgende punten • Er kunnen maximaal 50 originelen tegelijkertijd worden geplaatst. • Zorg voor een ruimte van minimaal 5 mm tussen de originelen. •...
  • Pagina 731 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Tik op de toets [Overige] en op de toets [Multicrop]. Op het pictogram verschijnt een vinkje. Nadat u de instelling hebt geconfigureerd, tikt u op de toets [Vorige]. Wanneer het tellen van originelen is ingeschakeld, wordt tijdens het scannen het aantal gescande originelen weergegeven.
  • Pagina 732 • Als [Uitschakeling van OCR] is ingesteld in de systeeminstellingen, kan deze functie niet worden gebruikt, zelfs als de OCR-uitbreidingskit is geïnstalleerd in BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65/BP-55C26. Voor andere modellen kan Een visitekaartje scannen worden gebruikt, maar enkel de afbeelding zal worden gescand en de informatie op het visitekaartje zal niet worden gescand.
  • Pagina 733 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Plaats de meerdere visitekaartjes die u wilt scannen in de documentinvoerlade van de automatische documentinvoereenheid of op de glasplaat. Met de BP-55C26/BP-70C31/BP-70C36/BP-70C45/BP-70C55/BP-70C65 kunt u visitekaartjes scannen door ze in de automatische documentinvoereenheid te plaatsen. AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID (pagina 1-38) GLASPLAAT (pagina 1-44) •...
  • Pagina 734 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Geef de bestemming op. EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN ADRESBOEK (pagina 6-35) EEN LIJST VAN DE GESELECTEERDE BESTEMMINGEN WEERGEVEN (pagina 6-38) EEN BESTEMMING OPHALEN VIA EEN ZOEKNUMMER (pagina 6-40) EEN ADRES HANDMATIG OPGEVEN (pagina 6-41) EEN NETWERKMAP OPGEVEN (pagina 6-42) EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN GLOBAAL ADRESBOEK (pagina 6-44) EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN MOBIEL ADRESBOEK (pagina 6-46) EEN VERZENDLOGBOEK GEBRUIKEN OM OPNIEUW TE VERZENDEN (pagina 6-48)
  • Pagina 735 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Tik op de toets [Start] om het scannen van de originelen te starten. Wanneer het scannen is voltooid, plaatst u de volgende groep originelen en tikt u op de toets [Start]. Herhaal bovenstaande stap tot u alle originelen hebt gescand, en tik vervolgens op de toets [Read-End]. Als het verzenden is voltooid, hoort u een geluidssignaal.
  • Pagina 736 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Bestandsnamen De gebruiker kan elke bestandsnaam toewijzen aan een bestand. Als [Gebruik de gehele naam als bestandsnaam] is ingeschakeld, kan de naam op een gescand visitekaartje worden toegewezen als bestandsnaam. Als u geen bestandsnaam instelt, wijst het apparaat een automatisch aangemaakte bestandsnaam toe. Regels voor bestandsnamen Bestandsnamen worden als volgt toegewezen in elke instelling.
  • Pagina 737 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES MEERDERE FOTO’S TEGELIJKERTIJD NAAR INDIVIDUELE BESTANDEN SCANNEN(Afbeelding bijsnijden) Deze functie scant automatisch foto’s die zijn geplaatst op de glasplaat naar individuele bestanden. Deze functie kan worden gebruikt met Scannen naar e-Mail, Scannen naar FTP/desktop, Scannen naar netwerkmap en Opslaan op extern geheugenapparaat.
  • Pagina 738 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Sluit de automatische documentinvoereenheid. De scanningmethode is verschillend van multicrop. Sluit de automatische documentinvoereenheid. Tik op de modusweergave om het beginscherm van de gewenste modus weer te geven. SCHAKELEN TUSSEN MODI (pagina 2-11) Geef de bestemming op. EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN ADRESBOEK (pagina 6-35) EEN LIJST VAN DE GESELECTEERDE BESTEMMINGEN WEERGEVEN (pagina 6-38) EEN BESTEMMING OPHALEN VIA EEN ZOEKNUMMER (pagina 6-40)
  • Pagina 739 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Tik op de toets [Start] om het scannen van de originelen te starten. Wanneer het scannen is voltooid, plaatst u de volgende groep originelen en tikt u op de toets [Start]. Herhaal bovenstaande stap tot u alle originelen hebt gescand, en tik vervolgens op de toets [Read-End]. Als het verzenden is voltooid, hoort u een geluidssignaal.
  • Pagina 740 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES VEEL ORIGINELEN TEGELIJK SCANNEN (OPDRACHT SAMENSTEL.) Met deze functie kunt u een origineel dat bestaat uit een groot aantal pagina's opsplitsen in sets, elke set scannen met behulp van de automatische documentinvoereenheid en de pagina's via één enkele verzending verzenden. U kunt een fax ook verzenden door originelen zowel in de automatisch documentinvoereenheid als op de glasplaat te plaatsen.
  • Pagina 741 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Geef de bestemming op. EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN ADRESBOEK (pagina 6-35) EEN LIJST VAN DE GESELECTEERDE BESTEMMINGEN WEERGEVEN (pagina 6-38) EEN BESTEMMING OPHALEN VIA EEN ZOEKNUMMER (pagina 6-40) EEN ADRES HANDMATIG OPGEVEN (pagina 6-41) EEN NETWERKMAP OPGEVEN (pagina 6-42) EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN GLOBAAL ADRESBOEK (pagina 6-44) EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN MOBIEL ADRESBOEK (pagina 6-46) EEN VERZENDLOGBOEK GEBRUIKEN OM OPNIEUW TE VERZENDEN (pagina 6-48)
  • Pagina 742 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Plaats de volgende set originelen en tik op de toets [Start]. Herhaal dit tot alle originelen zijn gescand. • Tik indien nodig op [Wijzig instel.] voordat u op de toets [Start] tikt en wijzig de scaninstellingen en verzendinstellingen voor het volgende origineel.
  • Pagina 743 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES EEN ORIGINEEL ALS AFZONDERLIJKE PAGINA'S SCANNEN EN VERZENDEN EEN ORIGINEEL ALS TWEE AFZONDERLIJKE PAGINA'S SCANNEN (DUBBELE PG SCANNEN) De linker- en rechterzijde van een origineel worden als twee afzonderlijke pagina's gescand. Deze functie is nuttig wanneer u de pagina's van een boek of een ander gebonden document opeenvolgend wilt scannen. Bij gebruik van Dubbele Pg Scannen moet het origineel op de glasplaat worden geplaatst.
  • Pagina 744 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Plaats het origineel op de glasplaat. GLASPLAAT (pagina 1-44) De pagina aan deze kant wordt als eerste gekop- ieerd. Middenlijn van origineel Tik op de modusweergave om het beginscherm van de modus te openen. SCHAKELEN TUSSEN MODI (pagina 2-11) Geef de bestemming op.
  • Pagina 745 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Tik op de toets [Overige] en op de Overige toets [Dubbelz. scan]. Scan Langz. scanm. Opdr. samenst. Zwaar papier Origineel Aantal Op het pictogram verschijnt een vinkje. Wissen gem. form. originelen Boek Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, Card shot Dubbelz.
  • Pagina 746 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES EEN INBINDKOPIE SPLITSEN IN PAGINA'S EN DE PAGINA'S ACHTEREENVOLGENS VERZENDEN (BOEK SPLITSEN) De geopende pagina's van een folder met zadelsteek worden vóór verzending op pagina gesplitst op basis van de werkelijke paginavolgorde. Als u deze functie gebruikt, hoeft u de te verzenden origineelpagina's niet te sorteren. Deze functie kan worden ingeschakeld als het origineelformaat is ingesteld op [Auto].
  • Pagina 747 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Geef de bestemming op. EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN ADRESBOEK (pagina 6-35) EEN LIJST VAN DE GESELECTEERDE BESTEMMINGEN WEERGEVEN (pagina 6-38) EEN BESTEMMING OPHALEN VIA EEN ZOEKNUMMER (pagina 6-40) EEN ADRES HANDMATIG OPGEVEN (pagina 6-41) EEN NETWERKMAP OPGEVEN (pagina 6-42) EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN GLOBAAL ADRESBOEK (pagina 6-44) EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN MOBIEL ADRESBOEK (pagina 6-46) EEN VERZENDLOGBOEK GEBRUIKEN OM OPNIEUW TE VERZENDEN (pagina 6-48)
  • Pagina 748 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES KLEUREN EN TINTEN AANPASSEN DE ACHTERGROND AANPASSEN DOOR LICHTE GEBIEDEN IN HET ORIGINEEL DONKERDER OF LICHTER TE MAKEN (AANPASSING ACHTERGROND) U kunt de achtergrond aanpassen door lichte gebieden in het origineel donkerder of lichter te maken. Pas de lichte gebieden als volgt aan.
  • Pagina 749 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Geef de bestemming op. EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN ADRESBOEK (pagina 6-35) EEN LIJST VAN DE GESELECTEERDE BESTEMMINGEN WEERGEVEN (pagina 6-38) EEN BESTEMMING OPHALEN VIA EEN ZOEKNUMMER (pagina 6-40) EEN ADRES HANDMATIG OPGEVEN (pagina 6-41) EEN NETWERKMAP OPGEVEN (pagina 6-42) EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN GLOBAAL ADRESBOEK (pagina 6-44) EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN MOBIEL ADRESBOEK (pagina 6-46) EEN VERZENDLOGBOEK GEBRUIKEN OM OPNIEUW TE VERZENDEN (pagina 6-48)
  • Pagina 750 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES VÓÓR VERZENDING CONTRAST TOEVOEGEN AAN HET GESCANDE ORIGINEEL (CONTRAST) Deze functie kan niet worden gebruikt in de modus Internetfax. Plaats het origineel. Plaats het origineel in de documentinvoerlade van de automatische documentinvoereenheid of op de glasplaat. AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID (pagina 1-38) GLASPLAAT (pagina 1-44) Tik op de modusweergave om het beginscherm van de modus te openen.
  • Pagina 751 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Tik op de toets of gebruik de Contrast schuifregelaar om het contrast aan te passen. Laag Hoog Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, tikt u achtereenvolgens op de toetsen en [Vorige]. De contrastinstellingen annuleren: Tik op de toets [Off].
  • Pagina 752 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES VÓÓR VERZENDING DE CONTOUREN VAN HET GESCANDE ORIGINEEL VERBETEREN (SCHERPTE) Deze functie kan niet worden gebruikt in de modus Internetfax. Plaats het origineel. Plaats het origineel in de documentinvoerlade van de automatische documentinvoereenheid of op de glasplaat. AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID (pagina 1-38) GLASPLAAT (pagina 1-44) Tik op de modusweergave om het beginscherm van de modus te openen.
  • Pagina 753 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Tik op de toets of schuif met de Scherpte schuifbalk om de scherpte aan te passen. Minder Scherp Scherper Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, tikt u achtereenvolgens op de toetsen en [Vorige]. De instelling voor scherpte annuleren: Tik op de toets [Off].
  • Pagina 754 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES VÓÓR VERZENDING CHROMATISCHE KLEUREN UIT HET GESCANDE ORIGINEEL VERWIJDEREN (UITVALKLEUR) Deze functie kan niet worden gebruikt in de modus Internetfax. Plaats het origineel. Plaats het origineel in de documentinvoerlade van de automatische documentinvoereenheid of op de glasplaat. AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID (pagina 1-38) GLASPLAAT (pagina 1-44) Tik op de modusweergave om het beginscherm van de modus te openen.
  • Pagina 755 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Tik op de toets [Overige] en vervolgens op de toets [Drop Out colour]. Op het pictogram verschijnt een vinkje. Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, tikt u op de toets [Vorige]. De instellingen voor de uitvalkleur annuleren Tik op de toets [Drop Out colour] om de instelling uit te schakelen.
  • Pagina 756 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES ROOD/GROEN/BLAUW AANPASSEN IN KOPIEËN (RGB aanpassen) Met deze functie versterkt of verzwakt u een van de drie kleurcomponenten rood (R), groen (G) of blauw (B). (gro (Bla Plaats het origineel. Plaats het origineel in de documentinvoerlade van de automatische documentinvoereenheid of op de glasplaat. AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID (pagina 1-38) GLASPLAAT (pagina 1-44) Tik op de modusweergave om het beginscherm van de modus te openen.
  • Pagina 757 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Tik op de toets [Overige] en op de toets [RGB aanpassen]. Tik op bij de kleur die u wilt RGB aanpassen aanpassen of gebruik de Deze instelling is enkel voor kleurtaken. schuifregelaar. Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, tikt u achtereenvolgens op de toetsen en [Vorige].
  • Pagina 758 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES ORIGINELEN SCANNEN SCHADUWRANDEN IN HET BEELD WISSEN (WISSEN) Wanneer u dikke originelen of boeken scant, moet u de schaduwranden wissen die kunnen worden weergegeven op de afbeelding. Een dik boek scannen Wanneer een gebonden document wordt gescand, verschijnen er schaduwen in de randgebieden en rond het bindingsgedeelte van de gescande afbeelding.
  • Pagina 759 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Wisfuncties Buitenkader Midden wissen Randen en midden Zijkant wissen wissen wissen • Met deze functie wist u die delen van de afbeelding waar zich schaduwen kunnen vormen. Deze functie detecteert schaduwen niet en wist niet alleen de schaduwen. •...
  • Pagina 760 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Geef de bestemming op. EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN ADRESBOEK (pagina 6-35) EEN LIJST VAN DE GESELECTEERDE BESTEMMINGEN WEERGEVEN (pagina 6-38) EEN BESTEMMING OPHALEN VIA EEN ZOEKNUMMER (pagina 6-40) EEN ADRES HANDMATIG OPGEVEN (pagina 6-41) EEN NETWERKMAP OPGEVEN (pagina 6-42) EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN GLOBAAL ADRESBOEK (pagina 6-44) EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN MOBIEL ADRESBOEK (pagina 6-46) EEN VERZENDLOGBOEK GEBRUIKEN OM OPNIEUW TE VERZENDEN (pagina 6-48)
  • Pagina 761 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Geef de te wissen rand op de achterzijde op wanneer u randen wist van één tot drie zijden van Omhoog, Omlaag, Links en Rechts op de voorzijde om een 2-zijdig origineel te kunnen scannen. • Als het selectievakje [Reverse Erase Position of The Back Face] is ingesteld op , wordt de rand in tegengestelde positie van de gewiste rand op de voorzijde gewist.
  • Pagina 762 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES EEN DUN ORIGINEEL SCANNEN (LANGZAME SCANMODUS) Gebruik deze functie wanneer u dunne originelen wilt scannen met behulp van de automatische documentinvoereenheid. Deze functie helpt voorkomen dat dunne originelen in het apparaat vastlopen. • Bij selectie van de langzamescanmodus is 2-zijdig scannen niet mogelijk. •...
  • Pagina 763 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Geef de bestemming op. EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN ADRESBOEK (pagina 6-35) EEN LIJST VAN DE GESELECTEERDE BESTEMMINGEN WEERGEVEN (pagina 6-38) EEN BESTEMMING OPHALEN VIA EEN ZOEKNUMMER (pagina 6-40) EEN ADRES HANDMATIG OPGEVEN (pagina 6-41) EEN NETWERKMAP OPGEVEN (pagina 6-42) EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN GLOBAAL ADRESBOEK (pagina 6-44) EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN MOBIEL ADRESBOEK (pagina 6-46) EEN VERZENDLOGBOEK GEBRUIKEN OM OPNIEUW TE VERZENDEN (pagina 6-48)
  • Pagina 764 Deze functie helpt voorkomen dat zware originelen in het apparaat vastlopen. • Deze functie kan niet worden gebruikt voor BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65/BP-60C31/BP-60C36/BP-60C45. • Zwaar papier scannen is niet mogelijk wanneer “Instellingen (beheerder)” - [Systeeminstellingen] → [Algemenei Instellingen] → [Apparaatbeheer] → [VoorwaardeInstellingen] of [Instellingen in /uitschakelen] → [Uitschakelen van origineelinvoer] is ingeschakeld.
  • Pagina 765 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Geef de bestemming op. EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN ADRESBOEK (pagina 6-35) EEN LIJST VAN DE GESELECTEERDE BESTEMMINGEN WEERGEVEN (pagina 6-38) EEN BESTEMMING OPHALEN VIA EEN ZOEKNUMMER (pagina 6-40) EEN ADRES HANDMATIG OPGEVEN (pagina 6-41) EEN NETWERKMAP OPGEVEN (pagina 6-42) EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN GLOBAAL ADRESBOEK (pagina 6-44) EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN MOBIEL ADRESBOEK (pagina 6-46) EEN VERZENDLOGBOEK GEBRUIKEN OM OPNIEUW TE VERZENDEN (pagina 6-48)
  • Pagina 766 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES LEGE PAGINA'S UIT EEN VERZENDING WEGLATEN (LEGE PAGINA OVERSLAAN) Als het gescande origineel lege pagina's bevat, worden deze met deze functie overgeslagen, zodat alleen gevulde pagina's worden verzonden. Het apparaat detecteert lege pagina's, zodat u nutteloze blanco vellen kunt overslaan zonder een origineel te controleren.
  • Pagina 767 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Geef de bestemming op. EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN ADRESBOEK (pagina 6-35) EEN LIJST VAN DE GESELECTEERDE BESTEMMINGEN WEERGEVEN (pagina 6-38) EEN BESTEMMING OPHALEN VIA EEN ZOEKNUMMER (pagina 6-40) EEN ADRES HANDMATIG OPGEVEN (pagina 6-41) EEN NETWERKMAP OPGEVEN (pagina 6-42) EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN GLOBAAL ADRESBOEK (pagina 6-44) EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN MOBIEL ADRESBOEK (pagina 6-46) EEN VERZENDLOGBOEK GEBRUIKEN OM OPNIEUW TE VERZENDEN (pagina 6-48)
  • Pagina 768 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Controleer na het scannen hoeveel vellen zijn gescand en hoeveel vellen moeten worden verzonden, en tik 5 pag. zijn gescand. (P.10) 8 pag. zullen worden verzonden. vervolgens op [OK] om de verzending De taak uitvoeren? te starten. •...
  • Pagina 769 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES HET AANTAL VELLEN VAN HET GESCANDE ORIGINEEL CONTROLEREN EN DAN VERZENDEN (AANTAL ORIGINELEN) Tel vóór verzending het aantal vellen van het gescande origineel en geef dit aantal weer. Door het aantal gescande origineelvellen te controleren, kunt u vergissingen bij het verzenden voorkomen. •...
  • Pagina 770 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Tik op de toets [Overige] en op de toets [Aantal originelen]. Op het pictogram verschijnt een vinkje. Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, tikt u op de toets [Vorige]. De instelling Aantal originelen annuleren: Tik op de toets [Aantal originelen] om de instelling uit te schakelen.
  • Pagina 771 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES GESCANDE ORIGINELEN STEMPELEN (VERIFICATIESTEMPEL) Met deze functie wordt elk origineel dat via de automatische documentinvoereenheid is gescand, gestempeld, zodat u kunt verifiëren dat alle originelen correct zijn gescand. Er wordt een fluorescerend roze “O”-markering gestempeld op gescande originelen. Verificatiestempel •...
  • Pagina 772 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Geef de bestemming op. EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN ADRESBOEK (pagina 6-35) EEN LIJST VAN DE GESELECTEERDE BESTEMMINGEN WEERGEVEN (pagina 6-38) EEN BESTEMMING OPHALEN VIA EEN ZOEKNUMMER (pagina 6-40) EEN ADRES HANDMATIG OPGEVEN (pagina 6-41) EEN NETWERKMAP OPGEVEN (pagina 6-42) EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN GLOBAAL ADRESBOEK (pagina 6-44) EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN MOBIEL ADRESBOEK (pagina 6-46) EEN VERZENDLOGBOEK GEBRUIKEN OM OPNIEUW TE VERZENDEN (pagina 6-48)
  • Pagina 773 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES AUTOMATISCH SCHEVE SCANGEGEVENS AANPASSEN (Originele skew Aanpassing) Wanneer het origineel scheef geplaatst is, of wanneer afbeeldingen binnen het origineel scheef staan, corrigeert dit automatisch de scheve positie, en slaat het document op. • Het beeld na aanpassing wordt niet getoond in voorbeeldafbeeldingen, en wordt getoond zoals het was gescand. •...
  • Pagina 774 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Geef de bestemming op. EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN ADRESBOEK (pagina 6-35) EEN LIJST VAN DE GESELECTEERDE BESTEMMINGEN WEERGEVEN (pagina 6-38) EEN BESTEMMING OPHALEN VIA EEN ZOEKNUMMER (pagina 6-40) EEN ADRES HANDMATIG OPGEVEN (pagina 6-41) EEN NETWERKMAP OPGEVEN (pagina 6-42) EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN GLOBAAL ADRESBOEK (pagina 6-44) EEN BESTEMMING OPHALEN UIT EEN MOBIEL ADRESBOEK (pagina 6-46) EEN VERZENDLOGBOEK GEBRUIKEN OM OPNIEUW TE VERZENDEN (pagina 6-48)
  • Pagina 775 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES SPECIFIEKE FUNCTIES AFZENDERINFORMATIE TOEVOEGEN AAN UW FAXEN (Eigen I-Faxadr. Verz.) Uw afzendergegevens (datum, tijd, naam afzender, adres afzender, aantal pagina's) worden automatisch toegevoegd boven aan het bestand dat u verzendt. Deze functie kan niet worden gebruikt in de scanmodus of gegevensinvoermodus. Voorbeeld van de afgedrukte afzenderinformatie zondag 10 oktober 2021, 15:00 AAAAA Faxnummer: 0123456789...
  • Pagina 776 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES DE AFDRUKINSTELLINGEN VOOR HET TRANSMISSIERAPPORT WIJZIGEN (TRANSMISSIERAPPORT) Er wordt automatisch een rapport afgedrukt om u te waarschuwen wanneer een Internetfaxtransmissie mislukt of een distributieverzending wordt uitgevoerd. Het transactierapport bevat een beschrijving van de verzending (datum, starttijd, naam van bestemming, vereiste tijd, aantal pagina's, resultaat, enzovoort).
  • Pagina 777 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Tik op de toets van de Transmissierapport afdrukinstellingen. Niet afdrukken Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, tikt u achtereenvolgens op de toetsen en [Vorige]. Afdrukken bij fouten Altijd Afdrukken Beeld Van Origineel Afdrukken De instelling Transmissierapport annuleren: Tik op de toets [Niet afdrukken].
  • Pagina 778 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES EEN VERZENDING OP EEN OPGEGEVEN TIJDSTIP STARTEN (TIMER-VERZENDING) Geef een tijdstip op waarop automatisch moet worden begonnen met de verzending of distributieverzending. Verzending begint automatisch op de opgegeven tijd. Deze functie is nuttig wanneer u gereserveerde verzendingen, distributieverzendingen of andere verzendingen wilt uitvoeren tijdens uw afwezigheid, 's avond of op andere tijden waarop de telefoontarieven laag zijn.
  • Pagina 779 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Plaats het origineel. Wanneer u in faxmodus bent, ga dan naar stap 3 na het voltooien van deze procedure. Plaats het origineel in de documentinvoerlade van de automatische documentinvoereenheid of op de glasplaat. AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID (pagina 1-38) GLASPLAAT (pagina 1-44) Tik op de modusweergave om het beginscherm van de modus te openen.
  • Pagina 780 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Geef de datum op. Timer 08/04/2021 Do Vandaag zondag maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag Geef de tijd op (uren en minuten), in 24-uursnotatie. Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, tikt u achtereenvolgens op de toetsen en [Vorige].
  • Pagina 781 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES EEN HANDTEKENING TOEVOEGEN ALS U EEN SCAN GAAT VERZENDEN (ELEKTRONISCHE HANDTEKENING) U kunt een handtekening toevoegen als u een scan gaat verzenden. Aan de hand van de elektronische handtekening kan de ontvanger de afzendergegevens controleren. Deze functie is beschikbaar voor Scannen naar E-mail. Een elektronische handtekening aan een scan toevoegen •...
  • Pagina 782 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Tik op de toets [Overige] en op de toets [E-mail ondert.]. Overige Boek Dubbelz. scan Card shot opsplitsen Op het pictogram verschijnt een vinkje. Scannen Afbeelding Multi-verkleinen adreskaart bijsnijden Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, Verif.
  • Pagina 783 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES DE TE VERZENDEN GEGEVENS VERSLEUTELEN (VERSLEUTELING) Om beveiligingsredenen kunt u de te verzenden gegevens versleutelen. Deze functie is beschikbaar voor Scannen naar E-mail. De te verzenden gegevens versleutelen • Selecteer in "Instellingen (beheerder)" [Systeeminstellingen] → [Beveiligings- instellingen] → [S/MIME-instellingen] → [VoorwaardeInstellingen].
  • Pagina 784 SCANNER/ INTERNETFAX►ANDERE FUNCTIES Tik op de toets [Overige] en op de Overige toets [E-mail versl.]. Boek Dubbelz. scan Card shot opsplitsen Op het pictogram verschijnt een vinkje. Scannen Afbeelding Multi-verkleinen adreskaart bijsnijden Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, Verif.
  • Pagina 785 SCANNER/ INTERNETFAX►FUNCTIES VOOR INTERNETFAX-ONTVANGST FUNCTIES VOOR INTERNETFAX-ONTVANGST HET ACTIVITEITENLOGBOEK VAN INTERNETFAXEN CONTROLEREN ACTIVITEITENRAPPORTEN BEELD VERZENDEN AFDRUKKEN Druk een logboek van recente beeldverzendactiviteiten (datum, naam van bestemming, benodigde tijd, resultaat en andere items) af. Het rapport over beeldverzendactiviteiten bevat nuttige informatie voor het oplossen van problemen, bijvoorbeeld over de typen fouten die zich hebben voorgedaan.
  • Pagina 786 Er heeft zich een ongewone situatie voorgedaan als leveringsbevestiging is ingesteld. * Als het ontvangende apparaat een apparaat van SHARP is, retourneert het ontvangende apparaat 'verzonden' als de fax is ontvangen of 'verwerkt' als de ontvangst is mislukt. Als de leveringsbevestiging is ingesteld voor internetfax, verschijnt de dispositieveldwaarde op de leveringsbevestiging op de teruggezonden e-mail.
  • Pagina 787 SCANNER/ INTERNETFAX►FUNCTIES VOOR INTERNETFAX-ONTVANGST INTERNETFAXEN ONTVANGEN AUTOMATISCH INTERNETFAXEN ONTVANGEN De functie Internetfax maakt regelmatig contact met de mailserver (POP3-server) en controleert of er internetfaxen zijn ontvangen. Als er faxberichten zijn ontvangen, worden de faxen automatisch opgehaald en afgedrukt. Standaard wordt elke vijf minuten gecontroleerd of er faxberichten zijn ontvangen. •...
  • Pagina 788 SCANNER/ INTERNETFAX►FUNCTIES VOOR INTERNETFAX-ONTVANGST HANDMATIG INTERNETFAXEN ONTVANGEN Als het interval voor het controleren op ontvangen faxen te lang is en u direct wilt controleren, kunt u de ontvangst handmatig starten. U kunt alleen op de toets [Ontvangen] tikken als de POP3-serverinstellingen zijn geconfigureerd bij 'Instellingsmodus (beheerder)'.
  • Pagina 789 SCANNER/ INTERNETFAX►FUNCTIES VOOR INTERNETFAX-ONTVANGST ONTVANGEN GEGEVENS AFDRUKKEN EEN FAX AFDRUKKEN DIE MET EEN PIN CODE IS BEVEILIGD (Instelling vasthouden ontvangen afdrukgegevens) Schakel deze instelling in als u faxen in het geheugen wilt ontvangen en opslaan zonder deze af te drukken. Als u de faxen wilt afdrukken, moet de PIN Code worden ingevoerd.
  • Pagina 790 SCANNER/ INTERNETFAX►FUNCTIES VOOR INTERNETFAX-ONTVANGST ONTVANGEN GEGEVENS OP EEN OPGEGEVEN TIJDSTIP AFDRUKKEN Druk ontvangen gegevens op een opgegeven tijdstip af. Om zorgeloos te kunnen afdrukken, kunt u beter vermijden grote aantallen pagina's af te drukken tijdens piekuren en als u er niet dringend een afdruk van nodig hebt. •...
  • Pagina 791 SCANNER/ INTERNETFAX►FUNCTIES VOOR INTERNETFAX-ONTVANGST HET BEELD VÓÓR HET AFDRUKKEN CONTROLEREN Controleer het beeld van ontvangen gegevens op het aanraakscherm voordat u deze afdrukt. Deze functie is beschikbaar als [Systeeminstellingen] → [Instellingen Beeld Verzenden] → [Algemene instellingen] → [Voorwaarde- Instellingen] → [Voorbeeldinstelling] → [Inst. beeldcontrole ontvangen gegevens] is ingeschakeld “Instellingen (beheerder)”...
  • Pagina 792 SCANNER/ INTERNETFAX►FUNCTIES VOOR INTERNETFAX-ONTVANGST Tik op de toets van de ontvangen Afdrukken Lijst met ontvangen Alle ontvangen geg. gegevens die u wilt controleren en tik Afbeelding controleren Doorsturen naar vervolgens op [Afbeelding ander adres Verwijderen controleren] in het actiepaneel. Bestand Geeft de afbeelding van de ontvangen gegevens weer.
  • Pagina 793 SCANNER/ INTERNETFAX►FUNCTIES VOOR INTERNETFAX-ONTVANGST ONTVANGEN GEGEVENS DOORSTUREN ONTVANGEN INTERNETFAXEN DOORSTUREN (DOORSTUREN FAXDATA) Wanneer het apparaat niet kan afdrukken omdat er geen papier of toner meer aanwezig is, worden ontvangen internetfaxen doorgestuurd naar een ander, vooraf geregistreerd internetfaxadres (inclusief directe SMTP). •...
  • Pagina 794 SCANNER/ INTERNETFAX►FUNCTIES VOOR INTERNETFAX-ONTVANGST ONTVANGEN GEGEVENS DOORSTUREN NAAR VASTE BESTEMMINGEN (INSTELLINGEN INKOMENDE ROUTING) Ontvangen internetfaxen worden automatisch doorgestuurd naar het faxnummer van een bestemming, een internetfaxadres, een e-mailadres, het adres van een bestandsserver, een bureaubladadres of het adres van een netwerkmap.
  • Pagina 795 SCANNER/ INTERNETFAX►FUNCTIES VOOR INTERNETFAX-ONTVANGST Klik in de “Instellingen (webversie)” op [Systeeminstellingen] → [Instellingen Beeld Verzenden] → [Instellingen Inbound Routing (doorsturen/opslaan)] → [Beheerinstellingen]. In 'Inkomende routing' selecteert u [Inschakelen] en klikt u op de toets [Indienen]. Het is mogelijk dat het voor gebruikers zonder beheerderrechten verboden is om doorstuurtabellen in dit scherm op te slaan, te bewerken of te wissen en dat ze niet kunnen opgeven welke tabel wordt gebruikt.
  • Pagina 796 SCANNER/ INTERNETFAX►FUNCTIES VOOR INTERNETFAX-ONTVANGST Als het toevoegen van adressen is voltooid, klikt u op de knop [Indienen]. Klik op [Instellingen inkomende routing] in het menu “Instellingen Inbound Routing (doorsturen/opslaan)” van “Instellingen (webversie)” en klik op de knop [Toevoegen]. Voer een 'Tabelnaam' in. Er kunnen maximaal 50 doorstuurtabellen worden opgeslagen.
  • Pagina 797 SCANNER/ INTERNETFAX►FUNCTIES VOOR INTERNETFAX-ONTVANGST Selecteer de bestandsindeling. De opmaak kan voor elk doorstuuradres apart worden ingesteld (voor elk van de doorstuuradressen 1, 2 en 3 in de tabel). • Afbeeldingen die zijn verzonden in TIFF-indeling, worden in sommige ontvangstsituaties mogelijk niet goed weergegeven.
  • Pagina 798 SCANNER/ INTERNETFAX►FUNCTIES VOOR INTERNETFAX-ONTVANGST Selecteer [Altijd doorsturen] of [Verstuur ontvangen gegevens enkel op gespecificeerde dagen.] in de doorstuurtabel. De instellingen voor de doorstuurrechten die hier worden weergegeven, zijn gekoppeld aan de doorstuurvoorwaarden die zijn ingesteld bij stap 9. Als u andere voorwaarden met betrekking tot doorsturen wilt gebruiken dan u in stap 9 hebt ingesteld, moet u de doorstuurrechten instellen.
  • Pagina 799 SCANNER/ INTERNETFAX►FUNCTIES VOOR INTERNETFAX-ONTVANGST ONTVANGEN FAXEN OPSLAAN OP DE LOKALE SCHIJF VAN HET APPARAAT (INKOMENDE ROUTING) Ontvangen faxen kunnen op de lokale schijf van het apparaat worden opgeslagen. Ontvangen faxen kunnen worden weergegeven op de computer. Stel PDF, TIFF (multi) of TIFF (signaal) in voor de opgeslagen Internetfaxen. U kunt ook via e-mail een melding ontvangen van het opslagresultaat of de opslagmap.
  • Pagina 800 SCANNER/ INTERNETFAX►FUNCTIES VOOR INTERNETFAX-ONTVANGST Ontvangen faxen opslaan op de lokale schijf Selecteer in “Instellingen (beheerder)” [Systeeminstellingen] → [Netwerk- instellingen] → [Openbare map/ NAS- instelling]. (Beheerdersrechten zijn vereist.) Selecteer [Toegestaan] bij 'faxreceive:Gebruik van opslag' en klik op de toets [Indienen]. Instellingen voor het opslaan van ontvangen faxen op de lokale schijf In de Instellingsmodus (beheerder) klikt u op [Systeeminstellingen] →[Instellingen Beeld Verzenden] →...
  • Pagina 801 SCANNER/ INTERNETFAX►FUNCTIES VOOR INTERNETFAX-ONTVANGST ONTVANGEN GEGEVENS HANDMATIG DOORSTUREN Ontvangen faxen kunnen na ontvangst handmatig worden doorgestuurd. Deze functie is beschikbaar als [Systeeminstellingen] → [Instellingen Beeld Verzenden] → [Algemene instellingen] → [Voorwaarde- Instellingen] → [Voorbeeldinstelling] → [Inst. beeldcontrole ontvangen gegevens] is ingeschakeld* bij “Instellingsmodus (beheerder)”.
  • Pagina 802 SCANNER/ INTERNETFAX►FUNCTIES VOOR INTERNETFAX-ONTVANGST ONTVANGEN GEGEVENS OPSLAAN Sla ontvangen faxen op in de map voor documentarchivering. Deze functie is beschikbaar als [Systeeminstellingen] → [Instellingen Beeld Verzenden] → [Algemene instellingen] → [Voorwaarde- Instellingen] → [Voorbeeldinstelling] → [Inst. beeldcontrole ontvangen gegevens] is ingeschakeld *bij “Instellingen (beheerder)”.
  • Pagina 803 SCANNER/ INTERNETFAX►DE STATUS VAN VERZEND- /ONTVANGSTOPDRACHTEN CONTROLEREN DE STATUS VAN VERZEND- /ONTVANGSTOPDRACHTEN CONTROLEREN Opdrachten voor beeldverzending Wanneer u op de opdrachtstatusweergave tikt, worden de opdrachten in een lijst weergegeven. U kunt de status van een scanneropdracht controleren door op de tab [Scannen] te tikken. U kunt de status van een internetfaxopdracht controleren door op de tab [Internetfax] te tikken.
  • Pagina 804 SCANNER/ INTERNETFAX►DE STATUS VAN VERZEND- /ONTVANGSTOPDRACHTEN CONTROLEREN VOLTOOIDE VERZEND- EN ONTVANGSTOPDRACHTEN Een normale verzendingsopdracht wordt naar de opdrachtenlijst verplaatst wanneer verzending is voltooid. In het statusveld wordt dan 'Verzenden OK' weergegeven. Internetfaxopdrachten, zoals ontvangst, timerverzending, herhalingen en doorsturen, worden echter als volgt in het opdrachtstatusscherm weergegeven: Ontvangstopdracht Terwijl er een internetfax wordt ontvangen, wordt 'Ontvangen' in het statusveld van de opdrachtwachtrij weergegeven.
  • Pagina 805 SCANNER/ INTERNETFAX►SCANNEN VANAF EEN COMPUTER (PC scan-modus) SCANNEN VANAF EEN COMPUTER (PC scan-modus) DE BASISPROCEDURE VOOR SCANNEN Installeer het scannerstuurprogramma op de computer en gebruik een TWAIN-compatibele toepassing* om de computer te gebruiken om te scannen. Scannen vanaf de computer is het handigst voor het scannen van originelen die uit één blad bestaan, zoals een foto, omdat u dan meteen de scaninstellingen kunt aanpassen.
  • Pagina 806 SCANNER/ INTERNETFAX►SCANNEN VANAF EEN COMPUTER (PC scan-modus) [Op het apparaat] Scannen op een pc blokkeren: Verzenden blokkeren wanneer een faxnummer of adres manueel wordt ingegeven Voor het inschakelen van de instelling vasthouden ontvangen afdrukgegevens Selecteer in "Instellingen (beheerder)" [Systeeminstellingen] → [Instellingen Beeld Verzenden] → [Algemene instellingen] → [Instellingen in /uitschakelen] →...
  • Pagina 807 SCANNER/ INTERNETFAX►SCANNEN VANAF EEN COMPUTER (PC scan-modus) [Op de computer] Start de TWAIN-compatibele toepassing op uw computer en selecteer [SHARP MFP TWAIN K] in de scannerselectie van de toepassing. Bekijk de afbeelding. (1) Vink de plaats aan waar het origineel zich bevindt.
  • Pagina 808 SCANNER/ INTERNETFAX►SCANNEN VANAF EEN COMPUTER (PC scan-modus) De scaninstellingen selecteren terwijl u de afbeelding bekijkt. De knop [Draaien]: Telkens als u op deze knop klikt, wordt het origineel 90 graden gedraaid. Zo kunt u de afdrukstand van de afbeelding wijzigen zonder de afbeelding op te pakken. Het afbeeldingsbestand wordt gemaakt op basis van de afdrukstand die in het voorbeeldvenster wordt weergegeven.
  • Pagina 809 SCANNER/ INTERNETFAX►SCANNEN VANAF EEN COMPUTER (PC scan-modus) [Op het apparaat] Tik op de toets [Verlaten]. Deze machine staat in de PC-scanmodus. Verwijder het origineel niet. IP-adres scanner:0.0.0.0 Verlaten Tik op de toets [Voltooien]. PC-scan wordt uitgevoerd. PC-scanmodus afsluiten? Annuleren Verlaten 6-196...
  • Pagina 810 SCANNER/ INTERNETFAX►METADATAVERZENDING METADATAVERZENDING VOORBEREIDINGEN VOOR METADATAVERZENDING METADATAVERZENDING (GEGEVENSINVOER) Wanneer de applicatie-integratiemodulekit is geïnstalleerd, worden metadata (gegevens die de kenmerken aangeven van het afbeeldingbestand en aangeven hoe het bewerkt moet worden) gegenereerd op basis van vooraf opgeslagen informatie. Deze metadata worden apart verzonden van een afbeeldingsbestand dat wordt gegenereerd voor het verzenden van een gescande afbeelding.
  • Pagina 811 SCANNER/ INTERNETFAX►METADATAVERZENDING VEREISTE INSTELLINGEN IN DE INSTELLINGSMODUS (WEBVERSIE) Als u de instellingen voor metadata wilt configureren, selecteert u [Systeeminstellingen] → [Instellingen Beeld Verzenden] → [Setup Metadata] → [Inserimento Metadati] bij “Instellingen (beheerder)”. (Beheerdersrechten zijn vereist.) Schakel de verzending van metadata in. Metadatasets opslaan Sla de items (metadataset) op die moeten worden geschreven naar het tijdens het scannen gegenereerde XML-bestand.
  • Pagina 812 SCANNER/ INTERNETFAX►METADATAVERZENDING METADATA VERZENDEN METADATA VERZENDEN Selecteer een metadataset, voer elk item in en voer een metadataverzending uit. U kunt metadata verzenden met de functie voor documentarchivering. Het tabblad [Data-Invoer] wordt weergegeven in het scherm met verzendinstellingen van de functie voor documentarchivering om metadataverzending mogelijk te maken. Daarnaast kunnen metadataverzendingen met de functie voor documentarchivering worden uitgevoerd in [Inserimento Metadati] in “Instellingen (webversie).”...
  • Pagina 813 SCANNER/ INTERNETFAX►METADATAVERZENDING Tik op de toets voor de waarde die u wilt invoeren en tik op de toets [OK]. Tik op de toets [Directe Invoer] om de metadatawaarde rechtstreeks in te voeren. Tik op het aanraaktoetsenbord dat wordt weergegeven op de toets [OK]. U keert terug naar het scherm dat wordt weergegeven in stap 3. Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, tikt u op De selectie van het onderwerp annuleren: Tik op de toets [Wissen].
  • Pagina 814 SCANNER/ INTERNETFAX►METADATAVERZENDING METADATAVELDEN De volgende drie soorten metadata worden ingesloten in het verzonden XML-bestand. • Automatisch door het apparaat gegenereerde gegevens Deze gegevens worden altijd ingesloten in het XML-bestand en worden automatisch opgeslagen op uw pc. • Vooraf gedefinieerde velden Deze velden worden automatisch herkend door het apparaat en toegewezen aan de juiste XML-tags.
  • Pagina 815 DOCUMENTARCHIVERING DOCUMENTARCHIVERING DOCUMENTARCHIVERING ......7-2 TOEPASSINGEN VAN DOCUMENTARCHIVERING . . . 7-3 TYPEN DOCUMENTARCHIVERING....7-3 VOORDAT U SCANNEN NAAR LOKALE SCHIJF IN DOCUMENTARCHIVERING GAAT GEBRUIKEN.
  • Pagina 816 DOCUMENTARCHIVERING►DOCUMENTARCHIVERING DOCUMENTARCHIVERING DOCUMENTARCHIVERING Met deze functie worden het origineel dat op het apparaat is gescand, de verzonden faxafbeelding of afdrukgegevens van een computer opgeslagen op de lokale schijf van het apparaat of een extern geheugenapparaat. De opgeslagen bestanden kunnen desgewenst worden afgedrukt of verzonden. U kunt de opgeslagen bestanden ook bewerken, bijvoorbeeld combineren.
  • Pagina 817 DOCUMENTARCHIVERING►DOCUMENTARCHIVERING TOEPASSINGEN VAN DOCUMENTARCHIVERING Met de functie voor documentarchivering kunt u desgewenst conferentiemateriaal met dezelfde instellingen afdrukken of grootboekbladen voor routinetaken afdrukken. Conferentiemateriaal met dezelfde instellingen Grootboekbladen afdrukken afdrukken Scannen is niet U hoeft geen Alleen afdrukken Alleen afdrukken Dagelijks rapport noodzakelijk.
  • Pagina 818 DOCUMENTARCHIVERING►DOCUMENTARCHIVERING VOORDAT U SCANNEN NAAR LOKALE SCHIJF IN DOCUMENTARCHIVERING GAAT GEBRUIKEN Maptypen Wanneer u bestanden met documentarchivering op de lokle schijf wilt opslaan, kunt u drie typen mappen gebruiken. Mappen op de lokale schijf Snelmap Hoofdmap Aangepaste map Snelmap Documenten die zijn gescand met [Quick File] op het actiepaneel worden in deze map opgeslagen. Aan elke opdracht worden automatisch een gebruikersnaam en bestandsnaam toegewezen.
  • Pagina 819 DOCUMENTARCHIVERING►DOCUMENTARCHIVERING Handige items om op te slaan Wanneer u een opdracht met [Bestand] opslaat in de kopieer- of verzendmodus, of met [Scannen naar lokale schijf] in de modus voor documentarchivering, is het handig om de onderstaande items op te slaan. Deze instellingen zijn niet nodig wanneer u een opdracht opslaat met [Quick File].
  • Pagina 820 DOCUMENTARCHIVERING►DOCUMENTARCHIVERING Aantal pagina's en aantal bestanden dat in de snelmap kan worden opgeslagen Voorbeelden van soorten originelen Aantal pagina's Aantal bestanden Meerkleuren-origin Max. 700 (Bijvoorbeeld een Max. 300 tekst met een foto) Formaat: A4 Max. 1000 Max. 300 Zwart/wit-origineel Max. 2000 (Tekst) Max.
  • Pagina 821 DOCUMENTARCHIVERING►DOCUMENTARCHIVERING Gegevens aan bestanden toevoegen Als u een bestand opslaat met 'Bestand', voegt u de volgende gegevens toe om het van andere bestanden te kunnen onderscheiden. Gebruikersnaam: Naam1 Bestandsnaam: Hand-out vergadering Wachtwoord: 12345678 De map 'Notulen vergadering' De gebruikersnaam is vereist voor de invoer van eigendomsgegevens van een bestand en andere Gebruikersnaam informatie.
  • Pagina 822 Wijzigen'. Sla geen gevoelige documenten op of documenten die niet door anderen mogen worden gebruikt. • Behoudens voor zover wettelijk verplicht aanvaardt SHARP Corporation geen enkele aansprakelijkheid voor schade die voortvloeit uit het openbaar worden van gevoelige informatie als gevolg van manipulatie door een derde partij van gegevens die zijn opgeslagen met behulp van de functie Snelbestand of de functie Bestand, of van onjuiste toepassing van de functie Snelbestand of de functie Bestand door de gebruiker die de gegevens opslaat.
  • Pagina 823 DOCUMENTARCHIVERING►DOCUMENTARCHIVERING DOCUMENTARCHIVERING GEBRUIKEN IN DE DIVERSE MODI Als u documentarchivering wilt gebruiken, selecteert in elke modus u het actiescherm. Als u bij met maken van een kopie of het verzenden van een fax de gegevens wilt opslaan, tikt u in het actiepaneel van elke modus op [Bestand] of [Quick File].
  • Pagina 824 DOCUMENTARCHIVERING►DOCUMENTARCHIVERING BASISSCHERM VAN DE MODUS DOCUMENTARCHIVERING Mapselectie Scannen naar lokale schijf Scannen naar extern geheugenapparaat Hoofdmap Snelmap Selecteer afdrukbestand van FTP Selecteer afdrukbestand uit USB-geheugen Selecteer afdrukbestand uit netwerkmap Word gebruikt om originelen op te slaan die door De functies die beschikbaar zijn in de modus gebruikers kunnen worden gedeeld.
  • Pagina 825 DOCUMENTARCHIVERING►DOCUMENTEN OPSLAAN MET DOCUMENTARCHIVERING DOCUMENTEN OPSLAAN MET DOCUMENTARCHIVERING ARCHIVEREN TERWIJL U EEN ANDERE MODUS GEBRUIKT SNELBESTAND Met deze functie kunt u een origineel in de kopieer- of beeldverzendmodus als afbeeldingsbestand opslaan in de snelmap van het apparaat. Het afbeeldingsbestand dat in de modus Snelbestand is opgeslagen, kan op een later tijdstip worden opgehaald, zodat u het document in de verzendmodus kunt kopiëren of verzenden zonder dat u het origineel hoeft te zoeken.
  • Pagina 826 DOCUMENTARCHIVERING►DOCUMENTEN OPSLAAN MET DOCUMENTARCHIVERING Plaats het origineel. Plaats het origineel in de documentinvoerlade van de automatische documentinvoereenheid of op de glasplaat. EEN PROCEDURE SELECTEREN VOOR HET PLAATSEN VAN HET ORIGINEEL AFHANKELIJK VAN TYPE EN STATUS (pagina 1-36) Activeer de Normale modus en tik in Aantal exempl.
  • Pagina 827 DOCUMENTARCHIVERING►DOCUMENTEN OPSLAAN MET DOCUMENTARCHIVERING FILE Wanneer u tijdens het afdrukken of verzenden van een origineel in een modus op de toets [Bestand] van de functie voor documentarchivering tikt, kunt u het origineel tegelijkertijd in de hoofdmap of een opgeslagen aangepaste map opslaan. Het opgeslagen bestand kan op een later tijdstip worden opgehaald, zodat u het origineel opnieuw kunt kopiëren of verzenden zonder dat u het hoeft te zoeken.
  • Pagina 828 DOCUMENTARCHIVERING►DOCUMENTEN OPSLAAN MET DOCUMENTARCHIVERING Tik op U keert terug naar het beginscherm van de Kopieermodus. Selecteer kopieerinstellingen en tik vervolgens op de toets [Kleur Start] of de toets [Z/W Start]. • Op het moment dat wordt begonnen met kopiëren, wordt het origineel opgeslagen als een bestand. De geselecteerde kopieerinstellingen worden ook opgeslagen.
  • Pagina 829 DOCUMENTARCHIVERING►DOCUMENTEN OPSLAAN MET DOCUMENTARCHIVERING BESTANDSINFORMATIE De procedure voor uitgebreide instellingen wordt hieronder beschreven. Wanneer u een eigenschap, gebruikersnaam, bestandsnaam en map opgeeft, kan een bestand eenvoudiger worden beheerd en gevonden. Als u [Vertrouwelijk] selecteert voor Eigenschap en een wachtwoord instelt, kunnen anderen het bestand bovendien niet zonder uw toestemming bekijken.
  • Pagina 830 DOCUMENTARCHIVERING►DOCUMENTEN OPSLAAN MET DOCUMENTARCHIVERING Een gebruikersnaam opgeven Tik op het tekstvak [Gebruikersnaam]. Als gebruikersauthenticatie wordt gebruikt, wordt automatisch de gebruikersnaam geselecteerd die is gebruikt voor aanmelden. In dat geval kunt u deze stap overslaan. U moet de gebruikersnaam eerst opslaan door in “Instellingen (beheerder)” [Gebruikers -bediening] → [User Settings] →...
  • Pagina 831 DOCUMENTARCHIVERING►DOCUMENTEN OPSLAAN MET DOCUMENTARCHIVERING De map opgeven Geef op in welke map u het bestand wilt opslaan. Tik op het tekstvak [Opgeslagen in]. Als een gebruikersnaam met de instelling 'Mijn map' wordt geselecteerd, wordt 'Mijn map' van die gebruiker automatisch geselecteerd.
  • Pagina 832 Opslaan vanuit Eenvoudige Scan Tik op de toets [Eenvoudige Scan] in 10:15 het beginscherm. Eenvoudige Eenvoudige Sharp OSA Eenvoudige Kopie Scan Tik op [Lokale schijf/USB]. Plaats het origineel. Plaats het origineel in de documentinvoerlade van de automatische documentinvoereenheid of op de glasplaat.
  • Pagina 833 DOCUMENTARCHIVERING►DOCUMENTEN OPSLAAN MET DOCUMENTARCHIVERING Voor het selecteren van de instellingen tikt u op de toets van de gewenste instelling. VOLGORDE VAN BEELDVERZENDING (pagina 6-10) Tik op de toets [Kleur Start] of [Z/W Start] om het scannen te starten. Er klinkt een pieptoon om aan te geven dat het scannen en het opslaan van de bestanden is voltooid. 7-19...
  • Pagina 834 DOCUMENTARCHIVERING►DOCUMENTEN OPSLAAN MET DOCUMENTARCHIVERING Opslaan vanuit Documentarchivering Tik op de toets [Bestand ophalen] in het beginscherm. Tik in het actiescherm op [Scannen naar lokale schijf]. Plaats het origineel. Plaats het origineel in de documentinvoerlade van de automatische documentinvoereenheid of op de glasplaat. AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID (pagina 1-38) GLASPLAAT (pagina 1-44) Controleer de bestandsnaam en de...
  • Pagina 835 Bij gebruik van BP-60C31/BP-60C36/BP-60C45/BP-70C31/BP-70C36/BP-70C45/BP-70C55/BP-70C65 wordt gebruikt, of wanneer de OCR-uitbreidingskit is geïnstalleerd op de BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65/BP-55C26, tikt u op de toets [Auto Inst.] om de gelezen instellingen automatisch in te stellen om overeen te komen met het origineel. “Auto Inst.” kan niet worden gebruikt als [Uitschakeling van OCR] is ingesteld in de systeeminstellingen.
  • Pagina 836 DOCUMENTARCHIVERING►DOCUMENTEN OPSLAAN MET DOCUMENTARCHIVERING Opslaan vanuit Documentarchivering Tik op de toets [Bestand ophalen] in het beginscherm. Tik in het actiescherm op [Scan to External Memory Device]. Plaats het origineel. Plaats het origineel in de documentinvoerlade van de automatische documentinvoereenheid of op de glasplaat. AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID (pagina 1-38) GLASPLAAT (pagina 1-44) Controleer de bestandsnaam en de...
  • Pagina 837 DOCUMENTARCHIVERING►DOCUMENTEN OPSLAAN MET DOCUMENTARCHIVERING Scannen naar een USB-stick Plaats de USB-stick in het apparaat. • Gebruik het FAT32-, NTFS- of exFAT-formaat voor een USB-geheugenapparaat. • Als het formaat van het USB-geheugenapparaat FAT32 is, gebruik dan een USB-geheugenapparaat van 32 GB of minder.
  • Pagina 838 DOCUMENTARCHIVERING►DOCUMENTEN OPSLAAN MET DOCUMENTARCHIVERING Als alle originelen zijn gescand, tikt u Plaats volgend origineel. (Pg1) op de toets [Lezen Klaar]. Druk op [Start]. Druk op [Lezen klaar] indien gereed. Wijzig instel. Lezen Klaar Als u de automatische documentinvoereenheid gebruikt om het document te scannen, wordt dit scherm niet weergegeven.
  • Pagina 839 DOCUMENTARCHIVERING►OPGESLAGEN BESTANDEN GEBRUIKEN OPGESLAGEN BESTANDEN GEBRUIKEN PROCEDURE VOOR HET GEBRUIK VAN EEN OPGESLAGEN BESTAND De schermen en procedures kunnen variëren, afhankelijk van of gebruikersauthenticatie is ingeschakeld. De procedure voor het gebruik van een opgeslagen bestand afhankelijk van de situatie wordt uitgelegd. 'GEBRUIKERSAUTHENTICATIE (pagina 8-15)' voor informatie over de procedures voor gebruikersauthenticatie.
  • Pagina 840 DOCUMENTARCHIVERING►OPGESLAGEN BESTANDEN GEBRUIKEN Als op de printer vasthouden is geselecteerd, worden geen reset-items weergegeven waarvoor vasthouden niet kan worden ingesteld. 7-26...
  • Pagina 841 DOCUMENTARCHIVERING►OPGESLAGEN BESTANDEN GEBRUIKEN BESTANDSSELECTIESCHERM Het bestandsselectiescherm kan worden weergegeven in de indeling 'Lijst' of 'Miniatuur' (als u de bestanden als miniaturen wilt weergeven). Modus voor lijstweergave Hoofdmap Batch-afdruk uitvoeren Alle Bestanden Afdrukinstelling Bestandsnaam Gebruikersnaam Datum wijzigen Verzenden BBBBBBBB Scan_20210406_085320 2021/04/06 AAAAAAAAA BBBBBBBB Verplaatsen...
  • Pagina 842 DOCUMENTARCHIVERING►OPGESLAGEN BESTANDEN GEBRUIKEN Modus voor miniatuurweergave Hoofdmap Batch-afdruk uitvoeren Alle Bestanden Afdrukinstelling wijzigen Verplaatsen Afbeelding controleren AAAAAAAA AAAAAAAA Copy_20210520_091323 AAAAAAAA Raadpleeg detailgegevens Verwijderen Nu afdrukken Aantal Alles selecteren Wissen kopieën Schakelen tussen de lijstweergave en de De opgeslagen bestanden als miniatuur weergeven. miniatuurweergave.
  • Pagina 843 DOCUMENTARCHIVERING►OPGESLAGEN BESTANDEN GEBRUIKEN EEN BESTAND SELECTEREN OM OP TE HALEN Tik op de toets [Bestand ophalen]. Als de gebruikersauthenticatie is ingeschakeld en “Mijn map” is geconfigureerd door [Gebruikers -bediening] te selecteren bij “Instellingen (beheerder)” → [User List], wordt de aangepaste map die als “Mijn map” is ingesteld geopend.
  • Pagina 844 DOCUMENTARCHIVERING►OPGESLAGEN BESTANDEN GEBRUIKEN BESTANDEN AFDRUKKEN Een bestand dat is opgeslagen met de functie voor documentarchivering kan worden opgehaald en afgedrukt. De instellingen die werden gebruikt toen het bestand werd opgeslagen zijn ook opgeslagen, zodat het bestand opnieuw kan worden afgedrukt met dezelfde instellingen. U kunt het bestand ook aanpassen door de afdrukinstellingen te wijzigen voordat u het afdrukt.
  • Pagina 845 DOCUMENTARCHIVERING►OPGESLAGEN BESTANDEN GEBRUIKEN 7-31...
  • Pagina 846 DOCUMENTARCHIVERING►OPGESLAGEN BESTANDEN GEBRUIKEN MEERDERE BESTANDEN AFDRUKKEN MEERDERE BESTANDEN AFDRUKKEN Selecteer de toetsen van de bestanden die u wilt afdrukken. • Vertrouwelijke bestanden kunnen niet tegelijkertijd met andere bestanden worden afgedrukt. • Een bestand in de momenteel geselecteerde map kan niet tegelijkertijd worden geselecteerd met een bestand uit een andere map.
  • Pagina 847 DOCUMENTARCHIVERING►OPGESLAGEN BESTANDEN GEBRUIKEN AFDRUKKEN IN BATCHES Batch-afdrukinstellingen Selecteer in "Instellingen (beheerder)" [Systeeminstellingen] → [Instellingen Document- archivering] → [VoorwaardeInstellingen] → [Batch-afdrukinstellingen]. Selecteer of de toets [Alle gebruikers] en de toets [Gebr. Onbekend] verboden zijn in het scherm voor de selectie van de gebruikersnaam wanneer alle bestanden worden afgedrukt, of de bestanden op datum volgens nieuwste of oudste worden gesorteerd en of de bestandsnamen in oplopende of aflopende volgorde worden gesorteerd.
  • Pagina 848 DOCUMENTARCHIVERING►OPGESLAGEN BESTANDEN GEBRUIKEN Als u niet het aantal exemplaren wilt afdrukken dat u tijdens het opslaan van de gegevens hebt ingesteld, tikt u op het selectievakje [Gebruik het aantal vooraf ingestelde afdrukken per opdracht.] om het in te stellen op Ga naar stap 7 als u het aantal kopieën wilt afdrukken dat bij het opslaan van de gegevens is ingesteld.
  • Pagina 849 DOCUMENTARCHIVERING►OPGESLAGEN BESTANDEN GEBRUIKEN BESTANDEN VERZENDEN De instellingen die werden gebruikt toen het bestand met documentarchivering werd opgeslagen zijn ook opgeslagen, zodat het bestand met dezelfde instellingen kan worden verzonden. Zo nodig kunt u ook de verzendinstellingen wijzigen om het opgehaalde bestand te wijzigen. Volg de onderstaande stappen nadat u het gewenste bestand hebt geselecteerd.
  • Pagina 850 DOCUMENTARCHIVERING►OPGESLAGEN BESTANDEN GEBRUIKEN BESTANDEN VERPLAATSEN Hiermee wijzigt u de opslaglocatie voor het bestand. (Het bestand wordt verplaatst naar een andere map.) Bestanden met de eigenschap 'Beveiligen' kunnen niet worden verplaatst. Als u een beveiligd bestand wilt verplaatsen, moet u de eigenschap wijzigen in 'Delen' of 'Vertrouwelijk'. Volg de onderstaande stappen nadat u het gewenste bestand hebt geselecteerd.
  • Pagina 851 DOCUMENTARCHIVERING►OPGESLAGEN BESTANDEN GEBRUIKEN Tik op de toets van de map waarnaar u Terug naar Bestand verplaatsen bestandskeuzescherm het bestand wilt verplaatsen. Copy_20210520_091323 Gebr. Onbekend Zwart/wit Als u tikt op een map waarvoor een wachtwoord is ingesteld, Copy_20210520_091323 Bestandsnaam wordt er een scherm weergegeven voor het invoeren van een wachtwoord.
  • Pagina 852 DOCUMENTARCHIVERING►OPGESLAGEN BESTANDEN GEBRUIKEN BESTANDEN VERWIJDEREN Opgeslagen bestanden die niet meer nodig zijn, kunnen worden verwijderd. Bestanden met de eigenschap 'Beveiligen' kunnen niet worden verwijderd. Als u een beveiligd bestand wilt verplaatsen, moet u de eigenschap wijzigen in 'Delen' of 'Vertrouwelijk'. Volg de onderstaande stappen nadat u het gewenste bestand hebt geselecteerd.
  • Pagina 853 DOCUMENTARCHIVERING►OPGESLAGEN BESTANDEN GEBRUIKEN Automatisch verwijderen van bestanden Door de mappen en de tijd op te geven, kunt u instellen dat gegevens voor documentarchivering in opgegeven mappen automatisch worden verwijderd. Als u de bestanden op het apparaat regelmatig verwijdert, voorkomt u dat gevoelige informatie openbaar kan worden gemaakt en wordt er ruimte vrijgemaakt op de lokale schijf.
  • Pagina 854 DOCUMENTARCHIVERING►OPGESLAGEN BESTANDEN GEBRUIKEN AFBEELDINGSBESTANDEN CONTROLEREN AFBEELDINGSBESTAND Terug naar Copy_20210520_093143 Gebr. Onbekend Meerkl. bestandskeuzescherm De bestandsinformatie. Het paginanummer. De voorbeeldafbeeldingen van de bestanden. Het totaal aantal pagina's. Het voorbeeldscherm vergroten of verkleinen. Het voorbeeldscherm in stappen van 90 graden draaien. • Afhankelijk van het formaat van de afbeelding, kan een deel van de afbeelding worden afgesneden in het scherm voor beeldcontrole op het aanraakscherm.
  • Pagina 855 DOCUMENTARCHIVERING►OPGESLAGEN BESTANDEN GEBRUIKEN Tik in het actiescherm op [Afbeelding Hoofdmap Batch-afdruk uitvoeren Alle Bestanden controleren]. Afdrukinstelling Bestandsnaam Gebruikersnaam Datum wijzigen Verzenden Scan_20210406_085320 BBBBBBBB 2021/04/06 AAAAAAA BBBBBBBB 2015/05/05 Verplaatsen AAAAAAA BBBBBBBB 2015/04/04 Afbeelding controleren AAAAAAA BBBBBBBB 2015/03/03 Raadpleeg detailgegevens Verwijderen Z/W-afdruk Nu afdrukken Aantal Alles selecteren...
  • Pagina 856 DOCUMENTARCHIVERING►OPGESLAGEN BESTANDEN GEBRUIKEN BESTANDEN SAMENVOEGEN U kunt bestanden combineren die zijn opgeslagen met Document archiveren. • Als u slechts één bestand selecteert, wordt de toets [Bestand combineren] niet weergegeven. • De bestandsnaam is een combinatie van de eerste bestandsnaam, een tilde en 'Serienr.'. U kunt de bestandsnaam later desgewenst wijzigen.
  • Pagina 857 DOCUMENTARCHIVERING►OPGESLAGEN BESTANDEN GEBRUIKEN BESTANDEN IN HET OPDRACHTSTATUSSCHERM OPHALEN EN GEBRUIKEN Bestanden die zijn opgeslagen met de functie Bestand of Snelbestand worden als toetsen weergegeven in het opdrachtstatusscherm Voltooid. Dit is handig wanneer u snel de opgeslagen gegevens van een kopieeropdracht wilt afdrukken of snel een opgeslagen fax naar een andere bestemming wilt verzenden.
  • Pagina 858 DOCUMENTARCHIVERING►OPGESLAGEN BESTANDEN GEBRUIKEN BESTANDEN ZOEKEN EN OPHALEN Als een groot aantal bestanden is opgeslagen, kan het vinden van een bestand veel tijd in beslag nemen. Met de zoekfunctie van de modus voor documentarchivering kunt u een bestand snel vinden. U kunt ook zoeken als u slechts een deel van de bestands- of mapnaam kent. Een map kan ook worden opgegeven als een zoekbereik.
  • Pagina 859 DOCUMENTARCHIVERING►OPGESLAGEN BESTANDEN GEBRUIKEN Selecteer de zoekvoorwaarden. Hoofdmap Batch-afdruk uitvoeren Alle Bestanden Tik op elk tekstvak en stel de zoekvoorwaarde in. Selecteer afdrukbestand Zoeken van FTP Als u naar de huidige map wilt zoeken, stelt u het Selecteer afdrukbestand uit USB-geheugen Gebruikersnaam Selecteer afdrukbestand selectievakje [Alleen binnen map zoeken] in op...
  • Pagina 860 DOCUMENTARCHIVERING►OPGESLAGEN BESTANDEN GEBRUIKEN EEN EXTERN BESTAND AFDRUKKEN U kunt een bestand op een FTP-server, op een USB-stick of in een netwerkmap van een pc afdrukken. U kunt het bestand ook aanpassen door de afdrukinstellingen te wijzigen voordat u het afdrukt. Tik in het actiepaneel op de toets [Selecteer afdrukbestand van FTP], [Selecteer afdrukbestand uit USB-geheugen] of [Selecteer afdrukbestand uit netwerkmap].
  • Pagina 861 DOCUMENTARCHIVERING►OPGESLAGEN BESTANDEN GEBRUIKEN Zoeken Gebruik deze instellingen om de zoekvoorwaarden in te voeren. U kunt een opgegeven bestand bewerken door op [Afdrukken], [Verzenden], [Verplaatsen] of [Wissen] te klikken. Als het bestand dat u wilt bewerken beveiligd is met een wachtwoord, voert u het wachtwoord in bij “Bestands PIN Code/Wachtwoord”. Item Beschrijving Gebruikersnaam...
  • Pagina 862 DOCUMENTARCHIVERING►OPGESLAGEN BESTANDEN GEBRUIKEN Batch-afdruk Met een batch-afdruk kunnen meerdere bestanden tegelijk worden afgedrukt. Gebruik zoekcriteria om de bestanden te zoeken en selecteer meerdere bestanden in de zoekresultaten. Als u het aantal exemplaren wilt gebruiken dat is ingesteld toen de bestanden met Documentarchivering werden opgeslagen, selecteert u “Gebruik het in elk bestand opgeslagen aantal kopieën”.
  • Pagina 863 DATUM........8-11 Sharp OSA........8-50 INSTELLINGEN VOOR ECO-AANBEVELING APPLICATIECOMMUNICATIE .
  • Pagina 864 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►MILIEUVRIENDELIJK GEBRUIK MILIEUVRIENDELIJK GEBRUIK ECOFUNCTIES VAN HET APPARAAT Modusinstellingen De instellingen van de eco-functie worden in een batch ingesteld. “ Aangepaste modus” en “Ecomodus” zijn beschikbaar. Instellingswaarden als volgt toegepast door elke modus. Functie Aangepaste modus Ecomodus Instelling Voorverwarmingsfunctie 1min.
  • Pagina 865 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►MILIEUVRIENDELIJK GEBRUIK AUTOMATISCH UITSCHAKELEN In deze modus wordt de voeding van het bedieningspaneel en de fuseereenheid uitgeschakeld en staat het apparaat in de wachtstand met het laagste energieverbruik. De modus Automatisch uitschakelen wordt ingeschakeld wanneer het apparaat gedurende een ingestelde tijd in de wachtstand staat zonder een opdracht uit te voeren.
  • Pagina 866 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►MILIEUVRIENDELIJK GEBRUIK VOORVERWARMFUNCTIE In deze modus wordt de temperatuur van de fuseereenheid verlaagd en staat het apparaat in een wachtstand met laag energieverbruik. De voorverwarmfunctie wordt ingeschakeld wanneer het apparaat gedurende een ingestelde tijd in de wachtstand staat zonder een opdracht uit te voeren.
  • Pagina 867 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►MILIEUVRIENDELIJK GEBRUIK SCHAKEL DE MODUS VOOR AUTOMATISCHE UITSCHAKELING IN ZODRA DE EXTERNE OPDRACHT IS VOLTOOID Als u gewoon afdrukt of ontvangen faxgegevens afdrukt in de modus Timer Voor Autom. Uitschakelen, wordt de voeding ingeschakeld en gaat het apparaat nadat de afdrukopdracht is voltooid direct terug naar de modus Timer Voor Autom.
  • Pagina 868 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►MILIEUVRIENDELIJK GEBRUIK Wijzig overgangstijd volgens tijd van dag. Deze functie garandeert optimaal gebruik van de modus Automatisch uitschakelen voor elke tijdsperiode door het gebruik van het apparaat te analyseren op basis van takenlogboeken voor een periode van 4 weken. Wanneer deze instelling is ingeschakeld, is de optie [Vaste overgangstijd.] uitgeschakeld.
  • Pagina 869 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►MILIEUVRIENDELIJK GEBRUIK Handmatig U kunt een patroon instellen voor elke tijdsperiode. Het apparaat beschikt al over een sjabloon met 3 patronen. Het patroon voor energiebesparing kan worden toegevoegd aan de 'Oorspronkelijke ecopatronen 1 t/m 4'. Sjabloon met drie patronen Sjabloon Patroon Beschrijving van de modus...
  • Pagina 870 Eco-scaninstelling kunt inschakelen. De volgende modi en schermen kunnen worden ingesteld. • Beginscherm • Kopieren • Beeld Verzenden • DocumentArchivering • Systeem- instellingen • Sharp OSA Eco-scan instellen: “Instellingen (beheerder)” → selecteer [Systeeminstellingen] → [Energie Besparen] → [Eco-instelling] .
  • Pagina 871 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►MILIEUVRIENDELIJK GEBRUIK LIJST MET PATRONEN VOOR ENERGIEBESPARING Deze functie analyseert het gebruik van het apparaat en beheert de overgang naar de modus Automatisch uitschakelen op basis van de gebruiksfrequentie. Als u het energieverbruik wilt beheren met een energiebesparingspatroon, selecteert u [Handmatig] in “Instellingen (beheerder)”...
  • Pagina 872 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►MILIEUVRIENDELIJK GEBRUIK PLANNINGSINSTELLING IN- /UITSCHAKELEN Het bedieningspaneel van het apparaat kan op een vooraf ingestelde tijd worden in- of uitgeschakeld. U kunt maximaal drie (3) patronen instellen. 'Instelling 1', 'Instelling 2' en 'Instelling 3' worden in deze volgorde uitgevoerd als ze voor dezelfde dag van de week of op dezelfde tijd zijn ingesteld.
  • Pagina 873 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►MILIEUVRIENDELIJK GEBRUIK INSTELLINGEN VOOR GEBRUIK OP EEN SPECIFIEKE DATUM U kunt een datum instellen waarop u een grote hoeveelheid opdrachten gaat afdrukken of een speciale bewerking gaat uitvoeren. U stelt deze datum dan in als "specifieke datum" met een specifiek energiebesparingspatroon. Het tabblad 'Specifieke datum' Voor Specifieke datum kan een periode van maximaal zeven dagen worden ingesteld.
  • Pagina 874 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►MILIEUVRIENDELIJK GEBRUIK Het tabblad 'Patroon' In dit tabblad kunnen de gegevens van een energiebesparingspatroon worden ingesteld. Item Beschrijving Handeling voor energiebesparing Selecteer het patroon voor een specifieke datum die u wilt opgeven. Patroonnaam wijzigen Voer een patroonnaam in als u de naam van een patroon van een specifieke datum wilt wijzigen.
  • Pagina 875 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►MILIEUVRIENDELIJK GEBRUIK INSTELLINGEN VOOR ECO-AANBEVELING WEERGEVEN (SCHERM ECO-AANBEVELINGSFUNCTIE) Als het basisscherm van de normale modus wordt weergegeven, worden de instellingen voor eco-aanbeveling weergegeven. Deze functie is niet beschikbaar in de eenvoudige modus. Het scherm eco-aanbevelingsfunctie gebruiken: “Instellingen (beheerder)”...
  • Pagina 876 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►MILIEUVRIENDELIJK GEBRUIK BEWEGINGSSENSOR (BP-60C31/BP-60C36/BP-60C45/BP-70C31/BP-70C36/BP-70C45/BP-70C55/BP-70C65) Deze sensor detecteert de bewegingen van personen die het apparaat naderen en schakelt het apparaat automatisch uit de stand-bymodus. (Alleen bewegingssensormodus) Er zijn drie instellingen beschikbaar voor het detectiebereik ( Bovendien, wanneer de bewegingssensor reageert gedurende de tijd dat de stroom van deze machine is ingesteld op UIT in de schema-instelling AAN/UIT, kunt u worden gewaarschuwd met een meldingsbericht.
  • Pagina 877 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►HET GEBRUIK VAN HET APPARAAT BEHEREN HET GEBRUIK VAN HET APPARAAT BEHEREN GEBRUIKERSAUTHENTICATIE Gebruikersverificatie beperkt het gebruik van het apparaat tot aangemelde gebruikers. Het is mogelijk om de functies op te geven die de verschillende gebruikers mogen gebruiken. Zo kunt u het apparaat aanpassen aan de behoeften van uw werkplek.
  • Pagina 878 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►HET GEBRUIK VAN HET APPARAAT BEHEREN Tik op de toets [OK]. Gebruikersauthenticatie ***** Wanneer het ingevoerde gebruikersnummer is Voer uw gebruikersnummer geauthenticeerd, wordt het resterend aantal pagina's Aanm. beheer. weergegeven dat de gebruiker kan kopiëren of scannen. Wanneer een limiet is ingesteld voor het aantal pagina's dat een gebruiker kan gebruiken, wordt het gebruikte aantal pagina's van de aangemelde gebruiker weergegeven.
  • Pagina 879 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►HET GEBRUIK VAN HET APPARAAT BEHEREN AUTHENTICATIE OP BASIS VAN GEBRUIKERSNAAM EN WACHTWOORD Met deze methode kunnen gebruikers zich aanmelden met een gebruikersnaam en wachtwoord dat zij van de beheerder van het apparaat of de beheerder van de LDAP-serverhebben ontvangen. Bij het opstarten van het apparaat wordt het aanmeldscherm weergegeven.
  • Pagina 880 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►HET GEBRUIK VAN HET APPARAAT BEHEREN Voer de gebruikersnaam in. Gebruikersauthenticatie Invoer via het aanraaktoetsenbord Voer gebruikersnaam en wachtwoord in. Als de gebruikersnaam niet in de instellingsmodus is Selecteer uit lijst Gebruikersnaam Druk in om aanmeldnaam in te voeren geregistreerd, moet een gebruiker die alleen Wachtwoord Druk in om wachtwoord in te voeren...
  • Pagina 881 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►HET GEBRUIK VAN HET APPARAAT BEHEREN Tik op de toets [OK]. Gebruikersauthenticatie Wanneer de ingevoerde gebruikersnaam en het wachtwoord Voer gebruikersnaam en wachtwoord in. zijn geauthenticeerd, wordt het resterend aantal pagina's Selecteer uit lijst Gebruikersnaam weergegeven dat de gebruiker kan kopiëren of scannen. Wachtwoord Auth.
  • Pagina 882 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►HET GEBRUIK VAN HET APPARAAT BEHEREN SNELLE AUTHENTICATIE Wanneer het apparaat wordt ingeschakeld, laat dit een gemakkelijke authenticatie toe door op een vooraf geconfigureerd pictogram te drukken. • Er kunnen maximaal 20 gebruikers worden geregistreerd. • Enkel het apparaat ondersteunt snelle authenticatie. Authenticatie op een webpagina en authenticatie vanop een printerdriver kan niet worden gebruikt.
  • Pagina 883 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►HET GEBRUIK VAN HET APPARAAT BEHEREN Voer de gebruikersinformatie in en tik Systeem Begin Opdracht Status op de toets [Registr.] . informatie. Pictogram(men) wijzigen Gebruikersnaam Registreren Registr. Specificeer het gebruikerspictogram, Gebruikersnaam, E-mailadres, Wachtwoord, en Wachtwoord (bevestiging). Tik op de items om te registreren, en geef de noodzakelijke Gebruikersnaam informatie in.
  • Pagina 884 Als u klaar bent met het gebruik van Eenvoudige Eenvoudige Document- Afmelden Opdracht Status Kopie Scan Archiveren het apparaat en u zich wilt afmelden, Beheerder 11:37 AM tikt u op de toets [Afmelden]. Sharp OSA Eenvoud- Eenvoud- Afdrukvri- Eenvoud- Kopiëren jgave Kopie Scan E-mail Recente FTP/Bureau- Netwerkmap...
  • Pagina 885 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►HET GEBRUIK VAN HET APPARAAT BEHEREN GEBRUIKERSBEDIENING U kunt gebruikersbeheer uitvoeren zoals het registreren van gebruikers die zich aanmelden en het specificeren van de gebruikersauthenticatiemethode. In [Gebruikers- bediening] van "Instellingen (beheerder)" en [Systeeminstellingen] van [Authenticatie-instellingen]. Met Gebruikers- bediening kunt u de gebruikers die het apparaat gebruiken registreren en beheren. Door het aantal pagina's en functies te beperken waartoe een gebruiker of groep gebruikers toegang heeft, kunt u onjuist gebruik van het apparaat voorkomen.
  • Pagina 886 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►HET GEBRUIK VAN HET APPARAAT BEHEREN LIJST VAN ORGANISATIES /GROEPEN Een gebruiker kan worden geregistreerd in een organisatie/groep, zodat de contactpersonen en groepsinformatie die voor de groep zijn geregistreerd kunnen worden gedeeld. Bij het tellen van het aantal gebruikte pagina's kunt u voor elke groep afzonderlijk nagaan hoeveel pagina's er zijn gebruikt en welke functies.
  • Pagina 887 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►HET GEBRUIK VAN HET APPARAAT BEHEREN LIJST VAN PAGINALIMIETGROEPEN U kunt een lijst van paginalimietgroepen gebruiken om het aantal vellen papier te beperken dat een gebruiker in een specifieke groep kan gebruiken voor kopieer- of afdruktaken en het aantal pagina's dat kan worden gescand of gefaxt. U kunt daarnaast instellen dat bepaalde functies voor de gebruikers niet beschikbaar zijn.
  • Pagina 888 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►HET GEBRUIK VAN HET APPARAAT BEHEREN AUTHORITEITSGROEP De optie Autoriteitsgroep wordt gebruikt om de functies en instellingen te beperken die door gebruikers van een bepaalde groep kunnen worden gebruikt. Door beperkingen voor functies en instellingen in te stellen kunt u voorkomen dat onervaren gebruikers onjuiste handelingen en instellingen uitvoeren.
  • Pagina 889 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►HET GEBRUIK VAN HET APPARAAT BEHEREN GROEPSLIJST FAVORIETE BEDIENING Voor elke groep kunt u een omgeving vastleggen met instellingen die voor die groep geschikt zijn. Als gebruikers verschillende talen spreken, kunt u bijvoorbeeld voor elke groep een taal instellen. Deze instelling wordt automatisch toegepast als een gebruiker zich aanmeldt (de taalinstelling kan niet telkens worden gewijzigd als het apparaat wordt gebruikt).
  • Pagina 890 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►HET GEBRUIK VAN HET APPARAAT BEHEREN REKENING CODE REKENING CODE Een rekeningcode, die wordt toegevoegd aan een vastgelegd takenlogboek na het uitvoeren van een afdrukopdracht of opdracht voor beeldverzending, wordt gebruikt voor het verwerken van rekeningen. Rekeningcodes zijn ingedeeld in twee typen: main code en subcode.
  • Pagina 891 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►HET GEBRUIK VAN HET APPARAAT BEHEREN GEBRUIK VAN REKENING CODE Als het gebruik van een rekeningcode is ingeschakeld bij “Instellingen (beheerder)” dan wordt het venster voor rekeningcode weergegeven op het moment dat wordt overgeschakeld naar een andere modus (bij het afdrukken/verzenden in de modus documentarchivering).
  • Pagina 892 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►HET GEBRUIK VAN HET APPARAAT BEHEREN Tik op een Main Code in de lijst om Annuleren en terugkeren Selecteer Billing Code. deze te selecteren. Toevoegen/Bewerken Rekeningcode Main Code Belangrijkste Code Naam MAIN001 Company 1 MAIN002 Company 2 MAIN003 Company 3 MAIN004...
  • Pagina 893 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►HET GEBRUIK VAN HET APPARAAT BEHEREN Tik op de toets [OK]. Rekening Code Voer Rekeningcode in. Main Code AAAA Selecteer uit lijst Sub Code AAAA Selecteer uit lijst Geen Gebruik van Billing Code De waarde van de opgegeven rekeningcode wissen Tik op de toets [CA].
  • Pagina 894 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►HET GEBRUIK VAN HET APPARAAT BEHEREN Rekeningcode rechtstreeks invoeren Als het venster voor het invoeren van Rekening Code de rekeningcode wordt weergegeven, Voer Rekeningcode in. tikt u op het vak bij [Main Code] en Main Code AAAA Selecteer uit lijst voert u de main code in.
  • Pagina 895 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►HET GEBRUIK VAN HET APPARAAT BEHEREN NIEUWE REKENINGCODE REGISTREREN Nieuwe rekeningcode registreren. U kunt een nieuwe rekeningcode registreren via het venster voor het invoeren van een rekeningcode en via de “Instellingen”. U kunt maximaal 2000 main codes en sub codes registreren. Deelbereik van rekeningcode De geregistreerde rekeningcodes kunnen uitsluitend worden gedeeld binnen de opgegeven groep op het moment van gebruikersauthenticatie.
  • Pagina 896 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►HET GEBRUIK VAN HET APPARAAT BEHEREN Tik in het actiescherm op [Nieuw Nieuwe Toevoegen Toev]. Registratie Hoofdcode Main Code Belangrijkste Code Naam Terugkeren naar het venster voor het selecteren van een rekeningcode Tik op Tik op het vak bij [Main Code] en voer Annuleren en terugkeren Registratie Hoofdcode de main code in.
  • Pagina 897 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►HET GEBRUIK VAN HET APPARAAT BEHEREN Kies indien nodig het deelbereik van Annuleren en terugkeren Registratie Hoofdcode de rekeningcode. Main Code Registr. beëind. Registreren Openbaar voor iedereen: Registreert de rekeningcode als Belangrijkste Volgende Billing Code. Code Naam een openbare code voor alle gebruikers van het apparaat.
  • Pagina 898 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►HET GEBRUIK VAN HET APPARAAT BEHEREN Om verder te gaan met het registreren van andere rekeningcodes tikt u op [Registreren Volgende Billing Code.]. Voer stap 4 en 7 uit om de main code te registreren. De registratie annuleren Tik in het actiescherm op [Annuleren en terugkeren].
  • Pagina 899 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►HET GEBRUIK VAN HET APPARAAT BEHEREN GEREGISTREERDE REKENINGCODE BEWERKEN OF WISSEN U kunt de geregistreerde rekeningcode wijzigen of wissen. U kunt de rekeningcode ook bewerken of wissen bij “Instellingen”. Rekeningcode bewerken Als het venster voor het invoeren van Rekening Code de rekeningcode wordt weergegeven, Voer Rekeningcode in.
  • Pagina 900 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►HET GEBRUIK VAN HET APPARAAT BEHEREN Bewerk de main code indien nodig. Zie stap 4 t/m 7 bij “NIEUWE REKENINGCODE REGISTREREN (pagina 8-33)” voor meer informatie over het wijzigen van de code. Tik in het actiescherm op [Registr. beëind.]. De registratie wordt voltooid en u keert terug naar het vorige scherm.
  • Pagina 901 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►HET GEBRUIK VAN HET APPARAAT BEHEREN Tik op de main code die u wilt wissen Nieuwe Toevoegen Registratie Hoofdcode en tik dan op [Verwijderen] in het Bewerken Main Code Belangrijkste Code Naam actiescherm. Verwijderen MAIN001 Company 1 MAIN002 Company 2 MAIN003...
  • Pagina 902 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►DIT APPARAAT IN EEN NETWERKOMGEVING GEBRUIKEN DIT APPARAAT IN EEN NETWERKOMGEVING GEBRUIKEN WI-FI GEBRUIKEN WI-FI Dit apparaat kan via Wi-Fi worden verbonden met mobiele toestellen en andere. Dit apparaat kan drie communicatiemodi gebruiken. Wi-Fi-omgeving kan worden geconfigureerd vanuit Systeeminstellingen. COMMUNICATIEMODI VAN WI-FI Infrastructuurmodus Het apparaat en mobiele toestel kan communiceren via netwerk met een geïnstalleerd toegangspunt.
  • Pagina 903 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►DIT APPARAAT IN EEN NETWERKOMGEVING GEBRUIKEN Toegangspuntmodus Het apparaat kan worden ingesteld als een toegangspunt en kan communiceren met een mobiel toestel. In deze modus is communicatie met het netwerk waarmee het apparaat verbonden is niet beschikbaar. Machine = Toegangspunt De machine en het mobiele apparaat zijn...
  • Pagina 904 Wanneer een mobiel toestel wordt verbonden, kunnen de adresboekgegevens ervan worden weergegeven op het scherm van het apparaat en worden gebruikt als bestemmingsadressen. Faxnummers (telefoonnummers) en e-mailadressen in het verbonden mobiele toestel kunnen worden gebruikt als bestemmingsadressen. Voor BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65/BP-55C26 is een draadloze verbindingsadapter vereist. 8-42...
  • Pagina 905 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►DIT APPARAAT IN EEN NETWERKOMGEVING GEBRUIKEN EENVOUDIG VERBINDING MAKEN MET EEN MOBIEL TOESTEL MET NFC-COMPATIBILITEIT (EENVOUDIG VERBINDEN) U kunt het apparaat eenvoudig verbinden met een smartphone of ander mobiel toestel met NFC-compatibiliteit. • Druk op het NFC-aanraakpuntgebied in de rechter benedenhoek van het bedieningspaneel. Door de specifieke toepassing op voorhand in het mobiele toestel te installeren, zal de toepassing automatisch starten nadat het toestel is aangesloten op het apparaat, waardoor u onmiddellijk kunt afdrukken.
  • Pagina 906 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►DIT APPARAAT IN EEN NETWERKOMGEVING GEBRUIKEN Houd uw mobiele toestel tegen het NFC-aanraakpuntgebied Als het apparaat zich in de status automatisch uitschakelen bevindt, kunt u het apparaat uit de slaaptoestand halen door uw mobiel toestel tegen het NFC-aanraakgebied te houden. Als de slaapmodus echter is ingesteld op [Modus3 (energiebesparingsprioriteit1)] of [Modus4 (energiebesparingsprioriteit2)], moet u het apparaat manueel uit de slaaptoestand halen.
  • Pagina 907 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►DIT APPARAAT IN EEN NETWERKOMGEVING GEBRUIKEN VERBINDING MAKEN DOOR QR-CODE U kunt een verbinding maken door de QR-code op het aanraakscherm van het apparaat weer te geven en vervolgens uw mobiel toestel (waarop de speciale toepassing reeds is geïnstalleerd) de QR-code te laten lezen. Het apparaat verzendt de informatie die vereist is voor de verbinding met het mobiele toestel, en de informatie wordt opgeslagen.
  • Pagina 908 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►DIT APPARAAT IN EEN NETWERKOMGEVING GEBRUIKEN NAS (Network Attached Storage) is een opslagapparaat dat verbonden is met het netwerk. U kunt een deel van de lokale schijf van het apparaat gebruiken als een eenvoudige bestandsserver om bestanden op te slaan en opgeslagen bestanden te doorbladeren.
  • Pagina 909 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►DIT APPARAAT IN EEN NETWERKOMGEVING GEBRUIKEN Bestanden in NAS opslaan / NAS-bestanden doorbladeren U kunt gegevens die u nodig hebt, opslaan op de lokale schijf van het apparaat, en de gegevens op uw computer bekijken. Document gescand op het apparaat Vink in documentarchivering het vakje [PDF maken voor surfen op pc] af zodat het is geselecteerd , en kopieer de openbare map om de gegevens op te slaan.
  • Pagina 910 De machine Systeem Opdracht Status Begin informatie. 10:15 Systeem Opdracht Status Begin informatie. 10:15 Eenvoudige Eenvoudige Eenvoudige Sharp OSA Kopie Scan Jouw computer Eenvoudige Eenvoudige Eenvoudige Sharp OSA Toner Kopie Scan hoeveelheid Gebruikers Vergrote Instellingen Totaal Aantal...
  • Pagina 911 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►DIT APPARAAT IN EEN NETWERKOMGEVING GEBRUIKEN ® Voorbeeld: RealVNC Start de VNC-viewer, voer het IP-adres van het apparaat in bij "VNC Server" en klik op de knop [Connect]. Vraag de beheerder van het apparaat om het IP-adres. Volg de aanwijzingen op het bedieningspaneel van het apparaat om de verbinding toe te staan.
  • Pagina 912 Sharp OSA (Open Systems Architecture) is een architectuur die het apparaat rechtstreeks koppelt aan software-applicaties (externe applicaties) voor het gebruik van het apparaat via een netwerk. Wanneer u een apparaat gebruikt dat Sharp OSA ondersteunt, kunt u toetsen op het bedieningspaneel en apparaatfuncties, zoals scannen, naar externe applicaties verzenden.
  • Pagina 913 De Externe accountmodule (BP-AM11) is vereist voor het gebruik van deze functies op de BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65/BP-55C26. Externe accountapplicatie instellen Om de instelling toe te passen, start u het apparaat opnieuw op nadat u een externe applicatie bij "Instellingen (beheerder)"...
  • Pagina 914 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►DIT APPARAAT IN EEN NETWERKOMGEVING GEBRUIKEN VIRUSSCAN Wanneer dit apparaat is verbonden met een netwerkomgeving, kan het worden blootgesteld aan virussen en andere aanvullen van buitenaf. Het is ook mogelijk dat het wordt besmet met een virus via een USB-geheugentoestel. Het gevaar bestaat dat een virus dat het toestel besmet, zich kan verspreiden naar andere toestellen.
  • Pagina 915 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►DIT APPARAAT IN EEN NETWERKOMGEVING GEBRUIKEN Periodieke scan Scannen voor virussen op een vaste dag en vast tijdstip. Deze functie kan worden gebruikt wanneer [Voer een virusscan uit op gespecificeerde tijd] is ingeschakeld in [Virusscaninstelling] van de systeeminstellingen. De dag en het tijdstip kunnen worden ingesteld in [Tijdschema] onder [Virusscaninstelling].
  • Pagina 916 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►DIT APPARAAT IN EEN NETWERKOMGEVING GEBRUIKEN Doelgegevens voor virusscan De volgende gegevens kunnen worden gescand op virussen. • Firmware voor het apparaat • Ingebedde toepassingen • Ingang-/uitganggegevens van het apparaat (opdrachtgegevens, configuratiegegevens van het apparaat, adresboekgegevens, ingang-/uitganggegevens van documentarchvering) •...
  • Pagina 917 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►DIT APPARAAT IN EEN NETWERKOMGEVING GEBRUIKEN WANNEER EEN VIRUS IS GEDETECTEERD Weergegeven in het Systeeminformatiescherm Wanneer een virus is gedeteteerd door de virusscan, wordt het volgende scherm weergegeven op het Systeeminformatiescherm. Melding Machine-informatie Er is een virus gedetecteerd. Besmet bestand is gewist.
  • Pagina 918 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►DIT APPARAAT IN EEN NETWERKOMGEVING GEBRUIKEN Als de doelgegeven een ingebedde toepassing zijn Scan tijdens installatie en Installatie en update via Application Portal/USB-geheugen update Annuleer de installatie/update, en het aanraakscherm geeft weer dat er een virus is gedetecteerd.
  • Pagina 919 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►DIT APPARAAT IN EEN NETWERKOMGEVING GEBRUIKEN “Auditlog” van virusscan Zie voor meer informatie over “Auditlog” “Auditlogboek (pagina 9-218)” in systeeminstellingen. E-mailwaarschuwing De onderwerpsregel van het gedetecteerde virus en de virusinformatie worden gemeld in het tekstgedeelte van de e-mail.
  • Pagina 920 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►DIT APPARAAT IN EEN NETWERKOMGEVING GEBRUIKEN HET VIRUSDEFINITIEBESTAND BIJWERKEN Werkt het virusdefinitiebestand bij op de volgende tijdstippen. • Wanneer het apparaat wordt opgestart Werkt het virusdefinitiebestand bij wanneer het apparaat wordt opgestart. Als een virusscan wordt uitgevoerd bij het opstarten, wordt het virusdefinitiebesetand bijgewerkt alvorens te scannen.
  • Pagina 921 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►UNIVERSEEL ONTWERP VAN HET APPARAAT UNIVERSEEL ONTWERP VAN HET APPARAAT UNIVERSEEL ONTWERP VAN HET APPARAAT Het apparaat en de software zijn zo ontworpen dat het apparaat voor alle gebruikers eenvoudig te gebruiken is. UNIVERSEEL ONTWERP VAN DE BEDIENING Afstelling van hoek van bedieningspaneel De hoek van het hele bedieningspaneel kan worden afgesteld zodat het apparaat ook zittend kan worden bediend.
  • Pagina 922 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►UNIVERSEEL ONTWERP VAN HET APPARAAT Reactietijd van de toetsen wijzigen U kunt indien nodig de reactietijd van de toetsen wijzigen. Selecteer in "Instellingen (beheerder)" [Systeeminstellingen] → [Algemene instellingen] → [BedieningsInstellingen]→ [VoorwaardeInstellingen] → [Instelling Toetsbediening]. • Tijd voor acceptatie van toetsinvoer Deze instelling bepaalt hoe lang het duurt voordat de invoer wordt geregistreerd wanneer op een toets in het aanraakscherm wordt getikt.
  • Pagina 923 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►UNIVERSEEL ONTWERP VAN HET APPARAAT UNIVERSEEL ONTWERP VAN HET GELUID Geluidswaarschuwingen bij het wijzigen van de instellingen Tijdens het wijzigen van Kopieerfactor of Belichting hoort de gebruiker een geluidswaarschuwing bij de standaardinstelling (Kopieerfactor 100%, Belichting 3). Selecteer in "Instellingen (beheerder)"...
  • Pagina 924 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►UNIVERSEEL ONTWERP VAN HET APPARAAT UNIVERSAL DESIGN-FUNCTIES Het apparaat beschikt over functies en instellingen die compatibel zijn met Universal Design. Gebruiksvriendelijke gebruikersinterface • Eenvoudige modus Deze modus bevat alleen de veelgebruikte opties. De knoppen en de tekst zijn extra groot om de bediening eenvoudiger te maken.
  • Pagina 925 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►UNIVERSEEL ONTWERP VAN HET APPARAAT Intuïtieve bediening • Gebruik de QR-code om de gebruikershandleiding te bekijken. Tik op de toets [Gebruikershandleiding] op het beginscherm van het aanraakscherm om een QR-code te tonen die de pagina met de gebruikershandleiding aangeeft. U kunt de QR-code lezen met uw mobiel toestel om de overeenkomstige pagina eenvoudig te bekijken.
  • Pagina 926 999999, waarna de teller wordt teruggezet op 1. Accounttaak-id De taak-id die wordt gebruikt in de Sharp OSA wordt vastgelegd. Opdrachtmodus Het type opdrachtmodus, zoals kopiëren of afdrukken, wordt vastgelegd.
  • Pagina 927 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►LIJST OPDRACHTWACHTRIJ Itemnaam Beschrijving Hoofditems Nummer uitgifte van Card Het aantal keer dat een SSFC IC-card is uitgegeven, wordt opgeslagen. Main Code Main Code wordt vastgelegd. Sub Code Sub Code wordt vastgelegd. Begindatum en -tijd De datum en tijd waarop de opdracht is gestart wordt vastgelegd.
  • Pagina 928 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►LIJST OPDRACHTWACHTRIJ Itemnaam Beschrijving Hoofditems Ongeldig aantal vellen Het ongeldige aantal vellen in kleur wordt (kleur) vastgelegd. Ongeldig aantal vellen Het ongeldige aantal vellen in zwart-wit wordt (zwart/wit) vastgelegd. Aantal gereserveerde sets Het aantal opgegeven sets of gereserveerde bestemmingen wordt vastgelegd.
  • Pagina 929 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►LIJST OPDRACHTWACHTRIJ Itemnaam Beschrijving Image Send Related Item Adres Het adres van een opdracht voor beeldverzending wordt vastgelegd. Naam Afzender De naam van de afzender van een opdracht voor beeldverzending wordt vastgelegd. Afzenderadres Het adres van de afzender van een opdracht voor beeldverzending wordt vastgelegd.
  • Pagina 930 GEMAKKELIJK GEBRUIK VAN HET APPARAAT►LIJST OPDRACHTWACHTRIJ Itemnaam Beschrijving Onderwerp betreffende DocumentArchivering De status van documentarchivering wordt documentarchivering vastgelegd. Opslagmodus De opslagmodus voor documentarchivering wordt vastgelegd. Algemene functionaliteit Kleurinstelling De kleurmodus die door de gebruiker is geselecteerd wordt vastgelegd. Spec. Functies De speciale modi die zijn geselecteerd bij het uitvoeren van de opdracht worden vastgelegd.
  • Pagina 931 INSTELLINGSMODUS Toegangsinstellingen......9-50 INSTELLINGSMODUS Paginalimietgroep ......9-50 Paginalimietinstelling apparaat .
  • Pagina 932 Instelling Verborgen patroon afdrukken ... . 9-216 Sharp OSA-instellingen......9-134 Traceer- gegevensafdruk .
  • Pagina 933 Tik op de toets [Instellingen] in het beginscherm. Het scherm van de instellingsmodus wordt op het aanraakscherm getoond. Eenvoudige Eenvoudige Eenvoudige Sharp OSA Het instellingenmenu wordt boven in het scherm Kopie Scan weergegeven. Tik in het menu op de instelling die u wilt wijzigen.
  • Pagina 934 Druk het IP-adres van het apparaat af vanuit de instellingsmodus van het apparaat en voer het adres in de webbrowser van de pc in. Tik op de toets [Systeem informatie.]. Eenvoudige Eenvoudige Eenvoudige Sharp OSA Kopie Scan Toner hoeveelheid Gebruikers...
  • Pagina 935 INSTELLINGSMODUS►INSTELLINGSMODUS Selecteer een gebruikersnaam en voer uw wachtwoord in. Een wachtwoord invoeren Aanmelden Aanmelden Authoriteit Gebruiker Gebruikersnaam Gebruiker Wachtwoord (1-255 cijfers) Voer de gegevens voor gebruikersauthenticatie in. Dit bericht kan worden bewerkt via Systeeminstellingen. Aanmelden • Als u op een item klikt waarvoor beheerdersrechten zijn vereist, wordt het scherm weergegeven waarin u het wachtwoord moet invoeren, ongeacht de instellingen.
  • Pagina 936 INSTELLINGSMODUS►INSTELLINGSMODUS INSTELLINGSMODUSSCHERM Dit gedeelte beschrijft typische items in de bedieningsmethode in de instellingsmodus. Overzicht van instellingsmodus Gebruikershandleiding Driver/Software Sitemap BP-xxxxx Gebruikersnaam Beheerder Afmelden Status Adresboek Documenthandelingen Gebruikers- Systeem- instellingen bediening (10) Machine-identificatie Machine-identificatie Totaal aantal Update Apparaatstatus bevestigen Netwerkstatus Beveiligingsstatus Firmwareversie (11) Spanning uit/aan...
  • Pagina 937 INSTELLINGSMODUS►INSTELLINGSMODUS INSTELMETHODE In dit gedeelte worden de belangrijkste procedures uitgelegd voor het configureren van instellingen met behulp van “Instellingen Beginscherm”als een voorbeeld. Met deze instelling kan een afbeelding van de gebruiker als achtergrondafbeelding van het beginscherm worden ingesteld. Maak verbinding met de webpagina, zoals uitgelegd in “De instellingsmodus weergeven (webversie) (pagina 9-4)”.
  • Pagina 938 INSTELLINGSMODUS►INSTELLINGSMODUS Selecteer "Aangepaste afbeelding gebruiken" en klik op de knop [Bladeren] om de gewenste afbeelding te selecteren. (1) Selecteer het selectievakje “Aangepaste afbeelding gebruiken” (2) Klik op de knop [Bladeren]. esboek Documenthandelingen Gebruikers- Systeem- instellingen bediening Registreer Achtergrondafbeelding Indienen Annuleren Terug naar Menulijst Achtergrondbeeld...
  • Pagina 939 INSTELLINGSMODUS►INSTELLINGSMODUS Als u nog een item wilt instellen, gebruikt u het instellingenmenu of het tabbladenmenu. Als u de knoppen "Vooruit" of "Terug" van de webbrowser gebruikt om een ander onderdeel weer te geven, wordt het onderdeel dat u hebt ingesteld niet opgeslagen. Gebruik daarom het instellingenmenu of het tabbladenmenu om de verschillende items weer te geven.
  • Pagina 940 INSTELLINGSMODUS►INSTELLINGSMODUSLIJST INSTELLINGSMODUSLIJST INSTELLINGSMODUSLIJST Klik op het koppelingsbestand om de details van elke beschrijving te zien. In de instellingenmodus zijn er enkele die alleen op de webpagina kunnen worden ingesteld en sommige die alleen op dit apparaat kunnen worden ingesteld. *1 Alleen webpagina’s kunnen worden ingesteld. *2 Items die alleen in de instellingensmodus van dit apparaat kunnen worden ingesteld.
  • Pagina 941 INSTELLINGSMODUS►INSTELLINGSMODUSLIJST ■ Documenthandelingen ●Documenthandelingen DocumentArchivering  Hoofdmap Snelmap Aangepaste Map Mijn map Batch-afdruk Afdruktaak indienen  Afdrukinstellingen ■ Gebruikers -bediening-Gebruikers- instellingen ●Gebruikers- instellingen Gebruikerslijst  Aangepaste Index  Lijst van organisaties /groepen  Gebruikersinformatie afdrukken  ■ Gebruikers -bediening-Toegangs- instellingen ●Toegangsinstellingen Paginalimietgroep ...
  • Pagina 942 INSTELLINGSMODUS►INSTELLINGSMODUSLIJST ■ Gebruikers -bediening-Instell. code facturering ●Instelling Rekening Code Beheerinstellingen  Gebruik Rekening Code Gebruik Code Instellingen Neem de Rekeningcode over bij Modusovergang Uitschakelen van Wijziging van Rekeningcode. Pas Gebruikerscode toe terwijl U aangemeld bent met Apparaataccount Uitzonderingsinstelling voor Rekeningcode Functie Instelling displaynaam Rekeningcode Main Code Lijst ...
  • Pagina 943 INSTELLINGSMODUS►INSTELLINGSMODUSLIJST Geef waarschuwingsbericht wanneer origineel niet gedetecteerd wordt Uitgangsinstellingen status  Tekst/afbeelding afdrukken  Tekstinstellingen (Stempel) Aangepast stempel Aangepast watermerk ■ Systeeminstellingen-Printerinstellingen ●Printerinstellingen VoorwaardeInstellingen  Kennisgeving Pagina Niet Afdrukken Testpagina Niet Afdrukken A4/Letter-Formaat Auto Veranderen A3/papierformaat automatisch veranderen Instellingen handinvoerlade Opdrachtwachtrijplaatsing Uitschakelen Rechtstreeks afdrukken USB-geheugen Uitschakelen Rechtstreeks afdrukken netwerkmap...
  • Pagina 944 INSTELLINGSMODUS►INSTELLINGSMODUSLIJST Registratie van netwerkmap Afdrukinstelling vanaf PC/Mobiele Terminal  FTP afdrukken Poortnummer IPP-afdrukken (zonder stuurprogramma) geo URI (RFC 5870) ■ Systeeminstellingen-Instellingen Beeld Verzenden-Algemene instellingen ●Algemene instellingen Voorwaarde- Instellingen  Instellingen enige tijd vasthouden nadat scannen is voltooid Automatische Starttijd voor Taak Tijdens Scannen Standaardweergave-Instellingen Standaardselectie adresboek Stand afbeelding...
  • Pagina 945 INSTELLINGSMODUS►INSTELLINGSMODUSLIJST ■ Systeeminstellingen-Instellingen Beeld Verzenden-Scaninstellingen ●Scaninstellingen Uitgangsinstellingen status  Standaardinstellingen kleurmodus Instelling Oorspronkelijke Bestandsindeling Eenvoudige Scaninstellingen Resolutie-instelling Originele skew aanpassing Voorwaarde- Instellingen  Standaard Antwoordadresset Bcc-instelling Snel On-Line Verzenden Opties PDF-compressie Compacte PDF-resolutie-instelling Compressiemodus bij distributie Instellingen voor 'Koppeling naar de bestemming verzenden' Maximale grootte van Gegevens Verzenden (e-mail) Maximale grootte van Gegevens Verzenden (FTP/Bureaublad/Netwerkfolder) Instelling Auto Scan...
  • Pagina 946 INSTELLINGSMODUS►INSTELLINGSMODUSLIJST ■ Systeeminstellingen-Instellingen Beeld Verzenden-Faxinstellingen ●Faxinstellingen Voorwaarde- Instellingen  Resolutie-instelling Afdrukken auto reactiveren Instelling Onderbrekingstijd Faxbestemmingbevestigingsmodus Instelling Extern Ontvangstnummer Faxscherm weergeven wanneer externe telefoon niet op de haak ligt Instelling Afdrukken Transactierapport Instelling Afdrukken Activiteitenrapport Super G3 instelling ECM Digitaal lijnnetwerk DRD (Distinctive Ring Detection) PBX-instelling Instellingen verzenden...
  • Pagina 947 INSTELLINGSMODUS►INSTELLINGSMODUSLIJST Fax Navraagbeveiliging  F-Codegeheugenvak  ■ Systeeminstellingen-Instellingen Beeld Verzenden-Internet Fax-instellingen ●Internet Fax-instellingen StandaardInstellingen  Instelling Oorspronkelijke Bestandsindeling Afdrukken auto reactiveren Origineel afdrukken op transactierapport Instelling Afdrukken Transactierapport Instelling Afdrukken Activiteitenrapport Instellingen verzenden  I-Fax Ontvanstrapport Aan/Uit Instelling Time-Out Aanvraag I-Fax Ontvangstrapport Instellen Aantal malen opnieuw zenden bij ontvangstfout Maximale grootte van Gegevens Verzenden Instelling Verzenden Draaiing...
  • Pagina 948 INSTELLINGSMODUS►INSTELLINGSMODUSLIJST ■ Systeeminstellingen-Instellingen Beeld Verzenden-Fax Data Ontvangen/Doorsturen (Manueel) ●Fax Data Ontvangen/Doorsturen (Manueel) Faxinstellingen  Internetfaxinstellingen  ■ Systeeminstellingen-Instellingen Beeld Verzenden-Instellingen Inbound Routing (doorsturen/opslaan) ●Instellingen Inbound Routing (doorsturen/opslaan) Instellingen inkomende routing  Registratie Verzendadres  Beheerinstellingen  Instellingen Inbound Routing (opslaan) ...
  • Pagina 949 Aanvraag van toepassing voor toegang op afstand toestaan Toegang toepassing toegestaan Sta aanvraag voor toepassing op afstand toe op bedieningspaneel Accepteer UI-bedieningsaanvraag van toepassing Geef aansluitingsdialoog van verbinding in Sharp OSA-modus weer Sta secundaire verzendingsaanvraag van Sharp OSA-toepassing toe Instellingen van standaardapplicatie ...
  • Pagina 950 INSTELLINGSMODUS►INSTELLINGSMODUSLIJST ■ Systeeminstellingen-Authenticatie-instellingen ●Authenticatie-instellingen Standaard- instellingen  Gebruikersauthenticatie Authenticatie-instellingen Standaardinstelling netwerkauthenticatieserver Specificeer netwerkserver toegangsinstelling Instelling authenticatiemeth. Snel inloggen inschakelen Inst. apparaataccountmodus Meld gebruiker aan Instellingen voor het gebruiken van authenticatie-informatie Authenticatiegegevens voor externe serviceverbinding in cachegeheugen opslaan Instelling van Card Afdrukken door ongeldige gebruiker uitschakelen Instelling voor automatisch afmelden Waarschuwing wanneer aanmelden mislukt...
  • Pagina 951 INSTELLINGSMODUS►INSTELLINGSMODUSLIJST ■ S y s t e e m i n s t e l l i n g e n - A l g e m e n e instellingen-Papierinstellingen ●Papierinstellingen Papierlade- instellingen  Automatisch schakelen van lade Toon Papierlade-instellingen wanneer lade voor handmatige invoer papier detecteert. Papiergewicht Inst.
  • Pagina 952 INSTELLINGSMODUS►INSTELLINGSMODUSLIJST Instelling tandemverbinding Modus Eenvoudige Instellingen  Instelling favoriete toets  Toon instelling van Mode toets  Toetsenbordinstellingen  Standaard toetsenbordinstelling Keuze Toetsenbord Toetsenbordprioriteit instellen Instelling sjabloon aanraak- toetsenbord Aangepaste koppelingen  ■ S y s t e e m i n s t e l l i n g e n - A l g e m e n e instellingen-Apparaatbeheer ●Apparaatbeheer Standaardinstell.
  • Pagina 953 INSTELLINGSMODUS►INSTELLINGSMODUSLIJST Instellingen in /uitschakelen  Authenticatie-instellingen Kopieerinstellingen Printerinstellingen Instellingen Beeld Verzenden Instellingen Document- archivering BedieningsInstellingen Apparaatbeheer Beveiligings- instellingen Productcode/Invoer toepassingsnummer  ■ S y s t e e m i n s t e l l i n g e n - A l g e m e n e instellingen-Geluidsinstellingen ●Geluidsinstellingen Instellingen pieptoon (algemeen)
  • Pagina 954 INSTELLINGSMODUS►INSTELLINGSMODUSLIJST DNS-instellingen IEEE802.1X instelling Services instellingen  SMTP Kerberos SNTP mDNS SNMP SMB Direct print instellingen  LPD RAW WSD Instellingen voor externe afdrukservices  Instellingen van Universal Print  LDAP-installatie  Active Directory Instellingen  Openbare map/ NAS- instelling ...
  • Pagina 955 INSTELLINGSMODUS►INSTELLINGSMODUSLIJST Wachtwoordinstelling  Instellingen wachtwoordbeleid Wachtwoord wijzigen Voorwaarde- Instellingen  Afdruktaken beperken andere dan de huidige Afdruktaak in Wachtrij Automatische verwijdering van opgeschorte afdruktaken Tijd totdat opgeschorte afdruktaken automatisch worden verwijderd Weiger Verzoeken van Externe Sites Herstel de firmware als deze beschadigd is Toepassen beveiligingsbeleid Verplichte toegangscontrole Taakstatus Lijst van Uitgevoerde Taken Weergave-Instelling...
  • Pagina 956 INSTELLINGSMODUS►INSTELLINGSMODUSLIJST Certificate Signing Request (CSR)-beheer CA-certificaatbeheer ■ Systeeminstellingen-Energie Besparen ●Energie Besparen Eco-instelling  Toon scherm Eco Aanbevelings Functie Bericht weergeven voor uitstellen van voorverwarmfunctie / Automatisch uitschakelen Instellingenmodus Instelling Voorverwarmingsfunctie Schakel de functie voor automatische uitschakeling in zodra de externe taak is voltooid. Vaste overgangstijd.
  • Pagina 957 INSTELLINGSMODUS►INSTELLINGSMODUSLIJST Status- en waarschuwingsbericht via e-mail  Statusbericht Waarschuwings- bericht SMTP-instelling ■ Systeeminstellingen-Afbeeldingskwaliteit aanpassen ●Afbeeldingskwaliteit aanpassen Collectieve Aanpassing  Registratieaanpassing Stand fuserreiniging Zwarte Letter/Zwarte Lijn Dikte verstelling Verminder zwarte strepen Geef waarschuwingsbericht bij opmerken zwarte strepen. Afbeeldingskwaliteit Afdruk  Snelle Aanpassing Afbeeldingskwaliteit Kleurbalans Instellen (Kleur / Z/W) Kleurkopie Zwarte Component Hoeveelheid Aanpassing Densiteitaanpassing wanneer [Auto] is geselecteerd voor Belichting...
  • Pagina 958 INSTELLINGSMODUS►STATUS STATUS Status Machine-identificatie Het scherm Machine-identificatie bevat de systeeminformatie van het apparaat. Hier worden de modelnaam, de huidige status en de locatie van het apparaat weergegeven. Deze instelling kan ook worden ingesteld door algemene gebruikers, behalve voor sommige items. Item Beschrijving Serienummer...
  • Pagina 959 INSTELLINGSMODUS►STATUS Item Beschrijving Memo Toont een tekst die de beheerder heeft ingevoerd. Als u bent aangemeld als beheerder, kunt u een memo invoeren. Als er geen naam is ingesteld, wordt [Niet ingesteld] weergegeven. Wanneer u tikt op de toets [Niet ingesteld], wordt het scherm Machine-identificatie getoond. Voorraadstatus Toont de huidige status van de benodigdheden.
  • Pagina 960 INSTELLINGSMODUS►STATUS Netwerkstatus Toont algemene, TCP / IP, en DNS-statusinformatie. De inhoud die hier wordt weergegeven, zijn de items die moeten worden ingesteld in de netwerkinstellingen en de instelwaarden ervan. “Netwerk- instellingen (pagina 9-178)” voor alle instellingen. Deze instelling kan ook worden gedaan door algemene gebruikers. Beveiligingsstatus Toont de status van de beveiligingsinstellingen van het apparaat.
  • Pagina 961 INSTELLINGSMODUS►STATUS Datalijst U kunt lijsten afdrukken met instellingen en informatie die in het apparaat zijn geregistreerd. Of de lijsten eenzijdig of tweezijdig worden afgedrukt, stelt u in bij Bedieningsinstellingen - Datalijst - 1-zijdig/2-zijdig. Lijst voor Gebruiker Deze instelling kan ook worden gedaan door algemene gebruikers. Lijstnaam Beschrijving Printerstatuslijst...
  • Pagina 962 • Gemeenschappelijke Instellingenlijst • Scaninstellingenlijst • Faxinstellingenlijst • I-Fax Instellingenlijst Instellingen Document- archivering • Documentarchivering Instellingenlijst Sharp OSA-instellingen • Sharp OSA-instellingenlijst Authenticatie-instellingen • Lijst authenticatie-instellingen Algemeen U kunt lijsten met beheerdersinstellingen afdrukken voor de volgende modi. • Lijst Papierinstellingen • Instellingenlijst Printeridentificatie •...
  • Pagina 963 INSTELLINGSMODUS►STATUS Netwerkinstellingen • Netwerkinstellingenlijst Beveiligings- instellingen • Veiligheidsinstellingenlijst Inst. energiebesp. • Lijst Energiebesparing Afbeeldingskwaliteit aanpassen • Afbeeldingskwaliteit Aanpassingslijst Activiteitenrapport verzenden van afbeeldingen U kunt de volgende activiteitsrapporten voor beeldverzending afzonderlijk afdrukken. • Activiteitenrapport verzenden van afbeeldingen (fax) • Activiteitenrapport verzenden van afbeeldingen (Scannen) •...
  • Pagina 964 INSTELLINGSMODUS►ADRESBOEK ADRESBOEK Adresboek Verzendbestemmingen (contactpersonen), zoals faxadressen en Scannen naar E-mail-adressen, en groepen kunnen in het adresboek worden opgeslagen. Als u een contactpersoon of groep wilt wijzigen, selecteert u de naam van de contactpersoon of groep. Als u een contactpersoon of groep wilt toevoegen, klikt u op de knop [Toevoegen]. Zie voor de procedure voor het opslaan van contactpersonen en groepen met het aanraakscherm van het apparaat “ADRESBOEKSCHERM (pagina 6-15)”.
  • Pagina 965 Selecteer het bestandsformaat dat voor een gescande afbeelding moet worden gebruikt. Als [OCR] is ingeschakeld, wordt tekst in de scangegevens automatisch herkend. Als [OCR] BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65/BP-55C26 gebruikt, moet de OCR-uitbreidingskit geïnstalleerd zijn. Als [Uitschakeling van OCR] is ingesteld, kan de OCR-functie niet worden gebruikt.
  • Pagina 966 INSTELLINGSMODUS►ADRESBOEK Item Beschrijving Internetfax Internetfaxadres Als u een nieuw adres wilt opslaan, selecteert u [Nieuw adres] en voert u het adres in het veld Adres in. Globaal Adres Zoeken Als u een adres wilt zoeken dat als globaal adres is opgeslagen, klikt u op deze knop en selecteert u het adres in de lijst.
  • Pagina 967 Voor PFD wordt de tekstinformatie in het PDF-bestand vastgelegd. Als [OCR] is ingeschakeld, wordt tekst in de scangegevens automatisch herkend. Als [OCR] BP-50C26 / BP-50C31 / BP-50C36 / BP-50C45 / BP-50C55 / BP-50C65 / BP-55C26 gebruikt, moet de OCR-uitbreidingskit worden geïnstalleerd.
  • Pagina 968 Voor PFD wordt de tekstinformatie in het PDF-bestand vastgelegd. Als [OCR] BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65/BP-55C26 gebruikt, moet de OCR-uitbreidingskit geïnstalleerd zijn. Als [OCR] BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65 gebruikt, moet de OCR-uitbreidingskit geïnstalleerd zijn. Als [OCR] is ingeschakeld, wordt tekst in de scangegevens automatisch herkend. Voor PDF, RTF, TXT(UTF-8), DOCX, XLSX of PPTX wordt de herkende tekst opgeslagen in de bijbehorende bestandsindeling.
  • Pagina 969 Voor PFD wordt de tekstinformatie in het PDF-bestand vastgelegd. Als [OCR] is ingeschakeld, wordt tekst in de scangegevens automatisch herkend. Als [OCR] BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65/BP-55C26 gebruikt, moet de OCR-uitbreidingskit geïnstalleerd zijn. Voor PDF, RTF, TXT(UTF-8), DOCX, XLSX of PPTX wordt de herkende tekst opgeslagen in de bijbehorende bestandsindeling.
  • Pagina 970 INSTELLINGSMODUS►ADRESBOEK Categorie -instelling U kunt een “Categorie” instellen voor een adres. Als u een categorie voor een adres instelt, kunt u de categorie gebruiken om adressen te filteren tijdens het zoeken. Zo kan een adres sneller worden gevonden. U kunt een categorie elke gewenste naam geven. Door duidelijke namen te gebruiken kunt u de adressen snel en eenvoudig sorteren.
  • Pagina 971 INSTELLINGSMODUS►DOCUMENTHANDELINGEN DOCUMENTHANDELINGEN Documenthandelingen Deze instelling kan ook worden gedaan door algemene gebruikers. DocumentArchivering Gegevens die met Documentarchivering zijn opgeslagen kunnen via internet worden bewerkt. Hoofdmap Bestanden in de Hoofdmap kunnen worden weergegeven. U kunt een opgegeven bestand bewerken door op [Afdrukken], [Verzenden], [Verplaatsen] of [Wissen] te klikken.
  • Pagina 972 INSTELLINGSMODUS►DOCUMENTHANDELINGEN Aangepaste Map De bestanden in de Aangepaste map kunnen worden weergegeven. U kunt het gespecificeerde bestand opnieuw bewerken. Klik op [Afdrukken], [Verzenden], [Verplaatsen] of [Wissen]. Als het bestand dat u wilt bewerken een wachtwoord heeft, voer dan het wachtwoord in bij “Bestandswachtwoord”. Item Beschrijving Index...
  • Pagina 973 INSTELLINGSMODUS►DOCUMENTHANDELINGEN Zoekresultaat Gebruik deze instellingen om de zoekvoorwaarden in te voeren. U kunt een opgegeven bestand bewerken door op [Afdrukken], [Verzenden], [Verplaatsen] of [Wissen] te klikken. Als het bestand dat u wilt bewerken een wachtwoord heeft, voer dan het wachtwoord in bij “Bestandswachtwoord”. Item Beschrijving Weergavestijl...
  • Pagina 974 Zie “INSTELLINGSMODUS” voor informatie over de procedure “Instellingsmodus (webversie)”. Op de BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65/BP-55C26 is de PS3-uitbreidingskit vereist. Op de BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65/BP-55C26 is de directe afdrukuitbreidingskit vereist. Afdrukinstellingen Selecteer de afdrukinstellingen. Selecteer het bestand dat u wilt afdrukken bij “Selecteer bestand”, selecteer de instellingen en klik vervolgens op [Afdrukken].
  • Pagina 975 Afdrukken terwijl het bestand aan het volledige papierformaat is aangepast. Druk Wat af Rechtstreeks Afdrukken met BP-60C31/BP-60C36/BP-60C45/BP-70C31/BP-70C36/BP-70C45/BP-70C55/BP-70C65 of BP-50C26/BP-50C31/BP-50C36/BP-50C45/BP-50C55/BP-50C65/BP-55C26 Wanneer de uitbreidingskit voor rechtstreeks afdrukken is geïnstalleerd, selecteer dan of het vel of het volledige werkboek moet worden afgedrukt wanneer het Excel-bestand wordt afgedrukt. Uitvoerlade Selecteer de uitvoerlade voor de afdruktaak.
  • Pagina 976 INSTELLINGSMODUS►Gebruikers -bediening Gebruikers -bediening Gebruikers- instellingen Het beheert gebruikers zoals registratie van gebruikers om zich aan te melden en gebruikersauthenticatiemethoden. Gebruikerslijst Gebruikers toevoegen, bewerken en verwijderen voor authenticatie, en authenticatie-instellingen voor gebruikers configureren. • Toets [Toevoegen] Hiermee voegt u een nieuwe gebruiker toe. •...
  • Pagina 977 INSTELLINGSMODUS►Gebruikers -bediening Als fabrieksinstelling opgeslagen gebruikers De volgende gebruikers zijn in de fabriek in het apparaat opgeslagen. • Beheerder: de beheerdersaccount van het apparaat is als fabrieksinstelling opgeslagen. • Gebruiker: deze account wordt gebruikt als netwerkauthenticatie wordt gebruikt en een gebruikersnaam die niet in het apparaat is opgeslagen, rechtstreeks wordt ingevoerd.
  • Pagina 978 INSTELLINGSMODUS►Gebruikers -bediening Instellingen Item Beschrijving Gebruikersnaam Deze gebruikersnaam wordt gebruikt als toetsnaam in het authenticatiescherm, als gebruikersnaam voor documentarchivering en als verzendernaam. Als u de functie “Opgeslagen taken automatisch afdrukken na login (pagina 9-147)” wilt gebruiken, registreer dan maximaal 16 tekens met dubbele byte. Gebruikersnaam gebruiken als Selecteer deze optie als u de ingevoerde gebruikersnaam wilt gebruiken als loginnaam.
  • Pagina 979 INSTELLINGSMODUS►Gebruikers -bediening Item Beschrijving Authenticatieserver Als [Netwerkauthenticatie] is geselecteerd, selecteert u de server die voor gebruikersauthenticatie moet worden gebruikt in de lijst met LDAP-servers die is opgeslagen in de instellingsmodus (webversie). Organisatie/Groep Stel een groep in waarvan de gebruiker deel uitmaakt. Er kunnen maximaal 8 groepen worden toegewezen.
  • Pagina 980 INSTELLINGSMODUS►Gebruikers -bediening Bij Alle gebruikersinformatie afdrukken kunnen de volgende items worden gebruikt voor 2-zijdig afdrukken per item. • Gebruikerslijst • Lijst van gebruikt aantal pagina's • Paginalimietgroep • Favoriete handelingen-groep Toegangsinstellingen Paginalimietgroep Deze modus wordt gebruikt om instellingen voor paginalimieten vooraf te registreren voor elke groep. De paginalimiet voor elke gebruiker wordt opgegeven door een van deze geregistreerde groepen te selecteren wanneer de gebruiker wordt geregistreerd.
  • Pagina 981 INSTELLINGSMODUS►Gebruikers -bediening Instellingen Item Beschrijving Functienamen De namen van de functies die kunnen worden geconfigureerd, worden weergegeven. Stel een limiet in voor elke functie. Paginalimiet Wanneer [Verboden] is geselecteerd voor een modus, is invoer van de modus niet mogelijk. Wanneer [Onbeperkt] is geselecteerd voor een modus, geldt geen limiet voor het aantal pagina's dat kan worden in- en uitgevoerd in deze modus.
  • Pagina 982 INSTELLINGSMODUS►Gebruikers -bediening Authoriteitsgroep Gebruik deze modus om instellingen die relevant zijn voor gebruikersautoriteiten vooraf op te slaan voor elke groep. De autoriteit van elke gebruiker wordt opgegeven door een van deze geregistreerde groepen te selecteren wanneer de gebruiker wordt geregistreerd. •...
  • Pagina 983 INSTELLINGSMODUS►Gebruikers -bediening Item Beschrijving Rechtstreeks afdrukken van Toegestaan Verboden Toegestaan Verboden Verboden Toegestaan USB-geheugen Pull Print van netwerkmap Toegestaan Verboden Toegestaan Verboden Verboden Toegestaan Verzenden tijdens afdrukken Toegestaan Toegestaan Toegestaan Toegestaan Toegestaan Toegestaan PDF maken voor surfen op pc Toegestaan Verboden Toegestaan Toegestaan...
  • Pagina 984 Verboden Verboden Verboden Verboden aangemelde gebruikers weergeven Sharp OSA Instelling van goedkeuring Toegestaan Verboden Toegestaan Toegestaan Toegestaan Toegestaan voor gebruik van een Sharp Algemene functies Goedkeuringsinstellingen Alle Alle Alle Alle Alle Alle voor dubbelzijdig afdrukken toegestaan toegestaan toegestaan toegestaan toegestaan...
  • Pagina 985 Toegestaan (doorsturen/opslaan) (Gebruiker) Inserimento Metadati Toegestaan Toegestaan Verboden Verboden Verboden Verboden Instellingen Document- Toegestaan* Toegestaan* Verboden Verboden Verboden Verboden archivering Sharp OSA Instellingen Toegestaan Toegestaan Verboden Verboden Verboden Verboden Papierinstellingen(uitg. Toegestaan Toegestaan Toegestaan Verboden Toegestaan Toegestaan handinvoerlade) Papierinstellingen(handinvoer Toegestaan Toegestaan...
  • Pagina 986 INSTELLINGSMODUS►Gebruikers -bediening Favoriete handelingen-groep Groepslijst favoriete bediening Voor elke groep kunt u een omgeving vastleggen met instellingen die voor die groep geschikt zijn. Een gebruiker die bijvoorbeeld een andere taal spreekt, moet normaalgesproken elke keer de taal wijzigen wanneer hij of zij het apparaat gebruikt.
  • Pagina 987 INSTELLINGSMODUS►Gebruikers -bediening Item Beschrijving Instelling Toetsbediening Stel de toetsinvoertijd en automatische toetsherhaling in. Tijd voor acceptatie van Selecteer een tijd waarop een lange tik op de toets wordt gedetecteerd. toetsinvoer van lang indrukken Instelling voor interval van Selecteer een interval waarop een dubbele tik wordt gedetecteerd. dubbeltikken Keys Touch Sound Stel het geluid in dat u hoort wanneer op een toets wordt getikt.
  • Pagina 988 INSTELLINGSMODUS►Gebruikers -bediening Item Beschrijving Geen weergave Schakel deze optie in als u geen favoriete toetsen wilt weergeven. 9-58...
  • Pagina 989 INSTELLINGSMODUS►Gebruikers -bediening Beginschermlijst Beginscherminstellingen moeten vooraf worden opgeslagen. Selecteer een beginscherm voor registratie van 'Groepslijst favoriete bediening'. Item Beschrijving Naam Voer een naam van maximaal 32 tekens voor het beginscherm in. Selecteer de groepnaam voor het Selecteer een van de eerder opgeslagen beginschermen als sjabloon voor het nieuwe registratiemodel beginscherm.
  • Pagina 990 INSTELLINGSMODUS►Gebruikers -bediening Als randapparaten niet zijn aangesloten, wordt hun aantal niet weergegeven. 9-60...
  • Pagina 991 INSTELLINGSMODUS►Gebruikers -bediening Gebruikersaantallen terugzetten Selecteer een gebruiker in het instellingenscherm en tik op de toets [Wissen]. Het scherm 'Gebruikersaantallen op nul zetten' wordt weergegeven voor de betreffende gebruiker. De scherminhoud varieert, afhankelijk van het feit of één gebruiker of meerdere gebruikers zijn geselecteerd. De items die in beide gevallen worden weergegeven, worden beschreven in de onderstaande tabel.
  • Pagina 992 INSTELLINGSMODUS►Gebruikers -bediening Instelling Rekening Code Selecteer rekeningcodes. Beheerinstellingen De instelling van de rekeningcode wijzigen. Gebruik Rekening Code De rekeningcode inschakelen of uitschakelen. Standaard fabrieksinstellingen: Uitge schak. Gebruik Code Instellingen Er wordt automatisch een gebruikscode toegewezen als geen rekeningcode wordt ingevoerd. Voer de code in en gebruik maximaal 32 1-bits tekens.
  • Pagina 993 INSTELLINGSMODUS►Gebruikers -bediening Stel het selectievakje links van iedere main code in op , tik vervolgens op de toets [Wissen]; de geselecteerde main code wordt verwijderd. 9-63...
  • Pagina 994 INSTELLINGSMODUS►Gebruikers -bediening Main code registreren Wanneer u op de toets [Toevoegen] tikt, wordt het registratiescherm weergegeven. U kunt maximaal 2000 main codes en sub codes registreren. Nadat de instelling is voltooid, tikt u op de toets [Versturen en volgende registreren]; u kunt verdergaan met het registreren van de volgende main code.
  • Pagina 995 INSTELLINGSMODUS►Gebruikers -bediening Nadat de instelling is voltooid, tikt u op de toets [Versturen en volgende registreren]; u kunt verdergaan met het registreren van de volgende sub code. Om het registratieproces te beëindigen, tikt u op de toets [Indienen]. 9-65...
  • Pagina 996 INSTELLINGSMODUS►Gebruikers -bediening Sub code wijzigen Als u een sub code selecteert in de lijst, wordt het venster weergegeven voor het wijzigen van de sub code. Nadat de instelling is voltooid, tikt u op de toets [Indienen]; u kunt de gewijzigde inhoud toepassen en het proces voltooien.
  • Pagina 997 INSTELLINGSMODUS►SYSTEEMINSTELLINGEN SYSTEEMINSTELLINGEN Instellingen Beginscherm U kunt de lay-out, de pictogrammen en de achtergrond van het beginscherm van het apparaat wijzigen. Voor deze instelling zijn beheerdersrechten vereist. Voorwaarde- Instellingen Item Beschrijving Home knoppositie U kunt de positie van de toets [Beginscherm] selecteren, links of rechts. Standaard fabrieksinstellingen: Links Beginschermlijst De volgorde van de sneltoetsen in het beginscherm wordt aangegeven door 'Nr.' en de...
  • Pagina 998 INSTELLINGSMODUS►SYSTEEMINSTELLINGEN Pictogram Gebruik deze instelling om een toetspictogram te registreren. Item Beschrijving Lijst met pictogrammen Gebruik deze instelling om de pictogrammen voor de sneltoetsen in het beginscherm te registreren. De afbeelingsbestanden van de sneltoetspictogrammen worden in een lijst vastgelegd. Als u een afbeelding wilt registreren, klikt u op een afbeelingsbestand dat bij 'Naam' of 'Niet ingesteld' is geregistreerd.
  • Pagina 999 INSTELLINGSMODUS►SYSTEEMINSTELLINGEN Kopieerinstellingen Voorwaarde- Instellingen De volgende instellingen zijn bedoeld voor de kopieerfunctie. Standaardinstellingen die u met deze instellingen selecteert, zijn van toepassing op alle functies van het apparaat (niet alleen de kopieerfunctie). Voor deze instelling zijn beheerdersrechten vereist. Instelling Draaien Kopie Als het origineel en het papier in een andere afdrukstand worden geplaatst, wordt de afbeelding met deze functie automatisch 90 graden gedraaid om correct op het papier te worde gekopieerd.
  • Pagina 1000 INSTELLINGSMODUS►SYSTEEMINSTELLINGEN Standaardbreedte Van Wisstrook Instellen Hiermee wordt de standaardwisbreedte van de wisfunctie ingesteld. Geef een waarde op van 0 mm (0") t/m 25 mm (1") in stappen van 3 mm (1/8") voor het wissen van randen en wissen van centre. Standaard fabrieksinstellingen: Wisbreedte rand:10mm (1/2"), Wisbreedte midden:10mm (1/2") Initiaal N-Up Instelling Stel Multishot in als standaardfunctie.