Probleemoplossing
VEILIGHEIDSMAATREGELEN
Als een van de volgende situaties zich voordoet, moet u het apparaat onmiddellijk uitschakelen!
•
Het netsnoer is beschadigd of abnormaal warm
•
U ruikt een brandgeur
•
Het apparaat maakt luide of abnormale geluiden
•
Een stroomzekering is doorgebrand of de stroomonderbreker gaat regelmatig af
•
Water of andere voorwerpen vallen in of uit het apparaat
PROBEER DIT NIET ZELF OP TE LOSSEN! NEEM ONMIDDELLIJK CONTACT OP
MET EEN ERKENDE DIENSTVERLENER!
Vaak voorkomende problemen
De volgende problemen zijn geen defect en vereisen in de meeste situaties geen reparatie.
Probleem
Het apparaat gaat niet
aan wanneer op de
knop ON/OFF (AAN/
UIT) wordt gedrukt
Het apparaat schakelt
van modus COOL
(KOELEN) naar modus
FAN (VENTILEREN)
De binneneenheid
verspreidt witte nevel
Zowel de binnen- als de
buiteneenheid verspreidt
witte nevel
De binneneenheid
maakt geluiden
Zowel de binnen- als
de buiteneenheid
maakt geluid
Pagina 14
Mogelijke oorzaken
Het apparaat heeft een beveiligingsfunctie van 3 minuten, die voorkomt dat het
overbelast raakt. Het apparaat kan niet opnieuw worden opgestart binnen drie
minuten nadat het is uitgeschakeld.
Het apparaat kan de instelling wijzigen om te voorkomen dat er vorst op het
apparaat ontstaat. Zodra de temperatuur stijgt, zal het apparaat weer in de eerder
geselecteerde modus gaan werken.
De ingestelde temperatuur is bereikt, waarna het apparaat de compressor uitschakelt.
Het apparaat blijft werken als de temperatuur weer schommelt.
In vochtige streken kan een groot temperatuurverschil tussen de kamerlucht en de
geconditioneerde lucht witte nevel veroorzaken.
Wanneer het apparaat na het ontdooien opnieuw opstart in de modus HEAT
(VERWARMEN), kan er witte nevel vrijkomen als gevolg van vocht dat ontstaat
bij het ontdooien.
Een ruisend luchtgeluid kan te horen zijn wanneer de lamellen hun positie weer instellen.
Er kan een piepend geluid optreden nadat het apparaat in de modus HEAT
(VERWARMEN) heeft gewerkt, als gevolg van de uitzetting en samentrekking van de
plastic onderdelen van het apparaat.
Laag sissend geluid tijdens bedrijf: Dit is normaal en wordt veroorzaakt door koelgas
dat door zowel binnen- als buiteneenheid stroomt.
Laag sissend geluid wanneer het systeem start, net is gestopt of aan het ontdooien is:
Dit geluid is normaal en wordt veroorzaakt doordat het koelgas stopt of van richting
verandert.
Piepend geluid: Normale uitzetting en samentrekking van kunststof en metalen
onderdelen veroorzaakt door temperatuurveranderingen tijdens bedrijf kunnen
piepende geluiden veroorzaken.