6. Omkeren werkt niet
7. Doorschieten bij het
stoppen van
hijsen/laten zakken
8. Lage werksnelheid
9. Oververhitte motor
10. Motor stopt niet bij
het bereiken van de
limieten aan de boven
en benedenkant
11. Abnormaal geluid
12 Snelle slijtage van
de ketting in
vergelijking met andere
takels
13. Kettingen lopen
niet goed over de
tanden
14. Bij aanraking van
de elektrische takel is
een schok voelbaar
XII) GEBRUIKS- EN CONTROLEVOORWAARDEN VOOR ELEKTRISCHE TAKELS
(GEBASEERD OP JIS B 8815)
Onderstaande criteria zijn opgemaakt onder referte aan Veiligheidsmaatregelen voor elektrische takel (JIS B8815). Bij
het gebruik van de takel moet u zich strikt hieraan houden.
(1) Vergewis u ervan dat het type, klasse en bereik van de elektrische takel voldoet aan de geplande werkzaamheden.
(2) De elektrische takel mag alleen op het aangegeven voltage en spanning gebruikt worden. Raadpleeg ons als de
voeding rechtstreeks vanuit een stroomgenerator plaatsheeft.
(3) De takel mag alleen voorzien van een aardleiding gebruikt worden om een elektrische schok te voorkomen.
(4) Voer voor elk gebruik een routine-inspectie uit en voer bij gelegenheid een periodieke inspectie uit
(5) Er mogen geen wijzingen aan de elektrische takel worden aangebracht tenzij dit door ons gebeurt.
(6) De draagconstructies waaraan de takel wordt gehangen moeten over voldoende draagkracht beschikken. Bij types met
loopkatten moeten ze aan looprails gehangen worden (bv. H- of L balken) die betrouwbaar en voldoende sterk zijn.
(7) Voor gebruik van de elektrische takel controleer of de lastketting niet in een lus rond het tandwiel zit met de benedenhaak of
dat deze geknikt of verdraaid is. Herstel deze situatie.
(8) Zorg ervoor dat de lastketting steeds gesmeerd is.
(9) Als de takel in buitengewone omstandigheden wordt gebruikt, zoals bv. lage of hoge temperaturen of in een corrosief klimaat,
enz. neem dan eerst contact met ons op voor advies.
(10)
Smeer de onderdelen die voor slijtage vatbaar zijn, als tandwielen, lagers e.d. regelmatig.
(11)
Bij gebruik buitenshuis zorg voor een adequate overkapping waardoor de takel beschermd wordt tegen invloeden van
regen en water.
(12)
Gebruik alleen maar lastkettingen van ons fabrikaat.
(13)
De takel mag niet gebruikt worden om een last te heffen, waarvan het gewicht de nominale draagkracht
overschrijdt. De takel mag niet plotseling belast worden.
(14)
Bij het op en neer verplaatsen van lasten stop eerst met de ene beweging voordat u aan de andere begint. Het vlug op-en-
neer keren moet vermeden worden.
(15)
Vermijd gebruik waar vaak het beschermingsmechanisme tegen te ver doorhijsen/laten zakken in werking wordt gesteld.
(16)
Vermijd hijsen vanuit een scheve hoek.
(17)
Geef geen zware zet aan de last.
Beschadigde regulateur
Spleet rem bijna te groot
Overbelasting
Overbelasting
Grote spanningsval
Overbelasting
Grote spanningsval
Extreme hoge temperaturen
Spleet rem bijna te groot (start
met relais niet mogelijk)
Begrenzers doen het niet
Extreem versleten transmissie
Extreem versleten ketting,
tanden en geleiders
Onvoldoende of geen smering
Versleten tanden of geleiders
Overbelasting
Verkeerde kettingen
Extreem versleten ketting,
tanden en geleiders
Verkeerde aarding
Elektrische onderdelen als
drukknoppen zijn niet goed
geisoleerd
ATTENTIE (1. Gebruiksvoorwaarden)
Vervang met een nieuwe
Vervang versleten onderdelen
Gebruik een last alleen tot aan de
nominale belasting
Gebruik een last alleen tot aan de
nominale belasting
Zorg voor de spanning als
aangegeven en gebruik een goede
stroomkabel
Gebruik een last alleen tot aan de
nominale belasting
Zorg voor de spanning als
aangegeven en gebruik een goede
stroomkabel
Houd de omgevingstemperaturen
onder de 40°C door uitstralende hitte
etc. te voorkomen
Vervang versleten onderdelen
Controleer de aansluitingen.
Verbeter deze indien nodig.
Controleer de schakelaars op hun
reactie met de contacten en vervang
ze indien nodig
Vervang onderdelen
Vervang onderdelen
Smeer als aangegeven
Vervang onderdelen
Gebruik een last alleen tot aan de
nominale belasting
Vervang ze met de juiste
Vervang onderdelen
bevestig de aardleiding goed met de
aarde. Bevestig ook de looprail met
de aarde. Zorg dat de flens vrij is van
verf e.d.
Repareer de ontregelde punten en
vervang beschadigde onderdelen
39
Modellen SA
zie punt 1
zie punt 1
Als de kettingen vervangen
worden moeten ook de
tanden en de geleiders op
slijtage worden
gecontroleerd