ALGEMENE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Controle van de kettingsmering
•
Controleer bij elke tankbeurt de kettingsmering.
Hou de zaagbladpunt op ca. 20 cm (8 duim) op een vast
licht voorwerp gericht. Na 1 minuut draaien met 3/4 gas
geven, moet er een duidelijke olierand te zien zijn op het
lichte voorwerp.
Afstellen van de kettingsmering
Wanneer u in droge en harde houtsoorten zaagt, kan het
nodig zijn meer te smeren. De oliestroom kan worden
vergroot door de regelschroef tegen de klok in te draaien.
Denk erom dat het olieverbruik daardoor toeneemt,
controleer regelmatig de hoeveelheid olie in de olietank. De
oliestroom kan worden verkleind door de regelschroef met de
klok mee te draaien.
Maatregelen als de smering niet werkt:
•
Controleer of het smeerkanaal van het zaagblad open is.
Maak schoon indien nodig.
•
Controleer of het smeerkanaal van het versnellingshuis
schoon is. Maak schoon indien nodig.
•
Controleer of het neuswiel van het zaagblad licht loopt.
Als de kettingsmering niet functioneert nadat u
bovenstaande controlepunten bent langsgelopen, moet u
contact opnemen met uw servicewerkplaats.
Slijtagecontrole van de snijuitrusting
Ketting
Controleer de ketting dagelijks:
•
Of er zichtbare barsten in klinken en schakels zijn.
•
Of de ketting stijf is.
•
Of klinken en schakels abnormaal versleten zijn.
We raden aan een nieuwe zaagketting te gebruiken om de
slijtage van de ketting die u gebruikt te controleren.
Wanneer de lengte van de snijtanden slechts 4 mm bedraagt,
is de ketting versleten en moet ze vervangen worden.
Kettingaandrijftandwiel
Controleer regelmatig het slijtageniveau van het
kettingaandrijf-tandwiel. Vervang het als het abnormaal
versleten is.
Zaagblad
Controleer regelmatig:
•
Of er braam zit op de buitenzijden van het zaagblad. Vijl
weg indien nodig.
•
Of de zaagbladgroef abnormaal versleten is. Vervang het
zaagblad indien nodig.
– 13
Dutch