Aansturing mechanische rem van een draaistroommotor
Het contact van het interfacerelais stuurt een magneetschakelaar welke de rem
bekrachtigd. (Fail safe principe). Programmeer hiervoor uitgangsklem 11 als
frequency arrival type 2 (FA2) door C021 op 02 te zetten, en stel C031 op 00. Voor
de kritische toepassingen is het noodzakelijk de frequentie waarbij de rem licht
(C042) afwijkend in te stellen dan de frequentie waarbij de rem invalt (C043).
Tevens speelt de motorgrootte, de belasting(variatie) en ingestelde acceleratie- en
deceleratie-tijd een rol. B.v. C042-3Hz, C043-2Hz.
Let op: C043 >1Hz instellen!
Als alternatief voor het interfacerelais kan ook het potentiaal vrij contact AL0-AL1
worden gebruikt, programmeer dan C026 op "02" Let wel er is dan geen
potentiaalvrij storingscontact meer beschikbaar.
Er kan maximaal 1 interfacerelais van 30mA worden gevoed uit de SJ200. Bij twee
interfacerelais een externe 24VDC gebruiken, de interne P24 kan met maximaal
30mA worden belast. De open collector uitgang kan met maximaal 50mA worden
belast. (max. 27VDC).
27