Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Loewe Art 55 Gebruikershandleiding pagina 132

Inhoudsopgave

Advertenties

Art 40-55
Gebruikershandleiding
Woordenlijst
N
NAS: Afkorting voor Network Attached Storage. Vertaling: aan het net-
werk gekoppeld geheugenmedium. De uitdrukking beschrijft een vaste
schijf die zelfstandig, dus zonder pc aan het netwerk gekoppeld is.
Netwerk-ID: Met NID wordt het zogenaamde programmakengetal of
netwerk-ID bedoeld - een getal tussen 0 en 8191. In bepaalde kabelnet-
ten in sommige landen is deze ID vereist. Er worden dan uitsluitend
DVB-signalen van dat zendernetwerk gezocht.
Netwerk met draadverbinding: zie LAN.
NICAM: Geluidsnorm. Wordt gebruikt in België, Denemarken, Enge-
land, Frankrijk, Spanje en Zweden.
NTSC: Amerikaanse kleurnorm.
P
Page Catching: Bij Teletekst een paginanummer oproepen.
PAL: Europese kleurnorm.
PCM: Puls Code Modulation voor digitaal geluid.
PIP: Picture in Picture (Engels voor beeld-in-beeld); een functie die
twee beelden op één beeldscherm weergeeft.
Pixel: Ook beeldpunt of beeldelement genoemd. Betekent zowel de
kleinste eenheid van een digitale rastergrafiek als de weergave daarvan
op een beeldscherm met rasteraanduiding.
Pixelfout: Een pixelfout is een gebrekkige pixel, meestal op een
LCD. Pixelfouten kunnen ontstaan door fabrieksfouten. Ze komen
bijvoorbeeld tot uiting in een voortdurend oplichtende pixel of een
voortdurend zwarte pixel. Afzonderlijk defecte pixels worden echter
niet gedekt door de garantie.
PNG: Afkorting voor Portable Network Graphics, een vrij verkrijgbaar
grafisch rasterformaat voor verliesvrije compressie.
Poort: Een poort is een deel van een netwerkadres (of ook IP-adres).
Het maakt de toekenning van datapakketten aan verschillende dien-
sten mogelijk die op een apparaat onder hetzelfde netwerkadres
draaien.
Powerline: Een soort netwerkverbinding via draad, waarbij er met
behulp van optioneel verkrijgbare adapters gegevens via het elektri-
citeitsnet van een woning worden overgedragen.
Progressive JPEG: Progressieve JPEG's worden stapsgewijs (ge-
leidelijk) opgebouwd. Tijdens het laden wordt de kwaliteit van de
afbeelding steeds beter.
ProScan/Progressive Scan: Onder Progressive Scan (Engels voor
"geleidelijke aftasting", afgekort tot: PS) of volledig beeldprocédé wordt
een techniek van beeldopbouw van monitoren, tv-toestellen, beamers
en andere weergaveapparatuur verstaan, waarbij het weergaveap-
paraat – in tegenstelling tot bij de Interlace-techniek – geen geïnter-
ligneerde halve beelden ontvangt, maar wel echt volledige beelden.
PSK: Houdt verband met WLAN-encrypties voor pre-shared key.
Vertaling: vooraf gedeelde sleutel. Clients die een verbinding willen
maken met een met PSK beveiligd draadloos netwerk, moeten deze
sleutel kennen.
R
RGB: Kleursignalen rood, groen en blauw.
Router: Apparaat voor het verbinden van meerdere netwerken, bijv.
thuisnetwerk en internet.
S
Satelliettuner: Ontvanger voor satellietuitzendingen.
Schakelspanning: Videoapparaten sturen deze spanning naar het
tv-toestel om het tv-toestel op weergave om te schakelen.
SDTV: Standard Definition TeleVision (Engels voor televisie in stan-
daardkwaliteit).
SECAM: Franse kleurnorm.
132
Set-Top-Box: De naam Set-Top-Box (afgekort tot STB) wordt binnen
de amusementselektronica gebruikt voor een apparaat dat op een
ander apparaat, meestal een tv-toestel, wordt aangesloten om de
gebruiker extra mogelijkheden te bieden.
Signaalingangsgroepen: Afhankelijk van het aanwezige signaal
worden de signaalbronnen in verschillende groepen ingedeeld.
Signaalsterkte: Sterkte van het ontvangen antennesignaal.
Signaalkwaliteit: Kwaliteit van het binnenkomende antennesignaal.
Smart Card: De Smart Card is een elektronische chipkaart die door
de betreffende programma-aanbieder of door de certificeringvrije
Pay-TV-operators wordt afgeleverd. Ze bevat de code die door de
CA-module wordt gedecodeerd.
Statische contrastverhouding: Geeft het verschil aan tussen de
meest lichte en de meest donkere beeldweergave.
Stereo: Tweekanaalsgeluid.
Switch: Apparaat voor het koppelen van meerdere computers aan een
netwerk.
Symboolsnelheid: Geeft de overdrachtssnelheid aan bij de gege-
vensoverdracht.
T
Terrestrisch: Bij de gegevensoverdracht wordt een radio-overdracht
als terrestrisch beschouwd, wanneer ze geen gebruik maakt van een
satelliet als tussenstation.
TFT: Thin Film Transistor (Engels voor dunne-filmtransistor). Een wijd-
verbreide toepassing hiervan is de besturing van vlakke LCD-schermen,
waarbij er per beeldschermpunt een afzonderlijke transistor wordt
gebruikt. Dit type van displays staat bekend als actieve-matrix-LCD's
maar wordt in de omgangstaal ook vaak TFT-display genoemd.
Tuner: Engels voor ontvanger.
U
USB: Universal Serial Bus. Serieel bussysteem voor het aansluiten
van externe apparaten (USB-kaartlezer, USB-stick).
Ultra HD: Ultra HD (Afk. voor Ultra High Definition) is een digitaal
videoformaat met High Definition, wat met ongeveer vier keer de
HDTV-resolutie overeenkomt.
UPnP AV: Afkorting van Universal Plug and Play - Audio/Video. Dient
voor de aansturing van netwerkapparaten. Ondertussen wijdverbreide
standaard voor thuisnetwerken.
V
VGA: Pc-interface voor het aansluiten van een monitor.
W
WEP: Afkorting van Wired Equivalent Privacy (Vertaling: "privacy
voor draadverbinding"). Voorheen standaardprotocol voor de WLAN-
codering. Intussen verouderd.
WLAN: Afkorting van Wireless Local Area Network (Vertaling: "draad-
loos lokaal netwerk"). Ook wel kortweg draadloos netwerk genoemd.
WMA: Afkorting van Windows Media Audio, audiogegevensformaat
van Microsoft. Net als bij MP3-bestanden is ook hierbij de inhoud
gecomprimeerd.
WMV: Afkorting voor Windows Media Video, het Microsoft-eigen
videogegevensformaat.
WPA: Afkorting voor Wi-Fi Protected Access (vertaling: "beveiligde
WiFi-toegang"). Kwam in de plaats van WEP als standaardencryptie
voor draadloze netwerken.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Art 48Art 40Connect 55Connect 48Connect 40Connect 32 dr+

Inhoudsopgave