Elektrische aansluiting
6.2 Omvormer beveiligen
6.2
Omvormer beveiligen
Bij het beveiligen van de omvormer kunnen twee situaties worden onderscheiden.
Werkwijze wanneer de motor ongeveer zo groot is als de omvormer (I
• Beveilig de omvormer tegen kortsluiting.
• Raadpleeg de waarde van de zekering u in de technische gegevens of kies aan de hand
van de omvormeringang-continustroom op het typeplaatje de eerstvolgende grotere
aardlekzekering.
• Breng voor de omvormer een aardlek- of een vermogensschakelaar aan.
• Neem voor de vermogensschakelaar een thermische schakelaar met een waarde van de
1,2-voudige ingangsstroom van de omvormer-continustroom volgens het typeplaatje en
voor een magnetische aardlekschakelaar de kleinst mogelijke waarde tussen de
1,5-voudige en de 2-voudige waarde van omvormeringang-continustroom.
– Maak uitsluitend gebruik van een niet-tijdselectieve vermogensschakelaar.
– De uitschakeltijd van de vermogensschakelaar bij kortsluiting moet kleiner zijn dan
Werkwijze wanneer de motor aanzienlijk kleiner is dan de omvormer (I
• Beveilig de omvormer tegen kortsluiting.
• Bepaal de waarde van de zekering als volgt: I
eerstvolgende, kleinere zekeringswaarde dan uit deze berekening volgt.
• Stel de parameters de omvormer "P-INVERTER DATA/I contin." maximaal in op de
zekeringswaarde.
• Breng voor de omvormer een aardlek- of een vermogensschakelaar aan.
• Stel bij de vermogensschakelaar de thermische schakelaar met een waarde van de
2-voudige nominale stroom van de motor volgens het typeplaatje en voor een
magnetische aardlekschakelaar de kleinst mogelijke waarde tussen de 1,5-voudige en de
2-voudige waarde van omvormeringang-continustroom.
– De uitschakeltijd van de vermogensschakelaar bij kortsluiting moet kleiner zijn dan
6.3
Scheidingsinrichting
Om de omvormer veilig van het stroomnet te kunnen scheiden, schakelt u een
hoofdschakelaar of vermogensschakelaar voor de omvormer.
De hoofd- of vermogenschakelaar moet ten minste de 1,2-voudige nominale stroom van de
omvormer kunnen geleiden.
Het schakelvermogen van de hoofd- of vermogensschakelaar moet overeenstemmen met de
kortsluitstroom van het toevoerende stroomnet.
92
8 ms.
8 ms.
< 2 * I
. Maak gebruik van de
sich
mot
Montage- en bedieningshandleiding SINAMICS G180
Bedieningshandleiding, 07/2020, 4BS0751-010
≥ 0,5 * I
)
mot
fu
≥ 0,5 * I
)
mot
fu