Plaatsing kammen
Na de reiniging van de terugwinningsinrichting moet u zich ervan verzekeren dat de kam-
men op de juiste wijze geplaatst zijn, zoals aangegeven in fig. 37. Haal de bevestiging-
smoeren op de compressorschijf "A" aan met inachtneming van het aanhaalkoppel van
0,6 Nm. Indien er geen momentsleutel voorhanden is, controleren of er tussen de win-
dingen een rookdoorgang is van 1 mm.
60°
60°
60°
fig. 37 - Plaatsing vinnen
4.4 Oplossen van storingen
Diagnostiek
De verwarmingsketel is voorzien van een geavanceerd zelfdiagnosesysteem. Bij een
storing in de verwarmingsketel knippert het display met het storingssymbool (detail 22 -
fig. 1) en geeft de storingscode weer.
Er zijn bepaalde storingen die permanent blokkering veroorzaken (aangeduid met de let-
ter "A"): voor herstellen van de werking hoeft u maar 1 seconde op de toets RESET (de-
tail 8 - fig. 1) te drukken of de (optionele) klokthermostaat met afstandsbediening (indien
geïnstalleerd) te RESETTEN; mocht de verwarmingsketel niet starten, dan moet de sto-
ring verholpen worden door te kijken welke leds er branden.
Andere storingen zorgen voor tijdelijke blokkering (aangeduid met de letter "F"), die au-
tomatisch worden opgeheven zodra de waarde weer binnen het normale werkingsbereik
van de verwarmingsketel komt.
84
NL
60°
60°
60°
cod. 3541B625 - Rev. 03 - 03/2015
ATLAS D CONDENS UNIT
Tabella. 6 - Overzicht storingen
Code
Storing
Mogelijke oorzaak
storing
Pomp geblokkeerd
Elektromotor defect
Olieklep defect
Er zit geen brandstof in de tank of er zit
water op de bodem
Toevoerkleppen olieleiding gesloten
Filters vuil (leiding pomp-sproeier)
Pomp zuigt niet aan
Ontstekingselektroden slecht geregeld of
vuil
Sproeier verstopt, vuil of vervormd
Blokkering van de
A01
Regelingen kop en schuif niet geschikt
brander
Elektroden defect of naar massa
Ontstekingstransformator defect
Elektrodekabels defect of naar massa
Elektrodekabels vervormd door hoge
temperatuur
Elektrische aansluitingen klep of transfor-
mator verkeerd
Motor-pompkoppeling kapot
Aanzuiging pomp verbonden met retour-
leiding
Fotoweerstand defect
Fotoweerstand vuil
Vlamsignaal aanwezig
Kortsluiting in fotoweerstand
A02
bij uitgeschakelde
Vreemde lichtbron raakt de fotoweerstand Lichtbron verwijderen
brander
Verwarmingssensor beschadigd
Ingrijpen temperatuur-
A03
Onvoldoende watercirculatie in de instal-
beveiliging
latie
Lucht in de installatie
Storing parameters
A04
Onjuiste instelling parameter kaart
kaart
Storing voorverwar-
Storing voorverwarmer
F07
mer (contact sluit niet
Breuk in bedrading
binnen 120 seconden)
Storing parameters
F09
Onjuiste instelling parameter kaart
kaart
Sensor beschadigd
Storing sensor druk-
F10
Kortsluiting in bedrading
zijde 1
Breuk in bedrading
Sensor beschadigd
Storing van sensor
F11
Kortsluiting in bedrading
sanitair water
Breuk in bedrading
Storing parameters
F12
Onjuiste instelling parameter kaart
kaart
Sensor beschadigd
Storing sensor druk-
F14
Kortsluiting in bedrading
zijde 2
Breuk in bedrading
Storing parameters
F16
Onjuiste instelling parameter kaart
kaart
Voedingsspanning
F34
Problemen met het elektriciteitsnet
lager dan 170V.
Abnormale netfre-
F35
Problemen met het elektriciteitsnet
quentie
Druk te laag
Druk van waterinstalla-
F37
tie verkeerd
Sensor beschadigd
Sonde beschadigd of kortsluiting in
bedrading
Storing sonde buiten-
F39
Sonde niet aangesloten na activeren van
temperatuur
de weersafhankelijke temperatuur
Druk van waterinstalla-
F40
Druk te hoog
tie verkeerd
Sensor drukzijde niet aangebracht in
A41
Plaats sensoren
ketelbehuizing
Storing verwarmings-
F42
Sensor beschadigd
sensor
Storing sensor water-
F47
Breuk in bedrading
druk installatie
Oplossing
Vervangen
Vervangen
Vervangen
Brandstof bijvullen of water afzui-
gen
Openmaken
Schoonmaken
Inschakelen en oorzaak van uit-
schakelen opsporen
Afstellen of schoonmaken
Vervangen
Afstellen
Vervangen
Vervangen
Vervangen
Vervangen en afschermen
Controleren
Vervangen
Aansluiting corrigeren
Vervangen
Fotoweerstand reinigen
Fotoweerstand vervangen
Controleer positie en werking van
de verwarmingssensor
Controleer de circulatiepomp
Ontlucht de installatie
Controleer en wijzig eventueel de
parameter kaart
Controleer de voorverwarmer
Controleer de bedrading
Controleer en wijzig eventueel de
parameter kaart
Controleer de bedrading of vervang
de sensor
Controleer de bedrading of vervang
de sensor
Controleer en wijzig eventueel de
parameter kaart
Controleer de bedrading of vervang
de sensor
Controleer en wijzig eventueel de
parameter kaart
Controleer het elektriciteitsnet
Controleer het elektriciteitsnet
Vul de installatie
Controleer de sensor
Controleer de bedrading of vervang
de sensor
Sluit de buitensonde weer aan of
deactiveer de weersafhankelijke
temperatuur
Controleer de installatie
Controleer de veiligheidsklep
Controleer het expansievat
Controleer positie en werking van
de verwarmingssensor
Vervang de sensor
Controleer de bedrading