INSTELLINGEN EN VEREISTE PROGRAMMERING VOOR DE NETWERKSCANNER OPTIE
Bestemmingen opslaan voor scannen naar het bureaublad.
Klik op "Bureaublad" in het scherm Bestemmingsbeheer. Gebruik dit scherm om bestemmingsadressen in te
voeren voor scannen naar bureaublad.
Scannen naar bureaublad kan alleen worden gebruikt indien de Network Scanner Tool is geïnstalleerd op uw
computer (Network Scanner Tool is opgenomen op de CD-ROM die wordt meegeleverd met de
Netwerkscanner-uitbreidingskit.)
U kunt een bestemming voor scannen naar bureaublad opslaan via de webpagina, of in de Network Scanner
Tool. Aanbevolgen wordt dat u de Network Scanner Tool gebruikt, welke automatisch instellingen maakt. De
webpagina wordt voornamelijk gebruikt wanneer dezelfde instellingen moeten worden gemaakt voor meerdere
apparaten, of wanneer de netwerkbeheerder onderhoud uitvoert. Indien de hier ingestelde informatie verschilt
van de informatie ingesteld op de hostcomputer, vindt verzending en ontvangst normaal gesproken niet plaatst.
Voor details, zie de handleiding voor de Network Scanner Tool op de CD-ROM die wordt meegeleverd met de
Netwerkscanner-uitbreidingskit.
Indien u een hostnaam heeft ingevoerd bij "Hostnaam of IP-adres", zult u de instellingen moeten maken voor
de DNS-server of WINS-server. (Zie
Bestemmingen opslaan voor Internet-fax
Klik op "i-Fax" in het scherm Bestemmingsbeheer. Gebruik dit scherm om e-mailadressen van bestemmingen
voor Internet-fax in te voeren.
De bestemmingen kunnen ook worden opgeslagen, bewerkt en verwijderd vanaf het bedieningspaneel van de
machine. (Zie
Om Internet-Faxverzending uit te voeren, dient u de SMTP-server in te stellen. (Zie
Groepen opslaan
Wanneer u scannen naar e-mail of Internet-faxverzending gebruikt, kan een gescande afbeelding worden
verzonden naar meerdere bestemmingen in een enkele actie. Om deze functie te gebruiken, dient u eerst de
bestemmingen op te slaan in een groep. Klik op "Groep" en selecteer vervolgens de bestemmingen die u wenst
op te slaan in een groep. Tot maximaal 500 bestemmingen kunnen worden opgeslagen. Alleen bestemming voor
e-mail, fax en Internet-fax, adressen gezocht met de globale adreszoekfunctie en handmatig ingevoerde
adressen kunnen worden opgeslagen in een groep.
Algemene items voor alle verzendmethoden bij het opslaan van bestemmingen
Naam, Weergavenaam
Alleen tekens en symbolen uit het alfabet kunnen worden gebruikt voor het invoeren van namen bij "Naam" en
"Weergavenaam". Voor het maximum aantal tekens dat kan worden ingevoerd, klikt u op "Algemeen" onder
"Help" in het menuframe.
"Weergavenaam" de naam van de one-touchtoets die wordt weergegeven op het bedieningspaneel van de
machine. Indien geen weergavenaam is opgeslagen, worden automatisch de eerste 18 tekens van de naam
opgeslagen in "Naam" gebruikt als weergavenaam.
Voorletter, Aangepaste index
Opgeslagen bestemmingen worden gesorteerd op "indexen" wanneer deze getoond worden op het
bedieningspaneel van de machine. Er zijn twee typen indexen: de ABC-index en groepindexen. De ABC-index
sorteert bestemmingen gebaseerd op de letters die zijn ingevoerd in "Voorletter", welke maximaal 10 letters
bevat. Indien een bestemming regelmatig wordt gebruikt, is het handig om het selectievakje "Regelmatig
gebruikt" aan te vinken om de bestemming op te nemen alfabetische index "VEELGEBRUIKT". Met
groepindexen ("Aangepaste index") kunt u indexen van bestemmingen aanmaken en benoemen (zie
voor specifieke doelen.
Bestandsindeling
Wanneer u een bestemming opslaat, kunt u ook de compressiemodus selecteren en het formaat van het
bestand dat gemaakt wordt wanneer u een origineel scant voor verzending. U kunt kiezen uit TIFF of PDF voor
het bestandstype en uit MH (G3), MMR (G4), of "Geen" voor de compressiemodus. Een uitgangswaarde is
ingesteld voor het bestandstype en compressiemodus, dus u hoeft alleen een andere keuze te maken indien
de uitgangswaarden niet voldoen. Voor een uitleg van de uitgangswaarden van elke verzendmethode, klikt u
op "Algemeen" onder "Help" in het menuframe.
OPMERKING
Internet-fax heeft slechts één bestandsindeling, TIFF-F, dus is er geen keuzemogelijkheid. MH (G3) of MMR (G4)
kunnen worden geselecteerd voor de compressiemodus.
Downloaded from:
http://www.usersmanualguide.com/
pagina
pagina's 37 -
40.)
8.)
7
pagina
8.)
pagina
6)