Basisfuncties van de camera aanpassen
Bestandsnummering
Uw opnamen worden automatisch opeenvolgend genummerd (0001–9999)
en opgeslagen in mappen die elk maximaal 2.000 opnamen kunnen
bevatten. U kunt de toewijzing van de bestandsnummers wijzigen.
•
Ongeacht welke optie u bij deze instelling selecteert, kunnen de opnamen
oplopend worden genummerd na het laatste nummer van bestaande
beelden, als u een andere geheugenkaart in de camera plaatst. Als u
opnamen wilt opslaan met nummers vanaf 0001, gebruikt u een lege
(of geformatteerde (= 1 60)) geheugenkaart.
•
Raadpleeg de Softwarehandleiding (= 3 2) voor informatie over
mapstructuren en afbeeldingstypen op de kaart.
Beelden opslaan op datum
U kunt beelden opslaan in mappen die elke maand worden gemaakt,
maar u kunt de camera ook mappen laten maken voor elke dag waarop
u opnamen maakt.
162
z
z
Selecteer [Bestandnr.] en kies een optie.
Continu
Auto reset
z
z
Selecteer [Maak folder] en selecteer
vervolgens [Dagelijks].
Beelden worden nu opgeslagen in
X
X
mappen die op de opnamedatum
worden gemaakt.
Ook als u een andere
geheugenkaart gebruikt,
worden de beelden oplopend
genummerd totdat u een
opname maakt en opslaat met
het nummer 9999.
Als u een andere
geheugenkaart gebruikt of een
nieuwe map maakt, begint
de bestandsnummering weer
bij 0001.