4
Materiaal inleggen
4.1.2
Materiaal in de printkop leggen
Beeld 8
Materiaal in de printkop leggen
1. Hendel (12) tegen de wijzers van de klok in draaien om de printkop op te tillen.
2. Geleidingen (8) door het draaien aan de knop (11) zo ver uit elkaar trekken, dat het materiaal ertussen past.
3. Materiaal onder de omleidrol (7) door tussen de geleidingen (8) schuiven.
4. Strook zover door de etikettenlichtsensor (9) leiden, dat hij tussen printkop (15) en drukwals (16) de drukeenheid
verlaat.
5. Leidingen (8) dicht tegen de materiaalkanten aanbrengen.
4.1.3
Etiketfotocel instellen
De etikettenlichtsensor (9) kan voor het aanpassen aan het materiaal dwars op de looprichting verschoven worden.
De positie van de sensor is door de printeenheid vooraan zichtbaar en gekenmerkt met een markering (14) op de
lichtsensorhouder. Bij een ingeschakelde printer brandt er op de sensorpositie bovendien een gele LED.
Gekartelde knop (10, Beeld 7) licht loslaten en etikettenlichtsensor door aan de gekartelde knop te schuiven zo
positioneren, dat de sensor de etikettengaten, een reflexmerk of indruk kan bevatten.
- of, als de etiketten van de rechthoekige vorm afwijken, -
Sensor op de voorkant van het etiket in de richting van de papierlooprichting richten.
Gekartelde knop aantrekken.
Hendel (12) met de wijzers van de klok mee draaien om de printkop te vergrendelen.
9
14
15
12
8
16
8
11
7
13