5.
De juiste flowsensor (Let op! De juiste nominale diameter kiezen!) overeenkomstig Tabel 1 „Systeem-
overzicht" kiezen en de bewuste meter bevestigen (alleen wanneer van toepassing, anders verder gaan)
Foto 38
6.
Instelling alarmrelais (optioneel, zo niet verder gaan)
Foto 40
Alle verdere instellingen voor de beschikbare besturingsunits (-SLAVE- nr.1 tot xx) zoals in stappen 1 tot 6
7.
hierboven maken.
8.3 Handmatige functioneringstest ventielen
Om er zeker van te zijn dat alle spoelventielen werken, wordt aanbevolen de hieronder beschreven handmatige
functioneringstest uit te voeren.
1.
Submenu handmatige bediening ventiel kiezen
2.
Het bewuste ventiel kiezen
3.
Omzetten van automatische naar handmatige bediening
4.
Openingstijd begrenzen (bijv. 30 min.)
5.
Kijken bij het desbetreffende spoelventiel!
Foto 42
Foto 46
6.
„Handmatige bediening uit" kiezen en terugzetten op automatisch. Alternatief kan via Esc teruggegaan worden
naar het hoofdmenu.
7.
Alle verdere functioneringstesten voor de beschikbare ventielen uitvoeren volgens stappen 1 t/m 6.
Foto 48
8.4 Spoelmodi
1.
Submenu spoelmodus kiezen
Foto 50
2.
Tot 16 timers kunnen per besturingsunit naar keuze ingesteld worden op tijd-, volume- of temperatuurspoeling.
Foto 51
OK
+
Foto 39
OK
Foto 41
OK
Foto 43
OK
Foto 47
OK
Foto 49
- 20 -
OK
OK
Foto 44
3 x OK
OK
OK
Foto 45