6
Toets een telefoonnummer in inclusief de landcode (met
en selecteer Gereed.
7
Opslaan wanneer u de ontvangers hebt ingesteld.
Selecteer
8
Selecteer het invoerveld voor de afzender.
9
Geef de naam van de afzender in en selecteer
10
Selecteer
Opslaan
→
OK.
Tekst ingeven
U kunt tekst ingeven door tekens te selecteren op het virtuele
toetsenblok of door met de hand op het scherm te schrijven.
De tekstinvoermethode wijzigen
Als u op het tekstinvoerveld tikt, verschijnt standaard het
invoerpaneel met het virtuele toetsenblok.
De beschikbare tekstinvoermethoden kunnen per land
verschillen.
•
Als u de tekstinvoermethode wilt wijzigen, selecteert u
selecteert u een invoermethode.
26
Aan de slag
•
+)
Als u naar de ABC- of T9-stand wilt overschakelen, selecteert u
T9 op het virtuele toetsenblok. Wanneer de T9-stand actief is,
gaat de stip naast de knop T9 aan.
•
Selecteer
hoofdletters en kleine letters of om naar de cijferstand te
Gereed.
schakelen.
•
Selecteer
•
Selecteer
•
Als u van invoertaal wilt wisselen, selecteert u de knop Taal
onder aan het scherm.
Tekst ingeven met invoermethoden
1
Wijzig de tekstinvoermethode.
Invoermethode
Toetsenblok
Schr. voll. sch
en
Schrijfvak 1/
Schrijfvak 2
Abc om heen en weer te schakelen tussen
om uw invoer te wissen.
om een spatie in te voegen.
Functie
Selecteer tekens op het toetsenblok.
Schrijf op een willekeurige plek op
het scherm.
Schrijf in de invoervakken. Als
Schrijfvak 1 actief is, kunt u cijfers en
symbolen ingeven in het vak ?1.