∫ Optische beeldstabilisator
Deze functie wordt vrijgegeven zodra de lens op de camera wordt bevestigd.
Er wordt een lens vereist die de stabilisatorfunctie ondersteunt.
– De 20 mm/F1.7 verwisselbare lens die geleverd wordt bij de DMC-GF1C ondersteunt de
stabilisatorfunctie niet.
– De 14-45 mm/F3.5-5.6 wisselbare lens die wordt geleverd met de DMC-GF1K
ondersteunt de stabilisatorfunctie.
Zet de [O.I.S.] schakelaar op [ON].
• Met behulp van [STABILISATIE] in het
[OPNAME]-functiemenu kunt u de optische
beeldstabilisatorfunctie veranderen in [MODE1], [MODE2]
of [MODE3]. (P118) Bij aankoop staat deze op [MODE1].
• We raden aan de [O.I.S.] schakelaar in te stellen op [OFF]
wanneer u een statief gebruikt. Als de [O.I.S.] schakelaar
ingesteld wordt op [OFF], wordt er [
LCD-monitor/optionele externe zoeker.
Bevestig de lensdop.
Maak de lens los door op de
lensvrijgaveknop D te drukken en de
lens zo ver mogelijk in de richting van de
pijl te draaien.
• Maak altijd de cameradop op de camera zodat er
geen stof of vuil in kan komen.
• Doe de achterste lensdop op de camera zodat het
lenscontactpunt niet beschadigd raakt.
Aantekening
• Wissel lenzen op een schone, stofvrije plaats. Ga naar P172 wanneer er vuil of stof op de lens
terechtkomt.
• Als u de camera uitzet of vervoert, maakt u lensdop erop vast om het lensoppervlak te
beschermen.
• Verlies de lensdop, de achterste lensdop en de cameradop niet.
Een lens losmaken van de body van de camera
] afgebeeld op de
Voorbereiding
17
VQT2G51