Afb. 5.15
Kookveld en vulplaatjes
[1]
Kookveld
[2]
Vulplaatjes
Bevestig indien nodig ook vulplaatjes [2].
X
X
2
1
Afb. 5.16
Bevestigingklemmen
[1]
Schroeven
[1]
Bevestigingsklemmen
Bevestig het kookveld met de bevestigingsklemmen [2].
X
X
Trek de schroeven [1] van de bevestigingsklemmen
X
X
aan met max. 10 Nm.
Controleer of de elementen correct zijn uitgelijnd.
X
X
Voeg na alle montagewerken de toestellen op met
X
X
zwarte, hittebestendige siliconenkit.
Het kookveld en de schakelkast aan elkaar
koppelen
Zorg voor een verbinding tussen het kookveld en de
X
X
schakelkast.
Sluit eerst de geel-groene aardingskabel aan op de
X
X
gemarkeerde plaats in de schakelkast.
Aardingssymbool
Sluit nu de meerpolige, gekleurde stekker van elke
X
X
kookzone aan op de schakelkastbus van dezelfde kleur.
www.bora.com
5.6
X
1
X
2
INFO
De te gebruiken netaansluitleiding (reeds voorgemonteerd)
moet minstens van het type H05VV-F of H05VVH2-F.
Q
Q
Q
Q
Stroomaansluiting herstellen
X
X
X
X
Afb. 5.17
X
X
X
X
X
5.7
Wanneer de montage voltooid is:
X
X
X
Stroomaansluiting
Leef alle veiligheidsbepalingen en waarschuwingen na
X
(zie hoofdstuk Veiligheid).
Leef alle wetten en voorschriften van overheidswege
X
en aanvullende voorschriften van lokale
elektriciteitsmaatschappijen na.
De stroomaansluiting mag alleen door een
erkend vakman worden uitgevoerd. Deze is ook
verantwoordelijk voor de deskundige uitvoering
en de inbedrijfstelling.
Dwarsdoorsnede: 3G1,5 mm² bij 1-fasige aansluiting.
Als de aansluitkabel beschadigd raakt, moet deze
worden vervangen door een speciaal type. Dat mag
alleen door een daartoe gemachtigde klantendienst
gebeuren.
Schakel de hoofdschakelaar/zekeringsautomaat voor
X
de aansluiting van het kookveld uit.
Bescherm de hoofdschakelaar/zekeringsautomaat
X
tegen onbedoeld opnieuw inschakelen.
Controleer de afwezigheid van spanning.
X
Sluit het kookveld alleen via een vaste verbinding aan
X
op een netaansluitingleiding.
1
L1
220 - 240 V~
Aansluitschema 1-fasig
Zorg voor een verbinding tussen het kookveld en de
X
schakelkast.
Controleer de correcte montage.
X
Schakel de hoofdschakelaar/zekeringsautomaat in.
X
Zet het kookveld aan (zie hoofdstuk Bediening).
X
Controleer of alle functies correct werken.
X
Overdracht aan de gebruiker
legt u de basisfuncties uit aan de gebruiker.
X
brengt u de gebruiker op de hoogte van alle
X
veiligheidsrelevante aspecten van de bediening
en het onderhoud.
bezorgt u de toebehoren en de bedienings- en
X
montagehandleiding aan de gebruiker en vraagt u hem
om deze goed te bewaren.
Montage
NL
2
N
PE
19