Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Optionele Constante Druk - aldes VEX500 Installatiehandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

2.7.5 Optionele constante druk

De set bestaat uit 3 RJ12-kabels (gemarkeerd R8, R9, R10) die zijn aangesloten op 2 HTP-druksensoren. Elke sensor is verbonden met een 2 meter
doorzichtige slang, die zelf aangesloten is op 1 zwarte drukaansluiting. 4 zelftappende schroeven worden meegeleverd in een plastic zakje. Het ge-
heel is in de fabriek bekabeld en gemonteerd, geplaatst op de zijwand aan de kant van de uitblazing en afzuiging. Alleen de zwarte drukaansluitingen
moeten op de leidingen worden geïnstalleerd.
De bovenste HTP-sensor moet het drukverschil meten tussen de afzuiging en de omgevingsdruk, buiten de centrale. Zijn pijlselectie staat op '6'. De
doorzichtige slang is verbonden met de "-"-aansluiting van de sensor (buis in onderdruk). Laat de aansluitklem '+' in de open lucht. Boor een gat
Ø10 mm in de afzuigkoker om het drukmeetpunt in te steken. Met behulp van 2 zelftappende schroeven deze drukaansluiting bevestigen. Niet vergeten
om elke drukaansluiting goed af te dichten.
De bovenste HTP-sensor moet het drukverschil meten tussen de inblazing en de omgevingsdruk, buiten de centrale. Zijn pijlselectie staat op '5'.
De doorzichtige slang is verbonden met de "+"-aansluiting van de sensor (buis in overdruk). Laat de aansluitklem '- ' in de open lucht. Boor een gat
met Ø10 mm in de inblaaskoker om het drukmeetpunt in te steken. Met behulp van 2 zelftappende schroeven deze drukaansluiting bevestigen. Niet
vergeten om elke drukaansluiting goed af te dichten.
De aansluitrichting van het
Let op: de doorzichtige slangen moeten verplicht naar beneden leiden vanaf de drukaansluiting van de HTP-sensor tot aan de zwarte drukaansluiting
van de leiding, zonder een laag punt te vormen. De lucht in de slang kan in sommige omstandigheden condenseren. Stagnatie van water in deze slang
zou leiden tot foute metingen en dus een gebrekkige afstelling van de centrale!
Let op: met het oog op de beste resultaten moet de druk worden gemeten waar het minste risico bestaat voor turbulentie, dus op een rechtlijnig
gedeelte van de koker. De minimumafstand die moet worden toegepast na elke storing is minstens 2 keer de diagonaal van een rechthoekige
doorsnede en minstens 2 keer de diameter van een ronde doorsnede.
Afzuigsensor, adrespijl op 6
De aansluitrichting van het
schema in acht nemen
schema in acht nemen
Inblaassensor
Adrespijl op 5
DETAIL D
SCHAAL 1: 5
Doorzichtige slang schuin naar zwart
drukmeetpunt Geen laag punt!
11

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave