Ruck PODOLOG NOVA 3S Gebruiksaanwijzing pagina 24
Verberg thumbnails
Zie ook voor PODOLOG NOVA 3S:
- Gebruiksaanwijzing (52 pagina's) ,
- Gebruiksaanwijzing (9 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
46
Richtlijnen en verklaring van de fabrikant – elektromagnetische stoorvastheid
De PODOLOG NOVA 3s is voor het gebruik in de hieronder vermelde elektromagnetische
omgeving bestemd. De klant of de gebruiker van de PODOLOG NOVA 3s moet ervoor zor-
gen dat het gebruik in een dergelijke omgeving plaatsvindt.
Controle van de
Controle van
Overeenstem-
stoorvastheid
de stoorvast-
mingsniveau
heid
Geleide HF-
3 Veff
stoorgrootheden
150 kHz
conform
tot 80 MHz
IEC 61000-4-6
Uitgestraalde
3 V/m
HF-stoorgroothe-
80 MHz tot
den conform
2,5 GHz
IEC 61000-4-3
Elektromagnetische
omgeving – richtlijnen
3 Veff
Draagbare en mobiele zendappara-
150 kHz
tuur dienen niet op een kleinere
tot 80 MHz
afstand van de pedicureapparaat
PODOLOG NOVA 3s inclusief de
leidingen te worden gebruikt dan de
aanbevolen veiligheidsafstand, die
volgens de voor de zendfrequentie
van toepassing zijnde vergelijking
3 V/m
berekend wordt.
80 MHz tot
2,5 GHz
Aanbevolen veiligheidsafstand:
d=(3.5/V1)√P
d=(3.5/E1)√P
d=(7/V1)√P
80 MHz tot 800 MHz
800 MHz tot 2.5 GHz
Met P als het nominale vermogen van
de zender in watt (W) conform de ge-
gevens van de fabrikant van de zender
en d als aanbevolen veiligheidsafstand
in meters (m).
OPMERKING 1: Bij 80 MHz en 800 MHz geldt het hogere frequentiebereik.
OPMERKING 2: Deze richtlijnen zijn niet in alle gevallen van toepassing. De versprei-
ding van elektromagnetische grootheden wordt door absorptie en reflecties van gebou-
wen, voorwerpen en mensen beïnvloed.
a
De veldsterkte van stationaire zenders, zoals bijv. basisstations van draadloze
telefoons en mobiele landzenders, amateurzenders, AM en FM radio- en televi-
siezenders kunnen theoretisch niet precies vooraf bepaald worden. Om de elek-
tromagnetische omgeving met betrekking tot de stationaire zenders te bepa-
len, dient een studie van de standplaats te worden overwogen. Als de gemeten
veldsterkte op de standplaats waarop het apparaat wordt gebruikt het bovenge-
noemde overeenstemmingsniveau te boven gaat, dient het apparaat te worden
geobserveerd om de reglementaire werking aan te tonen. Als ongebruikelijke
prestatiekenmerken worden geobserveerd, kunnen aanvullende maatregelen
noodzakelijk zijn, zoals bijv. een verandering of een andere standplaats van het
apparaat.
b
Over het frequentiebereik van 150 kHz tot 80 MHz dient de veldsterkte
geringer dan 3V/m te zijn.
De veldsterkte van stationaire zenders
dient bij alle frequenties
volgens een onderzoek ter plaatste
a
geringer dan het overeenstemmingsni-
veau te zijn
. In de buurt van apparaten
b
waarop het volgende symbool is aan-
gebracht, zijn storingen mogelijk.
47
Advertenties
Inhoudsopgave
