Opnamestanden
Gebruik het programmakeuzewiel om de gewenste opnamemodus te
openen.
(2)
(1)
(7)
(6)
(1)
Auto-modus/Modus Hybride
(4)
automatisch
Volledig automatische opnamen
met door de camera bepaalde
instellingen ( = 22, = 32,
= 34).
(2)
Modus voor directe effecten
De helderheid en kleuren van
(5)
het beeld aanpassen tijdens het
maken van opnamen ( = 51).
(3)
P-, Tv-, Av- en M-modus
(6)
Verschillende soorten opnamen
maken met behulp van uw
voorkeursinstellingen ( = 61,
= 74).
(7)
(3)
(4)
(5)
Filmmodus
Voor het maken van films
( = 60).
Als u op de filmknop drukt, kunt
u ook een film maken zonder het
programmakeuzewiel in te stellen
op de filmmodus.
Modus voor creatieve filters
Diverse effecten toevoegen aan
uw opnamen ( = 54).
Modus voor speciale composities
Opnamen maken met de optimale
instellingen voor de specifieke
scènes ( = 53).
Modus Creatieve opname
U kunt meerdere foto's met
effecten vastleggen met door de
camera bepaalde instellingen
( = 52).
Opties opnameweergave
Druk op de knop [ ] om andere informatie weer te geven op het scherm
of om de informatie te verbergen. Zie "Informatie op het scherm" ( = 152)
voor meer informatie over de weergegeven gegevens.
Informatie wordt weergegeven
Geen informatie weergegeven
●
Als u in een omgeving met weinig licht opnamen maakt, wordt
met de nachtschermfunctie de helderheid van het scherm
automatisch verhoogd. Zo kunt u de compositie van uw opnamen
gemakkelijker controleren. Mogelijk komen de beeldhelderheid
op het scherm en de helderheid van uw foto's niet overeen.
Vervorming van het beeld op het scherm of schokkerige
bewegingen van het onderwerp hebben geen invloed op
vastgelegde beelden.
Zie "Van weergavemodus wisselen" ( = 78) voor
●
weergaveopties.
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen van
1
de camera
Auto-modus/Modus
2
Hybride automatisch
3
Andere opnamestanden
4
P-modus
5
Tv-, Av- en M-modus
6
Afspeelmodus
7
Wi-Fi-functies
8
Menu Instellingen
9
Accessoires
10
Bijlage
Index
27