Wat te doen als...
•
niets wordt weergegeven wanneer de camera is ingeschakeld?
Druk op de knop ⁄ om het scherm
•
de camera geen geluiden afspeelt?
Wanneer u op de knop ⁄ drukt terwijl de camera wordt ingeschakeld, worden alle
geluiden met uitzondering van waarschuwingsgeluiden uitgeschakeld. Als u het
geluid wilt inschakelen, drukt u op de knop ·, kiest u de tab 3 en selecteert
u [mute]. Gebruik de qr-knoppen om [Uit] te selecteren.
•
het beeld donker is, zelfs nadat de flitser heeft geflitst?
Het onderwerp valt buiten het bereik van de flitser. Maak de opname binnen
het effectieve flitserbereik van ongeveer 30 cm – 4,0 m bij maximumgroothoek
(j-zijde), en ongeveer 30 cm – 2,0 m bij maximumtele (i-zijde).
•
het indicatielampje geel knippert en de camera slechts eenmaal knippert
wanneer de ontspanknop halverwege is ingedrukt?
Uw onderwerp is te dichtbij. Ga 50 cm over verder van uw onderwerp af staan.
Druk de ontspanknop nogmaals halverwege in en controleer of het indicatielampje
niet geel knippert voordat u de foto maakt.
•
het scherm wordt uitgeschakeld wanneer u een foto maakt?
Wanneer het opladen van de flitser wordt gestart, knippert het indicatielampje
mogelijk oranje en wordt het scherm mogelijk uitgeschakeld. Wanneer het opladen
is voltooid, gaat het scherm weer aan.
•
het lampje brandt?
Het lampje (lampje voor rode-ogenreductie) brandt om het rode-ogeneffect te
verminderen dat optreedt wanneer u in donkere omstandigheden de flitsers
gebruikt. Dit lampje brandt tevens om te helpen bij het scherpstellen (AF-hulplicht).
Maak de opname.
Druk de ontspanknop helemaal in.
G
Het sluitergeluid klinkt en de foto wordt
gemaakt. De flits flitst automatisch bij
weinig licht.
Het lampje knippert groen terwijl het beeld
wordt opgeslagen op de geheugenkaart.
De foto wordt gedurende twee seconden
op het scherm weergegeven. U kunt
doorgaan met fotograferen terwijl het
beeld wordt weergegeven.
(p. 43)
in te schakelen.
Foto's maken
23