Apparaatbeschrijving
4.2 Functies
4.2
Functies
Gebruik de draaischakelaar om het apparaat aan (gewenste meetfunctie) of uit ("OFF") te
zetten. Het apparaat bevestigt elke knopbediening met een geluidssignaal.
Intelligente automatische uitschakeling (APO, Auto-Power-Off)
Het apparaat schakelt zichzelf na ca. 32 minuten zelfstandig uit. Om het apparaat weer in te
schakelen, drukt op de "HOLD" of "VoltSense"-knop of zet u de draaischakelaar in de stand
"OFF" en stelt u vervolgens de gewenste meetfunctie in.
Als een van de volgende omstandigheden zich voordoet, zal er geen automatische
uitschakeling plaatsvinden:
• Bediening met draaischakelaar of knop
• Weergegeven meetwaarde is >8,5 % van de eindwaarde van het meetbereik
• Geen "OL"-display tijdens weerstandsmeting, continuïteitstest of diodetest
• Geen nulwaardeweergave tijdens frequentiemeting
• Detectie van een wisselveld tijdens de meetfunctie "spanningsindicator"
4.2.1
"SELECT"-knop
Functieselectie
Door de "SELECT"-knop in te drukken, selecteert u de tweede of derde functie van de
desbetreffende stand van de draaischakelaar.
De laatst gekozen functie wordt per draaischakelaarstand opgeslagen en automatisch
voorgeselecteerd bij het opnieuw instellen en na het inschakelen van het apparaat.
Draaischakelaarpositie
(symbool / aanduiding)
Tabel 4: Functieselectie
5241 / 07/2022 nl
Functies
V
V‑AC → V‑DC
Ω
Ω → Doorgang
mV
mV‑AC → mV‑DC → °C (MM 2‑3) → °F (MM 2‑3)
Diodetest
Diode → Capaciteit (MM 2‑2 / MM 2‑3)
A (MM 2‑2 /
A‑AC → A‑DC
MM 2‑3)
BENNING MM 2-1 / MM 2-2 / MM 2-3
19