5. Papier en toner bijvullen
ook aangeven of huidige taken onderbroken worden of verder gaan als de multi-invoerlade
waargenomen wordt. Echter, afhankelijk van het papier, kan het apparaat de multi-invoerlade niet
correct waarnemen. Voor informatie over Aanpassingsinstellingen voor operators, zie
Papierinstellingen.
• Strijk gekrulde vellen glad voordat u ze plaatst.
• Met de functie Papierkrul aanpassen kan de krul misschien niet helemaal verwijderd worden,
afhankelijk van de papiersoort en de richting van de korrel. Als papier met een lange
korrelstructuur niet voldoende ontkruld wordt, dient u papier met korte korrelstructuur te gebruiken.
Voor meer informatie over de functie Papierkrul aanpassen, zie de handleiding Papierinstellingen.
• De afdruksnelheid kan lager dan gewoonlijk liggen afhankelijk van het formaat, gewicht en type
van het papier.
• Voor meer informatie over het plaatsen van enveloppen, zie Pag. 85 "Enveloppen".
• Wanneer u op briefpapier afdrukt, is de richting waarin u het papier plaatst afhankelijk van de
functie die u gebruikt. Voor meer informatie, zie Pag. 60 "Papier met een vaste afdrukrichting of
dubbelzijdig papier plaatsen".
• De papiertypes die u in de instellingen papierlade kunt selecteren, zijn alleen algemene
classificaties. De afdrukkwaliteit wordt niet gegarandeerd voor elke soort papier in een
classificatie. Voor meer informatie, zie Papierspecificaties en papier bijvullen.
• Als de oppervlakte van het papier stoffig is, kunnen er witte vlekken op de afdrukken verschijnen.
Waaier het papier goed om het stof te verwijderen.
• Bij het plaatsen van etikettenpapier:
• Selecteer [Etik.] als [Papiertype] in [Instell. papierlade] en selecteer het geschikte
papiergewicht onder [Papierdikte].
• Wanneer u overheadsheets plaatst:
• Als u op transparanten wilt afdrukken, selecteer dan [Transparant] bij [Papiertype] in [Instell.
papierlade].
• Wanneer u overheadsheets plaatst, controleer dan de voor- en achterkant van de vellen en
plaats ze correct. Anders kan er een storing ontstaan.
• Waaier overheadsheets zorgvuldig los wanneer u ze gebruikt. Hierdoor kunnen
overheadsheets niet samenkleven en verkeerd worden geplaatst.
• Verwijder gekopieerde of afgedrukte vellen één voor één.
• Bij het plaatsen van doorzichtig papier:
• Bij het plaatsen van doorzichtig papier moet u altijd papier met een lange structuur gebruiken
en de papierrichting instellen volgens de structuur.
• Doorzichtig papier absorbeert gemakkelijk vocht en gaat krullen. Verwijder de krul in het
doorzichtig papier voordat u het plaatst. Raadpleeg Papierinstellingen voor meer informatie
over de instellingen voor het gladstrijken van gekruld papier.
• Verwijder gekopieerde of afgedrukte vellen één voor één.
84