•
Til de zaagbladpunt op en strek de ketting door aan de
kettingstrekschroef te draaien met behulp van de
combisleutel. Strek de ketting tot hij niet langer slap hangt
aan de onderkant van het zaagblad.
•
Gebruik de combisleutel en haal de zaagbladmoeren aan
terwijl u tegelijkertijd de zaagbladpunt omhoog houdt.
Controleer of de ketting gemakkelijk rond kan gedraaid
worden met de hand en of hij niet naar beneden hangt aan
de onderkant van het zaagblad.
Snijuitrusting smeren
WAARSCHUWING! Onvoldoende smeren
!
van de snijuitrusting kan een breuk van de
ketting veroorzaken wat tot ernstige en zelfs
dodelijke verwondingen kan leiden.
Zaagkettingolie
Zaagkettingolie moet een goede hechting aan de
motorzaagketting en tevens goede vloei-eigenschappen
hebben, of het nu een warme zomer of een koude winter is.
Als fabrikant van motorkettingzagen hebben wij een optimale
zaagkettingolie ontwikkeld die door zijn plantaardige basis
bovendien biologisch afbreekbaar is. Wij raden het gebruik
van onze olie aan voor zowel een maximale levensduur van
de motorzaagketting als voor behoud van het milieu. Als onze
zaagkettingolie niet verkrijgbaar is, bevelen wij gewone
zaagkettingolie aan.
In gebieden waar olie speciaal bedoeld voor het smeren van
zaagkettingen niet verkrijgbaar is, kan transmissieolie EP 90
worden gebruikt.
Gebruik nooit afvalolie! Deze is schadelijk voor zowel uzelf,
de machine als het milieu.
Kettingolie bijvullen
•
Al onze motorkettingzaagmodellen hebben automatische
kettingsmering. Een aantal modellen is ook leverbaar met
verstelbare oliestroom.
•
De kettingolietank en de brandstoftank zijn zo
gedimensioneerd dat de motor stopt bij gebrek aan
brandstof voor de kettingolie op is. Dit betekent dat de
ketting nooit helemaal zonder smering is.
Deze veiligheidsfunctie vereist echter wel dat men de juiste
kettingolie gebruikt (met te dunne en dunvloeiende olie raakt
de kettingolietank leeg voor de brandstof op is), dat men
onze aanbevelingen met betrekking tot de
carburateurinstelling volgt (met een te "magere" instelling
gaat de brandstof langer mee dan de kettingolie) en dat men
onze aanbevelingen met betrekking tot de snijuitrusting volgt
(een te lang zaagblad heeft meer kettingolie nodig). Op
motorzaagmodellen met verstelbare oliepomp moeten de
hierboven genoemde voorwaarden vervuld worden.
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Controle van de kettingsmering
•
Controleer bij elke tankbeurt de kettingsmering.
Hou de zaagbladpunt op ca. 20 cm (8 duim) op een vast
licht voorwerp gericht. Na 1 minuut draaien met 3/4 gas
geven, moet er een duidelijke olierand te zien zijn op het
lichte voorwerp.
Als de kettingsmering niet werkt:
•
Controleer of het kettingoliekanaal van het zaagblad open
is. Maak schoon indien nodig.
•
Controleer of de zaagbladgroef schoon is. Maak schoon
indien nodig.
•
Controleer of het neuswiel van het zaagblad soepel draait
en of de smeeropening van het neuswiel open is. Maak
schoon en smeer indien nodig.
Als de kettingsmering niet werkt na de bovenstaande
controles en de bijbehorende maatregelen, moet u de
motorkettingzaag naar uw servicewerkplaats brengen.
Neuswiel van het zaagblad smeren
Het neuswiel van het zaagblad moet bij elke tankbeurt
gesmeerd worden. Gebruik een hiervoor bedoelde
smeerspuit en lagervet van goede kwaliteit.
– 13
Dutch