5.
Apparaten uit de installatiescan toevoegen
Om de apparaten uit de installatie aan het project toe te voegen, gaat u naar het scherm Devices (2c). In
de installatiescan worden apparaten gevonden die in de programmeermodus staan of waarbij in de laatste 3
minuten de spanning werd ingeschakeld.
i Om naar de programmeermodus om te schakelen, moet de bedieningsknop op het apparaat worden
ingedrukt. Zie bedieningshandleiding van het apparaat.
Op het scherm Geräte worden de apparaten aan hun installatieplaatsen toegewezen en in dezelfde stap aan
het project toegevoegd.
•
Tabblad Scan selecteren,
•
Functie Start scan selecteren.
•
Apparaten in de programmeermodus zetten of spanning onderbreken en weer herstellen.
De installatiescan wordt gestart. In het scanresultaat worden de gevonden apparaten weergegeven.
•
Scan met Stop scan beëindigen.
i Als de scan opnieuw wordt gestart, wordt het laatste resultaat gewist.
•
Installatieplaats selecteren.
•
Apparaten met de button + in de apparaatkachel aan de installatieplaats toevoegen.
i Trefwoord Installatiescan: zie ook „Nadere informatie" op de laatste pagina.
i Het is mogelijk een offl ine-projectering met catalogusapparaten uit te voeren. Nadere informatie
hierover vindt u in de technische documentatie.
i Bestaande eNet-installaties kunnen in de eNet-server worden ingelezen. Nadere informatie hierover
vindt u in de technische documentatie.
I
(2c)
7