Op de display wordt PC PC weergegeven. Start het
verzenden van de gegevens via de computer-
software „beurer HealthManager". Tijdens het
verzenden van de gegevens wordt op de display
een animatie weergegeven. Als het verzenden
van de gegevens is gelukt, wordt dit zoals op
afbeelding 1 weergegeven. Als het verzenden
van de gegevens is mislukt, wordt een foutmel-
ding zoals op afbeelding 2 weergegeven. In dit
geval onderbreekt u de verbinding met de com-
puter en start u de gegevensoverdracht nog-
maals.
Als de bloeddrukmeter gedurende 30 seconden niet wordt
gebruikt of als de communicatie met de computer wordt
onderbroken, wordt de bloeddrukmeter automatisch uitge-
schakeld.
9. Foutmelding / Foutoplossing
Bij fouten verschijnt de foutmelding
Foutmeldingen kunnen optreden indien
• de systolische of diastolische druk niet gemeten kan wor-
den (op het display wordt
• de systolische of diastolische druk buiten het meetbereik
vallen (op het display wordt „ " of „Lo Lo " weergegeven),
• de manchet te strak of te los is vastgemaakt (op het dis-
play wordt
resp.
Afb. 1
Afb. 2
_ in de display.
resp.
weergegeven),
weergegeven),
• de oppompdruk hoger is dan 300 mmHg (op het display
wordt
weergegeven),
• het oppompen meer dan 160 seconden duurt (op het dis-
play wordt
weergegeven),
• er een systeem- of apparaatfout is opgetreden (op het dis-
play wordt
,
• de batterijen bijna leeg zijn
Herhaal in zulke gevallen de meting.
Let erop dat de manchetslang op de juiste wijze is ingesto-
ken en dat u tijdens de meting niet beweegt of spreekt.
Plaats de batterijen indien nodig opnieuw of vervang ze.
Technisch alarm – beschrijving
Wanneer de gemeten bloeddruk (systolisch of diastolisch)
buiten de in de paragraaf 'Technische gegevens' beschre-
ven grenzen ligt, verschijnt op het display een technisch
alarm in de vorm van de weergave „ " of „Lo Lo ". In dit geval
moet u een arts raadplegen of controleren of u het apparaat
op de juiste wijze hebt bediend.
De grenswaarden voor het technische alarm zijn in de
fabriek ingesteld en kunnen niet worden aangepast of uitge-
schakeld. In het kader van de richtlijn IEC 60601-1-8 heb-
ben deze alarmgrenswaarden een lagere prioriteit.
Het technische alarm blijft niet oneindig zichtbaar en hoeft
niet te worden uitgeschakeld. Het op het display weergege-
ven signaal verdwijnt na ongeveer 8 seconden automatisch.
16
,
of
weergegeven),
.