34 | Bediening
5.8
Vorstbeveiliging
Vorstbeveiliging voor de verwarming:
B Toestel ingeschakeld laten, aanvoertemperauturregelaar
minimaal op stand 1.
Afb. 18
B Bij een uitgeschakeld toestel vorstbeschermend middel door
het CV-water mengen en warmwatercircuit legen.
Voor verdere aanwijzingen raadpleeg het bedieningsvoorschrift
van de kamerthermostaat.
Vorstbeveiliging voor het voorraadsysteem:
B Tapwater-temperatuurregelaar
draaien (10 °C).
Afb. 19
3
5
2
1
6
max
3
4
2
5
1
6
max
eco
3
4
e
2
6
1
max
min
6 720 615 065-14.1O
tot aan de linker aanslag
eco
3
e
2
1
6
min
max
6 720 615 065-15.1O
6 720 648 866 (2011/05)