4. OVERZICHT
BEDIENINGSTOETSEN
1. AAN/UIT
• Schakelt de stimulator in en uit.
• Schakelt de stimulator uit, zelfs wanneer de
toetsenvergrendeling geactiveerd is.
• Kan worden gebruikt om de stimulatie te allen tijde stop te
zetten.
2. VERHOGEN (linker- en rechterkanaal)
• Verhoogt de amplitude (intensiteit van de stimulatie). Houd
deze toets ingedrukt om de amplitude continu te verhogen.
Opmerking! Wees voorzichtig bij het verhogen van de
amplitude.
• Beëindigt de automatische stimulatiemodus.
• Verhoogt het aantal minuten bij het instellen van de timer
(rechtertoets).
• Wordt gebruikt bij het in- of uitschakelen van de
programmavergrendeling (linkertoets)*.
• Om door de keuzes in de programmeringsmodus te
bladeren*.
3. VERLAGEN (linker- en rechterkanaal)
• Verlaagt de amplitude (intensiteit van de stimulatie). Houd
deze toets ingedrukt om de amplitude continu te verlagen.
• Schakelt de toetsenvergrendeling uit.
• Beëindigt de automatische stimulatiemodus.
• Verlaagt het aantal minuten bij het instellen van de timer
(rechtertoets).
• Wordt gebruikt bij het in- of uitschakelen van de
programmavergrendeling (linkertoets)*.
• Om door de keuzes in de programmeringsmodus te
bladeren*.
4. AUTO (linker- en rechterkanaal)
• Start de automatische testmodus.
• Bevestigt het geselecteerde amplitudeniveau in de
automatische testmodus.
5. PROGRAMMA
• Selecteert een programma (P1-P30).
Blader vooruit in de programma's met P+ en achteruit met P-.
• Pauzeert een lopend programma.
• Wordt gebruikt om de programmavergrendeling
activeren/deactiveren (P+)*.
6. TIMER
•
Start de timerinstellingen.
7. PROGRAMMERING/BEVESTIGING (S=SET)
•
Houd deze toets 2 seconden ingedrukt om de
programmeringsmodus van de stimulator voor de aanpasbare
programma's P28-P30 te activeren.
•
Bevestigt de instellingen in de programmeringsmodus.
8. HANDSCHAKELAARVERBINDING
•
Met behulp van de handschakelaar kunnen de contracties in
programma's met intermitterende stimulatie handmatig worden
geregeld.
9. KABELHOUDER
te
*Professioneel gebruik
5